Tip:
Highlight text to annotate it
X
In 1965 werd de stad
Northfield ontruimd...
... voor de aanleg
van het Northfield Reservoir.
Acht miljard liter water
overspoelde de straten...
... wiste alle herinneringen uit...
... en liet een verzonken
spookstad achter.
Spiegeltje, spiegeltje aan de wand,
wie is de mooiste in het land ?
Mooier dan u is er geen,
behalve Sneeuwwitje...
Toe Rebecca,
zeg 't alsof je het tegen mij zegt.
Sneeuwwitje, is de mooiste.
Spiegeltje aan de wand,
wie is de mooiste in 't land ?
U bent de mooiste...
- Mis. Dat ben jij.
Wat doen ze daar, mama ?
Niets, Rebecca. Papa komt bijna
thuis. Wie 't eerst bij de auto is.
Hallo, liefje.
- De goudvis is dood.
Echt waar ?
- Hij ging achteruit zwemmen.
Hij zit in de vriezer.
We gaan 'm met z'n allen begraven.
Wil je wat eten ?
- Ontbijt en lunch.
Er is spaghetti.
- Voor mij is 't 2 uur in de nacht.
Wat akelig. Wat is dit ?
- Niets.
Dat is Sneeuwwitje.
- Laat je feeënjurk zien.
Nee, ik wil hem de goudvis
laten zien.
Is dit Roodkapje ?
Het heeft nergens mee te maken.
Het is weer zo'n vreemde droom.
Toch niet zo'n droom als je had
voor m'n moeder stierf ?
Niet zo'n droom.
Deze komt steeds terug.
Er is 'n boomgaard
en 'n klein meisje.
Dat meisje wordt
erdoorheen geloodst.
Het meisje dat wordt vermist.
- Ze houdt iemands hand vast.
Het is 'n man of 'n vrouw
met rood haar.
Ik probeer 't weg te drukken.
Het lukt niet.
Als 't echt is, moet je
naar de politie gaan.
Toe nou, Paul.
- Dat paranormale gedoe.
Ik haat dat woord.
- Wat is paranormaal ?
Ze zoeken in 't reservoir,
maar volgens mij is ze niet dood.
Wat is paranormaal ?
Paranormaal is als je
door dingen heen kunt kijken...
Wat zit er in die grote doos die
papa heeft meegenomen ? Bij de deur.
Je hebt 't.
- Ik heb heel Tokio afgezocht.
Niet te laag.
Nog 'n keer.
Welterusten, liefje.
Was dat niet voor haar verjaardag ?
- Ja.
Ik kan niet blijven.
- Weet ze dat al ?
Ze hebben m'n schema weer omgegooid.
- En 't toneelstuk ?
Dat is prima. Ik vertrek
om acht uur naar Seattle.
Ik heb 'n kimono voor je.
Hoe heet je ook weer ?
- Red.
Waar gaan we naartoe ?
- Naar m'n huis.
Wat is er ?
Ik heb haar gezien.
Het vermiste meisje.
Ik kan 't niet helpen.
- O, Jezus.
Ze is zo argeloos, Paul. Ze laat
zich overal mee naartoe nemen.
Het is afschuwelijk.
Als 't echt is,
ga dan naar de politie.
Het is nu nog erger.
Of er 'n storm gaat losbarsten.
Lieverd, morgen ga ik
naar de politie, goed ?
Ik vertel ze wat je denkt
dat je ziet.
Ik wil weten of ik 't mis heb.
Ik wil weten of het 'n droom is.
Sorry dat ik u heb laten wachten,
Mr. Cooper. M'n excuses.
Het is niet erg.
- Hopelijk begrijpt u...
Het is 'n drukke week geweest.
Eens zien of ik 't goed begrijp.
Uw vrouw had hoofdpijn en ze had
'n visioen over 't vermiste kind.
Zo zou ik 't niet zeggen.
- Hoe dan ?
Ze heeft dromen...
- Is ze helderziend ?
Praat ze met dode mensen ?
Staat ze in contact met doden ?
Ze is niet bij 'n seance geweest.
- Ze draagt dus geen tulband.
Geen glazen bol. Ik controleer
alleen maar. Wat is er gebeurd ?
Ze droomde dat 't kind
in 'n appelboomgaard was...
... waar vreselijke dingen gebeurden.
Ten noorden van hier.
Heeft ze nog iemand gezien
in dat visioen ?
Zijn hand. Hij hield haar hand vast.
- Van 't meisje ?
Of misschien de hand van 'n vrouw.
- Een vrouwenhand.
Bedankt voor uw komst.
- Ik heb hier 'n uur gewacht.
