Tip:
Highlight text to annotate it
X
Als ik terug kon gaan,
en alles kon uitwissen...
... te beginnen bij mezelf...
... en dat ik dat jasje leende.
Fantastisch, een prachtig optreden.
Herbert Greenleaf. Emily, m'n vrouw.
Dank u. Tom Ripley.
- Aangenaam.
U heeft op Princeton gezeten.
U kent vast onze zoon Dickie.
We zagen uw jasje.
Lichting 1956.
Hoe is 't met Dickie ?
Ik hoop echt dat u langskomt.
- Heel aardig van u.
U beiden. Nietwaar, Herbert ?
- Ja, dat hoop ik ook.
Muziek is voor Dickie natuurlijk
jazz. Hij speelt saxofoon.
In mijn oren is jazz gewoon
lawaai, opdringerig lawaai.
Aangenaam kennismaken.
- Insgelijks.
Tot ziens op de werf.
- Dat hoop ik.
Ik moet opschieten.
Je was geweldig.
- Nee, jij.
Lief stel, he ?
- Inderdaad. Bijzondere jongeman.
Bedankt.
Bedankt voor 't invallen.
- Pas op met die pols.
Koop nu lBM voordat ze 'm splitsen.
- Vind je ?
Je weet dat Dickie in Italië zit.
In Mongibello, ten zuiden van Napels.
Een gat van niks.
Goedemorgen.
- Frank.
Marge is een jongedame...
... die met 'n boek bezig schijnt te
zijn. God mag weten wat hij doet.
Wat ik ***, is dat ze de hele tijd
op het strand liggen of zeilen.
Mijn zoon z'n talent:
z'n toelage uitgeven.
Hoe zou je 't vinden om naar Italië
gaan ?
M'n zoon overhalen
naar huis te komen ?
Ik betaal je ervoor.
Duizend dollar.
Ik wou altijd al naar Europa, maar...
- Heel fijn.
Nu heb je 'n reden.
Count Basie...
Duke Ellington ? Ik weet 't niet.
Ik weet 't niet.
Ik weet niet.
Dizzy Gillespie.
Wat is dit, een man of een vrouw ?
Charlie Parker, dit ken ik. Bird.
Ik neem 'm wel.
- Dank u.
Die duizend dollar komen
van pas. Dat doe ik wel.
De reis wordt geweldig. Mr Greenleaf
is goed bevriend met de Cunards.
MR T. RlPLEY
EERSTEKLAS
De naam Greenleaf opent vele deuren.
Engels ? Spreekt u Engels ?
Hoe heet u ?
- Ripley.
Komt u maar mee.
Deze kant op, signor Ripley.
Deze ?
- Die daar.
Een koffer, signor Ripley ?
Wat is je geheim ?
- Pardon ?
U bent toch Amerikaan ?
Het is alleen...
Ik heb zoveel bagage en u bent zo...
... gestroomlijnd. Het is vernederend.
Ik heet Meredith.
- Ik ben Dickie.
Meredith Randall.
- Dickie Greenleaf.
Ben je van die scheepsbouwers ?
- Dat probeer ik niet te zijn.
Ik probeer 't schip te verlaten.
- Je koffer lag op de foute stapel.
Omdat ie in het R-vak stond.
Ik dacht dat ik je daar zag.
Pa wil dat ik terugkom naar New York.
Hij bouwt boten, ik vaar liever.
Ik reis onder m'n moeder haar naam.
- En die is ?
Emily.
Grapje.
Het grappige is...
... dat ik ook geen Randall ben.
Ik heet Logue.
- Van...
Van 't textielmerk Logue. Ik probeer
me uit de jurk te worstelen.
Ik gebruik ook m'n moeders naam.
- Randall.
Nou zijn we in Rome.
We zijn beiden in vermomming. Dag.
De vriendin heeft 'n gezicht.
Dit is mijn gezicht.
Ik ben kapot.
Dus je hebt 't niet gelezen.
Dat doe ik wel, echt.
Het is gewoon te heet.
Lees 't maar als ik eten maak.
- Dickie Greenleaf ?
Wie ben jij ?
- Tom, Tom Ripley.
We zaten samen op Princeton.
Kenden we elkaar toen ?
Ik kende jou,
dus ik neem aan dat je mij ook kent.
Princeton is in mist gehuld.
Heel Amerika is in mist gehuld.
Dit is Marge Sherwood.
Tom... Hoe heet je ?
Aangenaam.
- Aangenaam, Marge.
Wat doe je in Mongi ?
- Niets. Niet veel.
Ik ben op doorreis.
- Doorreis ?
Je bent erg wit.
Heb je ooit zo'n witte vent
gezien ? Het is eigenlijk grijs.
Gewoon ondergrond.
Hoe bedoel je ?
- Je weet wel, grondverf.
Grappig. Margie vindt 't leuk,
want zij is ook zo wit.
Ja, en jij bent niet leuk. Wil je
mee-eten voor je weggaat ? Dickie ?
Wat 'n toeval.
Ik kan 'm me niet herinneren.
Het is wel heel gek.
Ik heb je overal gezocht.
Waar heb je gezeten ?
Waar heb jij deze week gezeten ?
- Ik heb gewerkt.
Kom erop.
- Met die Amerikaanse ?
Hou me vast.
- Ik haat je.
Ik haat je.
Wist je niet meer waar ik woonde ?
- Ik ben laat, ik ben 'n varken.
Het is vier uur.
- Ik ben net wakker. Sorry.
Je bent net wakker...
- Fausto en ik waren aan het vissen.
Tegen de ochtend hadden
we nog niks gevangen.
We hebben alles zonder jou opgegeten.
Wij ?
Tom Ripley is er.
- Wie ?
Hoe is ie ? Ik dacht dat je verdwenen
was. We wilden je al gaan zoeken.
Nee, ik ben er nog.
Tom vertelde over z'n reis. Ik kreeg
bijna 'n bloedneus van het lachen.
ls dat goed ?
- Hou je kop.
Het spijt me, ik ben verachtelijk.
Maar ik hou van je. Jij ook van mij ?
Ik stoor jullie.
- Kun je 'n martini maken ?
Tuurlijk.
- Laat mij maar.
Dat kan ik heel goed.
Iedereen moet iets kunnen.
Wat kan jij ?
Handtekeningen vervalsen, leugens
verkopen, allerlei mensen imiteren.
Dat is drie. Je mag niet meer
dan een talent hebben.
Doe 's iemand na.
- Nu ?
Het enige talent van mijn zoon
is het innen van z'n toelage.
Ik vind zeilen leuk,
ik vind 't heerlijk.
In plaats daarvan maak ik boten
waar anderen mee varen.
M'n nekharen staan recht overeind.
O ja, jazz.
Laten we eerlijk zijn,
het is gewoon opdringerig geluid.
Alsof hij hier is. Vreselijk,
alsof die ouwe schurk hier is.
Mooi.
- Dit is briljant.
Briljant. Waar ken je 'm van ?
- Ik heb 'm in New York ontmoet.
Marge, dit is doodeng.
Moet je horen. Dit is m'n vader,
Herbert Richard Greenleaf l.
Aangenaam.
U bent 'n goede vangst van Dickie.
Gewoon eng.
- Dat vind Emily vast ook.
Ik snap 't niet.
- Eng.
Kun je je voorstellen dat je naar
Italië gaat om 'm terug te halen ?
Ik betaal je als je erheen gaat, en
m'n zoon overhaalt om terug te komen.
Duizend dollar.
Ik ga nooit. Dat hij iemand inhuurt
om me terug naar huis te slepen...
... is wel getikt, he ?
Dit is Tom.
Ik ga nooit terug.
- Maar je moeder, haar ziekte...
Heeft 't niks mee te maken.
Ze heeft leukem...
Dit maakt me razend.
Hij wil me terug hebben, hij.
