Tip:
Highlight text to annotate it
X
HET VERHAAL VAN DEZE FILM IS GEBASEERD OP HISTORISCHE EN ARCHEOLOGISCHE BRONNEN.
In de derde eeuw voor Christus...
strijden Rome en Carthago om de macht over het westelijk Middellandse Zeegebied.
Een strijd waarop meer dan honderd jaar gewapende conflicten volgen...
de zogeheten Punische Oorlogen.
Na de nederlaag van Carthago in de eerste oorlog en de Romeinse overheersing op zee
vertrekt een grote troepenmacht richting de kust van Hispania.
CARTHAAGSE VLOOT. 228 V.CHR.
De ene na de andere trireem en quinquereem voer de baai in.
Mooie gekleurde casco's, fier tussen de ontelbare vermogende roeischepen.
Er kwamen mannen, dieren en wapens uit tevoorschijn:
60.000 infanteristen, 8.000 cavaleristen... 200 olifanten.
Een leger van krijgshaftige Carthagers aangevoerd door Hasdrubal,
schoonzoon van Hamilcar Barcas, veldheer van Carthago.
Duizenden zielen verwikkeld in het avontuur:
het creëren van een strategische vesting voor de aanval op de grootste vijand;
Rome.
QART HADASHT. VESTINGSTAD GESTICHT DOOR HASDRUBAL.
HET TOEKOMSTIGE CARTHAGO NOVA
210 V.CHR.
"TIJD BRENGT AAN HET LICHT AL WAT VERBORGEN IS EN BEDEKT EN VERHULT WAT SCHIJNT MET DE GROOTSTE PRACHT"
QUINTUS HORATIUS FLACCUS (65-8 V.CHR.), ROMEINS DICHTER.
Op die dag sluimerde Poseidon. De zee schitterde over nimfen en nereïden.
De geest van de goden was ingetogen, maar die van de mens?
Boten, aangemoedigd door sterke armen, kleurden de horizon donker.
Grote zeilen, bolgeblazen door Neptunus in hoogsteigen persoon,
moedigden die wonderbaarlijke vloot van snelle schepen aan.
DE ROMEINSE VLOOT VAN GAIUS LAELIUS. 209 V.CHR.
De legioenen belegeren Carthago Nova.
25.000 infanteristen, 2.500 cavaleristen.
Touwladders, stormtorens, bevelen tot aanval...
Het machtige Romeinse oorlogsapparaat is klaar voor de strijd.
DE VELDSLAG. SCIPIO GELAST DE AANVAL.
DE OVERGAVE. MAGO LEGT DE WAPENS NEER.
300 GIJZELAARS. MEER DAN 2.000 DODEN. 10.000 OORLOGSGEVANGENEN.
MAGO, BROER VAN HANNIBAL BARCAS.
Scipio Africanus toont zich edelmoedig over de overgave van zijn vijand.
Hij gelast de moordpartijen te eindigen.
De plundering van de buit begint.
18.300 ZILVEREN PONDEN IN RUWE STAAT EN IN MUNTEN WORDEN INGENOMEN.
De boten werden overladen met schitterend zilver...
en de straten met donkere dood...
300 JAAR LATER...
NECROPOLIS VAN CARTHAGO NOVA. 114 N.CHR.
Oorlogstumult. Triomfmuziek en stilte..., stilte ter ere van de gevallenen...
Ik heb altijd gehouden van deze heilige plaatsen...
Wandelend tussen levens die niet meer zijn...
Aan de hand van inscripties fantaseer ik hoe hun bestaan geweest moet zijn...
Soms brengt verdriet een gelukkige melancholie teweeg...
...De jeugd van een jongen in het imperiale Carthago Nova...
...De virtuoze enclave. De stad met de magische levendigheid van Mercurius...
Carthago Nova, fier en weelderig, ontstaan uit epische dagen van oorlog en vrede.
...Ambachtsmannen en handelaars...
...Toneelspelers en musici...
...Goden en mensen...
...Vrijgelatenen en slaven...
...allen vertegenwoordigen het fantastische schouwspel van het leven...
SLAVENMARKT
CARTHAGO NOVA. 64 N.CHR.
DOMUS VAN DE FAMILIE ALBINUS
Ik opende mijn ogen in het licht van de vreedzame tijd van keizer Claudius.
De goden waren mij goed gezind, ik werd in een eervolle Romeinse familie geboren.
Mijn moeder was Octavia Lucana.
Een adellijke vrouw, ontwikkeld en geraffineerd.