M'n vrouw verzint dit niet.
- Het is 'n lange dag geweest.
Ik weet nu dat ik 'n man zoek, of
'n vrouw. Ik heb er niet veel aan.
Luister. Ik weet dat jullie zwaar
werk hebben. Ik ook. Ik vlieg 747's.
Ik ben verantwoordelijk
voor 350 mensenlevens.
Behandel me niet als 'n halve gare.
- Ze is al gevonden.
Op de bodem van 'n afvoer
met stenen in haar zakken.
Ga maar terug naar uw 747's
en zorg voor uw mensen.
Ik ga nu de schoft zoeken
die haar heeft vermoord.
Bedankt voor uw komst.
Er zijn twaalf feeën, mama.
- Maar jij bent de mooiste.
Ik ben de enige die wat zegt.
Goed, we doen het nog één keer
en dan gaan we naar balletles.
Haal diep adem. Wie is de mooiste ?
- Mooier dan u is er geen...
... behalve Sneeuwwitje,
die is de mooiste van iedereen.
Goed zo.
Lieverd ?
Daar ben je.
Zeg maar niets.
Ik heb 't al op 't nieuws gehoord.
Ik ben weer gek, hè ?
Deze keer had je 't mis.
- Ik heb 't vaak mis.
Hoe bedoel je ?
- Dat weet je best.
Waar heb je 't over ?
- Over dat meisje in Sydney.
En ik doe of er niets
aan de hand is.
Kijk niet zo.
Ik lees je gedachten niet.
En ook je brieven niet.
Berg ze beter op. Rebecca had ze.
Ik heb 'n keer met haar gegeten.
Ze is verliefd op me.
Het spijt me. Er is niets gebeurd.
Luister toch.
Er is niks gebeurd. Het was fout.
- Is hierom je schema omgegooid ?
Mijn schema wordt zonder overleg
omgegooid. Dat weet je best.
Je wipt met iemand.
Niet waar. Ik wilde het,
maar ik heb 't niet gedaan.
Misschien had ik 't niet gewild als
m'n vrouw hier af en toe eens was.
Waar ben je in godsnaam, Claire ?
Je bent altijd
door iets geobsedeerd.
Papa, als ik echt was
en wensen kon laten uitkomen...
... wat zou jij dan wensen ?
- Dat ik niets te wensen had.
We gaan.
- M'n stokje heeft de regen gestopt.
Goddank. Ik doe deze af,
anders verbuigen ze in de auto.
Ga je mee ?
- Ja. Ik neem de andere auto.
Waarom ?
- Omdat ik vanavond moet vliegen.
Als ik weer terug ben, blijf ik
langer. Als 't van je moeder mag.
Hallo, bloemen.
Hallo, vogels.
- Hallo, Sneeuwwitje.
Dood me niet. Ik smeek je.
Alsjeblieft. Wat heb ik gedaan ?
Dood me niet.
Alsjeblieft, heb genade.
Ren het bos in en kom nooit meer
terug of je stiefmoeder doodt je.
Ik zal haar glimlach
nooit vergeten.
Ze was zo aardig.
- Ze maakte ons huis gezellig.
Ze was erg lief voor ons.
- Ze hield zo veel van dieren.
Ze maakte m'n bril schoon.
- Wie is dat mooie meisje ?
Sneeuwwitje.
- Wat is er met haar gebeurd ?
Ze is vergiftigd door 'n heks.
Wat 'n mooi meisje.
- Mag ik haar meenemen ?
Zien we haar dan nooit meer ?
- Jullie mogen ook met me mee.
Spiegeltje, spiegeltje
aan de wand...
... wie is de mooiste in het land ?
Mooier dan u is er geen...
... behalve Sneeuwwitje,
die is de mooiste van iedereen.
Wat ? Nee.
Sneeuwwitje is de mooiste
van iedereen.
Daar ben je dan.
Je was zo goed. Fantastisch.
Momentje. Ik zie je over
'n paar dagen weer, goed ?
Het was stom van me. Dat geef ik
toe. Nooit meer. Ik beloof het.
Beloofd ?
- Het was mijn schuld.
Tot over 'n paar dagen.
- Ik hou van je.
Ik hou van je.
Rebecca ? Liefje ?
Ik dacht dat je m'n dochtertje was.
Schatje ?
Waar gaan we naartoe ?
Naar m'n huis.
Verspreiden, naar rechts.
Waar ben je ?
- We vinden haar wel.
Waarom besefte ik het niet ?
Waarom zag ik het niet ?
Verspreiden.
Pas op waar je loopt.
We kammen vannacht
het hele gebied uit.