Het gaat niet om m'n moeder.
Ga maar terug naar New York.
Of bel, als je 'n telefoon vindt...
... en zeg dat ik met geen paard
naar de werf ben te slepen.
Tom wil gedag zeggen.
Ik kom eraan.
Heb je m'n vader gesproken ?
Je had gelijk, de telefoon werkt
niet. Je kunt geen lijn krijgen.
Het lukt niet.
- Dat is Italië.
Je vertrekt. Wat ga je doen ?
- Zo langzaam mogelijk teruggaan.
Deze tas...
Hou je van jazz ?
- Ik ben er gek op.
Dit zijn de besten. Baker, Rollins.
Marge houdt van Glenn Miller-jazz.
Heb ik nooit gezegd.
- Bird, dat is pas jazz.
Bird ? Vraag 's hoe m'n zeilboot heet.
- Hoe heet je zeilboot ?
Kijk. Kijk daar, Bird.
Absurd. Boten zijn vrouwelijk, die
kun je geen mannelijke naam geven.
Hij is geen man, maar 'n god.
- We gaan naar Napels. Naar 'n club.
Een kelder.
- Goor.
Klopt, jij hoeft niet mee. Het is er
geweldig. Je vindt 't prachtig.
Hoe gaat 't met jou ?
Hartstikke goed, roep 'm maar.
Kom op het podium.
Ik kwam 'n oude vriend van Princeton
tegen. Een zekere Tom Ripley.
Hij zegt dat ie me zal lastigvallen
tot ik ermee instem terug te gaan...
... naar New York, samen met hem.
Goeiemiddag.
Hoe laat is 't ?
- ... naar New York, samen met hem.
Uw...
- Typ je altijd je brieven ?
Dat moet met twee T's.
- Ik kan niet schrijven en spellen.
Voorrecht van 'n eersteklas scholing.
Je kamer is boven. Ermelinda
heeft je bed vast opgemaakt.
Erg aardig van je.
- Zeg dat niet weer.
Met jou als dubbelspion
bedonderen we m'n pa.
Kopen we 'n auto van jouw
onkostenvergoeding ? Geweldig.
We kopen 'n Cinquecento
met geld van pa.
Je kunt niet rijden.
- Kun je dat niet ?
We hebben 'n ijskast nodig. Als
je dat doet, ben ik altijd je vriend.
Ik ben 't volkomen met haar eens.
IJskast.
Komt hij bij je wonen ?
- Eventjes maar.
Ik moet om hem lachen.
- Goed, schat.
Zeg je 't anders ?
- Ik mag 'm wel.
Jij vindt iedereen aardig.
- Ik vind jou niet aardig.
Dan ga ik in jouw huis, en jij hier.
Ik mag 'm wel.
Jij vindt iedereen aardig.
Nee, ik mag 'm wel.
Jij vindt iedereen aardig.
Miss Sherwood is bij het ontbijt
vanwege 't koffiezetapparaat.
Ermelinda liet zien hoe je espresso
maakt. Nu voelt ie zich volwassen.
Ik heb 'm gekocht.
Is dat voor mij ?
- Voor Tom. Hij heeft niet geklaagd.
Schitterende ring.
Tom, ik hou van je. Zie je wel ?
Ik heb plechtig beloofd dat ik 'm
nooit afdoe. Anders kreeg jij 'm.
Geweldig, he ? Uit Napels. Ik heb
er twee weken over onderhandeld.
Hij was toch niet goedkoop ?
- Jawel.
Help je me met 'n cadeau
voor Francis ?
Wie is dat ?
- M'n verloofde.
Verloofd ? Jij bent verrassend,
Ripley. Wie is het ?
Je ouders kennen haar.
- O, god.
Ik zie het al: 'Ging Dickie maar
eens een geregeld leven leiden.'
'Iedere ouder heeft recht op
een kleinkind.' O god, nooit.
Ik zweer op je ring, Marge.
Ik ga nooit meer terug.
Zeg wanneer ik moet trekken.
Het werkt niet.
Ik doe 't fout.
Zo gaat 't beter, he ?
We maken wel een matroos van je.
Je doet 't heel goed.
De bar gaat open.
- Ja, graag.
Kunnen we naar Venetië ?
- Ja, heerlijk.
Venetië zien en sterven.
Ja, toch ? Of was 't Rome ?
Ik moet 's naar Venetië.
- Goed, iets zien en dan doodgaan.
Venetië gaat op de lijst.
- En Rome.
Ski je ?
Nee, ik wil 't niet weten. Jij bent
hopeloos. Dat is mijn volgende klus.
Met kerst gaan we skiën in Cortina.
Daar kun je uitstekend skiën.
Ongelooflijk, Marge. Tom kan niet
skiën. Dat moeten we 'm ook leren.
Zo'n lage komaf. Die gast weet niks.
Goed dat we nog niet gaan trouwen.
Dan moet Tom mee op huwelijksreis.
New York en die Park Avenue-lui vond
ik niks. In Parijs kon ik schrijven.
Ik ging altijd naar 'n cafe
op Montmartre met Jean-Jacques.
En Dickie speelde dan altijd
'My Funny Valentine.'
Pas later ontdekte ik dat
hij maar zes songs kent.
Maar ik keek wel naar hem uit.
Als je er om zeven uur niet bent,
lopen Tom en ik weg.
Mij best.
Wacht.
je laat me lachen
Ik moet met je praten.
- Lachen.
Je breekt m'n ribben.
Je breekt m'n ribben.
Ik zou met deze ijskast kunnen
neuken, zo gek ben ik erop.
Wat heb je eigenlijk voor
werk gehad in New York ?
Ik heb hier en daar piano gespeeld.
- Je had toch veel baantjes gehad ?
Hier en daar. Dus 'n paar banen.
De geheimzinnige Mr Ripley. Marge
en ik zitten uren te fantaseren.
Ik wil niet eens aan New York
denken. Ben je zover ?
Koud bier. Dank je, papa.
Schrijf 't vanaf hier over.
- Heb je dit meegenomen naar Europa ?
Schrijf je 't nou nog ?
- Mooi: wel Shakespeare, geen kleding.
Volgens Ermelinda was je
steeds hetzelfde overhemd.
Ik heb meer dan een overhemd.
- Dat kan zij doen.
Gebruik anders maar iets van mij.
Doe maar. Het meeste is toch oud.
En je handtekening.
Geen Dickie, je handtekening.
Zonder bril ben je niet eens lelijk.
Ik heb geen bril nodig, ik lees niet.
Hoe zie ik eruit ?
- Net Clark Kent.
En nu als Superman.
- Superman...
Jawel, een kinderlijk handschrift.
Zie je die S en die T ?
Dat betekent 'kwetsbaar'.
Dat is 'n geheim verdriet.
Dat is dan erg geheim,
ik weet er niks van.
Niets is bloter dan je handschrift.
Zie je dat niets de lijn raakt ?
Dat is ijdelheid.
- Dat is zeker waar.
Heb je broers ?
Geen broers of zussen.
Ik ook niet.
Marge ook niet.
We zijn allemaal enig kind.
Wat betekent dat ?
Dat we nooit 'n bad hebben gedeeld.
Ik heb 't koud. Mag ik erin ?
Niet met jou erin.
Ga er maar in. Ik ben
toch al erg gerimpeld.
Dat ben ik. Het is 'n oude foto.
Elke keer hetzelfde.
'Bent u dat ? Het lijkt niet op u.'
Brieven. Voor Greenleaf en Ripley.
O, van Fran.
'Ik mis je. Wanneer kom je thuis ?'
'Hou op met dat het geweldig is,
en dat je van Dickie houdt.'
'En van Marge en Mongibello.'
En deze is van je vader.
BESTE TOM, IK WAS BLIJ MET
JE BRIEF VAN 7 OKTOBER.
Wat schrijft ie ?
- Hij wordt ongeduldig.
