Tip:
Highlight text to annotate it
X
Dat doe je op straat.
Of thuis.
De rest is gelul.
Wat flik jij nou ?
Niet in mijn zaak.
Jij komt er niet meer in.
En jij... klootzak.
Je zou hier niet meer in
dat spul handelen.
Ik heb niets gedaan.
George, wat doe je hier ?
- Niets.
Dat bedoel ik.
Schiet een beetje op.
Nog meer rotzooi.
Dat is een Duitse lens. Ik heb
twee scheepsladingen vol.
Heb ik niets aan.
- Hoezo niet ?
Dat is de beste telescooplens
die er is.
Japans. En 't is een adapter.
Je hebt Japanse adapters gekocht.
Japanse adapters.
Heer, ik ben geen hap van
uw vlees waardig...
... en geen slok van uw bloed.
Oké, ik heb net gebiecht.
En ik kreeg de gebruikelijke straf.
Tien weesgegroetjes, tien Onze Vaders.
En de volgende keer doet ie
dat gewoon weer.
En die dingen zeggen me niets.
Het zijn maar woorden.
't Spreekt me gewoon niet aan.
Ik wil boeten zoals ik dat wil.
Ik bepaal mijn eigen strafwel.
Alleen de pijn telt, hé ?
De pijn van de hel.
De vlam van Lucifer. Maar dan
oneindig vergroot.
En daar spot je niet mee.
Pijn en hel zijn twee dingen.
De een kun je aanraken...
... en de ander voel je in je
hart... 't geestelijke.
En weet je...
De ergste van de twee is de
geestelijke.
Je bent gek, Charlie.
- Van 'n priester geleerd.
Ken je nog meer trucjes ?
- Eerst deze leren.
Ze is echt een kanjer.
Ik herhaal: Ze is een kanjer.
Maar ze is zwart.
Dat is duidelijk, hé ?
Maar dat maakt niets uit, hé ?
Nou ?
Klasse.
Marlboro ?
- Niet zo zeuren.
Misschien kan ik volgende week
iets beters krijgen.
Als je ze niet rookt,
verkoop ze dan.
Ik kom die week wel door.
- Blij toe.
Heb je Johnny Boy gezien ?
- Nee. Maar hij zou wel komen.
God weet wat ie uitspookt.
Ik denk dat ie me belazerd.
Zorg ervoor dat ie me een
keer gaat betalen.
Michael, niemand wil je naaien.
Dat garandeer ik je.
Bekijk 't eens van mijn kant.
Jij stond borg.
Wat als ie niet betaalt ?
Ik wil 't niet bij jou komen halen.
Ik had een afspraak met hem.
- Ja, ik betaal zijn schulden niet.
Ik regel 't wel.
- Hij heeft overal schulden.
Ik regel 't.
Kom op, ga zitten.
We zijn hier onder vrienden.
Ik snap jou niet.
- Hoezo ?
Wat moet je met dat joch ?
Hij is een zwerver.
Zeur niet zo, Michael.
- Wat is er dan.
Hij heeft familieproblemen.
Maar 't is een goed joch.
Hou je goed.
Kom op, meiden.
Geef je jassen af.
Wilt u deze even ophangen ?
Maar m'n lange ondergoed
hou ik aan.
Daar is ie dan.
Is dat de onderbroek
met die hartjes ?
Na jullie.
Dank u, Heer. U heeft mijn
ogen geopend.
Dit is dus onze straf.
We houden ons aan Uw regels.
Of niet ?
Hoe gaat ie ?
- En jij ?
Moet je deze twee schoonheden
eens zien.
Dit zijn m'n vrienden. Charlie.
Tommy, de eigenaar.
Hoe heet je ook alweer ?
- Sarah.
Sarah Kline ? Dit is Tony.
En hoe heet jij ?
Heather.
- Heather Weintraub, hé ?
Ik heb ze opgepikt in de stad.
In Café Bizarre.
Wat drinken jullie ?
- Tequila.
Heb je tequila ?
Geeft niets.
Ik bestel wel wat.
Bestel maar. Voor Charlie en
mij een J&B.
Wat is dit ?
- Wat ?
Waar lijkt dit op ?
Hoe kom je er aan ?
Hoe kom je hieraan ?
Dit.
Kom mee naar achteren.
Wat doe je nou ?
Je zet me voor schut, Charlie.
En dat waar de dames bij zijn.
- Sorry, dat was niet de bedoeling.
Maar ik wil je even spreken.
Als 't uitkomt.
Ik moet mij dus naar de
achterkamer begeven ?
Een dringend verzoek.
- Na u.
Nee, na u.
Na u.
Kom mee.
Geef die twee wat ze willen.
Hé, meiden.
Tony, pas op ze. Hou de gieren
maar op afstand.
Wat is er ?
- Wat doe je me allemaal aan ?
Michael valt me al de hele
avond lastig.
Waarom heb je 'm niet betaald ?
- Ik heb 'm verleden week betaald.
Je hebt betaald ?
- Natuurlijk.
Zei ie dat 't niet zo was ?
Waar is die leugenaar ?
Dus je hebt betaald ?
Verleden week ?
Afgelopen dinsdag ?
Je hebt geen idee...
- Hij is hier.
Hier ? Nou en ?
Ik ga hem wel even halen.
Wacht even, Charlie.
Je hebt gelijk.
- Ik ?
Afgelopen dinsdag ?
Ja, dat is de dinsdag van
vorige week.
Foutje. Ik dacht dat je
eerverleden week bedoelde.
Denk je dat je iedereen kunt bedriegen ?
Je moet je aan je beloften houden.
Ik ben de laatste tijd zo depressief
dat ik vergeet te betalen.
Afgelopen dinsdag had ik 't geld.
Maar wie tref ik thuis aan ?
Jimmy Sparks.
Ik was 'm 700 flappen schuldig.
Hij woont in mijn flat, dus ik
moet wel dokken.
En ik heb m'n moeder nog.
Ik hield 25 dollar over.
En vandaag ook weer.
't Is niet te geloven.
