Tip:
Highlight text to annotate it
X
In september 1939 versloegen de Duitse troepen
het Poolse leger binnen twee weken.
Joden kregen het bevel al hun familieleden
te registreren en te verhuizen naar de grote steden.
Meer dan 10.000 Joden van het platteland
komen dagelijks in Krakau aan.
Naam?
- Horowitz, Salomon.
Isak Hudes.
Zucker, Helena.
Hirsch, Salomon?
Hauptman, Chaim!
Weizman, Markus!
- Feber, Ludwig!
Elsa Bauman.
Josef Klein.
Davidowitch, Ignacy.
- Paula Biffer.
Nadel, Rachel.
- Steiner, Gertruda.
Weet je wie die man is?
- Ik weet het niet.
Glimlachen.
Ja, meneer?
Geef ze een rondje van mij.
Uitstekend, van wie zal ik zeggen dat het afkomstig is?
- Je kunt zeggen dat het van mij komt.
Van die gentleman.
- Welke?
Ken je hem?
Vind uit wie dat is.
- Ja, meneer.
Agnieszka, ik zou je dolgraag
vanavond horen zingen.
U brengt me in verlegenheid.
Waar is hij mee bezig?
Blijf hier.
Aangenaam.
Laat u een dame alleen
op een plaats als deze?
Schat, je ziet er erg eenzaam uit.
Wat ruik je heerlijk, je breekt mijn hart.
Een extra stoel graag!
Kom naar de tafel, meiden, drink met ons!
Kom hier, trouw met ons!
De Joden moeten nu
een ster dragen.
De Joodse kleermakers
maken ze nu al in verschillende soorten stof.
Wat voor wijn raad je me aan?
- We hebben een uitstekende Duiste wijn, uit 1937.
Een Franse wijn. Bordeaux.
Een Chateau Latour uit '28 of '29?
Ze hebben geen idee wat voor soort wet het is.
Alsof ze bij een club horen.
Een Morgaux uit `29? Een wijn uit de Bourgogne?
Een Romance-Conti uit `37?
Het is natuurlijk. We doen dit
om dat te voorkomen.
Dat doen ze
al duizenden jaren.
Dat is wat ze doen, de crisis doorkomen.
Maar dit is anders, dit is geen Romeinse storm.
Deze storm is de SS.
Martin?
Wie is die man?
Dat is Oskar Schindler.
De 'Judenrat'. De Joodse Raad, bestaande uit
24 aangewezen Joden, was belast met het uitvoeren...
van de orders van het regime in Krakau
zoals het maken van lijsten voor werkploegen,
voedsel en huisvesting. Het was ook
een plek om klachten te deponeren.
'De particuliere eigendom mag niet--'
Wanneer zullen ze de scholen sluiten?
Daar weet ik het antwoord niet op.
Je weet helemaal niets!.
- Ik ben bekend met de Haya-conventie.
Ze komen ons huis binnen en
vertellen ons dat we hier niet meer wonen.
Dat het aan een of andere SS officier toebehoort.
Alstublieft, ik weet alleen wat ze me vertellen.
En wat ze me vertellen...
verandert van dag tot dag.
U behoort me toch te helpen?
Wat als ik dit ding gewoon af zou doen?
Wat zou er dan gebeuren?
Dan schieten ze je dood, doe niet zo dom.
Itzhak Stern.
Ik zoek Itzhak Stern.
Ben jij Itzhak Stern of niet?
- Ja, dat ben ik.
Waar kunnen we praten?
Je was boekhouder bij een bedrijf
in de Lipowastraat.
Een potten- en pannenfabriek, is het niet?
- Ik moet u zeggen dat ik Joods ben.
En ik ben Duits, dan weten we dat.
Was het een goed bedrijf?
- Redelijk florerend.
Ik weet niets van emailleren, jij?
- Ik was slechts de boekhouder.
Het is toch eenvoudige techniek, niet?
Verander de machines,
en je kunt vanalles maken, niet waar?
Musketten bijvoorbeeld, voor het leger.
Na de oorlog niet meer, maar nu is het geweldig.
Je kunt een fortuin verdienen.
De meeste mensen hebben nu andere prioriteiten.
Zoals?
Als u de contracten heeft lukt het u wel.
Hoe slechter het gaat, hoe beter uw bedrijf zal lopen.
Die contracten krijg ik wel,
dat is het eenvoudige deel.
Maar geld vinden om het bedrijf te kopen,
dat is moeilijk.
Heeft u geen geld?
- Niet zoveel geld.
Ken je iemand met veel geld?
Joodse investeerders?
Je kent vast mensen
in het Joodse bedrijfsleven.
Welk bedrijfsleven?
Joden mogen geen bedrijven meer bezitten.
Maar zij hoeven het ook niet te bezitten,
ik zal het bezitten.
Ik betaal ze terug in natura: potten en pannen.
- Potten en pannen?
Iets dat ze kunnen gebruiken. Iets tastbaars.
Ze kunnen het verhandelen op de zwarte markt.
Iedereen zal tevreden zijn.
Als je wil,
mag je het bedrijf voor me leiden.
Begrijp ik het goed?
Zij financieren het bedrijf
en ik doe al het werk.
Wat doet u,
als ik vragen mag?
Ik zorg voor het aangezicht,
dat het een bepaalde flair heeft.
Daar ben ik goed in.
Niet in werken...
maar in presenteren.
Ik weet zeker dat niemand
hier interesse in heeft.
Dat zouden ze wel moeten hebben.
Zeg dat maar tegen ze.
Wat?
Herken je dit niet?
- Dat is schoensmeer.
In een metalen doosje?
Je wilde toch schoensmeer?
Niet in een potje.
Daar heb ik niet om gevraagd.
- Wat is het verschil?
Mijn klant verkocht het aan zijn klant
en die verkocht het aan het Duitse leger.
Maar tegen de tijd dat het
daar aankwam was het kapot gevroren,
alle 10.000 stuks.
Dat is niet mijn probleem.
Niet jouw probleem?
- Niet mijn probleem.
Mij best.
Het Duitse leger wil weten waar
het spul vandaan komt.
Ik zal er voor zorgen dat ze erachter komen.
- Nu is het wel jouw probleem.
Jij moet je mond houden.
Metalen doosjes.
Sorry dat ik stoor,
maar wat een mooi overhemd.
Mooi hemd.
Enig idee waar ik zo'n mooi
hemd kan vinden?
Zoals dit?
Het is verboden spullen op straat
te kopen en verkopen.
Dat doen we niet.
We zijn hier om te bidden.
Enig idee hoeveel
zo´n hemd als dit kost?
Mooie dingen kosten geld.
Hoeveel?
Ik heb ook nog wat
andere dingen nodig.
Geen probleem.
- Af en toe.
Uiterlijk 20 maart 1941
moest men in het getto zijn.
Edict 44/91 stelt een ommuurd Joods district
zuidelijk van de Weichsel in. Wonen in het getto is verplicht.
Alle Joden uit Krakau en omgeving worden
samengepakt in een gebied van 400 bij 600 meter.
Hoe gaat het?
Tot ziens, Joden!
Tot ziens, Joden!
Het kan niet beter.
Het had erger kunnen zijn.
- Vertel me eens...
hoe zou het in godsnaam
nog erger kunnen zijn?
Hé, Goldberg! Wat is dit?
De Judenrat heeft nu ook politie.
- Hoe heet die?
De Ordnungsdienst. Het valt onder de politie.
Moeilijk te geloven hè?
Nee, het is niet moeilijk te geloven.
Het is een baan. En het betaalt goed.
Ik kan je aanbevelen bij mijn bazen.
Bij je bazen?
Kom op. Het is niet zo slecht
als iedereen zegt.
Eigenlijk is het slechter dan iedereen zegt,
maar het betaalt goed.
Geef me mijn huistoewijzing.
Wat heb je een rare pet op, Goldberg.
Je lijkt wel een clown.
Hij is een belangrijke man,
geef hem twee minuten.
Tijd is geld, nietwaar?
Gewoon zitten en luisteren, alstublieft.
Meneer.
Voor iedere duizend geef ik u 200 kilo
emaillen artikelen, gedurende één jaar.
Na die tijd, staan we quitte.
Dat is het, erg makkelijk.
Niet goed genoeg.
- Het is niet goed genoeg.
Niet goed genoeg?
Kijk waar je woont, waar ze je gestopt hebben.
Een paar maanden geleden zou je
gelijk gehad hebben, nu niet meer.
Geld is nog steeds geld.
Nee, dat is niet waar.
Daarom zijn we hier.
De ruilhandel is de enige handelsvorm
die in het getto gebruikt kan worden.
De dingen zijn veranderd, mijn vriend.
Heb ik u bij mij geroepen?
U zei mereer Stern dat u mij wilde spreken, hier ben ik.
Ik heb u een goed aanbod gedaan.
Een aandeel in het bedrijf zou eerlijk zijn.
