Tip:
Highlight text to annotate it
X
Prachtig liedje, man.
Ik hou van die sound.
Probeer het niet.
Ik knoop gewoon mijn veter dicht.
Als je iets wil uithalen,
kom ik je direct achterna.
Ik doe niets, gewoon maar
mijn veter dichtknopen.
Kijk, ik geef je zelfs iets.
Speel maar rustig verder.
Ik hou van je, man.
Bedankt.
Hou je dit even vast? Bedankt.
Geef verdomme die tas terug, klootzak.
Vooruit. Geef hier.
Geef die tas hier.
In hemelsnaam.
Waar ben jij mee bezig?
- Sorry, ik ben gewoon zo moe en ziek.
Ik kon het niet helpen.
Hier is je geld. Het komt omdat ik ziek ben.
Hier ligt nog 20 cent.
Durf mij nooit meer te bestelen.
Ik probeer ook maar wat geld te
verdienen, net als iedereen.
Ik heb ook nog op straat gestaan.
Het spijt me. Ik hou van je, man.
Als je geld wil, vraag het me dan.
Laat me je er niet voor moeten
achternazitten in de straten.
Kun je misschien wat geld missen?
Hier, pak aan.
Hoe gaat het met je moeder?
Ze is dood.
Hoe kon ik dat nu weten?
Laat maar zitten.
Ik zie je nog wel.
Hier, dit is ook nog van jou.
- Tot later.
Bedankt.
10 cent.
Fantastisch. Bedankt.
Excuseer?
Sorry.
Nog zo eentje?
Kan ik me niet veroorloven.
Heb jij die song van daarnet geschreven?
- Ik ben ermee bezig.
Is dat geen bestaand liedje?
Nee, het bestaat nog niet.
Waarom speel je het nooit overdag?
Ik zie je hier elke dag.
Overdag horen mensen liever iets dat
ze kennen, dat ze herkennen.
Ik zou geen geld verdienen met dit liedje.
Ze zouden niet luisteren.
Ik luister toch.
En jij gaf me... 10 cent.
- Doe je het dan voor het geld?
Waarom ga je niet in een winkel werken?
- Ik werk in een winkel.
Ik moet verder spelen.
Leuk je te ontmoeten.
Voor wie heb je dat liedje gemaakt?
Voor niemand.
Wie is ze?
Waar is ze?
Ze is weg.
Is ze dood?
Nee, ze is gewoon weg.
Hou je nog van haar?
Je bent er overheen?
Dat is onzin.
Niemand die zo'n liedjes schrijft
is er overheen.
Ik verzeker het je.
Als je dit liedje voor haar speelt,
komt ze naar je terug.
Ik wil haar niet terug.
Ach zo.
In welke winkel werk je?
In een Hoover herstellingszaak.
Hoover?
De stofzuiger.
Herstel jij stofzuigers?
Ik heb een kapotte stofzuiger.
Wil je hem herstellen?
Zal ik hem morgen meebrengen?
Dit is geweldig.
Tot morgen.
...niet te bereiken.
Laat een bericht achter na de biep.
Heb je die nog niet klaar?
- Ik ben er mee bezig.
Ik ga de stad in.
Ik sluit de winkel af.
Wat eten we straks?
- Waarschijnlijk vis.
Ik heb mijn stofzuiger meegebracht.
Wat scheelt eraan?
Hij is kapot, hij zuigt niet meer.
Nu kan ik niets doen.
Ik heb mijn gereedschap niet bij.
Ik neem nu mijn middagpauze.
Kun je hem morgen meebrengen?
Ik heb hem vandaag meegebracht.
Ik kan niets doen zonder gereedschap.
Ik moet hem naar huis meenemen.
Als ik met je meekom,
wil je er dan naar kijken?
Je begrijpt me niet.
- Zal ik dan maar meekomen?
Gaan we iets eten?
Gaan we samen iets eten?
Heb je honger?
- Altijd.
Ken je iets van muziek?