Ik was aan 't gokken en had
zo'n 700 winst.
Maar... Ken je Joey Clams ?
Joey Scala.
Die ken ik ook.
- Joey Scala is Joey Clams.
Dezelfde persoon.
Ik was dus aan het gokken...
... ik had zo'n 700 winst...
En plotseling roept een jochie
dat de politie er aan komt.
Iedereen rent. Ik pak het geld
en probeer te vluchten.
Ik wilde later alles aan
iedereen terug geven.
En dan te bedenken dat ik
aan 't winnen was.
Ik kende de weg niet.
Het was net een doos.
Dus ik weer naar binnen.
Zegt dat joch dat 't vals
alarm was.
Ik kon 'm wel wurgen.
Ik was woedend op 'm.
Ik ga dus weer spelen en
verlies 400 dollar.
Frankie Bones was er ook. Die
krijgt nog 1300 dollar van me.
Ik kan niet eens meer in
Hester Street lopen.
Door dat gestaar van hem
begin ik te verliezen.
Hij tikt op m'n schouder
en zegt:...
Voor je alles verliest,
wil ik m'n geld hebben.
Dus ik zeg: Geef me de kans
iets terug te winnen.
Geef me 't geld, zegt ie.
Ik geef 'm dus tweehonderd.
Ik ga naar buiten.
Teneergeslagen.
Ik weet dat 't je niet boeit.
Ik zal 't kort houden.
Ik ga dus winkelen...
Ik koop een nieuw hemd
en deze das.
Dat kan Michael niets schelen.
Wie gaat er nou winkelen
als ie schulden heeft ?
Ik zal 'm volgende week betalen.
- Dat doe je toch niet.
Hoeveel heb je ?
- Ongeveer veertig dollar.
Wat doe je ?
Veertig dollar.
Wat doe je nou ?
- Ik hou dit tot je betaald hebt.
Hoezo ? Omdat 't iets meer is ?
Foutje.
Ik geef jou volgende week
wel een cheque.
Ik zweer 't.
Geef me nou wat geld.
Ik wil neuken met die twee meiden.
Ik ken ze van Café Bizarre.
Ze waren met twee kerels...
Die Weintraub is een lekker wijf.
Zo is 't genoeg.
- Nog vijf erbij.
Welke wil je ?
We moeten nog naar de Chinees.
- Je krijgt niets meer.
Welke wil jij ?
Ik neem die Weintraub wel.
- Is dat die linker ?
Nee. Voor jou of voor mij links ?
We kijken dezelfde kant op.
- Maakt niet uit.
Meisjes, we moesten even wat
zaakjes doornemen.
Tony, kun je dit even op de
rekening zetten ?
Wil je me matsen ?
De grote of de kleine rekening ?
Zet 't maar op de kleine. Dan lijkt
ie straks meer op de grote.
Voor 't evenwicht.
Joy, hoe kom je aan die parels ?
Krijg ik niets, John ?
- Hé, Mike.
Als jij er niet bent, is drinken
ook niet gezellig.
Geef 'm een dubbele.
- Lang niet gezien.
Zeg maar niets. Deze gaan nog
op de rekening.
Maar aanstaande dinsdag zal
ik je terug betalen.
Dat zweer ik bij m'n moeder.
Maar doe dat dan ook. Ik wil niet
dat 't uit de hand loopt.
Ik doe 't voor jou.
- Drink wat van me.
Leve de koningin.
Weet je wat ze zei ? Als ik ballen
had, was ik koning geweest.
Ze zeiden dat je hier was.
Hoe gaat 't met de lessen ?
- Prima. En met jou, Oscar ?
Ik was de ijskast aan 't repareren.
Charlie, wil jij tegen je oom zeggen
dat ik deze week niet kan betalen ?
Zeg 't zelf maar tegen Giovanni.
Ik kan beter de hele tent aan
hem geven.
Hij heeft liever 't geld.
- Ik wil 'm niet belazeren.
Hij krijgt 't geld of de zaak.
En ik denk dat 't de zaak wordt.
En m'n compagnon is er vandoor
gegaan.
Waar is Groppi ?
- Weet ik veel.
Dus waarom zou ik me nog
druk maken ?
Dank je wel, Nathalie.
Hoe gaat 't met u ?
- Heel goed.
Waar was je gisteravond ?
Ik was bij die schietpartij.
- Dat was je niet.
Dan ben ik zeker in de war.
- Dat klopt.
Wat betreft Oscar...
Volgens mij zegt ie alleen maar dat
de zaak slecht loopt.
Hij kan niet betalen en zijn
compagnon is verdwenen.
Wat moet ik doen ?
Niets. De zaak loopt echt slecht.
Kan ik iets doen ?
Ja, je kunt rustig afwachten.
Nooit ongeduldig worden.
Hou je van restaurants ?
Ja ***.
Ik heb een goede slag geslagen
met toiletpapier.
Wat voor papier ?
- Ik heb een hele voorraad.
Van 't Leger des Heils gekregen.
Steel je van 't Leger ?
- Ik kan 't goedkoop krijgen.
Kom hier.
Wat wil je ?
- Vuurwerk.
Dat is illegaal.
- In Chinatown hebben ze nog niets.
Laat de Chinezen met rust.
- We hebben veertig dollar.
Had dat dan gezegd.
Voor veertig...
We willen niet alles uitgeven.
- Wil je kwaliteit ?
Weet je waar 't vandaan komt ?
Uit Maryland.
Dus dat is goed spul.
Kunnen we je auto lenen ?
Naar de overkant.
- Heb je spuiters ? Knalpotten ?
Gillende keukenmeiden ?
Wijven ?
Het zijn twee grappenmakers, Tony.
Mooie auto.
Kost zeker wel wat ?
Je hebt 'm zelf opgeknapt, hé ?
Komen jullie voor 't feest ?
We zetten jullie op de hoek af.
We komen jullie zo weer halen.
- Mogen we niet mee ?
Niemand mag weten waar 't ligt.
Ik ben over 'n half uur terug.
Wacht even.
Waar is de poen ?