Ik, Titus Albinus, haar enige zoon.
Mijn vader, Marcus Albinus, was een welvarend en gerespecteerd koopman.
Praktisch en met een eenvoudige smaak.
Vertel Maecius, op wie zou jij inzetten bij de volgende spelen?
Op mijn school natuurlijk!
Titus, verdedig je in de aanval.
Gevechtsoefeningen. Een onvermijdelijke dagelijkse verplichting.
Maecius "de Griek", leermeester van een befaamde gladiatorenschool.
Mijn vader wilde mijn ontluikende mannelijkheid bevorderen
door mij ver te houden van de "gevaarlijke vrouwelijkheid der letteren".
Maar talent voor de fysieke disciplines was mij door Mars niet gegund.
Als je je in de aanval niet verdedigt, zal je vlees voor gieren zijn.
Goed gevecht zoon.
Dank u, vader.
Weet je zeker dat je geen jonge gladiator nodig hebt?
Ik doe wat ik kan, vader. Pff!
Ze zeggen dat Ben Ali onoverwinnelijke gladiatoren heeft opgeleid...
Die hond oefent uitsluitend beesten...
Dardanus, de barbaar, zou een geducht zwaard hebben...
Die rat! Dat gespuis weet niet wat een eerlijk gevecht is.
Bestaan eervolle gevechten tussen gladiatoren, beste Maecius?
Marcus Albinus, er is meer eer in de arena van het amfitheater,
dan in de hele senaat van Rome.
Terwijl mijn vader en Maecius twistten over weddenschappen en gladiatoren,
was mijn verslagen persoon te veel.
TABLINUM
Mijn tijd van kennis was aangebroken...
"Lezen maak de mens volledig", zei mijn moeder vaak...
Tijd van studie die overeenkwam met haar offers aan de goden.
Octavia was ervaren in het voorbereiden van wijnoffers...
TRICLINIUM
Een verfijnde kundigheid die mijn vader nooit zou leren waarderen...
Octavia, wat is dit voor ambrosia?
Dadelwijn... houd je daar niet van?
Mijn geliefde vrouw en haar mengsels... Wil je proeven Titus?
Vandaag drink ik liever water, vader.
Een wijs besluit.
Maar het is een geweldige libatie aan Vesta, zeer verfijnd.
Daar twijfel ik niet aan, maar ik ben een fijnproever.
Weet je zoon, ik wil graag dat je de zaken die je ooit zal erven eigen gaat maken.
En dat zo?
Lotus- en dadelwijn, gelijk wijn met honing... een libatie aan Vulcanus.
Kan een man dan geen gewone wijn meer drinken thuis?
Je ziet, zoon, wat goed is voor de goden geldt niet voor je vader.
De goden zijn onsterfelijk maar ik niet Octavia!
Lieve man, ik respecteer je te veel om je tegen te spreken.
Bovendien, "Veel woorden openbaren geen wijsheid", sprak...
Thales van Milete?
Geweldig. Zie je Marcus, onze zoon wordt een geleerde.
Titus, ik wil dat je me vergezelt naar het forum.
Vandaag wordt bekend wie het contract krijgt voor de aanleg van de waterleidingen...
en ik wil je aan mijn zijde.
Het is een eer om met mijn vader gezien te worden.
Rozenwijn, perfect voor Isis... Aromatisch?
Heel aromatisch... Titus, in het forum verwacht ik alle gunst van de goden.
SILO'S EN MAGAZIJNEN VAN DE FAMILIE ALBINUS
In die tijd scheen de welvaart voor de familie met de kracht van de felste ster.
De oogsten waren overvloedig.
Mijn moeder zou zeggen dat dankzij haar libaties Ceres grootmoedig was geweest.
De molenstenen zouden de honger naar graan kunnen stillen.
Bakkerijen zouden rijkelijk voorzien zijn van meel...
en ovens gevuld met verse broden.
POTTENBAKKERSSTRAAT
De familie Salvius fabriceerde onze amfora's voor de handel in wijn en olie.
Ook produceerden ze aardewerk.
Tere delen die uit de handen van hun dochter ontsproten, de mooie Lydia.
Haar aanwezigheid deed mij in gedachten verzinken en woorden schoten me tekort.
Ingespannen boetserend, zond Lydia me zo nu een dan een betoverende glimlach.
Het was door de geluiden uit de nabijgelegen en drukke haven,
anders was ik nooit uit die zoete trance gekomen.
Die mooie tijden.