Vergeet het, maak dat je wegkomt!
Hoe weten we dat u uw beloftes
na zult komen?
Omdat ik het beloofd heb. Wilt u een contract?
Welke rechtbank zal het valideren?
Ik doe wat ik zeg, dat is het contract.
Het standaardloon voor Joodse vakmensen
is zeven Mark per dag.
Vijf voor ongeschoolden en vrouwen.
Dit betaalt u aan de SS.
De Joden zelf krijgen niets.
De Polen krijgen loon. Over het algemeen
krijgen zij wat meer. Luistert u?
Wat was dat over de SS? Het salaris?
En wat?
Het salaris van de Joodse arbeider. Dat betaal je
rechtstreeks aan de SS. De arbeider krijgt niets.
Maar is het minder dan wat ik een Pool moet betalen?
- Het is minder.
Dat is het punt dat ik probeer te maken.
Polen kosten meer.
Waarom zou ik Polen in dienst nemen?
Het is een emailwerken-fabriek
in de Lipowa-straat.
De baas is een Duitser...
maar het is buiten het getto, dus je kunt
allerlei spullen krijgen, eieren bijvoorbeeld.
Met de Poolse arbeiders
kun je afspraken maken.
Hij vraagt tevens om tien gezonde vrouwen...
Ik ben gezond.
- Stuur je zus maar.
Je moet hen overtuigen dat je iets nuttigs
kunt bijdragen aan de oorlog.
Zoals wat?
- Ik ben een muzikant.
Wat als je dat niet doet?
- Dan komt je naam op de lijst.
Als dat gebeurt stoppen ze je in een vrachtwagen...
- Nee, dat is niet waar.
Ben jij een muzikant?
- Ja.
Dan zou ik maar een goede
onderduikplek vinden.
Ik ga me niet verstoppen
als één of ander beest.
Er zijn schuilplaatsen.
Ik ben afgestudeerd aan
de Universiteit van Lwow.
Ik werkte op de elektriciteitscentrale van...
- Blauschein.
Ik haal de benodigde papieren.
Deze zijn niet langer in orde.
Je kunt wel de hele dag in de rij staan,
je hebt er niets aan.
Je moet nu uit de rij gaan, dan krijg je
een blauw kaartje, een Blauschein...
dat betekent dat je een
essentiële arbeider bent.
Ik haal die papieren voor je bij de drogisterij
van Pakiewicz. Kijk daar maar.
Kijk wie we daar hebben.
Geniet je ervan?
- Sta je lekker in de rij?
Wat schoensmeer nodig?
- In metalen blikjes zeker.
Niet essentieel? Ik denk dat u de betekenis
van dat woord niet begrijpt.
Geen Blauschein, meneer. Daarheen.
Opschieten! Volgende!
Ben ik niet essentieel?
Ik ben geschiedenisleraar.
Sinds wanneer is dat niet essentieel meer?
Hij is een metaalbewerker.
Is het niet goed?
Heel goed. Maar het is 53 jaar oud, het is te nieuw.
- Dank u.
Ben je gek? Je moet in de rij staan.
Hoe vaak heb ik je dat nu al gezegd?
Je moet je werkvergunning
altijd bij je houden.
Hoe vaak heb ik je
dat nu al gezegd?
Ik ben metaalbewerker.
Neem een rond stuk metaal...
doop het in deze vloeistof.
Leg het dan op de pers.
Zo maken we een soeppan.
Een soeppan.
Een soeppan.
Grosz, Mevrouw Grosz, blijf bij me.
Ik heb hier tien werkvergunningen
voor de Deutsche Emailwarenfabrik.
Als het verkoold is, maak je
het schoon met een vijl.
Maar niet beide polen
tegelijkertijd aanraken.
Dan word je geëlektrocuteerd.
Hier, probeer maar.
Plaats de plaat onder de pers,
en pas op voor je vingers.
Beroep?
- Ik ben schrijver.
Moisés is metaalbewerker.
Hij kan pannen maken, tanks...
alles wat Schinder graag wil hebben.
Geef hem je kaart.
Moisés, geef hem je kaart.
Doop het product in de
emailvloeistof.
Je moet het ronddraaien, en daarna
opzij zetten om het te laten drogen.
Wat ze ook vragen, laat mij
het woord doen. Zeg geen woord.
Archiveren, factureren, mijn
afspraken bijhouden. En typen, natuurlijk.
Kan je goed typen?
- Vrij goed.
Je hebt een secretaresse nodig,
kies er een.
Ik weet niet hoe. Ze zijn allemaal
zo... bekwaam.
Toch moet je kiezen.
Lachen, lachen.
Na mijn gast.
Thee is goed.
Koffie. Paté.
Worstjes, kazen,
kaviaar.
En natuurlijk Duitse sigaretten.
Zoveel je kunt vinden.
Vers fruit. De exotische soorten.
Sinaasappels, citroenen, ananassen.
Verschillende dozen
Cubaanse sigaren. De beste.
Pure chocolade,
in grote brokken.
Degene die naar wijn smaken.
Veel cognac. De beste, Hennessy.
Champagne van Dom Perignon.
Sardines van L`Espadon...
en probeer nylon ***'s
te vinden.
Het is voor mij een groot plezier,
om u aan te kondigen...
dat de Deutsche Emailfabrik
volledig operationeel is.
D.E.F. produceert
superieure emailwaren...
speciaal ontworpen en gemaakt
voor militair gebruik.
Omdat enkel gebruik wordt gemaakt
van de modernste technieken...
kunnen de vakmensen die
bij de D.E.F. in dienst zijn...
een product fabriceren
van onovertroffen kwaliteit...
hetgeen mij ervan overtuigt dat ik
een volledige productlijn zal kunnen aanbieden...
die superieur zal zijn aan die
van mijn concurrenten.
Bijgevoegd de lijst van producten
en beschikbare kleuren.
Ervan uitgaande dat de bijgevoegde offerte
aan uw wensen voldoet...
en hopend op een lange, vruchtbare samenwerking,
zend ik u mijn oprechte dank...
en beste groeten,
Oskar Schindler.
Ik heb 700 gros van dit nodig
vóór aanstaande donderdag.
900, nee 1000 vóór woensdag.
Al dit spul moet naar de
fabriek van Madritsch.
Mijn vader zei altijd: je hebt
drie dingen nodig in het leven.
Een goede dokter, een vergevende
priester, en een slimme accountant.
Aan de eerste twee
had ik nooit veel behoefte.
Maar aan de derde...
Doe maar alsof, in Jezusnaam.
Is dat alles?
Ik probeer je te danken.
Ik probeer je te zeggen dat ik
dit niet zonder je had kunnen doen.
De normale manier zou zijn
mijn dankbaarheid te aanvaarden...
Graag gedaan.
Ga weg.
Klonowska? Wie is daar?
Ze is zo verlegen,
moet je zien.
Weet je, ze zou je bevallen.
- Oskar, alsjeblieft.
Ze hoeft mij niet te bevallen omdat ze
jou bevalt, zo werkt het niet.
Je hebt het goed gedaan hier.
Je ziet er prachtig uit.
Pas op het afstapje, mevrouw.
- Het is mevrouw Schindler.
Is dit geen droom?
Een droom? Waarom?
- De auto, het appartement...
Wacht, raad eens hoeveel mensen
ik in dienst heb?
Mijn vader had er op zijn
hoogtepunt 50. Ik heb er 350.
350 arbeiders op de
werkvloer, met één doel...
Om potten en pannen te maken?
- Om geld te verdienen. Voor mij.
Vragen er mensen naar me?
Thuis?
Iedereen. Continu.
Ze zullen de naam 'Schindler'
niet snel vergeten...
"Oskar Schindler", geweldig.
Iedereen herinnert zich hem...
hij heeft iets buitengewoons gedaan.
Hij heeft iets gedaan dat
nog nooit iemand heeft gedaan.
Hij kwam met niets,
enkel een koffer.
En zette een failliet fabriek
om in een enorm bedrijf.
En vertrok weer met één hutkoffer...
twee hutkoffers vol geld.
Zoals één van de
rijksten der aarde".
Het is prettig te zien dat
er niets veranderd is.
Je hebt het mis, Emilie.
Ik had dit niet kunnen weten...
er ontbrak altijd iets.
In iedere bedrijfstak waarin ik me begeven
heb lag het niet aan mij dat ik niet slaagde...
er ontbrak iets.
Zelf als ik had geweten wat het was,
had ik nog niets kunnen doen, omdat...
je dit niet kunt creëren.
En het is het verschil tussen
succes en mislukking.
Geluk?
Oorlog.
Zal ik blijven?
Het is een prachtige stad.
Ik vroeg of ik zal blijven.
Dat bepaal je zelf.
Beloof me, Oskar...
dat niemand je ooit zal beminnen
behalve mevrouw Schindler...
en ik zal blijven.
Dag, liefste.
Ik zou dit kunnen lezen, of ik zou mijn
lunch kunnen eten terwijl hij nog warm is.