Is een cheque oké ?
- Een cheque ?
Waar komen jullie vandaan ?
- Riverdale.
Nou, hier betalen we contant.
Heb je geld of niet ?
Wacht daar en mondje dicht.
Tony, jij neemt toch cheques aan ?
- Ja ***. Hoeveel heb je ?
Geen idee. Ik zal 's tellen.
't Is niet veel.
Vijftien...
We zijn belazerd.
't Is maar 20 dollar.
Vijfvoor jou. Nee, ik geef
je wel 'n cheque.
Stap maar uit.
- Neem dat vijfje dan maar.
We gaan naar de film.
- Jij betaalt.
Stop eens.
Charlie, stap in.
Kom nou.
Wat is er ?
- We hebben er net twee belazerd.
Voor hoeveel ?
- 20 dollar.
Dan gaan we naar de film.
Maar jij betaalt.
- Wat zeur je nou ?
Godallemachtig.
Ik hoop dat jullie genieten.
't Is duur zat.
Blijf met je poten van me af.
Hou je kop dicht.
Hou zelf je kop
- Ik laat je eruit gooien ***.
Je doet maar.
Hij is een poot.
- Jij ook.
Mooi gezicht, hé ?
Al die lege straten.
Door dat feest kan je niet eens
je eigen buurt in.
Hou op over dat feest.
Ik doe het woord.
Dat is het probleem.
Jimmy vroeg me dit te regelen.
- Hoeveel schuld ?
Een paar honderd.
Hij ziet er nog beroerder uit
dan de vorige Kerst.
Onze toekomstige rechter.
- 'n Hulpje van Mayer.
Waar zien we hem ?
- Poolcentrum.
Naast Sullivan ?
- Nee, in Kings Street.
Zeg jij maar hoe ik moet rijden.
- Bij 't stoplicht rechtsaf.
Jimmy moet een keer oprotten.
Wat is dit ?
Een bejaardensoos ?
John, stuur die ouwe weg.
Ik ken die gasten. Ze zijn oké.
Hoe weet je dat ?
- Bemoei je er niet mee.
Je zegt niets.
Waar is ie ?
- Daar.
Ik heb op 235 gewed. Vanwege een
droom over m'n grootvader.
Hoeveel ?
- Wat had ik gezegd ?
Heb je Cartucci gezien ?
- Die is achterin.
Hij lag opgebaard in kamer 235.
Dus ik dacht...
Hé, Joey.
Kijk nou eens. Sint Charles.
Ga staan.
- Mijn goede vriend Tootie.
Zo win je zeker.
- En Mushy dan ?
Die stond achter de lamp.
Jij komt wel in Hollywood.
Zegen de keus.
En zegen mijn ballen.
Hoe gaat ie ?
- Goed.
Je bent een ton afgevallen.
- Wat kom je doen ?
Vrijdag heb ik bij Sally gewed.
Nooit van gehoord.
Wie is Sally ?
Joey, we zijn toch vrienden ?
Hou op met dat gelul.
Jimmy, hij is een goeie vriend.
Ik kan me iets herinneren.
- Wat een smeerlap.
Vrijdag is 't altijd druk.
Een vergissing is zo gemaakt.
Geen probleem. 't Overkomt
mij ook wel eens.
Laten we iets gaan drinken.
Tony, maak jij 't even af.
Wie betaalt ?
- Ik.
Mag ik een biertje ?
Ik heb whiskey.
Hoe kom je aan die hoed ?
- Mooi ?
Een Dobbs van $25.
- Hoe vind je m'n sportschoenen ?
Twee dollar.
Kan die jukebox niet zachter ?
Die meiden houden van harde muziek.
Bedoel je die grieten ?
Wat heeft dat joch ?
Ik voel me prima.
- Kop dicht.
Zeg je dat waar zij bij zijn ?
- Oké, we betalen niets.
En je wilde er nog wel op drinken.
We betalen niet omdat deze jongen
een klootzak is.
Ik heb niets gezegd.
- We betalen niet aan klootzakken.
Ben ik een klootzak ?
Wat is een klootzak ?
- Geen idee.
Wat is dat ?
Ik laat me niet uitschelden.
- Oh nee ?
Neem deze even mee.
Mag ik m'n hoed pakken ?
M'n vrouw bellen ?
Wat heb je daar ?
Een nagelvijl.
- Een mes.
Nee, er zit een tandenstoker in en...
- Davis.
Is dit nou nodig ?
Hoe lang ken ik je nou al ?
Vrienden vechten toch niet
met elkaar ?
Mijn neef Charlie.
- Je neef ? Waar vandaan ?
De Eastside.
- Maar dit is een mes.
Nee, hier is de tandenstoker
Davis, luister.
- Bescherm je de East- of de Westside ?
Luister nou even.
- Wat moet ie met dit mes ?
't Stelt niets voor.
- Weet je wat hierop staat ?
We regelen wel wat.
- Hoe dan ?
Koffiegeld ?
Daar deed je lang over.
Waar ga je heen ?
New Jersey.
- Hier. Voor jou en je partner.
Die gaat naar Philadelphia.
Bedankt, Davis.
Johnny, we gaan.
Bedankt.
- Even luisteren.
Ik wil geen gelazer meer.
De mazzel.
Kom op, we gaan wat drinken.
Allemaal.
Wie waren die twee ?
- Altijd maar dokken.
Jimmy, jullie moeten ook niet
zo vervelend doen.
Vervelend ?
We nemen een neut.
- Dat zouden we al doen.
Hier is je geld.
Vertrouw je me niet ?
- Tel maar na.
Hé, geen gelul.
- Blijf van me af, zwerver.
Lazer op jullie.
Als je nog 's komt,
gebeurt er wat met je.
Die lul van 'n Johnny.
- Hou op.
Moet je nou eens zien.
't Doet pijn.
Tony, heb je iets bij je ?
- Ik wil je eerst iets laten zien.
Rustig maar, schat.
George, moet je niet werken ?
- Ik ben met een meisje.
Aan de slag.
Laat 'm toch.