Hij wil echt dat je met
Thanksgiving thuis bent.
Je hebt 'n nieuw jasje nodig.
Je bent ze vast zat, die kleren.
- Het is allemaal je vader z'n geld.
Wat 'n plichtsbesef. M'n pa moet
jou als hoofdboekhouder nemen.
Als ik 't overneem, nooit dus,
neem ik jou aan.
Als jij 't overneemt, nooit dus,
neem ik 't aan.
Ik koop 'n jasje voor je in
een geweldige winkel, Battistoni.
Roma, we nemen Tom mee naar
Roma. We gaan naar Roma.
Mooie trui.
Een carrozza, moeten we die huren ?
- Kalm aan even. Kalm aan.
We hebben in een dag zoveel te doen.
- Het belangrijkste: waar eten we ?
Als Freddie maar gereserveerd heeft.
- Freddie ?
Freddie Miles.
Die organiseert de trip naar Cortina.
Daar komt ie.
Wil je niet met elke vrouw
die je ziet, een keer neuken ?
Een keer maar ?
- Absoluut maar een keer.
Tom Ripley, Freddie Miles.
- Ik ben wel laat...
... maar wat vindt haar man ?
Je ziet er prachtig uit.
- Zoals altijd.
Dus mangiare.
We zitten op 't terras bij Fabrizio.
- Uitstekend.
Ik voel me zo opgesloten in Mongi.
- Ik weet 't, ik ben er geweest.
We gaan naar 'n club voor Freddie
z'n vrienden. Het beste is...
... dat je even voor toerist speelt.
Pak 'n taxi, ik zie je op 't station.
Welke club ?
Freddie heeft afgesproken
met een paar skivrienden.
Ik dacht dat je dingen wou bekijken.
- Ja, en misschien 'n jasje kopen.
Dit moet je horen.
Neem thuis 'n jasje van mij.
Maak je niet druk.
Toe maar.
Veel plezier.
Mis je de trein niet ?
Hij vertrekt om acht uur.
Veel plezier.
Tot kijk, Tom.
Wat doe je nou ?
Een beetje lol maken.
Doe m'n kleren uit.
Heb je ook mijn schoenen aan ?
- Je zei: Neem 'n jasje van me, dus...
Kleed je uit in je eigen kamer.
Je had toch de trein gemist ?
- Freddie heeft me teruggereden.
Is Freddie hier ?
- Beneden.
Ik deed alleen maar 'n beetje gek.
Zeg niets tegen hem.
Ik deed 'n beetje gek.
Een corduroy jasje in Italië...
- Goeiemorgen, Tom.
Kom erbij.
Ik wil jouw baan, Tommy. Ik zei net:
Je woont in Italië, bij Dickie...
... je eet Dickie's eten,
draagt z'n kleren...
... en z'n vader betaalt ervoor.
Als 't je verveelt, laat 't me
dan weten. Dan doe ik het wel.
Ik doe 't wel.
- Naar 't vasteland.
Ga erin, het is heerlijk.
- Ik vermaak me wel.
Alles goed ?
Ja, ***.
Het zit zo met Dickie:
Hij zet je in 't zonnetje,
en dat is fantastisch.
Dan vergeet hij je,
en wordt 't heel koud.
Dat merk ik.
Als hij aandacht geeft, ben je alles
voor hem. Dus hou je van hem.
Als hij iemand ontmoet, Freddie,
Fausto, Peter Smith-Kingsley...
Die is geweldig. Ken je hem ?
Vooral jij.
Dat zijn nog maar de jongens.
Kom 'm redden.
Red hem.
Waarom spelen mannen altijd
dat ze elkaar vermoorden ?
Hij verdrinkt me.
Het spijt me van Cortina.
- Wat is daarmee ?
Heeft...
Heeft *** niks gezegd ?
Hij heeft met Freddie gesproken
en het blijkt niet te kunnen.
Alle anderen kunnen skiën.
Waar we overnachten...
Kom op, Freddie. Blijf toch tot
het Festival van de Madonna.
Ik denk 't niet.
Ik heb m'n eigen Madonna in Rome.
Waarom ga je niet met me mee ?
Een heleboel dames.
O, god...
- Neem even over.
Richt je op Capri, ontwijk de rotsen.
- Wat ga je doen ?
Marge-onderhoud.
Niet doen.
Hoe gaat 't gluren ?
Hoe gaat 't gluren, Tommy ?
Belt iemand 'n ambulance ?
Belt iemand 'n ambulance ?
Wat ruziën ze ? Is dat haar verloofde ?
- Geen idee, waarom vraag je mij dat ?
Geven ze hem de schuld ?
- Waar blijft die ambulance nou toch ?
Ze is al dood, wat zou...
Ik snap niet waarom ze zeggen
dat dit 'n beschaafd land is.
Het is 'n achterlijk land.
Ik ga vragen wat er nou is.
Ik ga wel.
Ik weet wat er is.
Ik weet 't van Silvana.
Ik weet 't van jou en Silvana.
Wat is dat dan ?
Je hoeft niet op te ruimen.
Echt niet.
Wat dan ?
- Laat maar.
Ze was zwanger, wist je dat ?
Silvana was zwanger.
Weet je wat dat hier betekent ?
- Ik wil de schuld op me nemen.
Wat klets je ?
- Je bent zo aardig geweest.
Je bent de broer die ik nooit
heb gehad. En andersom.
Ik wil alles voor je doen.
Ze heeft me om hulp gevraagd.
Ze had geld nodig.
Ik heb haar niet geholpen.
Ik heb niet geholpen.
Ze heeft zichzelf verdronken,
dat is mijn schuld.
Ik zeg niks tegen Marge,
tegen de politie of wie dan ook.
Dit geheim blijft onder ons.
Ik zal 't bewaren.
'Beste Tom, aangezien Dickie nog
steeds niet terug wil komen... '
'Ik hoop dat je het toch 'n prettige
reis vindt, ondanks de mislukking.'
'Ga ervan uit dat je geen
verplichtingen meer hebt.'
Dit kon natuurlijk niet eeuwig duren.
- Schrijf maar weer 'n keer.
Vooral nu we broers zijn.
- Kan niet, dat wordt onfatsoenlijk.
Je zei 't zelf: Het is allemaal mijn
pa z'n geld. Maar het was leuk, he ?
We kunnen nog naar Venetië.
Dat kunnen we nog doen.
Het lijkt me niet.
Je kunt het niet zelf betalen, he ?
We moesten maar 's andere dingen
gaan doen. Ik ben Mongi zat.
Vooral nu, nu alles...
Ik wil echt naar het Noorden.
Ik wil in San Remo kijken,
voor een nieuwe plek voor de boot.
Maar 't is geweldig als je meegaat.
Er is 'n groot jazzfestival.
We nemen afscheid in stijl. Nou ?
Onze laatste reis.
Best.
Waarom doe je dat met je nek ?
- Wat ?
In de trein doe je dat altijd.
Eng.
Eng.
Ik zei 't toch ? San Remo is gek.
Dit is 't wel. Kom mee.
Op Mongibello en deze gelukkige tijd.
- Op Mongi. Wat ben je vrolijk.
Ik ben opeens blij dat ik terugga.
- Kende ik je op Princeton ?
Ik denk 't niet.
- Waarom vraag je dat opeens ?
Zomaar. Omdat je weggaat. Ik denk
niet dat je daar gestudeerd hebt.
Waarom niet ?
- Dat is 'n compliment. Je hebt smaak.
Die schurken proeven daar alles
en hebben geen smaak.
Ik noemde ze de crème de la crème
van Amerika: vet en glibberig.
Freddie is het perfecte voorbeeld.
- Dus dat was 'n compliment.
Ik wist 't.
Marge en ik hebben erom gewed.
Hou je wel van jazz ?
Of deed je voor mij alsof ?