Mijn vader speelde in een orkest.
Hij speelde viool.
Ik wilde het ook leren,
maar toen pleegde hij zelfmoord.
Maar voordien leerde hij me
piano spelen.
Dat is beter voor de vingers, zei hij.
Speel jij soms muziek?
Ik heb thuis geen piano.
Die kosten veel te veel geld,
dat kan ik niet betalen.
Ja, die zijn duur, hé.
Soms mag ik piano spelen
in de muziekwinkel.
Eén uur per dag, tijdens mijn middagpauze.
Is die winkel hier ergens?
Wil je me horen spelen?
Nu?
Mogen we binnenkomen?
Dat is de man waarover ik het had.
Een zeer lieve man.
Mag ik vandaag eens spelen?
- Ja, doe maar.
Niet op de kleine Yamaha,
die is verkocht.
Welke zal ik vandaag eens kiezen?
Wat vind je ervan?
Ongelooflijk.
Heb jij dat geschreven?
Nee, Mendelsohn schreef het.
Het is goed.
Speel nog eens één van jouw liedjes.
- Nee.
Niet hier.
- Waarom? Het geeft niet voor hem.
Meen je dat?
Ik zet dit hier neer.
Het is in C.
- Ja, dat zie ik.
Het klinkt zo.
Kun je het eens spelen?
Dan is er een stukje dat zo klinkt.
Je hebt die twee stukjes, en dan
klinkt het koor zo.
Perfect.
Wil je het eens samen proberen?
Hier verandert het.
Ik heb het een jaar geleden geschreven.
Toen was ik gek en gelukkig.
Vertel er eens over.
Over gek zijn?
Over het meisje waarvoor je
dit liedje schreef.
Komaan.
Wat heeft ze je aangedaan?
Tien jaar geleden werd ik verliefd...
op een Iers meisje, dat mijn hart stal.
Maar zij neukte een kerel die ze kende.
En ik bleef achter met een gebroken hart.
Een sukkel van een Hooverhersteller
met een gebroken hart.
Op een dag ga ik erheen
om haar terug te winnen.
Maar zolang blijf ik gewoon een sukkel.
Is ze nu bij hem?
Dat weet ik niet.
Waar is ze?
Ze woont in Londen.
Ergens rond Chesake.
Ik mis haar wel, weet je.
Ga je haar niet zoeken?
Naar de hel met haar.
Ze is weg.
Ze is voor altijd vertrokken.
Sorry.
Ik weet dat ze terugkomt.
Geef me die schroefdraaier eens.
En de nijptang.
Uw zoon is zeer getalenteerd, meneer.
Dat moet wel,
ik heb ook veel talenten.
Ik bedoelde zijn liedjes.
Is dat zo?
- Ja, zeer.
Dit is het.
Dit zou moeten passen.
We zijn bijna klaar.
Hoeveel moet ik u?
Hou je geld maar. Het is gratis.
- Niets is gratis. Hoeveel?
Laten we zeggen 48.
We gaan even naar boven.
Moest ik hier nog iets doen?
Nee, je kunt gaan.
Het was leuk u te leren kennen, meneer.
Bedankt.
Kom binnen.
Daar zijn we dan.
Kun je dit op cd zetten
zodat ik ernaar kan luisteren?
Ik moet nu weg.
Wil je niet blijven?
- Wat bedoel je?
Hier blijven vannacht.
Wat?
Dit is klote. Bedankt voor de
stofzuiger. Tot ziens.
Hoe gaat het met je?
Wacht, ik wilde je de cd's geven
die ik gemaakt heb.
Ik voelde me eenzaam en
jij zag er geweldig uit.
Ik heb het verkloot, en ik...
Ik weet niet wat gezegd.
Het zal niet meer gebeuren.
Heb je een cd-speler?
De batterijen zijn bijna leeg,
maar hij moet het nog doen.
Je krijgt hem terug.
- Geen probleem. Je mag hem houden.