- Deur dicht.
Ik help jou zo wel, maar ik
wil eerst iets laten zien.
Wat een joekel.
- Tony, wat is dat voor onzin ?
Wat een mooie panter.
Hoe kom je er aan ?
Eet ie veel ?
Mondje dicht, want ik heb
geen vergunning.
En alleen ik kan hem voeren.
Let op.
Heb je z'n nagels geknipt ?
Je bent gek.
- Voorzichtig.
Kijk uit.
Nu weet ik waarom Italië
de oorlog heeft verloren.
Hier is 't baasje.
- Kijk uit.
Ik droomde van een tijger.
William Blake en zo.
Niet bijten.
Jij gelooft ook altijd iedereen.
- Klopt. Dat is mijn charme.
Ben je klaar mee.
Hoe zat dat met die vakantie ?
- Wat is ermee ?
Charlie ging in retraite.
Een priester vertelt hem...
... dat hij zijn auto aan 'n stelletje
had geleend.
Ze waren niet getrouwd...
... maar twee weken voor 't huwelijk
wilden ze 'het' doen.
Ze stonden aan de kant van de weg.
Lekker doppen.
Er komt een truck aan.
Allebei dood.
Wat een narigheid.
Waar gebeurd ?
Wacht even.
Charlie gelooft 't.
Twee jaar daarvoor had ik 't zelfde
verhaal van 'n priester gehoord.
Een andere priester,
zelfde verhaal.
Snap je 't ?
- 't Is dus niet waar.
't Gaat erom dat ie emoties
heeft.
Maar wat ie niet snapt is dat
't werk is...
... 't is een organisatie.
Je vertelt altijd iedereen meteen
de feiten. Niemand mag dit weten.
Ik was kwaad omdat ze logen.
- Ik ga nooit in retraite.
Waarom laat je je zo afzeiken ?
- Omdat dat erbij hoort.
Dat is 't verschil tussen ons.
Moet ik 't dan zeggen ?
Doe zoals ik.
Dan overleef je 't.
Ik wacht op Joey.
Prima. Ga zitten.
Ik moet naar 't toilet.
Moet iemand 'm voor je vasthouden ?
Rukeend.
Charlie, hou jij 'm voor hem vast.
Ga je nog iets doen ?
- Je weet hoe ie is.
M'n stoelen gaan er aan.
't Is wel treurig hier.
- Da's zwak uitgedrukt.
Als 't bij mij elke avond
zo zou zijn.
't Lijkt wel Sabbat.
Begrepen. Gelul.
Wie had 't over William Blake
en die tijgers ?
Hou nou eens op over die
tijgers.
We gaan. Gooi de tent dicht.
- Als 't sluitingstijd is.
Waarom nu niet ?
We gaan iets eten.
We gaan als iedereen weg is.
- Vergeet die ene op 't toilet niet.
Kijk eens naar jezelf.
Onduidelijk.
Blijven oefenen. Dummkopf.
Gaan we straks kaarten ?
Om hoeveel ?
- Zwerver.
Je betaalt je schulden niet maar je
wilt wel om geld kaarten.
Om hoeveel ?
Denk eens na.
Wat hebben jullie ?
We zijn vrienden.
Wat is er met jullie ?
- Hij begint.
Hij noemt me een zwerver.
- Ophouden.
Idioot.
Je bent een idioot.
Sla er maar op los met een stoel.
Gaan we eten ?
Wees verstandiger.
't Spijt me, Tony.
't Spijt me.
Zullen we even kaarten ?
Wie doet er mee ?
Michael, ik ken een te gek
spel voor je.
Ik niet.
Sportief ***.
Pak dat pistool af.
Iedereen naar buiten.
George, licht uit.
Niet rennen.
Niet rennen. Verspreiden.
George, waar is je auto ?
Michael, laat ons meerijden.
Hé, chauffeur.
Kop dicht.
Naar de stad, James.
- Waar gaan we heen ?
Geef ons een lift.
- Donder op.
Jullie zijn zo luidruchtig.
- Ik word helemaal nat.
Wat denken jullie wel ?
- Schuif op.
Blijf daar.
- Raak me niet aan.
Waar zijn we ?
Gedraag je nou 's een keer.
Hij is gewoon ***.
- Als ie maar stil is.
Vrienden van je ?
- Kom nou.
Hij bleef maar doorgaan.
- Dat komt door de drank.
Chetarsi.
- Weet je wat dat betekent ?
Vast iets vies.
- Waar kijk je naar ?
Gooi die flikkers eruit.
We kunnen ze niet voor Tony's
zaak achterlaten.
Kijk eens wat een stuk.
Hé, schoonheid.
- Kop dicht.
Hou je mond.
- Wat is er ?
Wat een bende.
Gedraag je.
- Nee.
Waarom zou ik ?
Ik wil eruit.
Kijk eens.
Schat, heb je iets lekkers ?
Ik wil je helemaal.
Gooi hem eruit.
Ik ben 't zat. Eruit.
Niet duwen.
Hoezo eruit ?
Uitstappen.
- Ik zit net.
Wegwezen.
- Beesten.
Bedankt, Mike.
- En wat moet ik nou ?
Gaan jullie mijn kant op ?
Kijk eens wat een mooitje.
Dat dragen smerissen in hun sok.
Weet je nog dat ik daarmee op
m'n bek werd geslagen ?
Je bent nooit echt hersteld ?
- Nooit ?
Ik speelde voor boksbal zodat
jij kon ontsnappen.
Dat was stom. Je had er samen met
mij vandoor moeten gaan.
Dus ik was stom.
- Schweinhund !
Mijn zere arm.
Wat doe je ?
- Joey Barker. Die krijgt geld van me.
Is dat 'm wel ?
- Ja.
Waar is ie ?
- De hoek om.
Is ie weg ?
- Ja.
Misschien is ie er nog.
- Hij is de hoek om gegaan.
Zo kun je niet naar huis.
Slaap maar bij mij.
Is je moeder er ?
- Nee, die is naar m'n oma.
We halen brood bij m'n oom.