Gaat het goed?
- Ja.
Beter dan vorige maand?
- Ja.
Zou het volgende maand slechter kunnen gaan?
- De oorlog zou kunnen eindigen.
Er staat een arbeider buiten die
je graag persoonlijk wil bedanken.
Hij komt iedere dag, hij is erg dankbaar.
Het duurt maar heel even.
Meneer Lowenstein?
Ik wil u danken, meneer...
om mij de gelegenheid
te geven om te werken.
Graag gedaan, ik weet zeker
dat je het fantastisch doet
De SS heeft me in elkaar geslagen,
ze hadden me vermoord...
maar nu ben ik essentieel
voor de oorlog, dankzij u.
Dat is geweldig.
- Ik werk hard voor u.
Vast en zeker.
- En ik zal dat blijven doen.
Geweldig, bedankt.
- God zegene u, meneer.
U bent een goede man.
Hij heeft mijn leven gered.
- Inderdaad.
God zegene hem.
- Ja.
God zegene u.
Het spijt me, Herr Director,
maar u bent erg laat.
Dit is voor de
Obersturmbahnführer.
En dit is voor zijn nicht, Greta.
Doe dat alsjeblieft nooit meer.
Gaan, rijden! Je hoeft niet te buigen.
Heb je gemerkt dat die man maar één arm had?
- Is dat zo?
Wat heb ik aan hem?
- Hij is heel nuttig.
Hoe dan?
- Erg nuttig! Veel succes!
We zullen te laat komen.
Je moet ze niet als jouw
bezit beschouwen, Oskar.
Je moet begrijpen dat sommige officieren
niets geven om de productie.
Voor hen is het een kwestie van...
nationale prioriteit dat de
Joden sneeuw scheppen.
Het heeft niets met de realiteit
te maken. Dat weten we allebei.
Joden die sneeuw scheppen...
het heeft een rituele betekenis.
Kom mee.
- Ik ben een essentiële arbeider.
Een essentiële arbeider?
- Ja.
Ik werk voor Oskar Schindler.
- Een essentiële arbeider voor Oskar Schindler?
Een éénarmige jood?
Twee keer zo nutteloos.
Ik heb een dag productie verloren, Rolf.
Ik werk voor Oskar Schindler.
Danka, kijk naar de sneeuw.
Kijk naar de sneeuw!
Ik heb een arbeider verloren.
Ik verwacht gecompenseerd te worden.
Dien een klacht in bij
het Economisch Departement.
Heb ik daar wat aan?
- Natuurlijk niet.
Een hoge SS-officier bezocht ons,
en vertelde ons...
dat het geloven dat een Joodse arbeider
een essentiële plek heeft in de Rijkseconomie...
beschouwd word als hoogverraad.
Een arbeider met één arm?
Hij bediende de metaalpers.
Zeer bekwaam.
Herr Direktor.
Verdomme, niet te geloven.
- Stern? Ben jij het?
Nee. Ik ben het, Poldek.
Het gaat over Stern.
Laat uw bagage achter
op het perron.
Breng uw naam
er duidelijk op aan.
Eerst uw voornaam,
dan uw achternaam.
Breng uw bagage niet mee.
Het zal u later achterop komen.
Laat uw bagage achter op het perron.
Breng uw naam er duidelijk op aan.
Stern!
Hij staat op de lijst.
Echt waar? Laten
we hem dan zoeken.
U kunt hem niet meenemen, essentiële
arbeiders staan niet op de lijst.
Wat is je naam?
- Meneer, de lijst klopt.
Ik vroeg je niet om de lijst,
ik vroeg om je naam.
Klaus Tauber.
Hauptscharführer, deze meneer
denkt dat er een vergissing is gemaakt.
Mijn fabrieksmanager zit
ergens op deze trein.
Als hij vertrekt, zal het de productie schaden,
en de investeerders zullen zich afvragen waarom.
Staat hij op de lijst?
- Ja, meneer.
Itzhak Stern.
De lijst klopt, meneer.
Ik kan niets voor u doen.
Wat is je naam?
Mijn naam?
Mijn naam is Kunder.
En wat is de uwe?
- Schindler. S-C-H-I-N-D-L-E-R.
Mijne heren, vriendelijk bedankt.
Ik kan u verzekeren...
dat jullie beiden in Zuid-Rusland zullen zijn
voor het eind van de maand. Goedendag.
Stern!
Mijn verontschuldigingen.
Stop de trein!
Hij is hier! Stop de trein!
Stop de trein!
Hier tekenen.
Daar uw initialen.
Voor ons maakt het niet uit, ziet u.
Deze of een andere...
Het is inconsistentie op de lijst.
Administratieve rompslomp.
Ik heb mijn werkvergunning
thuis laten liggen.
Ik heb geprobeerd uit te leggen dat het
een vergissing was, maar... Ik ben zo stom!
Wat al ik vijf minuten later was geweest?
Wat was er dan van mij geworden?
"DE JODENSTAD"
Krakauer Getto, winter 1942.
Ik ontwaakte uit
een droom vanochtend.
Ik was platzak en deelde een kamer met
12 mensen die ik niet kende...
waarna ik ontdekte...
dat ik echt platzak was en een
kamer met 12 vreemden deelde.
Moet je daarom lachen?
- Ik moet wel lachen.
Ze hebben ons achter muren gestopt.
- Daar kan ik wel mee leven.
De beperkingen op
onze vrijheid ben ik beu.
Die muren houden hen buiten,
dat is het belangrijkste.
Het bevalt me hier. Er is hier
een soort... algemene misère.
Je bent een slaaf.
- Niemand is nog jaloers.
Ik ben slim.
- Nou en of!
Je bent echt een genie.
- Jij hebt je kans gehad.
Vandaag heb ik een
idee uitgewerkt.
Ik kan me de laatste keer dat ik
dit heb gedaan niet herinneren.
Wanneer was de laatste keer dat we dit
deden? Wanneer praatten we voor het laatst?
Niemand heeft me in
een vrachtwagen gestopt.
Niemand heeft mijn bedrijf gestolen.
- Er was toch niet veel te halen.
Er is niet lagers dan dit.
Dit is de bodem.
Het getto is...
vrijheid.
Deze straat verdeelt
de getto in gelijke helften.
Rechts is getto A.
Vakmensen,
industriële arbeiders, etc.
Aan de linkerkant: getto B.
Overtollige arbeid,
ouderen en zwakkeren.
Dat is de plek waar jij begint.
Heeft u nog vragen, meneer?
Ja, mag het dak dicht?
Ik bevries zowat.
We verwachten een arbeidersgroep
van 30.000 mensen.
Werkkamp Plaszow
in aanbouw.
Mannen en vrouwen gescheiden.
- Zal ik daar verblijven?
Ja meneer, in die villa.
- Noem je dat een villa?
De synagoge, ziet u hem?
- Dat is geen villa.
Dat moeten stallen worden.
- Dat is een huis.
Wat is dat daar?
De kinderspeelplaats, barak 51.
Daar hebben we een tandarts,
een schoenmaker, verschillende medici.
Daar zijn ze, meneer.
Eén van jullie is een
heel fortuinlijk meisje.
Er is een vacature...
ver weg van al dit zware werk...
in mijn nieuwe villa.
Wie van jullie heeft
ervaring als bediende?
Op het tweede gezicht hoef ik
eigenlijk iemand anders' bediende niet.
Ik zal wel wat slechte
gewoonten moeten bijschaven...
Je hoeft me niet
met griep aan te steken.
Hoe heet je?
Helen Hirsch.
- Hoe?
Ik versta je niet.
- Helen Hirsch.
Aan het werk!
Haal het neer!
Ze zegt dat het
fundament niet goed is.
Ik heb gezegd dat het een barak is,
en geen Hotel Europa.
Verdomde Joodse ingenieur!
Trut!
Het hele project moet worden
neergehaald en herbouwd.
Als dat niet gebeurt zal
er een verzakking optreden...
aan de zuidelijke kant van de barak.
Verzakking... en daarna instorting.
Ben je ingenieur?
- Ja.
Mijn naam is Diana Reiter. Ik heb bouwkunde
gestudeerd op de Universiteit van Milaan.
Een geschoolde Jood.
Net zoals Karl Marx.
Dood haar.
Herr Kommandant, ik probeer
enkel mijn werk te doen.
En ik probeer
de mijne te doen.
Meneer, ze is de opzichter.
Ik begeef me niet in discussie
met deze mensen.
Nee.
Schiet haar hier neer.
Het zal meer dan dat vergen.
- Vast en zeker.
Haal het neer, en herbouw het.
Zoals ze zei.
We moeten nog meer zien,
maar het is nog maar één uur licht.
Vandaag wordt
geschiedenis geschreven.
Deze dag zal worden onthouden.
Over vele jaren zullen de jongeren
vragen naar deze dag.
Vandaag is geschiedenis,
en jullie maken er deel van uit.
