Tip:
Highlight text to annotate it
X
Edmund, ga daar weg.
Peter?
Wat doe je?
Naar de schuilkelder.
Kom mee. Weg hier.
Mama!
Lucy, schiet op.
We vergeten papa.
Edmund?
- Ik haal 'm wel.
Kom terug.
Idioot.
Weg hier.
Kun je alleen maar
aan jezelf denken?
We waren bijna dood.
Doe gewoon wat je gezegd wordt.
Attentie alstublieft.
Willen de ouders zorgen dat de kinderen
de juiste papieren hebben?
Alleen kinderen en personeel...
Dit mag je niet afdoen.
Heb je 't niet koud?
Papa zou ons niet wegsturen.
Als hij er was,
was 't geen oorlog.
Je luistert naar je broer, hè?
Hou je 'n oogje op de anderen?
Ja, mam.
Goed zo.
Wees 'n grote meid.
Goed dan.
Tijd om te gaan.
- Instappen alstublieft.
Ik kan heus zelf wel instappen.
Laat los.
Mag ik de kaartjes?
De kaartjes?
Kom, Lucy.
We moeten bij elkaar blijven.
Het komt allemaal goed.
We zullen je missen.
Ik houd van je.
DE KRONIEKEN VAN NARNIA
De Leeuw, De Heks
en De Kleerkast
De professor wist dat we kwamen.
Misschien hebben we 't verkeerde label.
Mevrouw MacReddy?
- Helaas wel.
Is dat alles?
Verder niets meegebracht?
Nee, mevrouw.
Dit is alles.
Dat scheelt alweer.
Professor Kirke is niet gewend
aan kinderen.
Dus moeten we ons
aan 'n paar regels houden.
Niet roepen.
Niet rennen.
Geen ongepast gebruik
van de etenslift.
En niet
de kunstvoorwerpen aanraken.
En bovenal geen verstoring van de rust
van de professor.
Duitse toestellen hebben gisteren
Groot-Brittannië aangevallen.
De aanvallen...
De lakens kriebelen.
Oorlogen duren niet eeuwig.
We zijn snel weer thuis.
Als 't huis er nog staat.
*** jij niet in bed?
Ja, mama.
Je hebt 't buiten gezien.
Het is gigantisch.
We kunnen doen wat we willen.
Morgen wordt reuze.
Echt waar.
Gastrovasculair.
Toe nou. Gastrovasculair.
Is het Latijn?
Is het Latijn voor
'stomste spel ooit'?
Zullen we anders verstoppertje spelen?
Maar het is al zo leuk.
Peter, alsjeblieft?
Heel alsjeblieft?
Een, twee...
Ik was eerst.
...vijfentachtig...
Verstopte u zich voor mij?
Ik wilde je niet laten schrikken.
Het is misschien onbeleefd,
maar wat bent u?
Ik ben een faun.
En jij?
Een dwerg zonder baard?
Ik ben geen dwerg.
Ik ben 'n meisje.
En ik ben toevallig wel
de grootste van mijn klas.
Je bent een Dochter van Eva?
Mijn moeder heet Helen.
Ja, maar je bent dus...
...een mens.
Ja, natuurlijk.
Wat doe je hier?
Ik zat verstopt in de kleerkast
in de lege kamer...
Legek Amer? Ligt dat in Narnia?
Narnia? Wat is dat?
Je staat erin.
Van de lantaarnpaal helemaal tot slot
Cair Paravel aan de zee in het oosten.
Iedere heg en steg...
...iedere ijspegel, is Narnia.
Wat een grote kleerkast.
Kleerk Ast.
Ik heb me nog niet voorgesteld.
Ik heet Tumnus.
Hoe maakt u het?
Ik ben Lucy Pevensie.
Schudden.
Waarom?
Ik zou 't niet weten.
Dat hoort zo bij de kennismaking.
Goed. Lucy Pevensie
uit de fraaie stad Kleerk Ast...
...in het wonderbaarlijke land
Legek Amer:
Ga je met me mee
voor een kopje thee?
Heel graag, alleen...
...moet ik eigenlijk terug.
Het is om de hoek.
En er is een verrukkelijk vuur
met toast en thee en cake...
Misschien trekken we
de sardientjes wel open.
Ik weet 't niet.
- Toe.
Ik vind niet elke dag 'n vriendin.
Misschien kan ik wel even meekomen.
Als u sardientjes hebt.
Emmers vol.
We zijn er.
Kom maar.
Na jou.
- Zal ik dat overnemen?
Dat is mijn vader.
Hij ziet er aardig uit.
Hij lijkt sprekend op u.
Nee, ik lijk eigenlijk
helemaal niet op hem.