Carthago Nova groeide en bloeide dankzij haar virtuoze ligging.
Van heinde en verre kwamen mensen en goederen.
Een schijnbaar onuitputtelijke overvloed aan rijkdom.
TIENTALLEN BOTEN MEREN DAGELIJKS IN DE HAVEN AAN
Tarwe, wijn, olie, esparto, lood en zilver... Zilver zo glanzend als de sterren.
Majestueuze schepen brachten duizenden amfora's, soms 5.000, 10.000 tegelijk.
En overal waren mensen verhit aan het onderhandelen en afdingen.
Zielen die elkaar omhelsden bij het weerzien.
Harten scheidden bij het afscheid.
Nog eens speelde voor mijn ogen de symfonie van het leven in al zijn pracht...
en ik, onverzadigbaar, nam haar in me op in alle gelukzaligheid.
Gelukkig tussen de levenden te zijn. Genietend van een weelderig Carthago Nova.
FORUM VAN CARTHAGO NOVA. TUSSEN DE HEUVELS VAN MOLINETE EN CONCEPCIÓN.
Die dag broeide er iets het Forum.
Menigte, monumentaliteit, verheven beelden overmeesterden mijn geest.
Vreemde lasterpraat had zich verspreid.
Maar mijn geliefde Lydia moedigde ons aan.
Daar heb je Lucius Andros en zijn handlangers... slangen van de ergste soort.
Burgers van Carthago Nova, het edict wordt uitgesproken waarin...
de honorabele Duümviraat het project van de nieuwe waterleiding toewijst!
Een slecht voorteken, Titus.
De gerespecteerde burgers die concurreren bij de aanbesteding zijn...
Marcus Albinus enerzijds en Lucius Andros anderzijds.
Door middel van dit edict...
wordt uitgevaardigd dat wegens de gelijkenis van offertes...
het project niet toegekend is.
Wie hij deze keer omgekocht heeft... Een reptiel! ...Dat is hij!
Om een definitieve uitspraak te doen...
heeft de Curia bepaald dat de honorabele Lucius Andros en Marcus Albinus moeten wedijveren.
Beiden zullen een fontein aanleggen, hier op het plein van het forum.
Degene die het eerst klaar is, zal het project toegewezen krijgen.
Het water dat uit de fontein stroomt, moet schoon zijn en geschikt voor openbaar gebruik.
Niemand had een dergelijke competitie voorzien,
maar op de uitslag werd druk gewed en melancholische zielen verblijdden.
THERMEN. TEN ZUIDWESTEN VAN DE HEUVEL VAN MOLINETE
"Ons karakter komt voort uit ons gedrag", aldus Aristoteles.
Op een dag dat de goden de zee der onrust hadden beroerd,
kon men nergens beter tot rust komen dan in de prachtige thermen van Carthago Nova.
Koude, lauwe en warme bronnen temperden de meest geëxalteerde geesten.
Een plaats van ontmoeting en onderhoudende tertulia's.
Het aanzien van een man wordt bepaald door zijn vijanden, waarde Marcus Albinus.
Het lot heeft het zo gewild, geachte Lucius Andros.
Beste vrienden, hoe noemen we degene die de hand bijt die hem gevoed heeft?
Jouw lichtgeraakte geest lijkt te vergeten wie de vindplaats ontdekt heeft.
Degene die je uit de armoe gered heeft en dankzij wie je een zilvermijn bezit.
De meest productieve die in Carthago Nova ontgonnen wordt!
Waarmee jij je verrijkt hebt, net als ik.
"Prudentie ontbreekt wanneer zij geboden is",
maar mijn moedige vader heeft het rake argument van Publilius Syrus nooit ontdekt.
Niets minder dan je compagnon ben ik, nooit heb ik je rente gerekend.
De helft is nog niet genoeg voor de liefdadige Lucius.
Wat een ondankbaarheid, Ben Ali, wat een brutaliteit.
Beledigingen verliezen kracht uit de mond van Lucius Andros.
Ik zie dat je niet langer mijn compagnon wilt zijn.
Niet een dag langer, indien de goden me dat genoegen geven.
Hierbij benoem ik alle aanwezigen tot getuigen.
De winnaar van de strijd om de fonteinen krijgt het deel van de mijn van de verliezer.
Op die manier zullen we niet langer partners zijn, maar opnieuw vrienden.
Moge Jupiter je woorden bekrachtigen opdat het zo zal zijn.
De strijd om de fonteinen veroorzaakte talloze voorspellingen en weddenschappen.