Ik ben 't leuk gaan vinden.
Ik vind je hele levenswijze leuk.
Het is een grote liefdesverhouding.
Als je wist hoe ik leefde...
Ik denk erover om de sax op te geven
en drums te gaan spelen.
Het is heel cool. Ik huur morgen
een boot, kijken we even rond.
Zo heb ik m'n huis in Mongi
gevonden. Ik pakte de boot...
... voer de baai rond.
Het eerste wat me beviel...
... heb ik genomen.
Niet gek doen, Dickie.
Langzamer, Dickie.
- Hou vast.
Wacht nou even. Hou daarmee op.
Dit is niet leuk, echt niet.
Heel mooi.
Ik vind het hier geweldig. Ik wil
hiernaartoe verhuizen. Prachtig.
Ik wil je m'n plan vertellen.
Vertel maar.
Ik dacht, volgend jaar kom ik
op eigen gelegenheid terug.
Naar Italië ?
- Natuurlijk.
Ik dacht, even theoretisch,
dat ik 'n woning zou hebben...
Of we kunnen samen 'n huis huren.
En ik neem een baan.
Nog mooier: ik heb 'n flat in
Rome waar we kunnen wonen...
... en we kunnen hier wonen.
- Lijkt me niet.
Het lost ook 't Marge-probleem op.
Je geeft gewoon mij de schuld.
Marge en ik gaan trouwen.
Hoe kan dat ?
- Hoe dat kan ?
Gisteren lonkte je naar meiden,
vandaag ga je trouwen ? Absurd.
Ik hou van Marge.
En van mij. Je trouwt niet met mij.
- Ik hou niet van je.
Eerlijk gezegd ben ik blij dat je
weggaat. Het is wel mooi geweest.
Je kunt 'n zuiger zijn,
dat weet je best.
Het is saai.
Jij kunt erg saai zijn.
Maar ik doe niet net alsof ik
iemand anders ben. Jij wel.
Saai.
- Ik ben eerlijk geweest...
... over m'n gevoelens.
- Saai.
Maar jij... Ik weet
dat er iets met je is.
Die avond dat we schaakten,
werd 't duidelijk.
Het is te link om 't toe te geven.
Nee, we zijn broers.
Dan doe je iets goors met Marge, op
de boot: neuken terwijl wij 't horen.
Vreselijk. Je loopt achter je pik
aan, en nu ga je trouwen.
Ik ben in de war. Je liegt tegen
Marge, en nu ga je trouwen.
Je maakt Silvana zwanger,
je maakt iedereen kapot.
Je wilt sax spelen, en dan weer
drums. Wat wil je nou eigenlijk ?
Wie ben jij ? Een derderangs
profiteur ? Wie ben jij nou ?
Wie denk je dat je bent,
dat je mij iets kunt zeggen ?
Ik wil niet met jou op deze boot.
Je volgt me steeds op de voet.
Ik vind 't gewoon eng.
Jij bent gewoon eng.
Het is 'Dickie zus, Dickie zo',
je lijkt wel 'n meid.
Hou je kop.
We moeten...
Ik vermoord je.
Je bent er geweest.
Je bent er geweest.
Hou op, alsjeblieft.
Hou op.
Mag ik de sleutel, alstublieft ?
- Natuurlijk.
U heeft 't vast koud.
Signor Greenleaf ?
Nee, eh...
Ik schrik me dood.
Je bent terug.
- Hoe gaat het ? Lukt 't met je boek ?
Ja, het gaat lekker.
Ik stond te kijken.
Je zit stilletjes te werken.
Waar is Dickie ?
Ik denk dat hij van plan is
om even in Rome te blijven.
Heeft ie gezegd waarom ?
- Ik snap 'm niet. Dus zeg 't maar.
Hoe bedoel je ?
- De ene dag mag ik mee skiën.
Dan opeens niet meer. De ene dag zijn
we 'n gezin, dan wil ie alleen zijn.
Zeg 't maar.
- Zei hij dat ie alleen wilde zijn ?
Hij denkt aan je.
Ik moest dit voor je meenemen.
Dank je.
Hij weet dat ik er gek op ben.
Waarom kon dit niet wachten ?
Boodschap 1: bezorg de parfum
van Marge. Boodschap 2:
Pak wat kleren in en z'n saxofoon.
Hoe lang blijft ie weg ?
- Al sla je me dood.
Hij laat ons zitten.
Alles goed ?
Er zat 'n brief van Dickie bij.
Het wordt langer dan 'n paar dagen,
en nu wil hij naar Rome verhuizen.
Het probleem is...
... dat we voor z'n vertrek hebben
besproken dat we zouden verhuizen.
Naar het Noorden. Ik denk...
... dat ik hem onder druk
heb gezet om te trouwen.
Misschien...
Misschien heb ik hem afgeschrikt.
Hij heeft 'n kant,
als we naast elkaar liggen...
... die kent niemand, hij is zo teder.
Ik moet mee naar Rome om
hem hierop aan te spreken.
Daar heeft ie 'n hekel aan.
Dat denk ik ook.
Een kamer, graag.
Signor Ripley ?
- Inderdaad.
Signor Greenleaf ?
Natuurlijk, welkom terug.
- Dank u.
Kunt u Hotel Goldoni bellen ?
Ik wil Thomas Ripley spreken.
Signor Ripley is er niet.
- Ik wil 'n boodschap achterlaten.
Niet ? Ik laat 'n boodschap achter.
Ik heb je telefoontje gekregen.
Vanavond eten lijkt me prima.
In het Grand.
Ik wil deze laten bosseleren. Geen
idee hoe dat in 't Italiaans heet.
Bosseleren ? Jawel, signor Greenleaf.
Mijn god...
- Meredith. Kom erin.
Je gaat toch met die Yankees skiën ?
Met Kerstmis.
In Cortina. Met Freddie Miles.
- Hoe weet je dat ?
Iedereen kent Freddie Miles.
Is Freddie in Rome ?
- Nu ?
Dat geloof ik niet. Maar ik heb hem
hier natuurlijk wel gezien.
We hebben wat zitten praten. Ik weet
het van jou en Marge. En Mongi.
Je bent 'n trouweloze rat.
Freddie noemde je 'n rat.
Toen dacht ik bij mezelf:
Nu weet ik waarom hij onder R reist.
- Ik ben weg bij Marge. En uit Mongi.
De rat is in Rome.
- Het spijt me...
Hoeft niet. Ik ben nu heel gelukkig.
Alsof ik 'n nieuw leven heb gekregen.
Eerlijk gezegd, als je geld hebt,
is je hele leven...
Zelfs als je er de pest aan hebt...
... voel je je alleen op je gemak bij
mensen die er ook de pest aan hebben.
Weet ik.
Dat heb ik nog nooit toegegeven.
Nee, m'n vriend Mr Greenleaf
en ik zijn geld aan 't uitgeven.
Juist.
- We zijn heel stout.
Italiaans geld is zo donker.
Dan voel ik me niet schuldig.
Ik wil geen grote coupures.
Die wisselt niemand.
Deze vind ik ook prachtig.
- Dan neem ik die ook.
Tot morgen.
Je bent 'n jazzgek, maar
heb je echt 'n hekel aan de opera ?
Ik heb geprobeerd m'n kaartjes
van morgen weg te geven.
Maar als je bereid bent
je te laten meeslepen...
Dat kun jij doen.
Chaliapin, die Russische bariton...
- Hartelijk dank voor de uitnodiging.
Kun je ertegen ?
Je bent een vriend van Freddie.
Er staat
'Ik haat opera' op z'n borst.
Er kan 'n libretto
op Freddie z'n borst.
Ik weet zeker dat we elkaar eerder
hebben ontmoet. Nietwaar, Ted ?
*** is Herbert Greenleafs zoon.
- U heeft me ontmoet, ja.
Het ene moment zijn jullie kinderen,
dan nemen jullie tatoeages.