Waarom zei je me niet
dat 't de toekomst was ?
Rustig, mevrouw.
- Ze is weg. Besef je dat ?
Dat weten we nog niet.
- Ik weet 't wel.
Laat me haar helpen.
Hoe lang hebt u die visioenen al ?
- M'n hele leven al.
Uw hele leven ?
Allemachtig. Ik moet u m'n excuses
aanbieden. Het spijt me.
Uw man was bij me.
- Dat is echt niet nodig.
Ik heb me erger vergist dan u.
Weet u, ik heb 'n tolk nodig.
Waarvoor ?
- Voor mijn dromen.
Rechercheur Kay ?
- Ja, met Kay.
Ben je daar ?
- Laat iemand bij haar blijven.
We hebben 'n lijk gevonden.
Raak geen bewijsmateriaal aan.
Rustig. Waar is Mrs Cooper ?
Ik kan 't niet meer. Sorry.
O, god.
Alstublieft, God.
Rustig. We weten nog niets.
- Is het m'n dochter ?
Blijf bij hem.
Claire, stop alsjeblieft.
Toe, straks komen we allebei om.
Mammie ?
Ik ben niet langer
*** meer, mammie.
M'n vader was 'n dollar.
M'n vader was 'n dollar.
Nog geen honderd centen waard.
M'n vader was 'n dollar.
Ik schreef het naast de haard.
M'n vader was 'n dollar.
Nog geen honderd centen waard.
Kun je me aankijken ?
Kun je in m'n vinger knijpen ?
Beweeg je tenen alsjeblieft.
Herinner je je mij ?
Ik ben dokter Stevens.
Ik ben de neurochirurg.
Je probeert al 'n dag lang
wakker te worden.
Je had 'n bult op je hoofd en water
in je longen. Maar 't gaat goed.
Hoe lang lig ik al hier ?
Hoe lang ?
Zo'n zes weken.
Waarom heb je me bijgebracht ?
- Denk niet dat 't gemakkelijk was.
Mammie, help.
Je ligt in 't ziekenhuis.
Ik ben dokter Stevens.
Herinner je je me ?
Je hebt 'n nachtmerrie gehad.
- Hoe weet je dat ?
Je hart ging als 'n razende tekeer.
Kun je dromen interpreteren ?
- Dat college heb ik overgeslagen.
Een woelige, hè ?
Een jongetje in 'n kamer
die volstroomt met water.
Hij is vastgebonden aan 'n bed.
- Water ?
Een vriend van me is afgestudeerd
in dromen interpreteren.
Wil je met hem praten ? Hij is
psychiater. Geen reden tot verwijt.
Kan hij ze laten ophouden ?
- Misschien.
Ik laat de zuster 'n slaapmiddel
brengen. Goed ?
niemand anders dan ik
met niemand anders dan ik
zit niet onder de appelboom
met niemand anders dan ik
niemand anders dan ik
Waarom zing je dat ?
- Omdat jij dat zong in je slaap.
Zijn ze hier allang ?
- Net.
Dit is dokter Silverman.
De psychiater.
Kun je de dromen laten ophouden ?
- We beginnen met erover te praten.
Heeft hij weer 'n kind vermoord ?
Je bent hier niet om jezelf
gek te maken.
Hoeveel heeft hij er vermoord ?
Hoeveel ?
Er wordt 'n meisje vermist.
Hij is het, en op dezelfde plek.
Er zong iemand.
Jij zong.
- Er zong iemand via mij.
Dat klinkt niet begrijpelijk.
- Vertel eens over je dromen.
Een gaat over 'n jongen
in 'n kamer die onderloopt.
Een paar andere spelen zich af
in 'n grote kamer.
Het is net 'n boomgaard.
Vol met appels.
Ik weet dat er meer komen.
Kunnen jullie ons alleen laten ?
Kun je ze laten ophouden ?
- Ik wil 't proberen.
Mr. Cooper, hoe is uw huwelijk ?
- M'n huwelijk ?
Goed.
Zo goed als te verwachten is.
U wilt haar mee naar huis nemen.
- Ja, ik wil haar thuis verzorgen.
Ik wil weten of thuis
de sfeer goed is.
Zeker. We hebben 'n goed huwelijk.
In dat geval is ze thuis beter af.
- Dat wil ik graag beoordelen.
Natuurlijk. Ze heeft het verlies
nog niet kunnen verwerken.
Ze heeft nog niet om haar kind
kunnen rouwen.
Deze week komt Mary.
- Mary ?
De huishoudster.
Je vroegere leven.
Hoe kunnen we dit aan ?
Dag voor dag.