Ik moet nu gaan.
Ik spreek je nog wel.
- Wil je niet wat praten bij een kopje thee?
Ik heb mijn verantwoordelijkheid.
Ik moet naar huis.
Vind je het goed als ik een eindje
met je meeloop?
Hoe ging het vandaag?
- We hebben goed verkocht.
Vandaag was een goede dag voor mij.
Ik ben aangeworven om in een groot huis
te kuisen.
De mevrouw betaalt goed.
Ik ben zeer gelukkig.
Hier woon ik.
Goed dan.
Wil je binnenkomen?
Ja, zeker.
Hallo, jongens.
Hoe gaat het vandaag?
- Dat gaat wel.
Hoe was het op je werk?
- Geweldig.
Tot ziens.
Dag schoonheid.
Dit is een vriend van me.
Dit is mijn moeder.
Aangename kennismaking.
Hoe maakt u het?
Dit is mijn dochter Ivanca.
Wil je blijven eten?
Ja, dank u.
Ga je niet zitten?
- Ja, natuurlijk.
Wat zei ze?
Ze zegt dat je knap bent.
Wat?
- Dat je knap bent.
Hoe zeg ik "bedankt"?
Graag gedaan, zegt ze.
Waarom spreek je geen Engels, mama?
- Nee, dank je.
Voorzichtig Ivanca, doe dat niet.
- Ze mocht van mij.
Waar is haar vader?
- Die woont hier niet.
Waarom niet?
Hij is thuis.
Dat zijn de buren.
Ze komen TV kijken.
Er is maar één TV in het gebouw.
We kijken samen naar Fire City.
We houden van Fire City.
- Engels leren met Fire City?
Bent u niet zwanger?
Hoe gaat het, man?
Wat scheelt er met je?
Leg haar hier maar.
Ze slaapt door.
Heb je nog geen tekst voor dit liedje?
Het klinkt heel mooi.
Ik hou ervan.
Ik heb een paar teksten,
maar die zijn niet goed.
Ik heb wat tekst, maar ik vind
hem niet goed.
Vind je het mooi?
- Prachtig.
Wil je me helpen om er
een tekst bij te schrijven?
Mag ik dat echt doen?
- Zou je dat leuk vinden?
Mag ik de cd houden en de tekst schrijven?
- Ja, doe dat.
Ik had het er moeilijk mee.
Te romantisch voor mij.
Het is romantisch.
Je romantisch trekje.
Ik heb nog romantische trekjes gehad.
Wanneer?
Toen ik zo oud was als jij.
Juist, nu ben je een oude man.
- Op sterven na dood.
Wat cynisch.
Je moet nu vertrekken.
Bedankt voor de stofzuiger,
het eten en de liedjes.
Graag gedaan.
Bedankt voor het gezelschap.
Ik had het nodig.
- Ik ook.
Laat me weten als je eens
wil gaan wandelen.
Dat gaat niet.
Tot ziens.
Stomme batterijen.
Ik betaal je terug.
Hé, hoe gaat het?
- Zeer goed.
Ik heb beslist dat ik naar Londen ga.
- Dat is geweldig.
Ja, het zal nuttig zijn.
- Proficiat.
Wanneer vertrek je?
Ik vertrek maandag.
- Dat is snel.
Goed voor jou.
Je krijgt je meisje terug...
en je zal een platencontract krijgen.
Je wordt beroemd.
Voor ik vertrek wilde ik een paar
liedjes opnemen.
Een paar liedjes die ik gisteren
nog speelde.
Ik hou echt van de manier waarop
jij speelt en zingt.
Zou je bereid zijn om ze
samen met mij op te nemen?
Mag ik zingen en spelen?
Dat zou ik heel graag doen.
Dan zal je voor enige dagen mijn band zijn.
Dat was het eerste wat ik moest regelen.
Nu komt nog al de rest.
Goed, mensen, wees welkom.
Ik zal jullie een rondleiding geven.
Dat is de opnamekamer.
