Tip:
Highlight text to annotate it
X
Wij bidden U, God mochten mensen schipbreuk lijden
dat U ze in dat geval naar de kust van Cornwall leidt
ten behoeve van de arme inwoners
Aldus een oud gebed uit Cornwall uit het begin van de 19e eeuw.
Maar in die wetteloze uithoek van Engeland...
voordat de Britse kustwacht in het leven geroepen werd...
Waren er veel bendes die schepen lieten stranden om ze te plunderen.
Ze lokten de schepen naar de klippen aan de woeste kust van Cornwall.
Zie je het lichtbaken al? - Nog niet.
We zouden het nu toch moeten zien. - Kijk, aan stuurboord.
Waar dan? - Ik zie het niet meer. Zag jij het?
Ik zou zweren dat ik een licht zag. - Ik zie niets.
Zorg ervoor dat niemand uit het wrak ontsnapt, niemand. Begrepen?
Dat is alles. Laad het op de paarden.
Draag de rest zelf maar. Kom, opschieten.
Breng de spullen naar de herberg. Opschieten.
Is er niemand ontsnapt? - Zeker weten, Joss.
Ja, zeker weten.
Ik had het toch gezegd, idioot.
Kijk toch uit je doppen. Wil je ons allemaal laten hangen?
Het bevalt me helemaal niet. Die plek doet me huiveren.
De Jamaica Inn heeft een slechte naam.
Het is er niet pluis, er gebeuren rare dingen.
Rare dingen. Ik zou er nog niet gratis willen overnachten.
Komen we langs de Jamaica Inn?
Hoe ver is het naar de Jamaica Inn? - Kom, sneller.
Waarom gaan we zo snel? Slaan de paarden op hol?
We rijden langs de Jamaica Inn. - Daar wil ik eruit.
Waarom stopt u niet? Ik wil eruit. Ik wil dat u onmiddellijk halt houdt.
Waarom stop je niet, idioot? Stoppen, zei ik.
Bent u doof? Ik schreeuwde mezelf hees.
Keer om en breng me naar de Jamaica Inn.
Vraag het maar aan jonker Pengallan. Die valt op jongedames. Hier.
Laten we drinken op sir Humphrey.
Wat zeg je?
Dat is waar ook.
Op Pengallan. - Dank u.
Ik vergat om op de nieuwe koning George IV te drinken...
maar die vetzak laat me al jaren koud.
Dat is wel anders geweest, toch?
Ja, toen hij met Charlie Fox en Sheridan in Brighton was.
Toen was hij nog een heer, nu is hij een zak plumpudding met kersen.
Mag ik de madeira?
Vorig jaar hebben we de meren bekeken. Welk meer vindt je het mooist?
Welk meer vond ik het mooist? - Windermere.
Dat is inderdaad prachtig. Zullen we drinken op de schoonheid?
Waarom niet?
Chadwick, geef m'n beeldje eens. Ik heb inspiratie nodig.
Dit is schoonheid. - Maar het leeft niet.
Meer dan de meeste mensen hier. Kijk maar.
Als u levende schoonheid wil zien...
Kijk eens waar Nancy blijft. - Wie?
De parel van de streek.
Daarom is hij nooit meer in Londen. Dat monster heeft hier een vriendin.
Ik hoef haar niet te zien. - Maar ik wel.
Nou en of, laat haar eens zien, Pengallan.
Daar is ze.
M'n prachtige Nancy.
Gisteren heeft ze de Bodmin- steeplechase voor me gewonnen.
Wat is er, Chadwick? - Een vrouw.
Ruzie niet met vrouwen als ik bezoek heb.
Ik ben hier gedumpt. Vraag uw baas om een paard.
Ik ga haar bekijken.
Ringwood, wedden dat ze lelijk is? - Afgesproken.
Zou u uw jas misschien even willen uitdoen?
Waarom zou ik? - Ik heb gewed.
Een weddenschap moet je altijd respecteren. Mag ik?
U hebt ook een mooi figuur.
Ik mag wel zeggen dat u een schoonheid bent.
Ringwood, je hebt gewonnen. Pak aan.
Het was mijn weddenschap, ***.
ze is zo mooi als de nacht
onder een wolkenloze en met sterren gevulde hemel
al wat mooi is aan duisternis en licht
is te zien in haar verschijning
en in haar ogen
Dank u, maar ik kwam niet voor poëzie, maar voor een paard.
Een paard? U bent de poïzie van lord Byron waardig, dus ook 'n paard.
M'n naam is sir Humphrey Pengallan. Ik ben Heer van Pengallan en rechter.
Ik ben Mary Yellan. - Waar wilt u heen?
Naar de Jamaica Inn. - Wat?
Dat kan niet. - Waarom niet?
Sam, vertel eens waarom ze niet naar de Jamaica Inn kan gaan.
Het gaat er ruw aan toe. Niks voor een jongedame.
Dat weet Sam zelfs. U kunt beter hier blijven.
Natuurlijk niet.
Ik ben uit lerland gekomen, want ik heb niemand meer.
Uw ouders? - Tante Patience is in de Jamaica Inn.
Wat een prachtig paard. - Ja, zou u erop kunnen rijden?
Ja, ik rijd al van kindsbeen. - U mag haar berijden naar de Inn.
Dank u, maar ik heb nog een koffer buiten staan.
Die neem ik wel. Ik breng u persoonlijk naar uw familielid.