600 jaar geleden, terwijl ze elders
verantwoordelijk werden gehouden voor de pest...
vertelde de zogenaamde
Casimir de Grote...
de Joden dat ze naar
Krakow konden komen.
Ze kwamen.
Ze sleepten hun bezittingen
de stad in...
en ze installeerden zich,
namen huizen in beslag...
en ze gedijden...
in het bedrijfsleven, de wetenschap,
educatie, kunsten.
Ze kwamen met niets.
Niets.
En ze bloeiden op.
Gedurende zes eeuwen,
is er een Joods Krakow geweest.
Stel het je voor.
Vanavond zullen die
zes eeuwen een gerucht worden.
Die hebben nooit plaatsgevonden.
Vandaag is geschiedenis.
Ontruiming van het getto.
13 maart 1943.
We beginnen met getto B.
Oké?
- Beginnen aan beide kanten?
Nee, ik wil dat je daar begint,
en vanuit daar verder.
Gold, Chaim?
Gold, Chaim?
We gaan ontsnappen via de riolen.
Pak wat dingen, niet groter dan dit.
- Ik ga niet.
Ik heb je gezegd dat ik
niet door de riolen ga.
Je kunt het.
Echt waar.
Ik ga niet in de riolen.
Opschieten! Daarheen!
Je kaart, Jood!
In de rij.
Ze is zo goed als dood, laat haar.
Laat me haar binnen brengen.
Ik kan jou ook neerschieten...
of je kunt in de rij gaan staan.
Vrouwen naar links!
Mannen naar rechts.
Vrouwen naar links.
Ik wil mijn man niet verlaten!
Mila!
Oh god, Danka!
Jij hebt een Blauschein.
- Dat maakt niets meer uit.
Er is niet genoeg plaats voor je.
- Hoe bedoel je?
We hebben het al eerder gedaan.
Er is meer dan genoeg plaats.
Ik ben van gedachten veranderd!
Kijk naar al die ruimte daar.
Kijk nu naar mij. Je bent ***.
Het meisje past erin, maar jij niet!
- Mamma, ik kom eruit!
Blijf waar je bent. Ik heb liever
dat je hier bent.
Herr Kommandant.
- Prachtig gesalueerd.
Mij is bevolen de doorgang vrij te maken,
zodat de troepen erdoor kunnen.
Ga in de rij staan,
kleine Poolse soldaat.
Mevrouw Dresner?
- Ja.
Je bent een vriendje van mijn zoon.
Wees niet ***, ik zal stil zijn.
Verstop u onder de trap.
Daar zullen ze niet zoeken.
Verstop u alstublieft.
Alstublieft. Verstop u onder de trap.
Ik heb het gebouw doorzocht.
Er is niemand.
Hallo, Adam.
Hallo, Danka.
Kom maar mee.
Ik zal jullie in de goede rij stoppen.
Eén uur leven is nog steeds leven.
Je bent geen jongen meer.
Ik zal voor je bidden.
Laten we gaan.
Laten we alsjeblieft gaan.
Kom op.
Ik wou dat deze verdomde nacht voorbij was.
Het ergste is voorbij.
We zijn nu arbeiders.
Oh, God!
Amon, je bent zo kinderachtig!
Doe maar rustig, ***.
Maak koffie.
- Maak het zelf maar.
De SS zal zelf fabrieken
gaan besturen in Plaszow.
Een metaalfabriek, een borstelfabriek,
en een om kleren te verwerken...
die toebehoord hebben aan
Joden uit het getto.
Maar privé-fabrieken, zoals die van u,
profiteren het meest door...
Nee, nee, blijft u zitten. Julián, hoe gaat het?
Oskar Schindler.
Leo John.
Franz. Goed je weer te zien.
- Hallo Oskar. Ik ben blij dat je kon komen.
Mijn genoegen.
- Julius.
Hoe gaat het?
- Goed.
Je bent mager geworden.
- Alleen op de schouders.
Alstublieft, gaat allen zitten.
Hoe gaat het? Oskar Schindler.
We zijn zonder u begonnen.
- Heb ik iets gemist?
Ik legde net aan meneer Bosch
en meneer Madritsch uit...
wat de voordelen zijn van het
verplaatsen van de bedrijven naar Plaszow.
Ik bedoelde het eten.
Omdat de arbeiders zo dichtbij wonen,
zijn ze altijd beschikbaar.
U kunt ze de hele nacht laten
werken als u wilt.
Het bedrijfsmanagement zal
hetzelfde blijven.
Dat zal gerespecteerd worden.
Waar heeft u dat pak vandaan?
Is dat zijde?
Natuurlijk.
Het glanst mooi.
Dank u.
- Erg mooi.
Ik zou er u graag een aanbieden,
maar de maker is waarschijnlijk dood.
Ik ging laatst naar mijn werk.
Er was niemand.
Niemand had me ingelicht,
ik moest het zelf uitvinden.
Iedereen was weg.
Ze zijn niet weg. Ze zijn hier.
Ze zijn van mij!
Ik maak elke dag meer verlies.
Iedere dode kost me geld.
Als je niet zoveel geld hoefde te verdienen,
maakte dit niet uit.
Het is een slechte zaak.
Dank je.
Laat de fles maar hier.
Helena.
Dank je.
Scherner heeft me nog iets over je verteld.
Ja? Wat dan?
Dat je de betekenis van het woord
'dankbaarheid' kent.
Dat het voor jou niet zoiets vaags
is als het voor anderen is.
Jij wilt blijven waar je bent.
Je hebt je eigen zaakjes aan de gang.
Het gaat je goed. Je wilt niet dat
iemand je vertelt wat je moet doen.
Dat begrijp ik allemaal wel.
Ik begrijp jou.
Wat jij wilt, is je eigen subkamp.
Weet je wat er allemaal
bij komt kijken?
De papieren alleen al, de vergunningen
en dan moet je het nog bouwen.
Dan komen de ingenieurs, die beginnen over
drainage, specificaties, hekken...
1200 kilo prikkeldraad...
6000 kilo elektrische afrastering,
de generatoren...
Je wordt er gek van.
Ik heb het allemaal meegemaakt.
Jij kunt het weten,
je hebt het meegemaakt.
Je zou de dingen
makkelijker voor me kunnen maken.
Ik zal dankbaar zijn.
Waar is Stern?
Goldberg en Chilowicz; verzeker je ervan dat
ik mijn loon krijg van de kampeigenaren.
En zorg voor mijn rekening...
de rekening van Schindler.
Hij wil zijn onafhankelijkheid,
die heb ik hem gegeven.
Maar onafhankelijkheid kost geld.
Begrijp je dat?
Kijk me aan.
Vergeet niet wie je nieuwe baas is.
Meer wijn!
Maak je geen zorgen over mij.
Ontferm je over hem!
Dank u, Herr Director!
Wat doe je.
- Op mijn kop krabben.
Dan denken ze dat we luizen hebben.
Zo houden we ze op afstand.
Heb je luizen?
- Mijn notitieboekje.
In de kalender op mijn bureau staan de
verjaardagen van SS-ers. Iets sturen.
Smeergeld rapporteren aan het...
- Langzaam, Stern.
de Raad voor de Wapens, en de
hoofdcommissaris als 'honorarium'.
De lijst van individuele afbetalingen
ligt in de onderste la van mijn bureau.
'Eerste van de...'
Individuele afbetalingen... in mijn bureau.
Behandel die als schenkingen.
Onze contacten op de zwarte markt,
die 'leveranciers' worden genoemd...
Vergeet het.
- Wat bedoel je, vergeet het?
Ik krijg er hoofdpijn van!
Ik kon je er niet uitkrijgen.
- Ik red me wel.
Maar ik zal iedere week komen...
meestal op woensdag.
Dan kom ik kijken hoe het gaat.
Stop dit in je zak.
Kom op.
Laat het niet kapot gaan.
Ik heb te hard gewerkt.
Bedankt voor...
Veel succes.
Attentie!
Metaalfabriek in
dwangarbeidskamp Plaszow.
Wat maak je?
- Scharnieren, meneer.
Er komen morgen wat arbeiders binnen...
waar vandaan ook weer?
Uit Joegoslavië, Herr Kommandant.
Ik moet plaats maken.
Maak een scharnier voor me.
- Ja, meneer.
Het gaat goed.
Heel goed.
Maar ik ben wat in de war.
Misschien weet jij het...
Wat ik niet begrijp is, dat jij sinds...
sinds 6 uur vanochtend hebt gewerkt?
En toch heb je maar zo
weinig scharnieren gemaakt.
Verdomme.
- Mag ik even?
Misschien is de hoek niet goed.
Dan zou je een klik horen.
Het is de pin.
Geef hier.
- Wat zei ik nou?
Ik moet u rapporteren dat ik maar zo weinig
scharnieren heb geproduceerd...
omdat de machines opnieuw zijn ingesteld.
Ik moest kolen scheppen.