Ik heb 't gevoel dat 't iemand
anders is overkomen.
Was dat maar zo.
Het is alsof ik 'n geest ben
die op mezelf neerkijkt.
En haar kamer ?
Ik ben er niet binnen geweest.
Ik haal de tassen.
Ga maar slapen.
Ik weet dat je over me droomt.
En ik droom over jou.
Jezus. Verdomme.
Het was 'n nachtmerrie.
Niks nachtmerrie. Je was
klaarwakker en kuste me.
Je hebt toch medicijnen ?
- Ze helpen niet.
Luister, ik heb er alles voor over
om hier doorheen te komen.
Maar vertel me
wat er in je hoofd omgaat.
Ik kan er niet over praten.
Je bijt in m'n lip en kunt er niet
over praten met me ?
Dan ga je met iemand anders
praten. En meteen.
Dan praat je tegen mij.
- Hij heeft 'r gedood en hij weet 't.
Wat weet hij ?
- Dat ik over hem droom.
Dit is pas echt krankzinnig.
- Weet ik.
Hij zit in m'n hoofd.
Wie bel je ?
Je artsen.
- Ze kunnen niets doen.
Iemand moet wat doen. Over 'n paar
dagen moet ik weer aan 't werk.
Ik zal de medicijnen innemen.
Ik heb Mary.
Mary is geen arts.
- Als 't niet gaat, ga ik zelf terug.
Bewerkt en geïllustreerd
door Claire Cooper.
Er was eens 'n klein meisje
en ze heette Claire.
Ze was 'n hele kleine Claire.
Ik bel je vanavond uit Seattle.
Gaat 't ?
Prima. Misschien ga ik wat werken.
Het is maar één nacht.
Bel 't ziekenhuis als er wat is.
Maak je geen zorgen.
Alles goed ?
- Blijf je dat zeggen ?
Ik ga sigaretten halen.
- Je mag van Paul 't huis niet uit.
Blijf hier. Ik ga wel.
zit niet onder de appelboom
met niemand anders dan ik
Ken je me nog van 't reservoir...
Heb je m'n hond gezien ?
Ik heb niets gezien. Je man...
... heeft ons gevraagd alles
in de gaten te houden.
Honden zwerven graag rond.
- Ik moet me geen zorgen maken.
Alles goed met je ?
- Prima. Bedankt voor je komst.
Als je Dobie ziet, de hond...
Dobie is onze hond.
We hebben alle boomgaarden in
'n straal van 400 km doorzocht.
En niets gevonden ?
M'n dromen zijn onbegrijpelijk tot
't gebeurt. Daardoor lijk ik gek.
Na wat je hebt meegemaakt, word
'n kleine psychose je wel vergeven.
Jack Kay. Bel me als je wat nodig
hebt. Maakt niet uit wat. Bel me.
Zal ik meelopen ?
- Het gaat wel.
Verdomme. Mary.
Mijn vader is een dollar.
Denk je dat je me *** kunt maken ?
- Denk je dat je me *** kunt maken ?
Verdwijn uit m'n hoofd.
- Verdwijn uit m'n hoofd.
Laat me met rust.
Hij zit nu in de computer, Paul.
Help me.
Heb jij dit geschreven ?
- Ja, dat heb ik geschreven.
Maar iemand anders
liet het me doen.
En wie heeft je polsen
doorgesneden ?
Ik.
Liet die ander je het doen ?
- Nee. Dat wilde ik zelf.
Waarom ?
- Ik wilde dat het ophield.
Het gelach. Het ding.
- De dromen ?
Kun jij overdag dromen
als je klaarwakker bent ?
Sorry, ik ben niet zo sterk.
Ik kon er niet meer tegen.
Wat betekent dat rijmpje ?
- Dat weet ik niet.
Is het uit je jeugd ?
- Nee, het is niet uit m'n jeugd.
Het is uit de jeugd van 'n ander.
- Van wie ?
Dat weet ik niet.
Het staat op de muren
van de kamer van 'n jongen.
De jongen is vastgeketend aan het
bed. En de kamer stroomt vol water.
Het is dus uit 'n droom.
Heeft die droom te maken
met je droom over appels ?
Ja. Het is dezelfde jongen.
In de boomgaarddroom was het 'n man.
- Kun je er geen wijs uit ?
Zou je dat willen ?
- Graag. Ik kan er geen wijs uit.
Ik heb het gevoel dat ze allemaal
van dezelfde plek komen.
Van jou ?
- Nee. Van hem.
En wie is hij ?
- Dat weet ik niet.
Maar hij verdient 'n naam.
We noemen hem Red.
Dat past wel bij 'm.