Dit is een nieuwe opnamedesk.
Daar is je harde schijf en je notebook.
Dit kost jullie 3.000 voor een weekend.
3.000 is vrij goedkoop.
- Jij moet gek zijn. 3.000?
Kijk eens rond of alles er is
wat je nodig hebt.
Vind je dit goed?
We betalen 1.000.
Heb je zijn al liedjes gehoord?
Nog niet, nee.
- Hij is fantastisch.
Binnen een uur heb ik deze
plek verhuurd.
1.500 dan, dat is mijn maximum.
2.000 is bespreekbaar.
We spreken niet.
We schudden handen.
Op 3 schudden we handen.
2.000.
Ze weet te onderhandelen.
- Het is een taaie tante.
Wat vind je van deze winkel?
Ik koop hier al mijn kleren.
Dit is een prima winkel voor mij.
Goedkoop.
Mooie kleren.
Ben je klaar?
Ik ben klaar.
Dat ziet er goed uit.
Vind u het mooi?
- Je ziet er prachtig uit.
Kunnen we nu gaan?
De kwaliteit is niet zo goed, maar
met professioneel opnamemateriaal...
verzeker ik u dat hij een succes wordt.
Neem het mee naar huis,
en luister er daar eens naar.
Speel het af voor uw baas.
Ik ben zeker dat hij het goed vindt.
Mag ik u iets laten zien?
Hallo, kerels, hoe gaat het?
- Dat gaat wel.
Gaan de zaken een beetje traagjes?
- Zoals je zelf kunt zien.
Is dat alles?
- Dat is alles wat we verdienden.
Ik wilde iets vragen.
Mijn vriendin en ik gaan een demo maken.
- Lukt dat een beetje?
We zouden volgend weekend enkele songs
opnemen in een studio die we huurden.
Willen jullie soms meespelen?
- Worden ze opgenomen?
Ja, ze worden opgenomen.
Zijn het Lizzy-nummers?
- Nee, het zijn mijn eigen nummers.
Wij spelen enkel Lizzy-nummers.
Die liedjes van jou rocken wellicht niet
zoals die Lizzy-nummers.
Nee, dat doen ze niet.
Zijn er liedjes die we kunnen aanleren?
- Ik heb wel een paar liedjes.
Zijn ze goed?
- Ze zijn fantastisch.
Ik ken hen niet goed,
maar ze leken me aardige mensen.
Ik moest eerst mijn moeder bellen
en dan kunnen we gaan.
In orde, we kunnen vertrekken.
Wil iedereen plaatsnemen?
Ga zitten.
Is alles in orde, mensen?
- Perfect.
Leuk feestje?
Leuk dat u hier bent, meneer.
Kunt u zingen?
Ja, ik kan zingen.
Wat doe jij hier?
Ik kom kijken of je geen rondje wil rijden.
Is die van jou?
- Van mijn vader. Hij is er gek op.
Hij zou me vermoorden als hij
wist dat ik ermee rondreed.
Heb je zin om wat rond te rijden?
Ik zou wel willen, maar
ik moet straks werken.
Een andere keer dan?
Zo vaak kan ik er nu ook niet mee
rijden, maar het lukt nog wel eens.
Kunnen we terug zijn tegen de middag?
Ja, natuurlijk.
Wat ben je?
Je bent getrouwd.
Verbaast jou dat?
Toch wel.
Wanneer?
Al twee jaar, toen ik zwanger was
van Ivana.
Wie is hij?
Hij is geen goede vader.
Het is voorbij.
Ik ben alleen naar hier gekomen.
Gaat het wel?
Hoe zeg je 'oceaan' in het Tsjechisch?
Het lijkt er een beetje op.
Wat ga jij nu doen?
Ik weet het niet.
Er is zo'n grote afstand tussen wij beiden.
Jij bent helemaal anders dan ik
en zo veel ouder.
Dat kan nooit lukken.
Ik voel me gelukkig alleen.