Zonde van m'n hoed.
Je oma ligt op sterven, hé ?
Vond je haar aardig ?
Hoezo ? Ze is m'n oma.
Dat zegt niets.
- Oh nee ?
Wat heb je ?
- Wat heb jij ?
Ze is nog niet dood,
dus hou je kop.
Je hebt niets te eten.
Ik had je moeten waarschuwen.
Ik heb een plan.
Wat wil je doen ?
We gaan naar m'n tante. Die heeft
eten zat. Ik ga via de brandtrap.
Niet doen. Dan schrikt
nicht Teresa zich rot.
Dat is zo.
Misschien kunnen we haar
begluren.
Dat zijn geen geintjes.
Wil je 'n viezerik blijven ?
Je kan gewoon netjes bij
je tante aankloppen.
Ga maar slapen.
Bovendien is het zes uur
's morgens.
Weet ik wel.
Heb je je gebedje opgezegd ?
- Heel leuk.
Dek me eens toe.
Teresa, ik heb over ons
gedroomd.
We zijn in deze kamer. Naakt.
En ik buig me over je heen
in dat grote bed.
Op 't moment dat we gaan
vrijen kom ik klaar.
Maar er komt bloed.
Ik spuit de hele boel onder.
Over jou... over mij...
Zo leuk is dat niet.
- Je hebt geen gevoel voor humor.
Maar vind je me wel leuk ?
Ja ***.
Ik hou van je.
Ik niet van jou.
- We zullen zien.
Vergeet 't maar. Want dan zou ik
hier helemaal niet zijn.
Waarom niet ?
- Omdat ik het niet met je mag doen.
Waarom niet ?
- Omdat je een trut bent.
Grapje.
- Waar haal je 't lef vandaan ?
Een grapje.
Kom nou terug.
Leuk grapje.
Waarom ga je zo voor 't raam staan ?
Straks zien ze je. Kom hier.
Spring dan maar naar buiten.
Niet kijken.
Niet kijken.
Mag ik echt niet kijken ?
- Nee.
Wat doe je ?
Dat zag ik.
- Ik doe toch niks.
Je bent een wilde.
Laat me los.
Blijf van me af.
Je wordt m'n dood.
Het was ongelofelijk.
Hij schoot 'm zo neer.
Die vent leek Raspoetin wel.
En we waren allemaal zo ***.
En alleen omdat ie Mario
beledigde ?
Dat joch is niet zo snugger.
Hij denkt dat ie zo een
reputatie opbouwt.
Misselijk.
- Stom.
Johnny wilde vannacht eten
bij jullie jatten.
Waarom heb je 'm tegengehouden ?
- Is dat een grapje ?
Laat die rommel liggen.
Wat is er met je ?
Hij weet 't niet van ons, hé ?
Hij mag 't niet weten. Niemand
weet 't. Je reputatie is veilig.
Hé, lach eens.
Je kijkt of je me wilt
vermoorden.
Doe 't dan.
U kunt onze kamer schoonmaken.
Ik heb maar twee handen.
- Gebruik ze dan.
Hou op.
- Ik kan zo kwaad worden.
Je hebt een grote mond.
- Kus me.
Hoe gaat ie ?
- Oké.
Is m'n oom er ?
- Hij is bezig.
Zet voor me in op 463.
Hij heeft 't gedaan om Mario's
eer te redden.
Wie Mario beledigt,
beledigt jou.
Wat een onzin.
Niemand werd beledigd.
Dat joch was gewoon dronken.
Doodschieten was niet nodig.
- Mijn zoon heeft 't goede gedaan.
Zonder dat is 't hier al
erg genoeg.
Waarom moet ik hem beschermen ?
Ik heb nergens om gevraagd.
Stuur hem maar zes of twaalf
maanden naar Miami.
Dan probeer ik het hier
wel te sussen.
Maar eerst moet ie weg.
Die rot zon. Laten we
naar binnen gaan.
Waar houd je niet van ?
- Zee, strand en zon.
Het gras, de bomen, de hitte.
Waar hou je wel van ?
- Spaghetti met mosselsaus.
Bergen.
Franciscus van Assisi.
John Wayne.
In Manhatten zijn geen bergen.
Wolkenkrabbers zijn ook goed.
En ik hou van jou.
Ik kom hier graag.
Ik denk dat ik die flat in
de binnenstad neem.
Ja ?
- Ik denkt 't wel.
Doe 't dan.
- Mijn ouders kunnen barsten.
Een verstandige beslissing.
- Ik ga 't doen.
Waar wacht je dan op ?
- Op jou.
Je moet niet op mij wachten.
Ik moet nog zoveel doen.
Waar ben je *** voor ?
- Ik ben helemaal niet ***.
Wat houdt jou tegen ?
Of ben jij *** voor je ouders ?
Ik moet voor de buurt zorgen.
- En ik dan ?
De buurt en die kerels.
Dat is belangrijk.
Kerels zoals mijn neef.
- Nee, die bedoel ik niet.
Gelukkig, want ik word helemaal
gek van 'm.
Wat moet je met die idioot ?
- Hoe kan je zoiets zeggen ?
Hij kan de pest krijgen.
- Vreselijk.
Iemand moet 'm toch helpen.
Waarmee ?
- Gewoon... met mensen helpen.
Zorg eerst maar voor jezelf.
- Daar vergissen jullie je in.
Franciscus van Assisi
zei dat al.
Waar heb je 't over ?
- Hij wist 't al.
Franciscus speelde niet in
de lotto.
Ik ook niet.
Hoe gaat 't, Diane ?
- Prima. Mag ik even ?
Ik wilde eens met je praten.
Afgezien van dat gedoe als
je optreedt...
Ik vind dat je talent hebt.
- Mooi.
Ik meen het.
- Weet ik.
Over een tijdje ga ik zelf
een zaak beginnen.
Mooier dan deze.
In 't centrum. Een nachtclub met
een restaurant erbij.
Ik denk dat je daar zo
tussen past.
Als danseres ?
Nee, als gastvrouw.
Gastvrouw ?