Goed, Claire.
Hier laten we het voorlopig bij.
Kom maar mee. We gaan 'n e.c.g.
maken en je bloeddruk opmeten.
Hou je me hier ?
- Je krijgt meer medicijnen.
Kom binnen, Mr. Cooper.
Ga zitten.
Waar ben je, jongen ?
Kom hier.
Wat is er ?
- Hij is de hele dag al weg.
Geweldig.
- Hoe is 't met haar ?
Ze willen dat ik haar laat opnemen
in Stapleton.
Het spijt me. Ik heb 't gevoel
dat 't mijn schuld is.
Het is jouw schuld niet.
Kom op.
Brave hond.
Wat is er, jongen ?
Wat is er ?
Wat gaat het worden, Paul ?
Stapleton ?
Ze is net wakker geworden.
Ga bij de deur weg alsjeblieft.
Ik weet niet wie jullie zijn
of waar ik ben...
... maar jullie mogen me niet tegen
m'n wil vasthouden. Ik wil bellen.
Ga zitten.
- Ik heb net m'n mans lijk gevonden.
Ik wil bellen.
- Als dr. Silverman is geweest.
Wat is dit hier ?
Stapleton Hospital. Dit is Rosco.
En ik ben zuster Floyd.
Val allebei dood. Ik wil Silverman
nu spreken. En ik wil bellen.
Ik heb je net verteld
wanneer je mag bellen.
Begrijp 't toch.
Ik was net in 't Carlton Hotel.
In kamer 401 vind je 't lichaam van
m'n vermoorde man. Ga dan kijken.
Ik ga je op bed...
- Raak me niet aan. Ik vermoord je.
Zal ik iemand bellen ?
- De politie. Zeg ze...
... dat m'n man wordt verslonden
door 'n hond in 'n hotel in Hammond.
Waarom lach je, Claire ?
Omdat de smeerlap
in mijn hoofd zit.
Hij heeft m'n hersenen verpest.
En nu heeft hij m'n man vermoord.
O, god. Het gebeurt weer.
- Wat gebeurt er ?
Wat doen ze ?
- Rustig.
We zijn hier om je te helpen.
Hou haar hoofd rechtop.
Hoe is 't met haar ?
Vreselijk.
Ik ga het huis verkopen.
Ik moet 'n nieuwe psych zoeken.
- Wil je 'n tweede mening ?
Twintig. Wat er maar voor nodig is
om haar daar weg te halen.
Deze vrouw zegt dat ze Dobie
bij 'n hotel heeft gevonden.
Dokter, laat Paul niet
naar 't hotel gaan.
Laat 'm niet gaan.
- Is het 'n echt hotel ?
Dat doet er niet toe. Het is
't Carlton, aan zee in Hammond.
Wanneer ben je er geweest ?
- Gisteravond. Kamer 401.
Het is dus niet echt.
Je hebt 't gedroomd.
Was het dag of nacht ?
- Dag. Bel hem.
Ontmoet hij er iemand ?
- Hij gaat Dobie zoeken.
Is Dobie 'n vrouw ?
Het is de klotehond.
Wat heb je me gegeven ?
Waarom kan ik niet helder denken ?
Thorazine. Het kalmeert je.
Wat gebeurt er daar met hem ?
Hij sterft.
Snap je het niet ?
Kamer 401.
Hoe vaak moet ik het zeggen ?
Je hebt gedroomd dat Paul stierf.
- Ik heb 't gedroomd.
En 't gebeurt.
Het gaat gebeuren.
Dringt dat niet door tot je stomme,
psychiatrische brein ?
M'n man is dood
en ik blijf in dit oord achter.
Bedoel je dat hij dood is voor jou ?
Ik bedoel dood zoals Rebecca. Op
hoeveel manieren moet ik 't zeggen ?
Het heet verdriet.
- Nee, deze keer is het Paul.
Alstublieft God, luister naar me.
Wat is dit ?
Luister naar me.
Rennen, Paul.
Luister naar me.
Pak haar arm.
Luister.
We geven je iets om te kalmeren.
Omdraaien.
Achteruit. Leg haar neer.
- Laat me alsjeblieft gaan.
Je krijgt iets om te kalmeren.
Rustig maar. Kijk eens aan.
Ik heb warme thee voor je.
Hij is nog warm.
Sorry, ken ik je ?
- We hebben samen 'n kamer.
Ik moet op je letten.
Ik weet 't niet meer.
- Je hebt mensen in je hoofd.
Mijn vader
Geen honderd
Vind je 't behang niet mooi ?
Vivian Thompson R.I.P.
Kun je 'n geheim bewaren ?