In de thermen en in mijn eigen huis was rust een afwezige gastheer.
AQUADUCT VAN CARTHAGO NOVA
Water, Carthago Nova's vitale sap, werd liefdevol onthaald door het sterke en slanke aquaduct.
Zacht mondde het uit in een distributie- kanaal dat overliep in drie mooie bassins
CASTELLUM AQUA. BOVENGEDEELTE VAN DE HEUVEL VAN MOLINETE.
bedoeld voor de warmwaterbronnen...
de fonteinen en openbare reservoirs...
en als laatste de huizen.
Invloed en omkoperij leverden Lucius de meest nabije en rijkelijke watertoevoer.
Voor de aanleg voorzag hij zich bovendien van alle amfora's van Carthago Nova.
En voor het geval de goddelijke winden niet meer zouden blazen in zijn richting,
verwierf de oude woekeraar een heus slavenleger.
Mijn vader, slachtoffer van deze koude strategie, vond nauwelijks werknemers.
De angst voor Lucius Andros was groter dan de nood aan sestertiën.
Wat betreft waardevolle amfora's,
bezaten we wat de pottenbakkerij van de goede Salvius fabriceerde.
DE WERKEN VAN MARCUS ALBINUS
Tot overmaat van smart deed Pluto rotsachtige grond opkomen.
Het omwerken van de aarde werd een lang en moeizaam karwei.
Mijn moeder zou zeggen dat de goden ons verlaten hadden.
En dat we offers en libaties moesten opdragen om hen te herwinnen.
Enkele dagen daarna, en aangezet door Mercurius, de gevleugelde god,
won het kanaal van Lucius Andros terrein over het onze.
"Beschouw tegenspoed als oefening".
Maar in deze netelige situatie bood Seneca geen troost aan de familie Albinus.
En deze delicatesse, Octavia?
Een gerecht van mijn hand... gevulde kwartels.
Wel, als het kwartels zijn...
Ja, gevuld met bittere olijven... Hoe smaakt het?
Bitter!
Ik neem wel druiven, dat is veiliger.
Marcus, weet je dat Lucius Andros als vijand me verontrust?
Die schoft.
Als het aan mij lag... De goden weten dat ik me gewonnen zou geven.
Kalmeer je, het heeft geen zin. Het is al bijna verloren.
Het hoeft niet zo te zijn, vader.
Ik heb onze watertoevoer bestudeerd en...
Die is verder weg dan de zijne. Die rat heeft naar believen omgekocht.
Ja, maar het is hoger en heeft een zachter glooiende helling.
De toevoer van Andros daarentegen, heeft een zeer steile helling
Alleen het eerste gedeelte.
Vader, ik weet zeker dat de kracht van het water de leiding zal breken.
Dat zal ze vertraging opleveren!
Niet genoeg.
Bovendien kunnen we lood gebruiken in plaats van amfora's.
Loden leidingen?
Die zijn deugdelijker en smaller.
De geulen kleiner en daarom sneller aan te leggen.
Met de hulp van de goden, zullen we de verloren grond herwinnen.
Als de levens van twee geliefden die verlangen samen oud te worden,
zo liepen de leidingen van Lucius Andros en mijn vader.
De goden twijfelden wie hun gunst te geven.
De sierlijke ooievaar deed het werk van Marcus Albinus schitteren.
De grandioze leeuw was het agressieve onderschrift van Lucius Andros.
"Begin en eind vallen op de omtrek van een cirkel samen".
Gelijk de definitie van Heraclitus,
vielen begin en eind van de felle strijd harmonieus samen.
En de zwarte schaduw van Lucius wakkerde de strijd aan.
Het lood gaf zich gewonnen. Misschien hadden de goden geoordeeld.
En mijn voorspellingen, als een onfeilbaar orakel, werden werkelijkheid.
En alsof het een van de zoons van de god Aesculapius betrof,
zo heelde Salvia de slagader die het sap van onze victorie afsloot.
Maar rasheid behoorde ook tot de deugden van Lucius' mannen.
Ontelbare blikken waren op de twee fonteinen gericht.
Wie zou eerst water doen vloeien, de ooievaar of de leeuw?
En alle stemmen verstomden tegenover de onzekere bedoeling van het lot.
En schoon en helder stroomde het water.
En een mantel van gejuich omhulde de familie Albinus.
"De vorige dag luidt de dag in die volgt", luidde de wijsheid van Pindarus.
Nooit vergeten we de dag dat de ooievaar de leeuw, en het genie de kracht, overwon.