Mijn vader is naar de oorlog.
De mijne is ook gegaan.
Maar dat is lang geleden.
Vóór deze vreselijke winter.
- Winter is best leuk.
Je hebt schaatsen,
sneeuwbalgevechten...
En Kerstmis.
- Hier niet.
We hebben al honderd jaar
geen Kerstmis meer.
Al honderd jaar geen cadeautjes?
Altijd winter, nooit Kerstmis.
Het is een lange winter.
's Zomers had je 't hier
heerlijk gevonden.
Wij faunen dansten de hele nacht
met de dryaden...
...en we werden nooit moe.
En muziek. De muziek...
Wil je soms een stukje horen?
Heel graag.
Ben je toevallig bekend...
...met onze slaapliedjes?
Het spijt me.
Heel goed.
Want dit lijkt daar waarschijnlijk
helemaal niet op.
Ik moet weg.
- Dat kan niet meer.
Ik ben zo'n slechte faun.
Je bent de aardigste faun
die ik ken.
Dan ben je 't wel
heel slecht gewend.
Zoiets ergs kun je niet
hebben gedaan.
Het is niet iets wat ik heb gedaan,
Lucy Pevensie.
Maar wat ik aan 't doen ben.
Wat ben je aan 't doen?
Jou kidnappen.
De Witte Heks.
Zij maakt 't winter en koud.
Ze heeft het bevolen.
Als we 'n mens vinden
moeten we die aan haar uitleveren.
Maar dat zou je nooit doen.
Ik dacht dat we vrienden waren.
Misschien weet ze 't al.
Ze heeft overal spionnen.
Zelfs sommige bomen
steunen haar.
Vind je 't verder terug?
Ik denk 't wel.
Red je 't nu wel?
Het spijt me.
Het spijt me zo.
Hou maar.
Je hebt 'm harder nodig dan ik.
Wat er ook gebeurt,
ik ben blij dat ik je heb ontmoet.
Ik voel me warmer
dan in honderd jaar.
Weg nu. Vooruit.
...achtennegentig, honderd.
Wie niet weg is, is gezien.
Ik ben terug. Niets aan de hand.
Stil. Hij komt.
Jullie hebben 't niet
helemaal begrepen.
Wil je niet weten
waar ik was?
Daar ging 't dus om.
Daarom zocht hij je.
Heb ik nu gewonnen?
Lucy doet 't niet meer.
Ik ben uren weg geweest.
Geen bos, alleen maar hout.
Eén spel tegelijk.
Niet iedereen heeft jouw fantasie.
Het is geen fantasie.
Zo is het genoeg.
Over zoiets lieg ik niet.
Ik geloof je.
Echt?
- Natuurlijk.
In de kast in de badkamer
zit een voetbalveld.
Hou nou 's een keer op.
Je maakt 't alleen maar erger.
Het was een grap.
- Doe 's volwassen.
Hou je kop.
Je bent heus papa niet.
Dat heb je fijn aangepakt.
Maar... het was er echt.
Susan heeft gelijk.
Zo is 't genoeg.
Waar ben je?
Ben je niet *** in 't donker?
Waar ben je?
Ik geloof je nu.
Blijf van me af.
- Wat nu weer?
Zeg dat hij van me afblijft.
Spreek jij de koningin aan?
Dat wist ik niet.
Dan weet je 't voortaan.
Wacht.
Hoe heet je, Zoon van Adam?
En hoe ben jij in mijn rijk gekomen?
Weet ik niet precies.
Ik volgde mijn zus.
Je zus? Met hoeveel zijn jullie?
- Vier.
Alleen Lucy is hier eerder geweest.
Ze had 'n faun ontmoet,
ene Tumnus.
Peter en Susan
geloofden haar niet.
Edmund, je hebt 't koud.
Kom maar hier zitten.
En nu iets warms te drinken?
Graag, Majesteit.
Alstublieft, Sire.
Hoe doet u dat?
Ik kan maken wat je maar wilt.
Mij groter maken?
Wat je maar wilt eten.
Turks fruit?
Ik zou graag kennismaken
met je broer en zussen.
Waarom?
Zo bijzonder zijn ze niet.
Ze zijn vast lang niet
zo verrukkelijk als jij.
Maar weet je,
ik heb zelf geen kinderen.
En jij bent nu net 'n jongen
die ik al zie als prins van Narnia.
Misschien wel koning.
Echt waar?
Maar niet zonder de anderen.
Bedoelt u Peter ook als koning?
Bij 'n koning horen bedienden.
Ik kan ze wel halen.
Zie je die twee heuvels?
Mijn huis ligt ertussenin.
Een paradijs, Edmund.