- Vast wel.
Zul je niet denken dat ik gek ben ?
- Vast wel. Je moet jezelf 's zien.
De man in m'n hoofd heeft hier
gelegen toen hij klein was.
Hoe weet je dat ?
- Hier. Dat heeft hij geschreven.
Hij heet Vivian Thompson.
Is hier ooit iemand uit ontsnapt ?
- Daar zou ik maar niet aan denken.
Ik heb 't niet over mezelf,
maar over iemand anders.
Zo moeilijk is het niet.
Als je hier zo lang zit als ik,
dan leer je dit oord wel kennen.
Ga slapen.
Hoe heet jij ?
Ruby.
- Sorry, ik moet weg.
Kom, we zijn laat. Mama heeft haast.
- Je bent m'n mama niet.
Hij is weer op jacht naar 'n meisje.
Raad eens hoe ze heet, dokter.
Ruby.
- Wat voor kleur is dat ?
Ruby is geen kleur, maar 'n meisje.
- Rood.
Waarom obsedeert die kleur je ?
Ik ben niet geobsedeerd,
maar bezeten.
Hij geeft me m'n dromen,
stukje bij beetje.
Waarom ?
- Misschien is hij eenzaam.
Misschien is hij eenzaam, dokter.
- Heb je al 'n naam voor hem ?
Ja, hij heet Vivian.
Vivian Thompson.
Er bestaat 'n stad onder water.
Hij is daar achtergelaten.
Hij is naar dit ziekenhuis gebracht,
mijn kamer, en hij geeft me dromen.
Waarom denk je dat dat is ?
Omdat hij wil ophouden.
Hij wil dat ik 'm laat stoppen. Dat
klinkt je psychotisch in de oren.
Jij zegt 't, niet ik.
- Doe er wat aan.
Ik moet toestaan dat hij bezit van
me neemt, ik moet me overgeven...
... me mee laten nemen.
Ben ik dan psychotisch, bezeten,
heb ik waanideeën, of alle drie ?
Als je toegeeft dat 't waanideeën
zijn, dan komen we misschien ergens.
Wat staat daar, Ethel ?
Het is 'n soort rijmpje.
- Ben ik dus niet gek ?
Velen van ons zijn dat niet.
Ga nu slapen.
Goed idee.
Alleen dan kan ik hem bereiken.
Hij jaagt weer op 'n meisje.
Ik moet 'm tegenhouden.
Wat er ook gebeurt, beloof
dat je me niet wakker maakt.
Door moeder vastgebonden aan bed
en achtergelaten in Northfield.
M'n excuses, Claire.
Goed zo, Jodi.
Laat de medicijnen hun werk doen.
Ontspan je en ga slapen.
Hallo, wil je 'n lift ?
Ik wacht op Lucy.
- Alles in orde ?
Ik heb mezelf buitengesloten.
Wil je bellen in 't kantoortje ?
Ik heb 'n reservesleutel
in 'n garage.
Als je toch weggaat,
kun je me afzetten.
Welke garage ?
- Een stukje verderop.
Heb je je legitimatiekaart ?
- In de auto.
Goed, stap maar in.
Wil je wat gaan drinken of zo ?
- Misschien. Wat je maar wilt.
Kun je muziek aanzetten ?
- Muziek ?
Je werkt 's avonds.
Hoe heet je ?
- Vivienne.
En jij ?
- Walter.
Mooie naam. Hoe spel je dat ?
V-i-v-i-e-n-n-e.
Je kunt je ogen er niet
vanaf houden, hè ?
Waarvan, Vivienne ?
- Van m'n benen.
Jammer dat 't zo kort was.
Ik heb geen haast.
- Wat zeg je daarvan ?
Ik ook niet.
Je hebt de hele weg
naar die knieën gestaard.
Had je niet op de weg moeten letten ?
- Ik denk van wel.
Je mag me kussen als je wilt.
- Dat wil ik best.
Krijg nou wat.
Twee dingen, Walter.
Een: Stap langzaam uit de auto.
En twee: Ga snel terug naar
Stapleton en zeg Silverman...
... het Carlton Hotel te doorzoeken.
Waarom zijn we hier ?
- Dit is m'n huis.
Een meer ? Woon je in 'n meer ?
Vroeger.
Waar ben je naartoe gegaan, Vivian ?
Alsjeblieft, laat me
nu niet in de steek.
Wil je mee naar m'n huis, Claire ?
Ik waarschuw je, het spookt er.
- Wie spookt er ?
Jij.
Ik wijs je de weg. Rij maar.
Is er 'n meisje in je huis
dat Ruby heet ?
Ze wil je dolgraag ontmoeten.