Proost.
Hoe gaat 't ? Wat doe je in Rome ?
- Is Dickie bij je ?
Ik ben Tom Ripley.
- Peter Smith-Kingsley.
Ik heb veel over je gehoord.
- Je hebt geen bril op.
Waar zit hij ? Onuitstaanbaar, he ?
- Is hij hier echt niet ?
Dickie heeft 'Ik haat opera'
op z'n borst staan.
Je zou naar Venetië gaan.
- Ja, je wilde dolgraag.
Ik wilde met je gaan roeien.
- Ik wil ook nog.
Echt. Ik ben op reis geweest.
Ik kom niet zo noordelijk.
We moeten 'n beetje opschieten.
Ik geef je m'n telefoonnummer.
Kijk, daar is Meredith. Hoe heet ze
ook alweer ? Van dat textielmerk.
Een paar van ons waren er met kerst.
- Ik ken haar niet.
Hij heeft niet gebeld. Hij schrijft
nauwelijks, en dan nog onduidelijk.
Je laat mensen niet zo vallen.
- Zien we je nog ?
Of ben je hier met mensen ?
- Ik kan niet.
En morgen ?
- Ja, 's morgens ?
Ken je Cafe Dinelli
op het Piazza di Spagna ?
Ik ken het. Hoe laat ?
- Half elf ?
Dan zijn we er.
- Goed. Tot morgen dan.
Half elf. Aangenaam kennismaken.
- Insgelijks.
Kom je ?
Weer de zaal in.
Waarom is Tom er nog ?
Laten we weggaan.
- Vermaak je je niet ?
We gaan naar de maan kijken.
- Ben jij lekker ? Het is steenkoud.
Kom mee, ik wil met je praten.
Maak je geen zorgen.
Je bent zo begripvol.
Marge is hier. Als ik naar jou kijk,
zie ik haar gezicht.
Dan kan ik niets met jou beginnen.
- Dat begrijp ik, echt.
Anders moest je me van je afslaan.
Je wegslaan.
Zie ik je morgen ?
Om netjes afscheid te nemen.
In daglicht, en niet zo.
- Natuurlijk. Ik wil je morgen zien.
Je moet verdriet altijd
voor daglicht bewaren.
Laten we bij Dinelli koffie drinken.
Bij de Spaanse Trappen.
- Juist. Half elf ?
Kwart over tien.
Meredith Logue.
Natuurlijk, ik sliep nog.
- Hoe is 't ?
Marge Sherwood, Meredith Logue.
- Aangenaam.
Kom erbij. Of wacht je op iemand ?
Nee, eigenlijk... Ik denk...
- Was je gister niet in de opera ?
Wachten jullie op Dickie ?
Ken jij Dickie ?
- Jij was in de opera.
Ik was er ook, ik was er met Dickie.
Ik wist 't. Ik heb het gezegd.
Ik ken je niet, ik mag niet...
Maar Dickie houdt van je.
Ik denk dat hij nu naar je terugkomt.
Hoe kun je dat nou weten ?
- Hij heeft me alles verteld.
Ik zou 'm een kwartier
geleden ontmoeten.
Ik denk dat ik maar 's ga.
Of wilde hij dat wij elkaar zouden
ontmoeten ? Dat zou wreed zijn.
Wij zouden Tom Ripley ontmoeten.
- Ken je die ?
Nee, ik heb wel van 'm gehoord.
Maar ik heb 'm nooit ontmoet.
Voor mij niets. Dank u.
Hopelijk heb ik 't niet ingewikkelder
gemaakt. Nee, er is niets...
... ongepasts gebeurd. Niets houdt je
tegen om 'm hartelijk te ontvangen.
Om met 'm te trouwen.
Dag, ik ben blij dat ik weet hoe je
eruitziet. Dag, Peter. Blijf zitten.
Wat denk je, komt ie terug ?
Sorry, m'n verblijfsvergunning moest
verlengd worden. Dat duurt maar.
Lang gewacht ?
- Helemaal niet. Goeiemorgen.
Het lijkt of je 'n geest hebt gezien.
- Dickie was gisteren in de opera.
Geloof ik niet.
Dickie gaat van z'n leven niet...
Hij was met iemand,
zij zal hem wel meegesleept hebben.
Het is oneerlijk.
Ik ga terug naar Mongi. Ik denk dat
Dickie thuiskomt. Ik ga naar huis.
Echt ? Dat is geweldig. Ik zou...
Nee, je bent verder dan ik.
Ik vind... Meredith is 'n Amerikaanse
die we gisteren in de opera zagen.
Ze heeft iets met Dickie.
- Mijn god.
Het gaat erom dat Dickie
van Marge houdt. Hij mist haar.
Ik voel me schuldig. Als Dickie
iets doet, voel ik me schuldig.
Dat slaat nergens op.
Er wonen hier meerdere musici.
Vind u dat mooi ?
- Ik ben dovig. Het maakt me niet uit.
Prachtig, he ?
Nou, jongeman, vind je 't mooi ?
Kom op, Dickie, ik ben het.
Ik ben 't, Freddie. Doe open.
Hoi, Freddie. Ik ben 't, Tom.
Waar is Dickie ?
Hoe gaat het ?
- Prima. Hij is weg.
Hij is gaan eten bij Otello.
Ken je Otello ?
Hij gaat niet om half zeven eten.
Als hij nog zou lunchen,
geloofde ik 't misschien.
Ongelooflijk. Die gast is
gewoon spoorloos verdwenen.
Het lijkt wel zo.
De hospita...
Voorzover ik 't begrepen heb,
zei de hospita dat hij er was.
Doorzoek 't hier maar. Waarom zou
Dickie zich voor je verbergen ?
Hij houdt zich verborgen.
Wat was er met Kerstmis ?
- Wat is daarmee ?
Hij zou skiën. Ik heb geen telegram
gekregen, of belletje of briefje...
... nog geen scheet.
Hij is erg met muziek bezig geweest.
Hij heeft de theorie dat je
in 'n cocon moet zitten...
... voordat je 'n vlinder kunt zijn.
- Dat is gelul.
Heb je 'm sax horen spelen ?
Dat kan ie niet.
Hoe heb je 'm gevonden ? Dit ligt
nogal uit 't centrum. Iets drinken ?
Nee, dank je. Via American Express.
Een of andere medewerker.
Woon jij hier ook ?
Nee, ik logeer hier 'n paar dagen.
Dat is 'n nieuwe piano.
Misschien moet je niet...
Misschien moet je niet...
Is dit gemeubileerd ?
Het lijkt me niks voor Dickie.
Het is afschuwelijk, vind je niet ?
Het is zo...
... burgerlijk.
Dat is... Voorzichtig ermee.
Neem me niet kwalijk.
Het enige wat hier op
Dickie lijkt, ben jij.
Lijkt me niet.
Heb je iets met je haar gedaan ?
- Wil je me iets duidelijk maken ?
Wil je wat zeggen ?
- Ik zeg 't al.
Er is iets aan de hand.
Of hij is gelovig geworden...
... of iets anders.
Vraag 't Dickie zelf maar. Otello
is aan de Della Croce, bij Corso.
Aan de Della Croce, bij Corso ?
Jij leert snel, he ?
De vorige keer wist je niks, nu wijs
je mij de weg. Dat is niet eerlijk.
Je wist al aardig wat.
Tot kijk.
Alles in orde, knul ?
- Ja, maar geen Greenleaf, wel Ripley.
Ja, Dickie is vandaag boven.
Hij heeft piano gespeeld.
Al die mensen gaan de hele dag door.
Dag, Dickie.
Dickie speelt geen piano.
Wat ben jij dronken.
Wat moet je ? Moet u m'n andere
vrienden zien. Wat moet je ermee ?
Hij is 'n varken.
Ik ben dronken,
maar wat vindt haar man ?