Hele kamers
volgepropt met Turks fruit.
Mag ik nu nog wat?
Niet je eetlust bederven.
En we zien elkaar toch
heel snel weer terug?
Ik hoop het, Majesteit.
Tot dan, lieve.
Ik zal je missen.
Edmund, jij bent er ook.
Geweldig, hè?
Waar was jij?
- Bij meneer Tumnus. Alles is goed.
De Witte Heks weet niet
dat hij mij heeft gezien.
De Witte Heks?
Ze noemt zich koningin van Narnia
maar is 't niet.
Gaat 't wel?
Je ziet er vreselijk uit.
Wat wil je dan?
Het is steenkoud.
Hoe komen we terug?
- Kom maar.
Deze kant op.
Peter. Word wakker.
Het bestaat echt.
Waar heb je 't over?
Narnia. In de kleerkast,
zoals ik vertelde.
Je hebt gedroomd.
Niet. Ik heb meneer Tumnus gezien
en Edmund was er ook.
Heb je de faun gezien?
Daar was hij niet bij.
Wat deed je eigenlijk?
Ik speelde 't gewoon mee.
Het spijt me.
Ik had 't niet
moeten aanmoedigen.
Maar je weet hoe kinderen zijn.
Ze weten nooit wanneer
het genoeg is.
Nog één keer
en jullie slapen in de stal.
Professor, neem me niet kwalijk.
Ik heb gezegd dat u
niet gestoord mag worden.
Het geeft niet.
Er is vast een reden voor.
Dit kleintje is toe aan warme chocola.
Kom maar.
Het delicate evenwicht
van mijn huishoudster is verstoord.
Het spijt ons.
Het gebeurt niet nog eens.
Het komt door Lucy.
Die huilde.
Ze is van streek.
- Vandaar het huilen.
Het is niets.
We kunnen 't wel aan.
- Dat zie ik.
Volgens haar is er een magisch land
in de kleerkast.
Wat zeg je nu?
De kleerkast, boven.
Lucy denkt dat er een bos is.
- Ze gaat maar door.
Waar leek het op?
- Alsof ze gek geworden was.
Niet zij. Het bos.
Bedoelt u dat u 't gelooft?
Jullie niet?
- Natuurlijk niet.
Logisch gezien kan het niet.
Wat leren ze jullie op school?
- Edmund zei dat ze deden alsof.
En hij spreekt normaal de waarheid?
- Dit zou de eerste keer zijn.
Als ze niet gek is en niet liegt, is het
logisch dat ze de waarheid spreekt.
Moeten we haar gewoon geloven?
Ze is toch jullie zus?
Jullie zijn haar familie.
Probeer je daarnaar te gedragen.
Peter loopt aan,
klaar om nog 'n wicket te nemen...
Wakker worden, dagdromertje.
Zullen we verstoppertje doen?
Dat vond jij kinderachtig.
Bovendien is frisse lucht goed.
Binnen is ook lucht.
Ben je klaar?
- En jij?
Goed zo, Ed.
- Jij bowlde.
De MacReddy.
De andere kant op.
Kom dan.
Dat geloof je zelf niet.
Achteruit.
Mijn tenen.
- Ik sta niet op je tenen.
Niet duwen.
Dit kan niet.
Wees maar niet ***.
Het is vast maar fantasie.
Zeggen dat 't ons spijt
is vast niet genoeg.
Nee. Dus niet.
Dat misschien wel.
Hou 's op.
Leugenaar.
Jij geloofde haar ook niet.
- Bied je excuses aan.
Zeg dat 't je spijt.
- Goed. Het spijt me.
Geeft niet.
Kinderen weten nooit
wanneer het genoeg is.
Grappig, ***.
Moeten we niet terug?
Kunnen we niet
even rondkijken?
Dat mag Lucy beslissen.
Ik wil jullie voorstellen
aan meneer Tumnus.
Op naar meneer Tumnus.
Zo kunnen we niet
door de sneeuw ploegen.
Deze mogen we vast wel lenen
van de professor.
En als je even nadenkt, dan blijven ze
logisch gezien in de kast.
Dat is 'n meidenjas.
- Weet ik.
...allemaal heerlijk eten...
Wie doet er nu zoiets?
De faun Tumnus wordt verdacht
van hoogverraad...
...tegen Hare Keizerlijke Majesteit
Jadis, koningin van Narnia...
...wegens het bijstaan
van haar vijand, de mens.
Getekend: Maugrim,
commandant van de geheime politie.
Leve de koningin.
Nu moeten we echt terug.
En meneer Tumnus dan?
Als contact met mensen strafbaar is,
kunnen wij niets doen.
Je snapt het niet, hè?
Ik ben die mens.