Je dacht dat het
'n echte boomgaard was, hè ?
Dat is 't met dromen, ze hebben 't
altijd goed en altijd verkeerd.
Je moet naar binnen rijden.
Ik doe open.
Je kent 't hier, hè Claire ?
Weet je wat grappig is ?
- Wat is grappig ?
Ik weet dat je 'n pistool in
de rokband van je uniform hebt.
Echt ?
- Ja.
Ruby kan van streek raken als ze
je ziet met 'n pistool in je rok.
Ik kan van streek raken
en dan kunnen er appels vallen.
Waar is Ruby ?
Ubi est Ruby ?
Ik zeg 't pas als ik
het pistool heb.
Weet je wat er gebeurt
als er appels vallen ?
Het spijt me zo ontzettend, Claire.
Ik wilde alleen maar 'n gezin.
Toen ik wist dat er 'n dromer
bestond als ik...
... wilde ik haar familie zijn.
En ik nam haar dochtertje mee.
Het meisje...
... schreeuwde en gilde.
En ik strafte haar,
zoals iedere vader zou doen.
En ze lag daar, rustig...
... mooi, maar nu als 'n pop.
Van dat deel heb ik spijt.
Maar ik ga 't goedmaken.
Ik ga heel hard werken...
... om het perfect te maken. Ik zal
nu niet meer overstuur raken.
En we hebben Ruby
als onze dochter.
Claire en Vivian en Ruby.
Ben je overstuur geraakt met Ruby ?
- Nog niet.
Ga je overstuur raken met mij ?
Niet als je van me houdt
zoals mama van papa houdt.
Dat zal ik doen, Vivian.
Dat zal ik doen.
Zou je niet doen alsof ?
Hoe zou ik dat kunnen ?
Hoe zou ik dat kunnen bij jou ?
Jij kent me door en door.
Alles wordt perfect
als ik Ruby zie.
Zo perfect als maar kan
in dit tranendal.
O, hemeltje.
- Wat is dit, verdomme ?
Haar droom, Rosco.
Jouw nachtmerrie.
Raad 's wie er is, Ruby ?
Zeg hallo tegen Claire.
Ben je 'n geest ?
- Nee, dat ben ik niet.
Ze was 'n geest toen ze hier niet
was. Nu is ze gewoon Claire.
Ga naar de tuin en laat Ruby zien
dat je geen geest bent.
Hij zei dat je zou komen.
Het heeft lang geduurd.
Het was hier eenzaam
met z'n tweetjes, hè ?
Ik denk van wel. Dit is Marge.
Ze was vroeger Vivians pop.
Zeg hallo tegen Claire.
Die aardige vrouw
die geen geest is.
Hallo Claire, welkom thuis.
Welkom thuis, Claire.
Ze is hem achterna.
Vivian Thompson.
Hij ontsnapte door dat rooster en
vermoordde 'n zuster. Oktober 1972.
Ik snap er niets van.
- Je bent niet de enige.
Hij heeft haar dochter vermoord.
Ze deelt z'n dromen.
Hij heeft nog 'n meisje
ontvoerd. Ruby.
Ze wil 'm tegenhouden. Geef dit
aan de politie. Zij is waar hij is.
Waar ga jij naartoe ?
- Het Carlton in Hammond.
Ik ga wat te eten maken.
Hebben jullie trek ? Spaghetti ?
Papa's kunnen net als
mama's zijn, wist je dat ?
Is dat zo ?
Dat zegt Vivian.
Ze kunnen ook koken.
Wat heeft hij je nog meer verteld ?
- Dat mama in de hemel op me wacht.
Dat is Vivians mama.
Dat is 'n kleermakerspop.
- Weet ik. Zulke kleren had ze aan.
Waarom heeft hij ze hier ?
- Voor wanneer hij mama speelt.
Z'n stem is dan helemaal anders.
- Waarom doet hij dat ?
Hij zegt dat z'n vader 'n dollar
was en z'n moeder 'n lied.
Zit niet onder de appelboom,
met niemand anders dan ik.
Dat was dus 't lied van z'n moeder.
- Dat was zij, dat lied.
Dan krijg ik 't koud.
Luister naar me.
Vivian is ziek, liefje.
Hij heeft hulp nodig.
Misschien doet hij je wat aan.
Je maakt me ***.
- Ik neem je mee...
... dan kan hij je niets doen.
Ik kan de blikopener niet vinden.
Hij moet ergens zijn.
Is ze ziek ? Als papa en mama ruzie
maken, kan 't verkeerd of goed zijn.
Ze is zo moe.
Help je me zoeken ?