Raar, hè?
Bedankt, Muek.
Lisiek, raak het leer niet aan.
Voor mij? Bedankt, Herr Director.
Dus die man kon een scharnier binnen
één minuut maken? Waarom zo'n lang verhaal?
Bedankt, meneer.
- Graag gedaan.
Niemand weet wie de kip gestolen heeft?
Er loopt een man rond met een kip,
en niemand weet wie het is.
Red jezelf.
Vertel hem over de kip.
Nog steeds weet niemand het.
Dus jij was het.
Jij hebt het gedaan.
Nee, meneer.
- Maar je weet wie het wel was.
Ja.
- Wie?
Hij!
Ze is zeer getalenteerd.
- Oké. Laat hem komen.
Bedankt, Herr Director.
- Niets te danken.
Het is een eer om voor
zo'n mooi bedrijf te werken.
Het is goed om je in dienst te hebben.
- Ik wil alles leren over de productie.
Geweldig.
Elsa Krause is hier. Ze wil de directeur spreken.
- Vijf minuten maar.
Hij wil je niet ontvangen.
Alstublieft, ga zitten.
Pernod? Cognac?
- Nee, dank u.
Wat kan ik voor je doen?
Ze zeggen dat hier niemand sterft.
Dat uw fabriek een haven is.
Ze zeggen dat u goed bent.
Wie zegt dat?
- Iedereen.
Ik heet Regina Perlman,
en niet Elsa Krause.
Ik woon in Krakow, met valse papieren.
Mijn ouders zitten in Plaszow.
Ze heten...
Chana en Jakob Perlman.
Ze zijn bejaard. Ze vermoorden
de bejaarden in Plaszow.
Ik heb geen geld.
Ik heb deze kleren geleend.
Ik smeek u.
Laat ze alstublieft hier komen.
- Zulke dingen doe ik niet.
Je bent misleid.
Ik vraag slechts één ding, dat een
arbeider bepaalde vaardigheden bezit.
Mijn vader is importeur.
- Die activiteiten zijn illegaal.
Dit doe ik niet, mevrouw Krause!
Als je huilt, zal ik je laten arresteren.
Dat zweer ik bij God.
Mensen sterven, dat gebeurt nu eenmaal.
Wil je iedereen ombrengen? Geweldig!
Wat moet ik daaraan doen?
Moet ik iedereen hierheen halen?
Stuur ze maar naar Schindler.
Stuur ze allemaal maar.
Zijn plaats is een haven. Wist je dat niet?
Het is helemaal geen fabriek,
maar een veilige plaats voor Joden...
en mensen zonder vaardigheden!
Dacht je dat ik niet wist waar je mee bezig was?
Je bent zo stil altijd.
- Ik weet het!
Verlies je geld?
- Nee, dat doet er niet toe!
Het is gevaarlijk! Gevaarlijk voor mij!
Göth staat onder enorme druk.
Je moet het beschouwen
vanuit zijn perspectief.
Hij is overal verantwoordelijk voor. Hij moet zich
over een hoop dingen zorgen maken.
En dan is er nog de oorlog,
dat het slechtste in de mens naar boven brengt.
Nooit het beste, altijd het slechtste.
Altijd het slechtste.
Onder normale omstandigheden
zou hij niet zo raar doen.
Dan zou je alleen zijn
goede kanten zien.
Hij is een prachtige schurk.
Een man die van goed eten houdt,
goede wijn, vrouwen...
geld verdienen...
- Moorden.
Hij kan er niet van genieten.
Bejski vertelde me laatst...
dat er iemand was ontsnapt.
Göth liet iedereen in het gelid staan.
Hij schoot Bejski's linker-
en rechterbuurman neer...
hij vermoorde iedereen met een pistool.
Vijfentwintig man.
Wat wil je dat ik eraan doe?
- Niets.
Ik vertel het u alleen.
Perlman.
Perlman!
Echtgenoot en echtgenote.
Jakob en Chana Perlman!
Laat Goldberg hen opsporen.
Ik weet zeker dat dit beter zal gaan
dan met die vodden, Lisek.
Herr Direktor, ik hielp Lisek net
om schoonmaakmiddelen te vinden...
voor de badkuip van Herr Kommandant.
Verontschuldig mij, Herr Direktor.
Je hoeft niet aan mij te rapporteren, Helen.
Weet je wie ik ben?
Ik ben Schindler.
Natuurlijk. Dat heb ik gehoord.
U bent hier eerder geweest.
Hier. Waarom houd je dit niet.
Kom op, neem het.
Ik krijg hier extra te eten.
- Als je het niet wilt eten kan je het ruilen.
Of geef het aan Lisek.
Waarom zou je jezelf niet opwerken?
Op mijn eerste dag hier...
sloeg hij me omdat ik de botten
van het eten weggooide.
Hij kwam naar de kelder om middernacht...
en hij vroeg me waar ze waren.
Voor zijn honden,
begrijpt u.
Ik zei tegen hem...
ik weet niet waarom ik het zei...
Ik zei: 'waarom slaat u mij?'.
Hij antwoordde: 'De reden waarom ik je sla...
is omdat je vroeg waarom ik je sloeg'.
Ik weet dat je lijdt, Helen.
Het geeft niet.
Ik heb het geaccepteerd.
Geaccepteerd?
Op een dag zal hij me doodschieten.
Dat zal niet gebeuren.
Ik weet het.
Ik zie dingen gebeuren.
We waren op het dag op maandag, Lisek en ik...
en we zagen Herr Kommandant
naar buiten komen door de voordeur...
en hij ging de trap af,
recht onder ons, en daar...
trok hij zijn pistool...
en schoot een vrouw neer die voorbijliep.
Een vrouw die een pakket droeg.
Door de keel. Een doodgewone vrouw.
Ze was niet dikker, dunner,
sneller of langzamer dan iemand anders...
en ik kon niet raden
wat ze misdaan had.
Langzaam maar zeker
kom ik er achter...
dat er voor hem geen regels zijn die
hem beletten iemand neer te schieten.
Je kunt je voornemen: 'Als ik
me hieraan houd, word ik gespaard.
Hij zal je niet neerschieten
omdat hij teveel van je geniet.
Hij geniet zoveel van je dat je
niet eens de ster mag dragen.
Niemand anders mag weten dat het
een Jodin is, waarvan hij geniet.
Hij schoot die vrouw neer...
omdat ze niets voor hem betekende.
Ze was er één uit serie, die hem
noch plezierde, noch beledigde.
Maar jij, Helen...
Het is goed. Het is niet zo'n soort kus.
Dank u.
Goed. De wijn.
Een luisterrijk feest, Amon.
Bedankt.
Waarom drink je die motorolie?
Ik heb je goede drank gestuurd.
Je lever zal exploderen
als een handgranaat.
Ik kijk naar jou...
Ik observeer je.
Jij bent nooit dronken.
Dat is...
Dat is echte controle.
Controle is macht.
Dat is macht.
Vrezen ze ons daarom?
We kunnen ze doden,
daarom vrezen ze ons.
Nee... ze vrezen ons, omdat we
willekeurig moorden.
Als iemand een misdaad begaat...
laten we hem daarom vermoorden.
Als we hem zelf vermoorden
vinden we dat nog beter.
Maar dat is geen macht.
Dat is gerechtigheid.
Dat verschilt van macht.
Macht...
is wanneer we er alle recht
toe hebben te doden...
maar we het niet doen.
Denk je echt dat dat macht is?
Dat is wat de keizer zei.
Een man heeft iets gestolen,
hij wordt voor de keizer geleid...
hij werpt zich voor zijn voeten,
en smeekt om genade...
hij weet dat hij zal sterven.
En de keizer...
vergeeft hem.
Die waardeloze man!
Hij laat hem gaan.
Volgens mij ben je wel dronken.
Dat is macht, Amon.
Dat... is macht.
Amon... de Goede.
Ik vergeef je.
Wat willen ze?
- Ik weet het niet...
maar ze zijn bezig met controleren.
Dit is mijn gebied... zou ik daarover
niet van tevoren worden ingelicht?
U hoeft niet gewaarschuwd te worden.
Het spijt me, meneer.
- Weet je hoeveel dat zadel waard is?
Goed.
Het is al goed.
Stern, waarom volg je me overal?
Ze was aan het roken.
Vertel haar het niet weer te doen.
Ik moet u rapporteren...
dat ik er niet in ben geslaagd
de vlekken te verwijderen.
Wat gebruik je daarvoor?
- Zeep, Kommandant.
Zeep? Geen loog?
Ga. Ga maar.
Ik vergeef je.
Ik vergeef je.
Hoewel ik geen rabbijn ben...
hoop ik dat de almachtige
me zal vergeven...
als ik de ceremonie voltrek.
Dus hier probeer je je
voor mij te verstoppen.
Ik kom je vertellen...
dat een erg lekker kunt koken.
Ik meen het.
Als je een referentie
nodig hebt na de oorlog...
zal ik je die graag geven.