- Ja, iemand die de gasten ontvangt.
Zullen we er straks verder
over praten ?
Bij de Chinees ?
- Bij de Chinees.
Waar moet je zijn ?
Niet stoppen, langzaam doorrijden.
Stoppen.
Ik lijk wel gek.
Breng me maar weer terug.
Je bent gek.
Dat ontbrak er nog aan. In de
stad betrapt worden.
Hoe gaat 't ?
- Goed, dank u.
Zullen we dan maar ?
Mario, hoe gaat 't ?
Mag ik even zitten ?
Kan ik praten ?
- Wat is er ?
Over Groppi.
- Daar praten we straks wel over.
Ik snap 't. Zal ik de soep opdienen ?
- Ga je gang.
Politici zijn klootzakken.
Chanteurs. Als ze eerlijk zouden
zijn, zouden ze sterven.
Ze zijn niet zoals wij.
Ze weten ons te vinden. Dat had ik
in de oorlog al door.
Charlie Lakey werkte voor de
regering. In de haven.
Wat deed ie ?
- Hij was gewoon aanwezig.
Twintig jaar geleden zei ik 't
al tegen je vader.
Hij luisterde niet.
Je gaat nog steeds om met
Johnny Boy, hé ?
Hij is naar mij vernoemd.
Leuk, hé ?
Maar hij is net zo gek als je
vriend Groppi.
Ik weet dat je 'm helpt omdat ie
familie is.
Maar pas op dat je niets verknalt.
Soort zoekt soort.
Vergeet dat nooit.
Die hele familie is een bende.
Die nicht, je buurmeisje.
Die is ook niet goed bij.
- Ze heeft epilepsie.
Dat zei ik toch ?
Haar ouders kwamen klagen
dat ze alleen wil wonen.
Wat moet ik zeggen ?
Haar opsluiten ?
Je weet dat ik ze graag mag.
Dus ik moet wel naar ze luisteren.
Ik wil dat jij een oogje
in 't zeil houdt.
Charlie, ga eens kijken in
dat restaurant.
Ik ben er al vijftig keer
geweest.
Misschien heb je iets gemist.
Je moet 'm goed leren kennen.
Jezus, vuile viezerik.
Hallo, Charlie. Alles goed ?
- Met jou ook, kokkie ?
Mooi...
Beneden.
Kom naar beneden.
Wat is er ?
Ik kan vanavond niet.
Goed, dan zie ik je vrijdag.
Vrijdag kan ik ook niet.
Hoezo niet ?
We kunnen even niet samen zijn.
Zeg dat niet. Waarom ?
Omdat jij en Johnny er een
bende van maken.
Wat doen we dan ?
- Wat jullie doen ?
Neem me niet kwalijk, Mrs. Rusco.
Hoezo bende ?
- Kop dicht anders krijg je 'n klap.
Luister.
Ik kan een restaurant krijgen
als ik jullie los laat.
Weet je oom 't van ons ?
Weet hij van Johnny's schulden ?
- Natuurlijk niet.
Hij snapt niet dat Johnny
hulp nodig heeft.
Geef antwoord.
- Wat wil je nou ?
Denk jij ook zo over mij ?
Nee, ik wil je ook helemaal
niet kwijt.
Waar ben je *** voor ?
Ik hou van je.
Zeg dat nooit meer.
Wat niet ? Hou je van mij ?
Alles komt goed.
Laten we weg gaan.
Oké, maar...
Eerst dat restaurant.
Daarna is 't makkelijker.
Waar ben je geweest ?
- Overal.
Weet je 't al van Groppi ?
- Nee. Wat dan ?
Oscar heeft z'n compagnon
gevonden.
Groppi ging naar zijn moeder.
Hij liep naar de TV-kamer.
En hij zegt tegen haar dat
hij spijt heeft. Meer niet.
Daarna steekt ie 'n pistool in
z'n mond en dat was 't dan.
Hoe vind je dat ?
Die Groppi is altijd al een
gestoorde geweest.
Wat is er ?
Straks.
Zeg dat we in gesprek zijn.
- Wacht buiten even.
Wat moet ie ?
- Hij wil me spreken.
Je spuugt op m'n schoen.
Charlie, de toestand is
gespannen.
Johnny Boy heeft nu wel genoeg
respijt gehad.
Michael, luister.
- 't Is zinloos, Charlie.
't Is een rotjoch. Ik ben naar
z'n werk gegaan...
... maar daar komt ie niet meer.
- Zeiden ze dat ?
Hoe wil ie me betalen ?
- Ik praat wel met 'm.
Wat kan ik anders ?
- Geen idee.
Vanavond op het feest praten we
het met z'n drieën uit.
Ik hou er niet van misbruikt
te worden.
Ik heb 't over jou en je oom.
Ik vond 't nogal gênant.
Sorry, maar we hadden iets
te bespreken.
Ik moet nu weg.
Ik zie je vanavond.
Bedankt voor alles.
Pas deze eens. Als de mouwen
te lang zijn, *** ik 't wel.
En ze is intelligent.
Ze studeert voor onderwijzers.
Ik ben een paar keer met
haar uitgeweest.
Laat eens zien.
- Ze wordt onderwijzeres.
Die ken ik.
Ze stond te zoenen onder de
brug met een nikker.
Wat zeg je nou ?
- Een nikker. Een zwarte.
Hoezo zoenen ?
Zoenen. Haar lippen op die
van hem. Zoenen.
Zeker weten ?
- Ja.
En daar heb ik mee gezoend.
Maak je niet druk.
Ik kom orde op zaken stellen.
J&B- soda.
God zij met u en met uw geest.
Mag ik iets vragen ? Zijt gij
de Koning der joden ?
Spreekt gij nu oprecht ?
Ben ik een jood ?
- Mijn Koninkrijk is niet op aarde.
Jerry, hoe gaat ie ?
Voor Jerry...
... die in Vietnam gediend heeft...
... zoals John Garfield al zei:
Kijk ze recht in de ogen.
En kom terug met een Zilveren Ster.
Van ons.