De politie.
- Dickie Greenleaf ?
Inspecteur Roverini. Mogen we even ?
- Gaat uw gang.
Wat een schok, he ?
Hoe laat is signor Miles vertrokken ?
Dat weet ik niet helemaal zeker.
Zo rond 'n uur of acht, negen.
We hadden veel te veel gedronken.
Maar het was donker toen ie wegging.
Hij reed weg en wat deed u toen ?
- Ik ging naar bed.
Freddie is groot, maar ik heb meteen
een probleem na 'n paar borrels.
Wie heeft 'm gevonden ?
Ik moet u verzoeken in Rome
te blijven, signor Greenleaf.
Ja, als dat helpt. Natuurlijk.
De dokter deed een...
Lijkschouwing.
- Juist.
Z'n eerste conclusie is
dat signor Miles...
... niet later dan zeven uur
gisteravond is vermoord.
Hij was zeker niet dood
toen ie wegreed.
Heeft ie Freddie vermoord ?
- Marge, wat is dit ?
Vertel, heeft ie Freddie vermoord ?
- Natuurlijk niet.
Ik heb hier weer gewacht.
Ik heb naar 'm uitgekeken.
Als ik Dickie zoek, vind ik jou.
Wat is dat ?
Dat heeft Dickie gedaan.
We hadden ruzie. Ik zei dingen
die ik niet had moeten zeggen.
Over jou en de manier waarop ie
ons behandelt. Toen viel ie me aan.
Kom je achterop ?
Stap op, ik rijd je naar hem toe.
Waar woont ie ?
- Een stukje terug, waar politie was.
Het Palazzo Gioia.
Ze weten niet dat ik hier ben.
Ik blijf erbuiten.
Dan moet ik ook maar niet gaan.
- Ga maar. Zeg niks over m'n gezicht.
Als ze weten hoe driftig hij is, kan
hij ook Freddie slaan. Ik kom terug.
Doe de deur open.
Ik woon hier.
Is 't goed als we naar boven gaan ?
- Jazeker. Wat is er met uw gezicht ?
Gevallen met de scooter.
Fotografen jagen me op.
De telefoon, de pers, alles. Ik word
achtervolgd. Geef m'n adres ook niet.
Velen vragen erom. Dan verkopen
we nee, ook tegen uw verloofde.
Ik wil niemand zien.
Ook uw verloofde niet ?
- Zelfs haar niet.
Hoe zit 't met Thomas Ripley ?
- Wat is er met hem ?
U bent met 'm naar San Remo gegaan.
- Klopt, maanden geleden.
In november, dacht ik.
- O ja ? Heeft u Tom gesproken ?
7 november, heb ik gehoord.
- Ik weet de precieze datum niet meer.
Wanneer zag u 'm voor het laatst ?
- Een paar dagen geleden.
Logeert hij hier ?
Het gaat om dit patroon: twee dagen
geleden wordt Freddie Miles vermoord.
Hij verlaat uw appartement...
... en wordt vermoord.
Gisteren is er 'n bootje in San Remo
gevonden. Dat lag vol met stenen.
De eigenaar vertelt dat ie
op 7 november werd gestolen.
We bekijken de hotelregisters
en komen erachter...
... dat Dickie Greenleaf er logeerde.
De verhuurder weet weer
dat twee Amerikanen 'n boot namen.
Dat is geen patroon, maar toeval.
Er zijn wel vijftig hotels.
En honderd mensen die 'n boot huren.
- 31 mensen.
31 mensen ?
Ja, 31.
Daar is Miss Sherwood.
Laat maar in.
Laat haar er maar in.
Wat maakt 't ook uit ?
Nee, eigenlijk... Liever niet.
Ik zou het op prijs stellen als u
haar vraagt om later terug te komen.
Dank u.
Waarom praat u wel met uw vriend
en niet met uw verloofde ?
Dat heb ik net gezegd, dacht ik.
Mr Ripley zorgt voor 't een en ander.
Mr Ripley wil niet met me trouwen.
Hij vraagt niet elke dag
of ik dat wil, en wanneer.
Heeft u een foto van signor Ripley ?
- Zulke foto's heb ik niet op zak.
Ik heb u boos gemaakt. Het spijt me.
Misschien is m'n Engels te ruw.
Het is wel 'n beetje ruw, ja.
Het spijt me.
Niemand heeft signor Ripley
na San Remo gezien. U wel, ja.
Miss Sherwood ook, vraag maar.
En als ik nog wist hoe het hotel
heette waar hij logeerde...
Het Goldoni.
Tom logeerde in het Goldoni-hotel.
Het Goldoni. Juist, mooi.
Ja, u heeft gelijk.
Het was toeval.
Ik zie uit naar de volgende keer.
Dan let ik beter op m'n Engels.
Een getuige denkt dat er twee mensen
in de auto van Mr Miles stapten.
Ze wil u aanwijzen in 'n confronto...
Een confrontatie.
Morgen ?
Prima.
Hij is er, maar hij wil niemand zien.
Ik weet dat je me hoort.
Ik wilde tot drie tellen. Als je niet
opendeed... Ik reken niet meer...
... op jou.
Ik reken nooit meer op je.
Wat je ook hebt gedaan,
of niet hebt gedaan...
... je hebt m'n hart gebroken.
Daar ben je zeker schuldig aan.
Maar ik weet niet waarom.
Ik weet gewoon niet waarom.
Beste Tom, hier ga ik uitstappen.
De dood van Freddie en Silvana...
Ik wilde naar de politie gaan,
maar ik kan 't niet.
Ik kan 't niet aan.
Ik kan niks meer aan.
Kon ik jou maar 't leven geven
dat voor mij vanzelf sprak.
Je begreep altijd wat me bezighield.
Marge kon dat niet begrijpen.
Daarom schrijf ik dit vast aan jou,
de broer die ik nooit heb gehad.
M'n enige, echte vriend.
In veel opzichten ben jij meer de
zoon die m'n vader zich wenste.
Ik zie dat je de mensen
en de omgeving kunt veranderen...
... maar je verandert
je eigen verdomde ik niet.
Ik weet niet wat ik moet doen
of waar ik heen moet.
Ik word achtervolgd door wat ik heb
gedaan en niet ongedaan kan maken.
Het spijt me.
Ik heb 'n zootje gemaakt van
Dickie Greenleaf zijn, he ?
Ik zie je daar wel.
Sorry dat je dit moet doen.
Ik ga niet naar de politie
met m'n slechte Italiaans.
Doe niet zo raar, dat is prima.
Ik ben blij dat je er bent.
En ondanks 't gerucht nog heel bent.
- Welk gerucht ?
Dat hij je vermoord heeft
en met jouw paspoort reist.
Ja, het is idioot.
Welkom in Venetië.
Wat stinkt het hier, he ? Ruik je dat ?
Ik weet waardoor de vertraging komt.
We wachten op iemand uit Rome.
Hoezo ? Halen ze iemand uit Rome ?
Dat is toch goed ?
- De regio's zijn gescheiden dacht ik.
Ik dacht dat...
De pers vindt 't een erg belangrijke
zaak. Amerikaanse toerist vermoord.
Kunnen we 't uitstellen ?
Ik heb last van de stank.
Hij zegt de zaak over te nemen.
De vorige liet Dickie verdwijnen...
... terwijl hij de verdachte was
bij de moord op Freddie.
Wanneer heeft Mr Ripley Mr Greenleaf
voor het laatst gezien ?
In Rome, drie weken geleden.
Die begreep ik.
Bent u homoseksueel ?
Boeiende doodlopende weg.
Trouwens, officieel
zijn er geen Italiaanse ***'s.
Michelangelo en Leonardo
hebben nooit bestaan.
Zeg 'm dat ik 'n verloofde heb,
en Dickie heeft er eentje.
Freddie Miles had vast
veel verloofdes.
Wat zei hij ?