Wij zouden ons dat moedige optreden altijd herinneren, in die virtuoze enclave.
Carthago Nova, trots en weelderig, ontstaan uit de epische dagen van Oorlog en Vrede.
10 JAAR LATER...
"DE MENS HEEFT DUIZEND PLANNEN VOOR ZICHZELF. HET LOT SLECHTS ÉÉN VOOR IEDER." ARISTOTELES (384-322 V.CHR.)
"Valse voorwendsels verwelken als bloemen",
maar de gerechtigheid van de tijd, voorkomt eerloze gebeurtenissen niet.
Nero had Rome geregeerd.
Een wind van verval waait door het Imperium.
In Carthago Nova zijn de dagen van voorspoed lang geleden.
Ceres, gekwetst door menselijke ondankbaarheid, legde haar straf op.
Vijf jaren van droogte leegde de graanschuren.
Pluto, boos dat we in zijn rijk ronddoolden, sprak zijn veto uit over de rijkdommen.
De zilvermijnen raakten uitgeput.
Honger en ellende verduisterden de toekomst.
Angst maakte zich meester van Carthago Nova.
Berovingen en overvallen in donkere nachten.
Het volk, om aan zijn leed te ontsnappen, bezocht meer schouwspelen dan ooit.
Alles was gerechtvaardigd om de sombere gemoederen op te beuren.
De Curia gaf opdracht voor gladiatorenspelen.
Een kortstondige remedie tegen de volkse onvrede.
Venationes; wrede gevechten van dieren tegen dieren.
Van dieren tegen mensen.
En meest gewaardeerd en langverwacht: gladiatorengevechten.
Mannen tegen mannen. Verwoede gevechten tot de dood.
Wreedheid in de arena doet de woede bij tegenspoed beheersen.
Een voortreffelijke zijsprong, Titus.
Maecius, verdedig je in de aanval, anders zal je vlees voor gieren zijn.
Griek, draagt hij je goedkeuring voor je school?
Er is meer nodig dan Ben Ali's trucs om bij mijn selecte stal te komen.
Sta op Maecius, pak mijn arm!
Een gladiator richt zich alleen op, of blijft voor altijd in de arena.
Goed gedaan jongen, zo verdedig je jezelf.
Titus, die listen zijn mijn leerlingen onwaardig.
Ik zou zeggen dat zij je stempel gebrandmerkt hebben.
Laaghartige trucs!
Herken je de kerven van je oude zwaard dan niet?
Ach! Een begaafd leerling van de ellendige Ben Ali.
Dat lijkt je zoon wel, Marcus Albinus.
Zoals altijd als zij "vreedzaam" discussieerden, nam ik discreet afstand.
Tevreden een moment van licht te creëren in de zorgen die mijn vader omnevelden.
In het huis van de familie Albinus, waren tijden van voorspoed lang geleden.
Povere oogsten. Slechte zaken...
Tegenspoed die mijn moeders bedwelmende libaties niet verdreven.
In die jaren was ik verdiept in de studie van de wijze leer van Vitruvius.
Volgens hem moesten menselijke bouwwerken mooi, praktisch en duurzaam zijn.
Om de toepassing van deze concepten te begrijpen,
ging ik zonder toelage bij Carthago Nova's drie grote architecten in de leer.
Graecus Paetus was vermaard om zijn kennis van functionele en praktische werken.
Van zijn hand was de restauratie van de Curia.
GEBOUW VAN DE CURIA
Er is geen rechtvaardiging voor de wanorde die ons treft.
De Pax Romana breidt zich uit over het imperium.
Hoe is het mogelijk dat ze in ons geliefde Carthago Nova teloor is gegaan?
We moeten de veiligheid herstellen. Als Romeins burger zijn we dat onze eer verplicht.
THEATER. 5000 VIERKANTE METER BOUWWERK.
Mijn andere befaamde meester was Tullius Baebius,
expert in artistieke creaties met een unieke voortreffelijkheid.
Het onderhoud van het gracieuze en sierlijke theater droeg zijn stempel.
Het voortoneel van het al spectaculaire proscenium moest opgeluisterd worden.
6.000 toeschouwers zouden de kundigheid van de begaafde Baebius bewonderen.
AMFITHEATER. PLAATS VOOR 11.000 TOESCHOUWERS.
Ten slotte de befaamdste architect van Carthago Nova: de grote Licinius Didius.
Door zijn kennis van materialen droeg hij de naam "Architect van het eeuwige".
Het grandioze amfitheater viel nu onder zijn eskader.