Het is eenzaam hier beneden...
vergeleken met boven waar iedereen
het zo naar zijn zin heeft.
Of niet?
Geef antwoord.
'Wat is het goede antwoord?',
dat denk je.
'Wat wil hij horen?'
De waarheid, Helen, is
altijd het goede antwoord.
Ja, dat klopt.
Soms zijn we beiden eenzaam.
Ja, ik...
Ik bedoel...
Ik zou graag...
dicht bij je willen komen...
je willen aanraken.
Hoe zou dat zijn?
Wat zou daar verkeerd aan zijn?
Ik realiseer me dat je volgens de wet
geen persoon bent...
Misschien heb je wel gelijk
Misschien...
is wat er verkeerd is...
niet wij.
Is het dit...
Ik bedoel, wanneer ze je vergelijken met...
ongedierte; een rat of een luis...
Ik wil alleen...
Nee. Je hebt een punt.
Je hebt een goed punt.
Is dit het gezicht van een rat?
Zijn dit de ogen van een rat?
Heeft een Jodin geen ogen?
Ik heb gevoelens voor je, Helen.
Nee, ik dacht het niet.
Joodse trut...
je had me bijna zover,
of niet soms?
Namens de werkers...
wens ik u een prettige verjaardag.
Gefeliciteerd.
Hartelijk bedankt voor die prachtige taart.
Heel erg bedankt.
Bedank de anderen namens mij.
De treinen arriveerden, en de mensen
werden eruit gedreven met stokken.
Ze werden opgesteld
voor twee grote gebouwen.
Op de ene stond 'kleedkamer' en
op de andere 'waardevolle artikelen'.
En ze moesten zich uitkleden.
Een Joods jongetje gaf ze stukjes touw,
om hun schoenen aan elkaar te binden
Ze schoren hun haar af.
Ze vertelden ze dat er iets speciaals
van werd gemaakt voor de onderzeeërs.
En toen moesten ze door een grote
gang lopen, naar...
barakken met Davidsterren op de deuren,
en een bord: 'wasruimte'.
De SS gaf ze zeep.
Ze vertelden de mensen dat ze moesten
blijven ademen, voor de desinfectie.
En toen vergasten ze ze.
Mila, waarom die zeep?
Omdat ze dan makkelijk naar binnen
zouden gaan, denk ik.
Mila, stop.
Die verhaaltjes maken iedereen ***.
Ja. Het is belachelijk.
Ik kan het niet geloven.
Ik zei alleen dat ik het gehoord heb.
- Van wie?
Van iemand die het van een
getuige heeft gehoord.
Als er iemand bij was geweest,
zou die ook vergast zijn.
Ja.
Er klopt niets van.
- We zijn hun arbeiders.
Waarom zou je je eigen
arbeiders vermoorden?
Eerst zoveel moeite doen om die mensen
bij elkaar te krijgen, en dan...
Het kan niet waar zijn.
We zijn heel belangrijk voor hen.
Goedenacht.
Goedenacht.
- Slaap lekker.
Attentie, attentie!
Iedereen moet direct naar
de Appelplatz komen.
Attentie, attentie!
We moeten naar de Appelplatz.
De lijstmakers zijn er.
Er wordt een selectie gemaakt.
Attentie, attentie!
Iedereen moet direct...
naar de Appelplatz komen.
Je zou wel wat kunnen afvallen, Amon.
En je moet minder Cognac drinken.
Morgen.
Wat gebeurt er?
Een halfjaarlijks
lichamelijk onderzoek.
Aha.
Er komt nog een lading binnen...
waarvandaan ook weer?
Hongarije.
- Oh ja, Hongaren.
We moeten de zieken van de
gezonden scheiden, om plaats te maken.
Laat me je helpen.
Kijk vrolijk, Rebeka.
Dat is mijn monteur.
Wiens idee was het om
ons van hem te ontdoen?
Nee, nee. Wacht.
Zij kan werken.
Je moet de zieken
van de gezonden scheiden...
degenen die kunnen werken
en degenen die dat niet kunnen.
Jij kunt werken, kom maar.
Degenen die niet zijn
geselecteerd voor transport...
kunnen hun kleren weer aantrekken.
Terug naar de barakken!
Terug naar de barakken!
Oh, mijn God!
Ik zag hem niet.
Ze hebben zich verstopt,
echt waar, Danka.
Ze zitten in een schuilplaats.
Olek en Janek hebben zich verstopt.
Zoek een andere schuilplaats!
Hier is geen ruimte voor je.
Wegwezen, snel!
Ga weg, dit is onze plek.
Ga weg!
Amón. Heren.
Waarom heb je me niet gebeld?
Ik heb geprobeerd je te bellen.
Hujar, wegwezen.
Wat een happening, hè?
Het duurt langer dan ik gedacht had.
Wil je iets drinken?
- Iets kouds. Bola.
Wat een mooie dag.
Wat zou je ervan zeggen als we met
brandslangen die wagons natspoten?
Gun me dat plezier.
Pak de brandslangen.
- Waar is het vuur?
Door de gaten. Op het dak. Zo ja.
Goed. Goed.
Door het raam.
Nee, meer.
Nog wat meer.
Zo ja.
Meer, meer.
Dit is echt gemeen, Oskar.
Je geeft ze hoop.
Dat zou je niet moeten doen.
Dat is gemeen!
Kom op, tot aan het einde.
Ik heb wat 200-meterslangen
in de fabriek.
En voor mijn tuin heb ik er één van 20.
- Dan kunnen we de laatste wagons halen.
Wat? Wat!
Ja. Prima.
Op het dak blijven spuiten.
Het dak aan de andere kant.
Elke keer dat de trein stopt,
spuit jij met water.
Deze wagon, deze wagon!
Ik zeg niet dat je er spijt van
zult krijgen, maar dat zou kunnen.
Dat moet je je van bewust zijn.
- Dan moeten we dat maar riskeren.
Goed, prima. Het is een mooie dag.
Ik ga wel mee voor een ritje.
Wat doe jij hier?
Ik heb de
'Rassen- en Herkolonisatiewet' overtreden.
Hoewel ik betwijfel dat iemand me
de provisie kan aanwijzen.
Ik heb een Joodse gekust.
En, viel je pik eraf?
Hij houdt van vrouwen.
Hij houdt van mooie vrouwen.
Als hij een mooie vrouw ziet,
denkt hij niet na.
Hij heeft zoveel vrouwen.
En ze houden van hem!
Ze houden van hem.
Hij is getrouwd, maar...
Maar goed, ze was Joods.
Hij had het niet moeten doen.
Maar je had haar moeten zien.
Ik heb haar gezien.
Zij was...
Ze was erg mooi.
Ze betoveren je, die Jodinnen.
Als je dicht bij ze leeft, zoals ik,
merk je dat. Het is als een virus.
Sommige mannen zijn
besmet met dit virus.
Ze zouden behandeld moeten
worden, dit is zo erg als tyfus.
Is het een kwestie van geld?
Probeer je mij om te kopen?
Smeergeld? Nee, alsjeblieft niet.
Het drukt dankbaarheid uit.
Hallo, Amon.
Ga zitten.
We geven je die Joden
voor vijf Mark per dag, Oskar.
Je zou ons moeten kussen, niet hen.
Je bevrijdt ze uit de getto
omdat je van Joodse rokjes houdt...
maar er zit geen toekomst in.
Ze hebben geen toekomst.
En dat is niet alleen een verhaaltje...
Het is ons beleid.
Chujowa Gorka, April 1944.
Op bevel van beleidsgroep D verbrandt Göth
de lijken van meer dan 10 000 Joden...
die omkwamen in Plaszow en
bij het bloedbad in de Getto van Krakow.
Kun je dit geloven?
Alsof ik nog niet genoeg te doen heb...
Ik moet elk lijk vinden dat hier
ligt begraven, en het verbranden.
Ze gaan het kamp sluiten, Oskar.
Ze sturen ze allemaal naar Auschwitz.
Wanneer?
- Zo gauw ik het vervoer kan regelen.
Over dertig, veertig dagen.
Dat zal leuk worden.
Ik heb met Göth gesproken.
- Ik weet de bestemming...
dit zijn de evacuatieorders.
Ik moet het organiseren
en mezelf ook indelen.
Dat wilde ik niet zeggen.
Ik heb Göth laten beloven
dat hij een goed woordje voor je zou doen.
Je krijgt een speciale behandeling.
In de rapporten gaat het steeds vaker
over een 'speciale behandeling'...
volgens mij bedoel je iets anders.
- Wat dan, 'voorkeursbehandeling'?
Moet ik een complete nieuwe taal uitvinden?
- Ik denk het.
Jij blijft hier, zeker?
In Krakow? Waarom?
- Je moet je bedrijf leiden.
Natuurlijk moet je nieuwe arbeiders huren,
Polen misschien. Die kosten wat meer...
Wat ga je doen?