Allemaal een neut.
Maak er maar een shirt van.
We drinken en we maken lol.
Alleen gouwe ouwe.
Gouwe ouwe.
Flash is er nog niet.
Hij zou komen.
- Hij is er niet.
Mooie boel.
Die komt heus wel.
Ik geef je wel 20 dollar voorschot.
- Ben je gek.
Dat is nog geen twee uur rente.
Met deze week erbij is het 3000.
1800 rente voor iemand uit de buurt ?
Omdat ie een dag te laat is.
- Ik ben z'n vader niet.
Had je niet eerder kunnen komen ?
- Zaken zijn zaken.
Waar moet ie nou 3000 dollar
vandaan halen ?
Laten we iets regelen.
Maak er 1800 van.
- Neem me niet in de zeik.
Ik hou 't bij 2000.
Dat is tenminste verstandig.
Bij Jezus en het kruis...
... ik breek nog een keer
zijn benen.
Laat hem toch barsten.
- Dat bepaal ik zelfwel.
Ik zeg je de waarheid.
- Jij bent meer betrokken dan ik.
Ben ik de rotzak ?
De volgende betaaldag is bij Tony.
Als Johnny er niet is...
... breek ik allebei z'n poten.
Is dat begrepen ?
't Is duidelijk.
Gaat allen heen.
Tot de laatste cent zal ik er
u aan herinneren.
Je ziet er moe uit.
- Inderdaad.
Rustig, Jerry.
Dit is Amerika.
Dansen ?
Vind je dit een goed nummer ?
Er is een meisje voor je.
Wat is er ?
Johnny zit al een half uur op het
dak van dat hoekhuis.
Rustig maar.
- Met een revolver.
Rustig maar.
Jij blijft hier.
- Ik ga mee.
Jij blijft hier bij Tony.
Blijf hier, Teresa.
Neem een drankje.
- Ik wil niets.
Carl, schenk wat in.
- Ik wil niet.
Geef maar 'n whiskey-seven up.
Charlie, kom hier.
Die gek zit op het dak.
Ik ben het.
Ik ga de lichten van de Empire
State Building uitschieten.
Idioot, ik ben 't.
Laat me erin.
Wat heb je ?
- Een.38.
Toch geen echte ?
Ik gooi die zak van het dak af.
Sorry, mevrouw. Dat was niet de
bedoeling.
Ben je gek geworden ?
- Ik wil ze *** maken.
Geef dat maar hier.
Ik heb mevrouw geraakt.
Wat is er met je ?
Teresa maakt zich zorgen.
Waarom ? Ik schoot alleen
maar in de lucht.
Maar ik haat dat mens.
Vreselijk.
Jij met je geintjes.
- Flauwekul.
Terug naar Bataan.
En het wordt echt Bataan. Ik heb
hier nog een bom.
Maak dat uit.
We verstoppen ons hier.
Hier speelden we verstoppertje.
- Wat was dat verleden week ?
Je bent niet naar je werk geweest.
En ik heb nog wel zo'n
moeite gedaan.
Charlie, ik had overal pijn.
- En 't wordt nog veel erger.
't Is echt waar. En ik hou
niet van kratten laden.
Dat hoeft ook niet. Maar je
gedrag bevalt me niet.
En jouw gedrag dan ? Heb jij
wel eens kratten geladen ?
Jij werkt ook niet.
Jij praat alleen maar.
Ik doe al 't werk.
Maar ik heb geen 2000 dollar
schuld.
Dankzij mij heeft Michael
je gematst.
Als je niet gaat werken,
breek ik je armen.
Het spijt me, Charlie.
Ik ben je heel erg dankbaar.
Je moet dus ook niet boos
op me worden.
Oh ja ? Heb je een oplossing ?
- Ja.
Laat maar horen.
Praat met je oom.
Dat zou je heel goed
uitkomen, hé ?
Maar mij niet.
Als mijn oom dit hoort...
't Was maar een vraag.
Dat is nou mijn loon.
Als je moet betalen, kom dan
tenminste opdagen.
Anders denkt ie dat je hem
belazert.
Dat is een bevel.
We gaan.
Gaan we ?
Hé, Shorty.
- Pleur op.
Jij hebt grootheidswaanzin.
Wat moet je ?
- Praat met 'm.
Zie ik jou en Johnny vanavond ?
Als ie niet komt dan vind ik
hem wel.
Dan bind ik een been vast aan
de Cadillac...
... en het andere aan de Ford
en trek hem uit elkaar.
We zullen er zijn.
- Dat is je geraden.
Bedreig me niet.
Juffrouw, neem me niet kwalijk.
Wat is er ?
Zeg tegen Johnny dat ie naar
Michael gaat.
Zeg 't hem zelf maar.
- Waar kan ik 'm vinden ?
Weet ik niet.
- Hij is altijd hier.
Krijg het lazarus.
Wat denkt u wel ?
Kijk nou wat je doet.
Mag ik mijn aubergine ?
U bent wel brutaal.
- Duvel op.
Zeg wel dat ie moet komen.
Zei ie niets over vanavond ?
- Nee, niets.
Charlie, luister.
Ik kan nu niet blijven.
Michael zoekt hem.
Wat is er ?
Niets.
Ik geloof je niet.
Dat rotjoch.
Wat zeg je ?
- Hou je handen thuis.
Wat vind je ervan ?
Weet je wat deze flat voor me
betekent ?
Misschien ga je zelf ook
eens verhuizen.
Ik wil niets meer horen
over die flat.
Ik heb al genoeg problemen met
je neef.
Dus laat mij hierbuiten.
Ik bedoelde 't niet zo.
Maar we hebben problemen.
Ga jij maar met die domoor
spelen.
Het is geen spel.
Waar was je ?
- Ik ?
Geef antwoord.
We bezorgen Charlie ook
alleen maar problemen.
Ik heb doodsangsten uitgestaan.
Wat is er met je ?
Je bent anderhalf uur te laat.
- Jammer.
Michael wacht op ons.
Je nicht was doodongerust.
Ze heeft iedereen gebeld.