De capaciteit moest worden uitgebreid naar 11.000 zielen.
In de schaduw van mijn meester ging mijn kennis met de dag vooruit.
Helaas was Jupiter het lot van onze familie niet even welgezind.
De vis is niet erg vers.
Je hebt gelijk, Octavia.
Het is lastig iets voor een redelijke prijs te vinden.
Maar er is geen gerecht dat met garum niet beter smaakt.
Noem je dat een beetje, vader?
Titus, dit is het ware goud van Carthago Nova. Hmm... exquis!
In grote hoeveelheden moet dit een goede handel.
Marcus, weet je dat een jonge architect een grotere studieplek nodig heeft?
Moeder, ik heb je gezegd dat dat niet nodig is.
Garum! Waardevoller dan zilver.
Ik weet een geschikt vertrek. Het is groot en licht...
Bovendien raakt het nooit op.
Wat vind je van die naast de tuin?
Zolang er vis bestaat!
Het zou een perfecte bibliotheek zijn!
Die schijnbare dialoog was hun manier om normaliteit te veinzen die niet bestond.
Hoe ging het ook alweer, Titus? "Als je een bibliotheek met een tuin bezit..."
"Als je een bibliotheek met een tuin bezit, dan heb je alles".
Dat was het... En wie zei dat?
Cicero, mijn lieve moeder?
Wat een geweldig geheugen!
Marcus, denk je niet dat onze toekomstige Vitruvius die bibliotheek verdient?
Titus, onthoud wat je vader zegt.
Op een dag zullen de boten uitvaren met duizenden amfora's gevuld met deze schat.
Maar de boten van mijn vader kwamen nooit op hun bestemming aan.
Neptunus incasseerde zijn gunsten met onverbiddelijke wreedheid.
De rijkdommen van Marcus Albinus verlichtten de donkere diepten van de zee.
TAVERNE.
Vader moest hulp vragen aan de stads meest gehate geldschieter: Lucius Andros.
Op één of andere wijze zal ik mijn woord houden.
Het zijn moeilijke tijden, Marcus Albinus.
Je hebt mijn woord... Ik zal tot de laatste sestertie terugbetalen!
De oude man leende hem geld tegen een woekerrente.
Hij had geen genade voor de enige man die gedurfd had tegen hem in te gaan.
Doe niet zo ***, wijf!
Brute woesteling!
Schatje! Kom op!
Laat haar met rust!
Door wie wil je gestreeld worden?
Eruit, schoft!
Kom dan als je durft!
Gooi me eruit als je kan!
Vuile hond!
Geef hem ervan langs, Ben Ali!
Geef hem zijn verdiende loon!
Nu zul je zien...
Goed gedaan! Maak die rat af!
Kom op, gooi dat tuig eruit!
En dat hij nooit meer terugkomt!
Ik heb altijd geweten dat jij en ik ooit weer zaken zouden doen.
Dank je.
Marcus Albinus, ik beur altijd wat ik uitleen.
Iedereen wist dat Lucius Andros zijn goede naam altijd eer aan deed.
Diep in de schulden liet mijn vader zijn trouwe ambachtsman gaan.
De fijne handen van Salvius zouden nooit meer voor hem boetseren.
Nooit meer de tedere blik van Lydia weerspiegeld in het gelaat van mijn vader.
"Troost is kil en nietszeggend indien het niet gehuld is in remedie", aldus Plato.
De familie Albinus werd door het noodlot achtervolgd.
Vader, de storm zou de boot tegen het eiland geworpen hebben.
Marcus, op zo'n avond kan je niet uitvaren.
De schipbreukelingen probeerden terug te keren naar de haven.
Als het waar is Octavia, dan gaan we ten onder.
Maar, de straten zijn niet veilig.
Maak je geen zorgen moeder, ik ga met hem mee.
Titus, blijf hier.
Wacht, laat je zoon op zijn minst Maecius roepen.
Zorg voor je moeder.
Onze blikken gaven een vreselijk voorteken af.
"Valse voorwendsels verwelken als bloemen" ...en de goede mensen, wijze Cicero?
Waarom de nobele en goedige Marcus Albinus?
Het levenloze lichaam van mijn vader verscheen drie dagen later.
In zijn barmhartigheid leidde Neptunus het naar ons toe.
Sommigen spraken van een sterke golfslag.
Maar andere stemmen riepen om gerechtheid.
Een ogenschijnlijke schipbreuk, in het holst van de nacht.