Ze weet dat hij me heeft geholpen.
We gaan naar de politie.
- Dit is de politie.
We bedenken wel iets.
Waarom?
Het is een misdadiger.
Zei die vogel 'pssst'?
Een bever.
Kom dan...
Kom maar.
Snuffelen kan je vergeten.
Lucy Pevensie?
Die heb ik weggegeven...
Aan Tumnus.
Hij kon 'm nog net doorspelen.
Gaat 't nog met hem?
Verderop.
Wat doe je?
- Ze heeft gelijk.
Is hij te vertrouwen?
Hij kent de faun, zegt hij.
Een bever hoort
niets te kunnen zeggen.
Alles in orde?
We stonden even te praten.
Beter op 'n veilige plek.
Hij bedoelt de bomen.
Kom dan. We moeten hier weg
voordat 't donker wordt.
Moeders heeft de ketel opstaan.
Lekker koppie thee.
Prachtig.
- Een aardigheidje.
't Is nog niet af. Maar dan
lopen we mooi binnen.
Bever? Ben jij dat?
Ik was doodongerust.
Als jij weer bij Das hebt gezeten...
Dat zijn geen dassen.
Ik had nooit gedacht
dat ik dit nog zou meemaken.
Moet je m'n pels zien.
Kun je niet tien minuten...
Een week, als 't zou schelen.
Kom binnen. Ik zal kijken
of er iets te eten is.
En beschaafd gezelschap.
Pas op waar je loopt.
Het is een rommeltje.
Bever steekt geen poot uit.
Genieten we van 't uitzicht?
Kunnen we Tumnus niet helpen?
Die zit in het huis van de Heks.
En wie door die poort gaat,
komt zelden terug.
Vis met sticks?
Maar er is hoop.
Volop hoop.
En heel wat meer dan hoop.
Aslan is onderweg.
Wie is Aslan?
Wie Aslan is?
Jij bent me 'n grappenmaker.
Jullie weten van niks, hè?
- We zijn hier nog niet lang.
Hij is de koning van 't hele bos.
De chef.
De echte koning van Narnia.
Hij is lang weg geweest.
- Maar hij is terug.
Hij wacht bij de Stenen Tafel.
Op ons?
- Nou moet je ophouden.
Ze kennen de voorspelling niet.
Dus...
- Luister.
Aslans terugkeer...
...de arrestatie van Tumnus,
de geheime politie:
Alles komt door jullie.
Door onze schuld?
- Welnee. Niet door jullie.
Dankzij jullie.
- Er is een voorspelling.
'Zetelen Adams vlees
en Adams bloed...
...in Cair Paravel op de troon...
...dan zal de boze tijd vergaan.'
Dat rijmt niet.
- Weet ik wel.
Maar daar gaat het niet om.
Het is lang geleden voorspeld...
...dat twee Zonen van Adam
en twee Dochters van Eva...
...de Witte Heks zullen verslaan
en vrede zullen brengen.
Dat zouden wij zijn?
Hopelijk wel.
Aslan rust jullie leger uit.
Ons leger?
Mama stuurde ons weg
om de oorlog te ontlopen.
U begaat 'n vergissing.
Wij zijn geen helden.
We komen uit Finchley.
Dank u wel voor de gastvrijheid.
Maar we moeten echt weg.
- Dat kan je niet maken.
Hij heeft gelijk.
We moeten meneer Tumnus helpen.
We kunnen niets doen.
Het spijt me.
We moeten alle vier naar huis.
Ik vermoord hem.
- Dat hoeft misschien niet.
Is Edmund eerder
in Narnia geweest?
Sneller.
Ze horen je.
Laat los.
- Je speelt 'r in de kaart.
Moeten we 'm laten gaan?
Hij is 't lokaas.
Ze wil jullie alle vier.
Waarom?
Anders komt de voorspelling uit.
Jullie moeten dood.
Het is allemaal jouw schuld.
- Mijn schuld?
Het was nooit gebeurd
als je had geluisterd.
Wist jij wat er zou gebeuren?
Ik wist dat we terug moesten.
Hou op.
Zo helpen we Edmund niet.
- Ze heeft gelijk.
Alleen Aslan kan hem helpen.
Breng ons bij hem.
Geen beweging,
of je beweegt nooit meer.
Wie ben je?
- Edmund.
De koningin heeft me uitgenodigd.
Ik ben een Zoon van Adam.
Excuus, fortuinlijke
favoriet van de koningin.
Of wellicht niet zo fortuinlijk.
Volg mij maar.
Wacht hier.
Bevalt het?
Ja, Majesteit.
Dat dacht ik wel.
Vertel eens:
Zijn je zusjes doof?