- Wat 'n verloofdes.
Heb jij Freddie Miles en
Dickie Greenleaf vermoord ?
Nee, ik heb Freddie Miles en
Dickie Greenleaf niet vermoord.
Beschuldigen ze mij daarvan ?
Vraag 'm dat.
Niet zo opvliegerig.
- Absurd.
Die hebben ze gevonden
in z'n huis in Rome.
Hebt u 'm geopend ?
- Natuurlijk.
Een zelfmoordbrief.
U vraagt me van alles
en u heeft dit al gelezen ?
Ik geloof die brief niet.
Jij ? Die brief van Dickie.
Ik weet 't niet meer.
Als hij Freddie vermoordt,
hoe voelt ie zich dan ?
Hoe kun je dan 's morgens opstaan ?
Wakker worden en iemand zijn.
Drink je koffie op.
- Wat voor vreselijks je ook doet...
... in je hoofd klopt 't. Je ontmoet
nooit iemand die zich slecht vindt.
Je moet toch gekweld worden,
je hebt iemand vermoord.
Zet je het verleden niet gewoon weg
in de kelder, deur op slot en klaar ?
Dat doe ik.
- Jawel.
In mijn geval is het 'n heel gebouw.
Dan ontmoet je 'n bijzonder persoon,
en wil je graag de sleutel geven.
En zeggen: Doe open en stap erin.
Maar dat kan niet.
Want het is er donker
en er zijn demonen.
Als iemand zag hoe lelijk 't was...
De muziek maakt je somber.
Bij iets vrolijks kun
je niet somber zijn.
Dat wil ik de hele tijd doen,
de deur opengooien.
Het licht erin, alles schoonmaken.
Als ik 'n enorme gum had en alles kon
uitwissen, te beginnen bij mezelf...
Het punt is, Peter...
Ik weet 't niet.
Geen sleutel, he ?
Fijn dat je er bent.
Je hebt Peter gevonden.
- We hebben elkaar gevonden.
Waar is de vader van Dickie ?
- Hij komt nu niet. Last van z'n maag.
Hij kan het eten niet aan.
- Ik wil 'm graag zien.
Dickie heeft zeker geen
zelfmoord gepleegd.
Prive-detective MacCarron is ermee
bezig. Opdracht van Dickie's pa.
Heel goed idee.
- Een Amerikaan.
Hij ontdekte dat Dickie 1000 dollar
heeft opgenomen voordat ie verdween.
Doe je dat voor je de Tiber
in springt ? Lijkt me niet.
Woon jij hier ?
- Nee, Tom. Mooi, he ?
Tjonge. Wie betaalt dit nou ?
- Peter heeft dit voor me gevonden.
Ik kan 't betalen omdat het
vochtig is en bijna instort.
Hij heeft 't veranderd.
- Grandioos.
Daarom wil ie dat je bij hem logeert.
Beter dan in mijn piepkleine kamer.
Je hebt 'n hekel aan hotels.
- Ik had best in 'n hotel gekund.
We vertellen Mr Greenleaf
dat z'n geld lang meegaat.
Wat lach je ?
Ik denk aan Tom, toen ie aankwam
in Mongibello. En moet je nou zien.
Wat zie je dan ?
- Alsof je zo bent opgevoed.
Hoe is 't ? Je ziet er goed uit.
- Het gaat prima.
Heel anders dan in New York.
Goeiemorgen. Vreemd weer.
- Heel vreemd.
Gaat 't al wat beter met u ?
- Ja, maar ik hou 't bij warm water.
Waar is Mr MacCarron ?
- In San Remo. Die politie is niks.
Goed, het is 'n vervelende
situatie geworden, he ?
Wat wil die detective daar vinden ?
- Hij is grondig.
Ik kom veel aan de weet over
m'n zoon nu hij vermist wordt.
Hopelijk kun je de gaten opvullen,
zoals Marge dat deed bij Mongibello.
Ik zal m'n best doen.
Ik doe alles om Dickie te helpen.
De theorie is,
dat die brief voor jou...
De politie vindt 't een sterk signaal
dat hij zichzelf iets wilde aandoen.
Dat geloof ik niet.
- Je wilt 't niet.
Ik wil met Tom alleen praten,
vanmiddag. Vind je dat erg ?
Wat 'n man tegen z'n liefje zegt en
toegeeft tegenover een andere vent...
Zoals ?
Zonde van de levens en de kansen.
Laat die vent eens z'n kop houden.
Marge beseft nauwelijks wat
er speelde. En z'n pasfoto...
Heb je dat gehoord ? Je eigen
gezicht wegkrassen, wat is dat ?
In welke toestand bevind je je dan ?
'Ik wilde naar de politie gaan,
maar ik kan niks meer aan.'
Ik voel me schuldig. Ik heb 't gevoel
dat ik 'm van me afgeduwd heb.
Dat hij via mij u hoorde.
- Nou...
Hebben we 'm van ons afgeduwd ? En
hij ? Je bent 'n goede vriend geweest.
Alles is andermans schuld. We willen
allemaal uit de band springen...
... maar iemand moet toch...
Hoe zeg je dat ?
Zodra iemand hem terechtwijst...
... slaat hij om zich heen.
Dat heeft ie altijd gedaan.
Ze zeggen altijd dat je
je ouders niet kunt kiezen...
... maar je kunt je kinderen
ook niet kiezen.
Je kunt 'n zuiger zijn,
Jij kunt heel saai zijn.
Hou op.
Wie ben jij ?
Ik kom.
Ik ben in slaap gevallen.
- Is Dickie's pa weg ?
Wat is er, nare droom gehad ?
- Hij wil vroeg naar bed.
Arme man. We beukten al
een hele tijd op die deur.
Ik heb 'n bandje gebroken.
- Mijn schuld niet.
Ik maak 'n borrel voor ons.
Je moet veel wandelen in Venetië.
- Alles goed met je ?
Prima.
Moet ik bij je blijven ?
- Nee, het gaat wel.
Ik kan terugkomen.
Je sleutel.
Ik zit in bad. Ik kom zo.
- Ik moet je dringend spreken.
Ik kom eraan.
Ik heb Dickie's ringen gevonden.
Jij hebt de ringen van Dickie.
Dat leg ik uit.
Hij zou ze nooit afdoen.
- Laat me wat aantrekken.
Ik moet 't Mr Greenleaf vertellen.
- Je doet hysterisch.
Hij heeft beloofd:
Ik doe deze ring nooit af.
Stil.
Ik ben nat, ik ben m'n handdoek
kwijt. Ik wil kleren aantrekken.
Schenk 'n borrel voor ons in.
Schenk 'n borrel in.
Waar ga je heen ?
Het ging per ongeluk. Ik zocht naald
en draad om m'n beha te maken.
De geur die je op hebt...
... heb ik voor jou gekocht.
Het punt met Dickie is...
Er zijn zoveel dingen.
Toen hij te laat uit Rome kwam,
wilde ik het je zeggen.
Hij was met 'n andere vrouw.
Ik heb 't niet over Meredith.
Een andere vrouw uit 'n bar. Hij
kon geen vijf minuten trouw blijven.
Dus als ie iets belooft, betekent dat
iets anders dan als wij iets beloven.
Hij kent zoveel werkelijkheden.
Hij gelooft ze allemaal. Hij liegt.
Hij liegt en dat is...
De helft van de keren
beseft ie 't niet eens.
En nu vraag ik me echt af
of hij Freddie heeft vermoord.
Hij werd woest als ie tegenspraak
kreeg, dat weet je wel.
Dat weet je.
Dat is het gekke, Marge.
Ik heb van je gehouden.
Dat mag je weten. Ik hield van je.
Het kan idioot zijn om dit nu te
zeggen, maar schrijf 't maar op...
... en bewaar 't in je portemonnee.
'Tom houdt van me. Tom houdt van me.'