Alleen. Weerloos. Overvallen. Geslagen. In zee geworpen als een gekwelde suïcide.
De waarheid is nooit achterhaald...
maar men zei dat Lucius Andros' schaduw de waarheid verduisterde.
De brandstapel brandde overeenkomstig de voorschriften.
Zonder houtblokken, als eerbetoon aan de overledene.
De smeulende resten werden gedoofd met wijn.
Er waren geen klaagvrouwen, noch banketten.
De verheven as werd in een mooie urn bewaard, op een discrete plaats.
Lucius respecteerde de heilige dagen van rouw niet en kwam onze schulden opeisen.
Mijn moeder suste hem met eigendommen.
Jong sterven is nutteloos... een verkwisting van de goden.
Weet je Octavia, ondanks onze geschillen heb ik je man altijd gerespecteerd.
Zelfs op momenten van felle strijd bewonderde ik zijn moed.
Hij was de enige die met mij durfde te wedijveren.
Het aanzien van een man wordt bepaald door zijn vijanden.
Alsjeblieft... De mijn is van jou.
Dank je. Alleen Jupiter weet hoe lang ik hier op heb gewacht...
sinds die noodlottige dag dat wijlen je man de weddenschap van mij won.
Het was een eerlijke strijd.
Daar twijfelde niemand aan. Maar haar na zoveel jaar terugkrijgen...
vergeef me dat het mijn oude hart ontroert.
Is dat alles, Lucius?
Voor nu, lieve Octavia, voor nu.
Nagenoeg zonder inkomsten moest ik mijn meesters om stipendium vragen.
Alleen Licinius Didius stemde toe.
Enige tijd daarvoor had in Rome een verwoestende brand gewoed.
In de uit de as herrezen stad moest de architect een imperiaal project leiden.
Hij liet de afronding van het werk in Carthago Nova in mijn handen.
Katrollen en platformen. Stenen en mannen.
Druk met mijn bezigheden, had ik weinig tijd om te dromen van mijn geliefde Lydia.
Homoplachus, als je je verdediging niet verbeterd, zal je voer voor gieren zijn.
In de arena oefenden reeds de gladiatoren van Maecius.
De spelen die het nieuwe amfitheater zouden inwijden, waren nabij.
Er was een retiarius uit Nubië, Fabius geheten.
Zijn katachtige bekwaamheid was indrukwekkend.
Maar bovenal bewonderde ik zijn edelmoedigheid in de strijd.
Voer voor gieren zal je zijn... *** je me homoplachus?
Waardigheid is geen compassie, Nubiër. Daar is geen plaats voor.
In de arena hangt je leven af van de victorie. Een aarzeling is je dood.
De strijdoefeningen waren zwaar, soms zelfs wreed.
Maecius bezat de meest geliefde gladiatoren van het publiek.
Twintig slaven, elk van hen bekwaam in een strijdkunst.
Regelmatig reisde ik af naar de groeven.
Ik selecteerde het arduin dat uit de schoonste aderen kwam.
Op een van die reizen belichtten de goden mijn bestemming.
Ik passeerde onze kleine en verlaten garumfabriek.
Ter nagedachtenis aan mijn vader waagde ik het haar te bezoeken.
Het magazijn, bij goddelijke beschikking, stond vol producten.
Het was lang geleden dat onze familie vermogen had om handel te drijven.
De vorige dag luidt de dag in die volgt, maar tijd werkt vaak ten nadele van de meest getroffenen.
We moeten verkopen Titus.
Moeder, het is het huis van de familie Albinus.
Ik kan Lucius niet betalen.
Weet je nog wat vader over de garum zei?
Het juweel van Carthago Nova.
Weet je? Rome wordt herbouwd.
Ja, en men zegt dat de handel in de haven van Ostia is hersteld.
Een lading hiervan in hun haven en...
Denk je dat visresten het einde betekenen van onze ontberingen?
En waarom niet? Garumkruiken zijn klein.
En de sestertiën voor het verschepen, waar halen we die vandaan?
Maar een boot kan duizenden vervoeren.
Zoon, "Troost is kil en nietszeggend indien het niet gehuld is in remedie."
Die woorden van Plato, uit de mond van mijn moeder, beslisten.
De garum raakte opnieuw in vergetelheid.
Maar het leven ging door en de meester was teruggekeerd.
Licinius Didius prees de uitvoering van het project en bood me werk in Rome.
Volgens hem was ik klaar om uit te vliegen.
Als je je verdediging niet verbetert, zal je voer voor gieren zijn.