Ik wil alleen niet dat Ivana opgroeit
zonder vader.
Hoe zeg je 'hou je van hem'
in het Tsjechisch?
Kom, we zijn weg.
Wat heb je gezegd?
Nu ga je mij leren motorrijden, niet?
- Geen sprake van.
Mag ik eens proberen?
- Nee.
Alsjeblieft?
- Nee, laat dat ding staan.
Leer mij er dan mee rijden.
Die is niet van mij.
Mijn pa zou gek worden.
Maar hij is hier toch niet.
- Voorzichtig.
Je pa is hier niet.
Mijn pa is geobsedeerd door dit ding.
Jij rijdt er toch mee?
Dat weet hij niet.
Weet hij dat niet?
Dan zal hij ook niet weten
dat ik er mee gereden heb.
Nee, je mag er niet mee rijden.
- Eén keertje maar.
Start hem eens op voor me.
- Nee.
Geef me de sleutels.
De sleutels zitten erop.
Bedankt voor de rit.
Tot morgen.
Bedankt, pa.
Dit is Amon. Hij zal zich het hele weekend
met jullie bezig houden.
Alles staat klaar.
De piano staat op je te wachten.
Thee en koffie vind je in de keuken.
Jullie zullen er veel nodig hebben.
Om de hoek is er een goede bistro,
waar je iets kunt eten.
Jullie beurt nu. Geniet ervan.
Ik spring later nog wel eens binnen.
Hoi jongens, aangename kennismaking.
We moeten nog wat kleinigheden regelen.
De drums moeten afgesteld worden.
Dat hebben we al gedaan.
We zouden die beter nog eens controleren.
- Dat hebben we al gedaan.
We moeten de microfoons opstellen
voordat we opnemen.
Hebben jullie al veel opgenomen?
Goed, we beginnen eraan.
Het zal me niet lukken. Ik zit hier in
de studio met een stel idioten.
Zijn jullie klaar?
Iedereen klaar?
Bij de tweede strofe verandert het ritme.
Het wordt 5/4 in de tweede strofe.
Ik geef je een sein als je moet invallen.
Jij speelt vanaf het begin mee.
Als je klaar bent.
Tot straks.
We zijn klaar voor take 1.
- Ben je zeker dat je klaar bent?
Volle aandacht, iedereen.
Daar gaan we, dit is...
track 1,
take 1.
Daar gaan we, jongens.
Het is zover.
Dat was mooi.
Heb jij dat geschreven?
We hebben het verdomme klaargespeeld.
We moeten nog wat
kleine aanpassingen doen.
Het is nu 4 uur in de morgen,
jullie moeten beslissen.
Willen jullie doorzetten
en het nog eens proberen?
Ik zou wel graag verder doen,
maar iedereen is uitgeput.
We zouden wel wat krachten
moeten opdoen.
Weet je wat?
Willen jullie een kwartier rusten?
- Natuurlijk.
Dan bekijk ik dit nog eens.
Laat ik het nog eens draaien.
Ik denk dat wij hier niet mogen zijn.
- Maak je geen zorgen.
Dit is een mooi stuk, niet.
Een prachtige piano, een Baldwin.
Een perfecte piano.
Speel er eens een van je liedjes op.
Ze zijn allemaal nog maar half afgewerkt.
- Probeer het toch maar.
Ik weet er wel eentje,
maar het is nog niet af en ik weet niet...
Speel het nu maar.
De teksten zijn nog niet goed.
- Het zal fantastisch klinken.
Heb je dat voor je man geschreven?
- Ja, en hij vond het maar niks.
Hij is een idioot.
Kom mee naar Londen met mij.
We zullen er liedjes maken en in een
leuke flat wonen. Breng Ivana mee.
Ja, we gaan naar Londen, en niemand
zal ons ooit nog vinden.
Niemand.
We zullen een fantastische band hebben
en in fantastische plaatsen spelen.
Zullen we samen een album maken?
Ik zou dat heel graag doen.