Wat vreselijk.
Hebben jullie al plannen ?
Wanneer gaan jullie trouwen ?
Niet zo bijdehand.
- Bijdehand ? Ik ben stom.
Zo stom dat jij voor me
moet zorgen.
Wat is er ?
Waarom is ze zo van streek ?
Je begrijpt Charlie niet.
Charlie is een aardige jongen.
Een echte diplomaat.
- Ik ga weg.
Wacht even.
Blijf nou. Ik wil geen wig
tussen jullie drijven.
Hang niet de clown uit. Als je
hier een woord over zegt...
Je weet wat ik bedoel.
- Over jullie ?
Ik zeg niets tegen mijn oom en
tante...
... en de jongens kan 't niet
schelen.
Ik zeg niets tegen oom Giovanni.
Ik zeg niets tegen oom Giovanni.
Ik wil je iets vragen, Charlie.
Ik zit ergens mee.
Als ze klaarkomt, krijgt
ze dan stuipen ?
Als ze klaarkomt...
Waarom sla je me ?
Je slaat me nooit meer, hufter.
Ik ga 't tegen je oom zeggen.
Ik ruk je ogen uit je kop.
- Ik vermoord je.
Weet jij hier iets van ?
Het is toch jouw meisie ?
Donder op jij.
Weet u wat ik moet doen ?
Ze heeft een aanval.
Wat heb je voor mij gedaan ?
Helemaal niets.
Je bent een vuile klootzak.
Wat doe je nou ?
- Wat doe jij voor mij ?
Ik zou maar gaan als ik jou was.
Hoeveel heb je voor Michael ?
Niets.
- Helemaal niets ?
Acht dollar.
Hier heb je 20... 22 dollar.
Met die acht van jou erbij kunnen
we Michael 30 dollar geven.
Ik hou elf dollar voor 't weekend.
Pak aan, kaffer.
Ik doe het voor jou.
Je moet erin geloven.
30 dollar is niets.
Je moet met je oom praten.
- Nee.
Waarom niet ?
- Ik doe 't niet.
Heb ik je pijn gedaan ?
Je bent een uur te laat.
Maar Michael zou terugkomen.
Neem een borrel.
- Ik hoef niets.
Hou daar eens mee op.
Waar ga je heen ?
- Toilet.
Rustig, wind je niet op.
Wie is die griet ?
- Een jodin.
Hoe weet je dat ?
- Kijk maar.
Ze ziet er niet joods uit.
- Ze heeft elke avond 'n ander.
Ik hou van je.
Vanaf het moment dat ik je zag
volleyballen met de nonnen.
We gaan.
- Lazer op.
Ga jij maar.
't Is duidelijk dat ze geen
zin heeft.
Dit is privé
- Niets is privé
Ik wil naar huis.
- Maar ze gaat niet.
Laat haar los.
Help haar dan.
Joyce, we kunnen wel eens naar
een bingoavond gaan.
Zeg 't maar, John.
Je hebt me een uur laten wachten.
Het spijt me.
Maar ik heb wel iets voor je.
't Is niet veel, maar toch...
Dertig dollar.
Meer heeft ie niet.
Waar is de rest ?
- Ja.
Ik heb een paar rondjes gegeven.
En ik krijg geen krediet meer.
30 dollar is een belediging.
Maar geef 't maar.
Tien dollar.
John, tien dollar ?
Je bent me er eentje. Is tien
dollar te min voor je ?
't Is een echt biljet.
Ik moet om je lachen.
Ik leen geld van de hele buurt.
Van iedereen.
Dus ik kan van niemand
meer lenen.
Jij bent de enige die me nog
wel geld leent.
Omdat ik jou niet hoef
terug te betalen.
Want zo denk ik over je.
Je bent een lul.
Hij lacht omdat je een lul bent.
Je bent een stomme lul.
En dan nog iets.
Ik belazer je waar je bijstaat.
Want ik geef geen reet om je.
Kom op, vetlul.
Ik heb iets voor je.
Kom op dan. Ik ben iemand.
Kom op dan, zielige zeikerd.
Klootzak.
Je durft dat ding niet eens
te gebruiken.
Oh nee ? Kom op dan.
Ik steek 'm in je reet.
Hé, lul. Deze krijg je van mij.
Klootzak. Wilde je echt schieten ?
Verdomme, ik vermoord je.
Kaffer !
Je hebt 't verknald.
Geen kogels.
Je hebt 't verknald.
Weg met dat ding.
Ik heb je auto nodig.
We moeten weg hier.
Ga niet rondrijden.
Ga naar de bioscoop.
Begrijp je ?
- Misschien.
Je hebt je zin.
Stap in.
Stap in, John.
Moordenaar.
Moordenaar.
Alles oké, Teresa.
Het spijt me.
Ik zeg toch dat 't me spijt.
Hij zit in de nesten.
- Wat is er dan ?
Hij heeft problemen.
We moeten een paardagen
onderduiken.
Ik heb wat geld nodig.
- Waar ga je heen ?
Greenwood Lake.
- Ik ga mee.
Nee.
- Wil je nog meer problemen ?
De tijd dringt.
Wat is er ?
- Niks.
Charlie, we moeten echt met
je oom praten.
Wat is er dan ?
- Hou er nou over op, Teresa.
Moet ik me verbergen ?
- Ja.
U kunt wel stellen dat 't
uit de hand gelopen is.
Maar ik doe mijn best, Heer.
Praat je in jezelf ?
Zet de radio aan.
We gaan naar een feest.
Gaan we naar Brooklyn ?
- Zet 'm iets harder.
Ken je de weg wel ?
- Waar gaan we heen ?
Je weet het niet, hé ?
- Inderdaad.
Kijk uit waar je rijdt.
- Je bent gek.
Zag je dat verkeerslicht niet ?
- Dat rooie licht ?
Niet zo hard.
- Wat betekent 'rood' ?
Zeur niet zo, Teresa.
Die vent is gek.
- Eikel.
De maat is vol.
Nederlandse ondertiteling bewerkt door : Nutcracker