Jij leidde mijn bedrijf.
Ik ga naar huis.
Ik heb gedaan waarvoor ik kwam.
Ik heb meer geld dan ik...
in de rest van mijn leven
uit kan geven.
Op een dag zal al dit voorbij zijn.
Ik wilde zeggen:
'dan gaan we wat drinken', maar...
Ik denk dat we het
beter nu kunnen nemen.
Ik begrijp het niet.
Je wilt deze mensen?
Deze mensen, mijn mensen.
Ik wil mijn mensen.
Wie ben je, Moses?
Er zit vast een adder onder het gras.
Het is goed zakendoen.
- Naar jouw mening.
Je moet hen verplaatsen, en al
het materiaal, naar Tsjecho-Slowakije.
Voor al dat betalen, en een nieuw
kamp bouwen. Daar klopt niets van.
Het is goed voor mij. Ik ken deze mensen.
Ik hoef ze niet in te werken.
Het is goed voor jou,
ik zal je compenseren.
Klopt.
- Het is goed voor het leger.
Klopt.
- Weet je wat ik ga maken?
Granaten.
- Die maakt iedereen.
Dat heeft iedere tank nodig.
Iedereen is tevreden.
- Ja, behalve ik.
Je neemt me vast in de maling.
Als ik 100 Mark verdien,
verdien jij er vast 300.
En als het geen 300 is,
dan is het wel 400. Maar hoe?
Dat heb ik je net verteld.
- Ja, maar eigenlijk toch niet.
Goed, vertel het dan maar niet.
Ik stem er wel mee in.
Het is alleen irritant
dat ik het niet snap.
Je hoeft me enkel te zeggen
wat het je waard is.
Wat is een mensenleven waard?
Nee, nee, nee. Wat is
jou een leven waard?
Poldek Pfefferberg.
Mila Pfefferberg.
Stagel... Stagel...
Paul Stagel.
Doctor.
De investeerders.
Iedereen.
- Ja, meneer.
Fischer. Ismail Fischer.
- Fischer.
Josef Scharf.
- Een momentje, het spijt me.
Kom op, Stern. Scharf.
De kinderen, alle kinderen.
Herbert Stier.
Hoeveel?
- 400, 450.
Meer, meer.
Feigenbaum.
- Wolf. Wolf Wein. Wolf Wein.
Feigenbaum, Lutek...
Jakob, Naicha. Ja? Nacha.
En Wolf.
Hoeveel?
600.
- Meer.
Je doet hetzelfde als ik.
Je kunt zelfs geld mee verdienen.
Ik weet het niet.
Ik weet dat je ze
extra geld en eten geeft.
Samen kunnen we er meer
dan 4000 herbergen.
We kunnen ze op een
veilige plaats onderbrengen.
Ik weet het niet.
Hoeveel sigaretten heb je vanavond gerookt?
- Te veel.
Van elke sigaret die jij rookt,
krijg ik de helft ook binnen.
Ik heb gedaan wat ik kon.
- Dat kan ik niet accepteren.
Ik kan dit niet langer doen.
- Dat accepteer ik niet.
Hoeveel?
- 850, ongeveer.
Ongeveer? Wat nou, ongeveer?
Tel ze. Hoeveel zijn het er?
Dat is genoeg, maak die pagina maar af.
Wat zei Göth hier eigenlijk op?
Je vertelde hem gewoon hoeveel mensen
je nodig had, en hij...?
Je koopt ze toch niet?
Je koopt ze van hem?
Je betaalt hem per persoon?
Als je nog steeds voor hem zou werken
had jij het voor me moeten regelen.
Het kost me een fortuin.
Maak die pagina af,
en laat één plekje open.
De lijst is een teken van het goede.
De lijst... is het leven.
De marges markeren de grens
van het kwade.
Oskar, er staat een fout
onderaan de laatste pagina.
Nee, ik wil daar nog één naam plaatsen.
Ik heb een dienstmeisje
ontmoet die zeer bekwaam is.
Nee.
We spelen eenentwintigen.
- Nee.
Als je wint, betaal ik je 7400 Mark.
Als je blackjack hebt, krijg je 14 800.
Als ik win, gaat ze op de lijst.
Ik kan Helen niet als inzet gebruiken.
- Waarom niet?
Dat zou verkeerd zijn.
Ze gaat vroeg of laat toch naar Auschwitz.
Nee. Dat laat ik niet gebeuren.
Nee, ik wil dat ze met me mee
naar Wenen komt.
Dat ze voor me komt werken.
Ik wil oud met haar worden.
Ben je gek?
Amon, je kunt haar niet
meenemen naar Wenen.
Nee, natuurlijk niet.
Ik wil het alleen graag.
Wat ik eigenlijk zou moeten doen,
is het op één na beste...
ik zou haar een pijnloze dood
moeten laten sterven.
Wat was het ook al weer, bij blackjack?
14 800?
Schindler-Joden, naam duidelijk uitspreken!
De familie Dresner.
Juda, Jonas, Donata en Chaja.
De Rosners. Henry, Manci...
- En Leo.
En onze zoon.
- Ik ben Olek.
Maria Mischel.
Chaim Nowak.
Wullkan, Markus.
Michael Lemper.
Itzhak Stern.
Rebeka en Josef Bau.
Rosalia Nussbaum.
- Wilhelm Nussbaum.
Jakob Lewartow.
Farber, Rosa.
- Farber, Andrzej.
Sara.
- Friehof, Fischel.
Mietek Pemper.
Poldek en Mila Pffeferberg.
Horowitz, Dolek.
Adam Levy.
Marcel Goldberg.
Klipstein, Isak David.
Altmann, Eduard.
Grünberg, Miriam.
Luftig, Eliasz.
Hilmann, Eduard.
Erena Rothberg.
Zuckermann, Jetti.
Helen Hirsch.
Het ergste is voorbij.
We gaan.
Mannen naar deze trein,
vrouwen naar die trein.
Pas op. Mannen naar deze trein,
vrouwen naar die trein.
Geweldig, Olek.
Geweldig.
Weten jullie hoe je
van ijs water maakt?
Olek, pak er nog een!
Zwittau - Brünnlitz, Tsjecho-Slowakije.
Oskar Schindlers geboortestad.
U zult verrast zijn met de efficiëntie
die ik uit deze mensen zal halen.
Op Budzyn, onder mijn commando...
waren alle commandanten jaloers.
De gevangenen vonden het
echter niet zo geweldig.
De trein met de vrouwen
heeft Plaszow reeds verlaten...
en zal hier spoedig arriveren.
Ik weet dat jullie een
lange reis hebben gehad...
maar het is nog maar een
klein eindje lopen naar de fabriek...
alwaar hete soep en brood
voor jullie gereed staan.
Welkom in Brünnlitz!
En ook bonen?
- Bonen zijn het beste.
Ik houd niet van bonen.
Bonen en vlees en aardappels en brood...
Zo maak je geen Tsunt.
Tsunt met eieren?
- Ja.
Ik houd niet van Tsunt.
- Nee? Waar houd je dan van?
Ik houd van kaviaar.
Een hele dag in de keuken.
Een hele dag.
Auschwitz.
Waar zijn de lijstmakers?
- Waar zijn de tafels?
Mama, waar zijn we?
Ze zijn in Auschwitz.
Er is een fout gemaakt.
Hoe oud bent u, moeder?
- 68.
Ze zeggen dat als je de elektrische
omheining aanraakt, je pijnloos sterft.
Pleeg geen zelfmoord, Clara.
Je weet nooit wat
er met je zal gebeuren.
Hoe oud bent u moeder?
- 66, meneer.
Meneer?
- Goedemorgen.
Er is een fout gemaakt.
We behoren hier niet te zijn.
We werken voor Oskar Schindler.
We zijn Schindler-Joden.
Wie is Oskar Schindler?
- Hij heeft een fabriek in Krakow. Een emailfabriek.
Een potmaker.
Hoe oud bent u, moeder?
U bent niet de enige industrieel
die arbeiders nodig heeft.
Herr Schindler.
Eerder dit jaar, bestelde I.G. Farben...
een treinlading Hongaren...
voor zijn chemische fabriek.
De trein kwam binnen, door de poort...
en de commandant begon
direct met schiften...
en zond er 2000 direct naar
'speciale behandeling'.
Het is niet mijn werk om me
met de processen te bemoeien.
Waarom denkt u dat ik u kan helpen
als ik dat bij Farben niet kon?
Laat me dat uitleggen.
Ik beoordeel u geenszins.
In de komende maanden zullen we
draagbaar vermogen nodig hebben.
Ik zou u kunnen laten
arresteren.
Ik word beschermd door machtige
vrienden, moet u weten.
Ik zeg niet dat ik ze accepteer...
ik vind het alleen niet prettig
dat ze op de tafel liggen.
Morgen komt er een nieuwe lading binnen.
Ik geef u er 300 van. Nieuwe.
Die zijn vers.