Waarom heb je z'n ringen ?
- Hij heeft ze gegeven.
Waarom ? Wanneer ?
- Heb je wel naar me geluisterd ?
Ik geloof je niet.
Ik geloof je niet.
- Het is waar.
Ik geloof er geen woord van.
Je trilt helemaal. Kijk nou.
Mag ik je vasthouden ?
Laat me je vasthouden.
Marge ?
- Goddank.
Wat is er ?
- Haal me hiervandaan.
Alles goed, Tom ?
- Weg hier.
Probeer jij maar met haar te praten.
Ik geef 't op.
- Wat is er nou ?
Wat heb ik haar ooit aangedaan ?
Noem een ding dat ik gedaan heb.
Niet boos zijn. Ze is in de war,
ze moet iemand de schuld geven.
Nu geeft ze jou de schuld.
Ik praat thuis wel met haar.
En jij moet 'n veiligheidsscheermes
kopen of je baard laten groeien.
Is Mr Greenleaf er ?
- Mr Ripley ?
Ik ben Alvin MacCarron.
Ik weet niet hoe, maar ik weet 't.
Er is vrouwelijke intuïtie,
en er zijn feiten.
Je had moeten wachten.
Zei Peter niet dat ik je zou ophalen ?
Marge heeft over die ringen verteld.
Idioot dat ik er gister niet over
ben begonnen. Glad vergeten. Idioot.
Misschien was dat omdat het
maar een conclusie toelaat.
Ik ga even wandelen met Marge.
Mr MacCarron moet met je praten.
- We kunnen even naar de bar gaan.
Nee, je moet maar hier blijven.
Ik kan vast m'n kamer van hier zien.
Ik kan m'n huis zien.
Van veraf is 't net een droom, he ?
Ik heb geen behoefte aan kletspraat.
Noch om te horen, noch om te spreken.
Dickie heeft op Princeton iemand
half vermoord. Vanwege 'n meid.
Hij schopte die jongen tegen
z'n hoofd, zo 't ziekenhuis in.
Z'n kaak is vastgezet.
Hij had gehoorverlies.
Waarom stuurde zijn vader
Dickie naar Europa ?
Dat heeft de politie
in Rome niet gevraagd.
Ze gaan ook niet na
of Thomas Ripley...
... ooit op Princeton
heeft gestudeerd.
Ik heb 'n Tom Ripley gevonden, een
pianostemmer op het conservatorium.
In Amerika wordt ons geleerd 'n feit
te controleren voor 't een feit is.
We moeten rondneuzen.
Als 'n vrouw zichzelf verdrinkt,
controleer je of ze zwanger was.
En of Dickie daar 'n probleem had.
Mr Greenleaf is dankbaar
voor je trouw, echt.
Marge heeft talloze theorieën.
Sommige dingen weet ze niet.
We hopen dat ze er nooit achter komt.
- Dat hoop ik ook.
Drie mensen zagen Dickie in
de auto van Freddie stappen.
Een man, die niet zal getuigen,
omdat hij toen vreemdging...
... zag Dickie kentekenplaten
van 'n rode sportwagen halen.
De politie kent deze man.
Hij is toevallig politieman.
Deze lagen in de kelder van Dickie.
Ze horen op de auto van Freddie.
Mr Greenleaf heeft me gevraagd...
... ze vanavond in 't water te gooien.
Mr Greenleaf wil de stille belofte in
Dickie's brief aan jou gestand doen.
Hij wil 'n deel van Dickie's inkomen
uit beleggingen op jouw naam zetten.
Hij wil de Italianen niks zeggen
over het verleden van Dickie.
En hij hoopt dat dat
ook voor jou geldt.
Hartelijk dank, Tom. Tot ziens.
Ik had die dingen gisteravond
nooit tegen je moeten zeggen.
Ik was van de kook.
Die ringen... Je was...
Ik weet 't niet.
Hopelijk gaat dat briefje met je mee
naar New York. Voor als 't tegenzit.
Wat ga je nu doen ?
- Geen idee.
Peter geeft 'n concert in Athene.
Hij vroeg of ik wou helpen.
Je moet de groeten van 'm hebben.
Hij is aan 't repeteren, dus...
Waarom denk ik:
Het zit Ripley nooit tegen ?
Ik weet dat jij 't hebt gedaan.
Dat weet ik gewoon. Jij.
Jij hebt Dickie vermoord.
Ik weet dat jij 't was.
- Marge, toe nou.
Het was Tom echt niet.
Vraag 's wat ik nu wil veranderen.
Wat wil je veranderen ?
- Niets.
Ik heb 't koud. Kom je naar beneden ?
- Zo, ik wil de zonsondergang zien.
Je bent gek.
Klopt.
Hoi, Meredith.
Ik keek naar je. Naar je kleren.
Ik had je niet herkend.
- Je vindt me, jij krijgt de beloning.
Geintje.
Ben je alleen ?
Nou, nee. Minder alleen kan niet.
Tante Joan.
- En gezelschap.
Veel gezelschap.
Dat ik jou weer zie.
Ik heb aan je gedacht.
Heel veel.
- Ik ook aan jou.
Als ik aan je dacht,
had ik vooral de pest aan je.
Waar hield je je schuil ?
- Ik hield me niet schuil.
Ik ben door de politie ingezet om de
moordenaar van Freddie te strikken.
Dat meen je niet.
- De vakantie is gratis, kleren ook.
Daarom heb je niks gehoord.
Iedereen denkt dat jij Freddie
hebt vermoord. Vreselijk.
Ik kan nu niet praten. Straks ?
Straks ?
Reis je soms onder R ?
Weet je, ik reis onder R.
Ben je met Peter Smith-Kingsley ?
Dat zal vast wel. M'n tante zag 'm.
Peter Smith-Kingsley ?
Die heb ik al maanden niet gezien.
Ik ben alleen.
Hoe was het ?
- Het was mooi.
Ik zal je wat zeggen. Ik wil dat we
de rest van de reis hier blijven.
Was dat Meredith ?
Wie bedoel je ?
Meredith Logue.
Je kuste iemand die op haar leek.
Ik was naar je op zoek.
Dat was geen kus.
Ik weerde haar af.
- Zo zag 't er niet uit.
Op afstand.
Ik heb tegen haar gelogen.
Ze dacht dat ze je had gezien.
Waarom loog je ?
- Dickie en Peter samen ? Mooie roddel.
Of Tom en Peter.
- Dat is nog mooiere roddel.
Hoezo ?
Ik snap er niks van.
Weet ik.
Het spijt me, Peter.
Ik weet 't niet meer.
Ik zit vast in de kelder, he ?
Of niet ?
Dat is...
... vreselijk...
... alleen...
... en duister.
Ik heb gelogen...
... over wie ik ben...
... en waar ik ben.
Ik zal nooit worden gevonden.
Lieg je over wie je bent ?
Het leek me altijd beter om
een belangrijk persoon te lijken...
... dan 'n echte niemand te zijn.
- Wat klets je nou ?
Je bent helemaal geen niemand.
Vertel 's wat goeds over Tom Ripley.
Niet opstaan, niet opstaan...
Vertel maar 's wat leuke
dingen over Tom Ripley.
Goede dingen over Tom Ripley ?
Dat kan even duren.
Tom is getalenteerd.
Tom is teder.
Tom is mooi.
Je bent 'n leugenaar.
Tom is 'n mysterie.
Tom is niet 'n niemand.
Over z'n geheimen zegt ie niks, maar
ik zou willen dat ie 't wel deed.
Tom heeft nachtmerries.
Dat is niet goed.
Tom heeft iemand die van 'm houdt.
Dat is goed.
Tom verplettert me.
Tom verplettert me.
Tom, je... Je verplettert...
O, god.
O, god. Peter...
Nederlandse ondertiteling bezorgd door : Steven
en bewerkt door : Black Phantom