En je broer, is hij...
...achterlijk?
Volgens mij wel, maar mama...
Hoe durfje hier dan
alleen te komen?
Ik heb 't geprobeerd.
- Ik vraag zo weinig.
Ze luisteren niet.
- Zelfs dat is te veel.
Ze zijn halverwege.
Ze zijn thuis bij de bevers.
Dan ben je toch
geen totale mislukking, hè?
Ik vroeg me af:
Zou ik misschien
een beetje Turks fruit mogen?
Onze gast heeft honger.
Deze kant op om te smullen.
Maugrim?
Je weet wat je moet doen.
Vlug, ze zitten achter ons aan.
Goed.
- Wat doet ze?
Het is een lange reis, en Bever
wordt knorrig als hij honger heeft.
Ik ben nu al knorrig.
Grijp ze.
Moet er jam mee?
- Als de Heks toast heeft.
Maak voort.
Dit hebben Das en ik gegraven.
Leidt naar zijn huis.
Naar je moeder, zei je.
Ze zijn in de tunnel.
Deze kant op.
- Snel.
Rennen.
Had een kaart meegebracht.
Die kon niet meer bij de jam.
Snel, Lucy.
Wat erg, lieverd.
Hij was mijn beste gabber.
Wat is dit?
Het lot van wie de Heks trotseert.
Eén stap, verrader,
en ik knaag je aan splinters.
Rustig, ik sta aan de goede kant.
Je lijkt verdacht veel op die anderen.
- Een ongelukkige familiegelijkenis.
Afkomst straks,
nu moeten we wegwezen.
Wat is 't plan?
Goeiendag, heren.
Zijn we iets kwijt?
Geen geslijm.
Ik weet aan welke kant jij staat.
We zoeken mensen.
Mensen? Hier in Narnia?
Die informatie is geld waard.
Je beloning is je leven.
Veel is 't niet...
...maar goed:
Waar zijn de voortvluchtigen?
Noord. Naar het noorden.
Volg hun spoor.
Ze hielpen Tumnus.
De Heks was hier vóór mij.
Gaat 't wel?
Blaften ze maar harder
dan ze beten.
Niet zo kronkelen.
Je bent nog erger dan Bever in bad.
Dieptepunt van 't jaar.
Mijn dank voor jullie zorg,
maar mijn tijd is op.
Ga je weg?
- Het was me een eer, Majesteit.
Aslan heeft me gevraagd
troepen bijeen te brengen.
Heb je Aslan gezien?
- Hoe is hij?
Zoals we altijd hebben gehoord.
Een goede steun
in jullie strijd tegen de Heks.
Wij strijden niet tegen heksen.
Maar, koning Peter, de voorspelling...
Zonder jou kan het niet.
We willen onze broer terug.
Als...
Als je dat niet opeet...
Ik zou wel opstaan, maar:
Mijn benen.
Meneer... Tumnus.
Wat er van hem rest.
Lucy Pevensies broer.
- Edmund.
Je hebt dezelfde neus.
Gaat 't goed met je zus?
Is ze buiten gevaar?
Ik weet het niet.
Mijn politie heeft
die hele dam gesloopt.
Die familie van je is spoorloos.
Waar zijn ze?
- Weet ik niet.
Dan ben je nutteloos.
Wacht.
De bever zei iets over Aslan.
Aslan?
Waar?
Hij is hier vreemd.
Natuurlijk weet hij niets.
Ik zei: Waar is Aslan?
Dat weet ik niet.
Toen was ik al weg.
Ik wilde naar u toe.
Bewaarder.
Bevrijd de faun.
Waarom ben je hier?
Omdat ik geloof in een vrij Narnia.
Jij bent hier...
...omdat hij je verraden heeft.
In ruil voor snoep.
Breng hem naar boven.
En maak mijn slee klaar.
Edmund mist zijn familie.
Aslans kamp
is bij de Stenen Tafel.
Over de bevroren rivier.
- Rivier?
Die is al honderd jaar bevroren.
Het is zo ver.
- Het is de wereld.
Moet die klein zijn?
Kleiner.
Als je zover bent,
Zoon van Adam.
Vooruit, mensen.
Voordat we bejaard zijn.
Als hij nog één keer 'vooruit' zegt,
maak ik 'n bevermuts van hem.
Doorlopen.
Hij wordt wel 'n beetje bazig.
- Achter je. Daar komt ze.
Vlucht.
Naar binnen.
Duiken.
Misschien is ze weg.
Ik ga wel kijken.
- Nee.
Dood ben je niets waard.
Jij ook niet, Bever.
Dank je, lieverd.
Kom maar.
Als jullie braaf zijn geweest,
is er bezoek.