Dan doe ik de achtergrondstem.
En je speelt piano.
Nee, ernstig nu.
Mag mijn moeder meekomen?
We moeten opnieuw aan het werk.
Ze zullen er weg van zijn.
Denk je?
Tijd voor de wagentest.
Wat is de wagentest?
We hebben dit nu beluisterd door die
sterke studioluidsprekers.
Nu moeten we dat maar eens doen
via slechte luidsprekers.
We gaan een ritje maken en dit in
mijn auto beluisteren.
Hier heb je hem dan.
Het klinkt fantastisch.
Heel erg bedankt.
Het was geweldig om samen te werken.
Ik heb ervan genoten.
Ga nu maar wat slapen thuis.
- Nog eens bedankt.
Dit is het dan.
Het klinkt geweldig.
- Ja, toch?
Krijg ik er een?
Ik moet die kant op.
Waar ga je dan wel?
Naar huis.
Kom met mij mee. Ik maak je ontbijt
en we kunnen naar de cd luisteren.
Nee, ik moet naar Ivana.
En dingen regelen.
Dat moet jij ook.
Want jij vertrekt.
Naar Londen.
Welke regelingen moet jij treffen?
Ik heb gisteren met mijn man gebeld.
Hij komt naar hier.
Dat is geweldig.
Ik ben blij voor jou.
Ik hoop dat het zal lukken.
Ik zal er het beste van maken.
Dit is mijn laatste dag.
Ik zou graag met je ontbijten, of zo.
Je mag ook later terugkomen,
als je dat wil.
Waarom?
Om nog eens te luisteren hoe het klinkt.
Misschien nog iets te veranderen?
Dat zullen we niet doen.
Waarom zou ik dan langskomen?
Ik denk dat jij aan Hanky Panky denkt.
Hanky Panky?
Er zal geen Hanky Panky zijn.
Ik ben zeker van wel.
Misschien zou het wel leuk zijn.
Interessant.
- Denk je dat?
We zien wel hoe het uitdraait.
Kom later terug.
Goed, ik zal komen.
Ik kom later terug.
Ben je het zeker?
Ik kijk er naar uit.
- Ik ook.
Wat vind je ervan?
Bevalt het je?
Zit daar niet zo...
- Het is geweldig.
Vind je?
- Een fantastisch lied.
Dat moet je aan iedereen laten horen.
Wanneer vertrek je?
Ik heb een paar 100 pond
op een spaarboekje staan.
Ik zou je komen bezoeken
als je geïnstalleerd bent.
Wanneer zou je kunnen vertrekken?
Wat gebeurt er met het werk hier?
Lieve hemel.
Alles op zijn tijd.
Zal jij het redden?
- Wat bedoel je?
Ik ben jaren alleen geweest
voordat jij kwam opdagen.
Ik moet nu niet vertrekken, ik kan wachten.
- Ga maar.
Ik wens je alle geluk, mijn zoon.
- Dank je, pa.
Maak dat je moeder trots op je is.
Laat het nog eens horen.
Ik heb een paar liedjes opgenomen.
Hoe klinken ze?
Goed. Ik ben er tevreden mee.
Ik heb je gemist.
- Ik jou ook.
Wil je dat ik je ophaal aan de luchthaven?
Ik kom je wel opzoeken.
Ik ben blij dat je besloten hebt
om te komen.
Ik zal hier afgebroken worden.
Het geld is opgebruikt.
Is uw dochter thuis?
Weet u soms waar ze is?
Zij is werken.
Zij terugkomen avond.
Wilt u haar zeggen...
Ik ga weg.
Wilt u haar zeggen dat ik
haar zal opbellen?
Sorry, geen telefoon hier.
- Hebt u geen telefoon?
Ik zal haar schrijven, goed?
U schrijft haar brief?
U gaat weg?
Tot ziens, Ivana.
Mag ik de piano's eens bekijken?
- Ja, zeker.
Vertaling: Clovis-17