Want jij bent 'n meisje.
Als we 'm hebben, kunnen we wat
hapjes eten. Later krijgt zij ook.
Zeg je nu dat het je spijt ?
Tong verloren ? Je bent nog
erger dan je verdomde vader.
Je hebt hem erg boos gemaakt.
Daarom heb je de kleren
van de boze moeder aan.
Hij is teleurgesteld in je.
Hij zei dat je de liefste mama
van de hele wereld zou zijn.
Doet je gezicht pijn ?
Ik kan 't kussen en beter maken.
Beter zo ? Zit 't touw te strak ?
Ik kan 't losser doen,
maar dan wordt hij misschien boos.
Dokter Silverman ?
Kent u dit hotel ?
- Ik heb erover gehoord.
Oké, kom op met die lampen.
Bedtijd, Ruby.
Maak m'n band los.
Tijd om opzij te gaan, Claire. Dank
je, snoesje. Kruip tegen mama aan.
Ik zou je nooit pijn doen, Claire.
Maar met Paul
had ik geen moeite, hè ?
Ik dacht dat je 'n betere mama zou
zijn. Mijn mama was ook waardeloos.
Zij...
... droeg dat soort jurken.
mijn vader nooit gekend
mama was alles wat ik had
Alsjeblieft.
Ik heb ogen achterin m'n hoofd.
Als mama zei dat 't bedtijd was...
... geloofde ik haar. Sorry dat ik
humeurig ben. Het is niet gegaan...
... zoals ik wilde.
En nu ga ik je welterusten kussen.
Neem 'n ***, Ruby.
Ik heb 'n nare droom gehad.
Ik droomde dat m'n mama dood
in 't meer lag.
Maar ze had jouw gezicht.
Betekent dat dat je me gaat doden ?
Ik hoop van niet.
Nog nieuws over de auto ?
- Hij is gesignaleerd op weg 9.
Je bent niet zo'n slechte moeder.
Maak hem niet meer boos.
Ik vind je niet aardig meer.
- Ik sterf in 't meer.
Vergeten. Misschien ga je hinken.
- Ik heb 'm leeggehaald.
Kom, Ruby.
Rennen. Wacht.
Je moet nu dapper zijn, Ruby.
Wees dapper.
Kom mee.
- Hij wil mij, niet jou.
Nu zit je in de penarie.
Mam ?
Zeg je nu dat het je spijt ?
Dat wil ik niet.
Westwaarts, weg 9.
Ik heb de wagens in 't oog.
Mam.
Er is iets mis.
Ik heb m'n tong verloren.
Het doet vreselijk pijn.
Ruby, waar zit je, verdomme ?
Het doet nog steeds pijn.
Ga je 't kussen en beter maken ?
Elk stel heeft z'n problemen.
We moeten praten.
26 aan centrale. Ik zie 'n meisje
dat eruitziet als 't gezochte kind.
Wil je het uitpraten, of is het
al te laat voor jou en mij ?
We weten hoe 't zal gaan.
Ruby houdt 'n auto aan,
misschien 'n politieauto.
Dan komt de politie hier
en krijg je dat gijzelaarsgedoe.
Zal het zo gaan ?
- En misschien valt Claire.
Of misschien breekt ze haar nek.
God, dat wil ik niet.
Ik heb zo m'n best gedaan
om je hier te krijgen.
Misschien springt Claire.
- Alsjeblieft niet.
We hebben 'n meisje op de snelweg
dat Ruby heet. We rijden oostwaarts.
We zoeken een groot houten gebouw.
Een ciderfabriek.
Ontvangen.
Waar ben je ?
Air 9, hier Air 7.
We hebben verdachte in 't oog.
Hij is daar. Daar.
Nu krijg je dat gijzelaarsgedoe.
Ik zei 't toch ?
Je moet je overgeven.
- Hoe ?
Als ik je laat gaan,
schieten ze me tot puin.
Het pistool is leeg.
Er zitten geen kogels in.
Schieten.
Spiegeltje, spiegeltje
aan de wand...
... wie is de mooiste in het land ?
- Jij.
Mis. Dat ben jij.
Ga met me mee.
- Waarheen, lieverd ?
Naar huis.
U bent krankzinnig bevonden. Daarom
kan ik geen doodstraf opleggen.
U gaat naar
'n psychiatrische inrichting...
... tot de staat Massachusetts
het veilig acht u te laten gaan.
Wat hopelijk niet
tijdens mijn leven is.
Daar kan ik mee leven.
En hier kan ik ook mee leven.
Droom maar fijn.
Droom lekker
Vivian
Nederlandse ondertiteling bewerkt door : Neo