Vrolijk kerstfeest, kerstman.
- Zeker nu jullie er zijn, Lucy.
Ik heb 'n heleboel meegemaakt...
We dachten dat u de Heks was.
- Dat spijt me.
Maar als ik mezelf mag verweren:
Ik rijd hier langer in dan de Heks.
Ik dacht dat Narnia
geen Kerstmis had.
Nee. Het is lang geleden.
Maar de hoop die u hebt gebracht,
Majesteiten...
...verzwakt de macht van de Heks.
Maar dit kan alsnog
van pas komen.
Cadeautjes.
Het sap van de vuurbloem.
Eén druppel geneest iedere wond.
Al hoop ik dat je
hem nooit nodig hebt...
Dank u wel, maar:
Ik ben moedig, denk ik.
Vast wel.
Veldslagen zijn altijd kwalijk.
Vertrouw op deze boog.
Dan mist hij niet licht.
Veldslagen zijn toch altijd kwalijk?
Je kunt je mondje heel goed roeren.
Maar blaas hierop, waar je ook bent,
en je krijgt hulp.
De tijd om dit te gebruiken,
kan nabij zijn.
Het is gereedschap, geen speelgoed.
Draag het met wijsheid.
Nu moet ik ervandoor.
De winter is bijna voorbij.
En na honderd jaar valt er
heel wat in te halen.
Leve Aslan.
En vrolijk kerstfeest.
Vrolijk kerstfeest.
- Dank u wel.
Tot volgend jaar.
Zie je wel dat hij bestaat.
Hij zei dat de winter bijna voorbij was.
En dat betekent...
Geen ijs meer.
We moeten nu oversteken.
- Bevers maken dammen.
Zo snel ook weer niet.
Denk nou even na.
- We hebben geen 'even'.
Ik ben realistisch.
Nee, je wilt slim zijn.
Zoals gewoonlijk.
Misschien moet ik maar eerst.
Misschien wel.
Jij hebt dubbele porties
zitten eten.
Je weet nooit wat je laatste maal wordt.
Zeker als jij kookt.
Als mama dit wist...
Zij is niet hier.
Rennen.
Sneller.
Doe weg, jongen.
Je bezeert je nog.
Denk niet aan mij.
Rijg hem aan je zwaard.
Vertrek nu, en je broer mag mee.
Moeten we niet
naar hem luisteren?
Heel verstandig.
Niet luisteren.
Steek hem dood.
Dit is jullie oorlog niet.
Mijn koningin wil alleen
dat jullie vertrekken.
Een zwaard van 'n man in een rode jas
maakt je geen held.
Laat vallen.
Narnia heeft je nodig.
Maak 'm af nu je de kans hebt.
Wat wordt 't, Zoon van Adam?
Ik blijf niet eeuwig wachten.
En de rivier ook niet.
Hou je aan mij vast.
Dat knapt op.
Wat heb je gedaan?
Heeft iemand mijn jas?
Maak je geen zorgen.
Je broer zorgt goed voor je.
En die bontmantels hebben jullie
niet meer nodig.
Wat is het warm.
Even de slee nakijken.
Majesteit.
De verrader verzamelde uw vijanden
bij het Westelijke Woud.
Leuk dat je even langswipt.
Je hebt mijn wolven mooi geholpen.
Nu mag je mij helpen.
Vergeef me, Majesteit.
- Vleien is zinloos.
Ik wil niet onbeleefd zijn,
maar ik had 't niet tegen jou.
Waar zijn de mensen heen gegaan?
Wacht, niet doen. Bever zei dat Aslan
een leger bij de Stenen Tafel had.
Dank je, Edmund.
Fijn dat dit schepsel ziet
wat eerlijkheid is...
...voordat het sterft.
Denk na aan wiens kant je staat.
De mijne...
...of die van hen.
Ga vooruit.
Roep de getrouwen bijeen.
Als Aslan oorlog wil...
...kan hij oorlog krijgen.
Waarom kijken ze allemaal zo?
Misschien vinden zij jou raar.
Niet frutselen.
Je bent beeldschoon.
We zijn gekomen voor Aslan.
Welkom Peter, Zoon van Adam.
Welkom Susan en Lucy,
Dochters van Eva.
Welkom Bevers.
Mijn dank is groot.
Waar is de vierde?
Daarom zijn we hier.
Om uw hulp te vragen.
We hebben problemen gehad.
De Witte Heks heeft onze broer.
Hoe kon dat gebeuren?
Hij heeft hen verraden.
En dus ons allemaal.
- Zwijg Oreius. Er is vast 'n verklaring.
Het is mijn schuld.
Ik was te streng.
Wij allemaal.
Hij is onze broer.