De trein komt binnen, we draaien hem om...
- Ik begrijp het.
Ik wil deze.
U moet zich niet blindstaren
op die namen.
Dat klopt. Het levert
een hoop papierwerk op.
Zoldinger, Ernestina!
Wäldegrün, Hilda!
Wäldegrün, Leonora!
Laasst, Anna!
Pfefferberg, Mila!
Dresner, Ruth!
Dresner, Danka! Nussbaum,
Sidonia! Rosner, Manci!
Hirsch, Helen! Grosz, Chaja Sara!
Seelenfreund, Estella!
Waar ben je mee bezig!
Deze zijn van mij!
Dit zijn mijn arbeiders,
en ze horen op mijn trein!
Het zijn vakkundige arbeiders,
ze zijn essentieel.
Essentiële meisjes!
Met hun vingers polijsten ze
de binnenkant van granaathulzen.
Hoe moet ik anders de binnenkant
van een 45mm-huls polijsten?
Zeg jij het maar!
Terug op de trein!
Terug op de trein.
Onder Departement W staat...
dat het verboden is, een arbeider
te vermoorden zonder reden.
Onder het Bedrijfscompensatiefonds,
kan ik vergoedingen eisen voor zulke moorden.
Als je schiet, zonder te denken...
ga jij naar de gevangenis,
en word ik betaald.
Zo werkt het nu eenmaal.
Dus er vinden hier
geen executies plaats.
Jullie bemoeien je op geen enkele
manier met de productie.
Daarom is het wachters niet langer
toegestaan voet op de bedrijfsvloer te zetten.
Mijn dankbaarheid
voor uw medewerking.
Kom op.
Kom op, jongens!
Geen portier of kelner zal je ooit
nog verwarren, dat beloof ik.
Dit is Itzhak Stern, mijn accountant.
- U moet mevrouw Schindler zijn.
Leuk u te ontmoeten.
Emilie heeft aangeboden...
in de kliniek te werken.
- Heel genereus van u.
Weet ik.
- Ik moet met je praten.
Dit is mijn vrouw,
ik heb geen geheimen voor haar.
Oskar, bemoei je met de zaken.
Dat is veel aantrekkelijker.
Wat is er?
- We hebben een klacht ontvangen.
Alle projectielen zijn er niet
in geslaagd door de controle te komen...
Dat was te verwachten.
Dit is een zeer precies productieproces,
daarbij worden fouten gemaakt.
Ze willen niet betalen.
- Dat zou ik ook niet gedaan hebben.
Maak je geen zorgen.
Het komt wel goed.
Er is een gerucht dat je de machines
verkeerd hebt afgesteld.
Ze kunnen ons sluiten,
iedereen terugsturen naar Auschwitz.
Ik kijk wel rond,
waar we kogels kunnen kopen...
dan verkopen we die door.
- Wat is het verschil...
Er is wel degelijk een verschil.
- Het kost een hoop geld.
Er worden minder kogels gemaakt.
Ik zou heel ongelukkig zijn als hier ooit
één werkende kogel geproduceerd zou worden.
Hoe gaat het, rabbijn?
Rabbijn!
Goed, Herr Direktor.
De zon gaat onder.
Dat klopt.
Welke dag is het vandaag?
Vrijdag?
Het is toch vrijdag?
- Is dat zo?
Wat is er met je?
Je moet je klaarmaken voor de sabbat.
Of niet soms?
Ik heb wat wijn.
Ik mijn kantoor.
Kom.
Gedurende zeven maanden
was de munitiefabriek van Schindler...
een schoolvoorbeeld
van antiproductiviteit.
Tegelijkertijd betaalde hij miljoenen
aan voeding voor de arbeiders...
en afkoopsommen aan
hooggeplaatsten van het Derde Rijk.
Wat?
Heb je nog geld...
ergens verborgen, waar ik niet van weet?
Nee.
Waarom? Ben ik failliet?
Gisterenmorgen...
om 2:41 uur...
heeft in het hoofdkwartier
van generaal Eisenhower...
Gereraal Jodl...
de onvoorwaardelijke overgave getekend...
van alle Duitse land- zee- en luchttroepen
in Europa...
aan de Geallieerde Expeditietroepen...
en gelijktijdig
aan het Sovjet-Oppercommando.
De Duitse oorlog is daarom geëindigd.
Ik denk dat het tijd is dat
de soldaten in de fabriek komen.
De onvoorwaardelijke overgave van
Duitsland is zojuist aangekondigd.
Vannacht om middernacht
zal de oorlog voorbij zijn.
Morgen zult u beginnen...
met het zoeken naar
overlevende familieleden.
Is de meeste gevallen
zult u die niet kunnen vinden.
Na zes jaar moorden, wordt er
gerouwd om de slachtoffers.
Wij hebben het overleefd.
Velen van u hebben
mij bedankt...
bedank uzelf liever.
Bedank uw bondgenoot Stern...
en anderen om u heen die
de dood continu gevreesd hebben.
Ik ben lid van de Nazi-partij.
Ik ben een munitiefabrikant.
Ik ben een profiteur van slavenarbeid.
Ik ben... een crimineel.
Om middernacht zult u vrij zijn,
en zal ik achtervolgd worden.
Ik zal bij u blijven
tot vijf minuten na middernacht...
daarna, en ik hoop dat u
me zult verexcuseren,
moet ik vluchten.
Ik weet dat u orders hebben gekregen
van de commandant...
die hij van zijn superieuren heeft gehad,
om de populatie van dit kamp uit te roeien.
Dan is nu de tijd daarvoor aangebroken.
Ze zijn allemaal hier.
Dit is uw kans.
Of... u kunt vertrekken...
en terugkeren naar jullie families
als mannen...
in plaats van moordenaars.
In herinnering van de talloze
slachtoffers onder uw volk...
wil ik graag
drie minuten stilte in acht nemen.
Dank u, meneer Jereth.
- Dank u, meneer Jereth.
Wijd opendoen.
Zo snel er vrede is, wil ik...
dat de stof onder de werkers
wordt verdeeld.
Iedereen krijgt 2,50 meter.
Ook krijgt iedereen een fles wodka.
Ze zullen het niet opdrinken.
Ze weten wat het waard is.
Op gelijke wijze worden
de sigaretten verdeeld.
Het zal zo gebeuren,
alles wat je hebt genoemd.
We hebben een brief geschreven,
die de situatie uitlegt...
voor het geval
u wordt gevangengenomen.
Elke arbeider heeft hem getekend.
Dank je.
Het is hebreeuws, uit de Talmud.
Er staat: 'Degene die één leven redt,
redt de wereld in zijn totaliteit'.
Ik had er meer kunnen redden.
Ik had er meer kunnen helpen.
Ik weet het niet.
Als ik...
Ik had er meer kunnen redden.
- Oskar, 1100 mensen leven dankzij jou.
Als ik meer geld had verdiend.
Ik heb zoveel geld verkwist.
Je hebt geen idee.
Als ik enkel...
Generaties zullen ontstaan
dankzij jouw inspanning.
Ik heb niet genoeg gedaan.
Je hebt zò veel gedaan.
Deze auto.
Göth had hem wel willen hebben.
Waarom heb ik de auto gehouden?
Tien mensen waren dat geweest.
Tien mensen.
Tien mensen meer.
Deze pen.
Twee mensen.
Dit is goud.
Twee mensen meer.
Hij had me er twee voor gegeven.
In ieder geval één.
Hij had me er één gegeven.
Nog één.
Eén persoon meer.
Een persoon, Stern.
Voor dit.
Ik had er meer kunnen redden...
en dat heb ik niet gedaan.
Dat heb ik verzuimd!
Jullie zijn bevrijd
door het Sovjetleger!
Bent u in Polen geweest?
- Ik kom er net vandaan.
Zijn er nog Joden?
Waar moeten we heen?
Niet naar het oosten,
daar haten ze jullie.
Ik zou ook niet naar het westen gaan,
als ik jullie was.
We kunnen wel wat
voedsel gebruiken.
Is daar geen dorp, verderop?
Heil Hitler.
Amon Göth werd opgenomen als
patiënt in sanatorium Bad Tolz.
Hij werd in Krakow voor misdaden
tegen de menselijkheid opgehangen.
Na de oorlog was Oskar Schindler
niet meer als ondernemer actief.
Zijn huwelijk liep spaak.
In 1958 nodigde de gedenkplaats Yad Veshem
Schindler uit om een boom te planten...
in de 'Steeg der Gerechtigheid'.
Deze groeit er nog steeds.
De Schinder-Joden vandaag.
Niusia Horrowitz, het kleine meisje
dat Schindler op zijn verjaardag kuste.
De weduwe van Itzhak Stern.
Vandaag de dag wonen er
in Polen minder dan vierduizend Joden.
Er zijn meer dan zesduizend nakomelingen
van de Schindler-Joden.
In herinnering van de meer dan
zes miljoen omgekomen Joden.
www.ondertitels.nl