Een aarzeling is je dood... *** je me homoplachus?
In de arena hangt je leven af van de victorie.
Een aarzeling is je einde.
Kijk uit!
Voel je je goed, Maecius?
Een gladiator richt zich alleen op, of blijft voor altijd in het de arena.
Jongen, ik heb mijn leven aan jou te danken.
Die stenen zijn mijn schuld... Ik moet mijn verontschuldigingen maken.
Kies de gladiator die je wilt. Hij is van jou.
Maecius, je bent me niets verschuldigd.
Aanvaard het!
Ik herhaal, je bent me niets verschuldigd.
Schenk jij mij de eer van dankbaar man niet?
Maar Maecius, ik weet niets van gladiatoren!
Ik blijf hem oefenen, maar bij de spelen vecht hij voor jou. Wat vind je daarvan?
Je weet dat ik nooit ingezet heb op de gevechten.
Met de hulp van onze goden zal je hij je met goud bedekken.
Je wint. Ik kies... deze.
Fabius? Ja, hij is goed, maar te nobel...
Kijk deze, sterk en meedogenloos. Hij zal tot de dood voor je vechten.
Als ik moet kiezen, wil ik deze.
Zo koppig als zijn vader... Die liet zich nooit adviseren.
Ik zou hem met goud bedolven hebben.
Kom Fabius, je hebt een nieuwe meester.
Gladiatorenspelen hadden me nooit geboeid, maar wat als de goden ons welwillend waren?
De oude Maecius had geen ongelijk.
Als Fabius zou winnen, hadden we genoeg om de garum te verschepen...
en zo niet... wat maakte het dan allemaal uit?
TEMPEL VAN CARTHAGO NOVA
Gunstige voortekens aanroepen was nooit misplaatst, aldus mijn moeder.
Minerva, dochter van Jupiter, godin van oorlog en vrede, beschermster van kunst en wetenschap,
werd doel van onze libaties en offergaven.
"Prudentie ontbreekt wanneer zij geboden is".
Als ik me bezonnen had over de woorden van Publilius Syrus,
had mijn familie haar geringe bezit nooit ingezet op die onzinnige spelen.
En daar was hij, de sinistere Lucius.
Bereid om zijn met bloed bevlekte fortuin te vergroten.
De zwaarden van zijn trouwe Ben Ali zouden kruisen met die van onze Maecius.
Lucius Andros zette veel geld in op Dardanus, de onoverwinnelijke mirmillo.
Wij hadden al onze hoop gevestigd op het net en de drietand van de nobele Fabius.
"Al het water van de rivieren zal onvoldoende zijn om de bebloede hand van een homicide te wassen".
Maar de nobele Aeschylus was niet op zijn plaats in dat Rome van leed en dood.
De wrede mirmillo van Ben Ali vernietigde de gladiatoren van Maecius.
Lucius verrijkte zich met elke nieuwe dood.
Hoe kijk je iemand in de ogen over wiens leven je beschikt?
Wat zeg je tegen iemand die gaat vechten tegen de donkere dood?
Voor iemand in die positie is er maar één voldoening: vrijheid.
Dat was wat ik de waardige en heldhaftige Fabius zwoor.
"Ons karakter komt voort uit ons gedrag".
Aan de onbetwistbare Aristoteles voeg ik toe: en de dood is het gevolg van het leven.
Fabius verwierf zijn vrijheid.
De garum arriveerde in Rome.
En de familie Albinus bereikte eindelijk de waardigheid van de vrede.
FORUM VAN CARTHAGO NOVA. 114 N.CHR.
Vele bloeitijden zijn voorbijgegaan.
Landschappen en mensen zijn voor mijn ogen veranderd.
Op zonnige dagen wandel ik nog steeds door het forum en denk ik aan mijn ouders.
Nu mijn vermoeide lijf acht slaat op de roep van de aarde,
troost mijn ziel zich met de kracht dat het voor eeuwig naast het hunne zal rusten.
Soms brengt verdriet een gelukkige melancholie teweeg.
De jeugd van een jongen in het imperiale Carthago Nova.
Ik zie Lydia en aan haar hand ga ik de haven binnen die me als kind fascineerde.
En eens meer, het genot van de bewondering...
schepen en amfora's, harten en zielen, omhelzingen en afscheid...
En eens meer *** ik de inspirerende en onstilbare symfonie van het leven...
Dat trotse en weelderige Carthago Nova.
De virtuoze enclave van de goden.
De beminde stad van de eeuwige stenen.