Ik weet het.
Dat maakt het verraad des te erger.
Dit is lastiger dan je denkt.
Dat is Cair Paravel,
het slot van de vier tronen.
Op een daarvan moet jij zitten,
als hoogste koning.
Twijfel je aan de voorspelling?
Dat is 't juist.
Ik ben niet wie je denkt dat ik ben.
Peter Pevensie, voorheen uit Finchley.
Bever zei ook iets
over een muts.
Een Verborgen Kracht, sterker dan wij,
heerst over heel Narnia.
Die scheidt goed van kwaad,
en bepaalt ons lot.
Het jouwe en het mijne.
Ik bescherm mijn familie niet eens.
- Ze zijn veilig hier.
Niet allemaal.
Ik zal doen wat ik kan
om je broer te helpen.
Maar overweeg
wat ik van je vraag.
Ik wil ook mijn familie
beschermen.
Zit ons prinsje ongemakkelijk?
Moet zijn kussen opgeschud?
Speciale behandeling
voor de speciale knul.
Dat wilde je toch?
Je lijkt op mama.
Die heeft al jaren
niet meer zo'n jurk.
Laten we er een meenemen.
Een koffer vol.
Als we ooit terugkomen.
Sorry dat ik zo doe.
We maakten vroeger plezier, hè?
Voordat jij saai werd.
Vind je dat?
Niet vluchten.
We zijn moe.
- We doden jullie liever snel.
Achteruit.
Hou nou op.
Dit hebben we al 's gehad.
We weten dat je 't niet durft.
Peter, kijk uit.
Wapens weg.
Dit is Peters gevecht.
Je denkt dat je koning bent,
maar je gaat sterven.
Als een hond.
Volg hem.
Hij gaat naar Edmund.
Reinig je zwaard.
Sta op, heer Peter Wolvendoder.
Ridder van Narnia.
Minotauren op de linkerflank, de
reuzen als reserve. De dwergen voorop.
De gevangene.
U vermoordt me niet?
Nog niet.
We moeten aan 't werk.
Gebeurd is gebeurd.
We spreken er niet meer over
met Edmund.
Gaat 't?
- Ik ben 'n beetje moe.
Ga maar slapen.
En, Edmund?
Blijf je in de buurt?
Er is toast genoeg in Narnia.
Ze geven wat mee voor onderweg.
Gaan we naar huis?
Jullie.
Ik zou jullie beschermen.
Ik kan zelf wel hier blijven.
Ze hebben ons nodig.
Alle vier.
Het is te gevaarlijk.
Edmund en jij waren bijna dood.
Daarom moeten we blijven.
Ik weet wat de Witte Heks kan.
Ik heb haar geholpen.
We kunnen het volk
er niet voor laten opdraaien.
Dat is dan duidelijk.
Waar ga je heen?
Oefenen.
Punt omhoog,
zoals Oreius 't voordeed.
En garde.
- Pareren.
Hu, paard.
Ik heet Philip.
De Heks eist 'n onderhoud
met Aslan.
Ze is onderweg.
Jadis, koningin van Narnia.
Jadis, koningin van Narnia.
Keizerin van de Verlaten Eilanden.
Er is 'n verrader in jullie midden.
Zijn verraad was niet
tegen jou gericht.
Ben jij de wetten van Narnia vergeten?
Jij hoeft de Verborgen Kracht
niet te citeren.
Ik was erbij toen hij geschreven werd.
Dan weet je nog
dat verraders mij toevallen.
Zijn bloed is mijn eigendom.
Probeer het maar.
Dacht je dat geweld
mij m'n recht kon ontzeggen?
Klein koninkje?
Aslan weet dat,
tenzij ik mijn gerechte bloed krijg...
...heel Narnia
omver wordt geworpen...
...en zal vergaan in vuur en water.
Die jongen...
...sterft op de Stenen Tafel.
Dat is de traditie.
Dat weiger jij me niet.
Genoeg.
Ik spreek alleen met je.
Ze geeft haar aanspraak
op de Zoon van Adam op.
Hoe weet ik
dat je je belofte houdt?
Horen jullie niet in bed?
We konden niet slapen.
Aslan, alsjeblieft.
Mogen we niet mee?
Gezelschap zou welkom zijn.
Het is tijd.
Van hier moet ik alleen verder.
Maar...
Jullie moeten me vertrouwen.
Dit is noodzakelijk.
Dank je, Susan.
Dank je, Lucy.
En vaarwel.
Zie: de grote leeuw.
Poesje mauw.
Wil je melk?
Waarom doet hij niets?
Bind hem vast.
Wacht.
Scheer hem eerst kaal.
Breng hem bij me.
Weet je, Aslan...
Je stelt me 'n tikje teleur.
Dacht je echt
dat je de verrader kon redden?
Jij geeft me je leven...
...en je redt niemand.
Liefde. Het mocht wat.
Vannacht...
...wordt de Verborgen Kracht
tevredengesteld.
Maar morgen...
...veroveren wij Narnia...
...voor altijd.
In die wetenschap...
...wanhoop...
...en sterf.
De grote kat...
...is dood.
Generaal.
Maak uw troepen gereed.
Hoe kort de slag ook duurt.
Het is te laat.
Hij is er niet meer.
Hij moet 't hebben geweten.
Ga weg, jullie.
Kijk.
We moeten 't gaan zeggen.
En hem achterlaten?
Het kan niet.
Ze moeten het weten.
De bomen.
Stil, prinsen.
Ik breng droeve tijdingen
van uw zusters.
Ze heeft gelijk.
Hij is dood.
Dan moet jij de leider zijn.
Er staat een leger klaar
dat jou wil volgen.
Ik kan 't niet.
- Aslan dacht van wel.
En ik ook.
Het leger van de Heks nadert.
Wat zijn uw orders?
Ze zijn talrijker
en zwaarder bewapend dan wij.
Aantallen winnen de slag niet.
Maar 't scheelt vast wel.
Gevangenen hoef ik niet.
Dood hen allemaal.
Val aan.
Kijk omhoog.
Sta je aan mijn zijde?
Tot de dood.
Voor Narnia.
En voor Aslan.
We moeten gaan.
Ik heb 't zo koud.
Waar is Aslan?
Wat hebben ze gedaan?
We zagen het mes. De Heks.
Als de Heks werkelijk wist
wat een offer is...
...had ze de Verborgen Kracht
anders opgevat.
Als iemand zich opoffert
om te sterven voor een verrader...
...zal de Stenen Tafel breken.
En zelfs de dood
zal worden teruggedraaid.
Ze weten dat je dood bent.
Peter en Edmund leveren nu slag.
We moeten helpen.
Dat doen we.
Maar niet alleen.
Klim op mijn rug.
Het is ver, en er is weinig tijd.
En houd je oren maar dicht.
Vuur.
Terugtrekken.
Lok ze naar de rotsen.
Dat is het sein.
Vooruit.
Waar gaan we heen?
Hou je vast.
Stop.
Dit is...
Meneer Tumnus.
Doorzoek snel het slot.
Peter heeft iedereen nodig.
Ze zijn met te velen.
Je moet hier weg.
Breng de meisjes naar huis.
Je hebt 't gehoord.
Peter zei: Wegwezen.
Hij is nog geen koning.
Dat kan niet.
Het is afgelopen.
Waar is Edmund?
Doe je nu wat je gezegd wordt?
Aan de glinsterende Oostelijke Zee...
...geef ik koningin Lucy de Dappere.
Aan het Westelijke Woud:
Koning Edmund de Rechtvaardige.
Aan de stralende Zuiderzon:
Koningin Susan, de Goede.
En aan de heldere Noorderhemel:
Koning Peter...
...de Grote.
Eens koning of koningin van Narnia...
...altijd koning of koningin.
Moge uw wijsheid ons leiden
tot de sterren uit de hemel vallen.
Leve koning Peter.
Leve koning Edmund.
Leve koningin Susan.
Leve koningin Lucy.
Maak je geen zorgen.
We zien hem terug.
Wanneer?
- Ooit.
Nu eens is hij er en dan weer niet.
Je mag niet aandringen.
Het is geen tamme leeuw.
Maar wel een goede.
Jij hebt 'm harder nodig dan ik.
Gaat 't nog, Philip?
Ik word een dagje ouder.
Even uitpuffen.
- Dan kunnen we 't wild vergeten.
Wat zei hij, Susan?
- 'Laat mij dat hert maar schieten.'
Wat is dit?
Komt me bekend voor.
Als een droom.
De droom van een droom.
Legek Amer.
Lucy.
- Niet nog 's.
Dit zijn geen takken.
Het zijn jassen.
- Je staat op mijn voet.
Ga opzij.
Ik ga wel eerst.
Ik sta niet op je tenen.
Daar zijn jullie.
Wat deden jullie in de kleerkast?
Dat zou u nooit geloven.
Probeer maar.
Zo kun je niet meer terug.
Ik heb 't al geprobeerd.
Kunnen we ooit terug?
Ik denk 't wel.
Maar waarschijnlijk
als je 't niet verwacht.
Ik zou maar goed opletten.
Sync versie: H264 BDRip 5.1 ch-SecretMyth: Pid0ck
Gedownload van www.ondertitel.com