Zadel de vos ook.
Miss Mary Yellan gaat naar de Jamaica Inn.
Ja, dat snap ik niet.
Je snapt nooit wat, maar probeer dit wel te snappen.
Miss Yellan is m'n vriendin. Als ze aanklopt, geef haar dan wat ze wil.
Haal m'n overjas en das en een dikke sjaal voor de dame.
Neem me niet kwalijk.
Ik neem straks een warme cognac, en leg vast een hete kruik in m'n bed.
Komt voor elkaar.
Als u even wacht, dan haal ik de sjaal.
Maar die heb ik echt niet nodig.
Zeg het als ik iets voor u kan doen. Ik ben Pengallan, dit is mijn land.
Vergeet dat niet. - Nee.
Tot ziens, Miss Yellan. - Tot ziens, sir Humphrey.
Wie is dat?
Wat wilt u? - Woont Mrs Patience Merlyn hier?
Misschien wel, misschien niet.
Dat hangt ervan af. - Ik ben haar nicht uit lerland.
U hebt het vast gehoord. Ik kom bij m'n oom en tante wonen.
Hoe komt u erbij? Wie zegt dat?
Dat zijn mijn zaken. Zeg tegen uw baas dat ik er ben.
Eerst een zoentje.
M'n oom zal u dit betaald zetten. Hij zet u er meteen uit, let maar op.
Dat denk ik niet, want uw tante zou me missen.
Ga eens opzij.
Klopt, klopt helemaal.
Ik ben de liefhebbende echtgenoot van je tante, je grote oom Joss.
Wie is dat?
Kijk maar. - Tante Patience.
Mary, de dochter van m'n zus. - Dus u herkent me?
Ja zeker liefje, je lijkt als twee druppels water op je moeder.
Ik dacht eerst haar stem te horen, en toen ik je zag, dacht ik...
Ze zei dat je wist dat ze hier zou komen wonen.
Nee ***, Joss. - Ik heb u toch geschreven?
Ik heb niets ontvangen.
Heb je geschreven?
Mary, je bent in het zwart
Moeder is drie weken geleden overleden.
Ik ga een borrel drinken.
Hoe is het gebeurd? - Ze was ziek, maar werkte toch door.
U weet hoe ze was.
Patience, sta niet zo te kletsen. Breng haar koffer naar binnen.
Laat mij het maar doen, tante.
Wacht, je nieuwe oom is erg attent.
Hij laat mooie dames geen zwaar werk doen. Hij weet hoe het hoort.
Schiet op. - Ik neem deze kant.
Hij is niet zwaar, laat maar.
Schaamt u zich niet? - Stil, Mary.
Ik heb vaker complimenten gekregen van mooie vrouwen. Opzij.
Mary is een beetje knorrig vanavond...
maar niemand is vriendelijk op een nuchtere maag.
Vul die eens. - Ja, ik geef haar iets te eten.
Kom maar mee.
Het is zo klaar, rust maar wat. - Ik dek de tafel wel.
Nee, je zult wel moe zijn na die lange reis.
Nee ***. Waar is het tafelkleed en het serviesgoed?
Daar, in de middelste lade.
Het zijn gewoon een paar late klanten. Ze zullen zo wel gaan.
Hou jullie snater.
Niet zo hard, we hebben bezoek. - Dat zei Harry al.
Volgens mij is het een lekker stuk, erg lekker.
Je denkt alleen aan vrouwen.
Het ijdele vlees dat rokken najaagt op weg naar eeuwig verval.
Salvation begint weer. - Lach maar.
Je zingt wel een toontje lager in het vuur dat ons allen te wachten staat.
Ook mij.
Wat ga je doen? - Haar begroeten.
Ze valt niet op jouw type. - En op mij met m'n kanten manchetten?
Ben je zelf iets van plan? - Ik had het niet overwogen. Wie weet?
Ik heb het over mezelf, Harry.
Bovendien is ze m'n nichtje uit lerland.
Waarom zeg je dat nu pas? - Dat zijn mijn zaken.
Ik heb ooit een lers meisje gekend, dat praatte als een vreemdeling...
maar het was goed.
Ik ben anders dan je dacht, hë?
Ik was nog een kind toen u vertrok, ik kan me u vaag herinneren.
Wat voor iemand was ik toen? - U was erg mooi.
Is dat zo?
Ja, dat geloof ik ook.
Je moeder heeft vast gezegd dat ik moet boeten omdat ik ben weggelopen.
Dat is niet zo. Joss is een goede echtgenoot. Ik ben tevreden.
Voor dit moeilijke, gevaarlijke werk zullen we ooit wegrotten in 'n cel...
en wat krijgen we ervoor terug? Bijna niks.
We kunnen er ternauwernood van leven.
Dat laatste schip bracht te weinig op.
Dat zeg jij. - Nee, dat zegt Sydney.
Heb je geklaagd? - Nee, Mr Merlyn.
Opscheppen met sommen voor jongens die niet kunnen lezen en rekenen.
Je moet de spullen inventariseren, niet prijzen.
Wacht even, Joss.
Ik heb gezegd dat de buit te weinig opbracht.
O ja? - Als je naar ons aandeel kijkt.
Misschien krijg je er geen goede prijs voor.
Misschien zit er ergens een lek.
Jij denkt er het jouwe van.
Misschien wil je je gevoelens met ons delen, als je ze hebt.
Wat dat 'lek' betreft, als je daar iets van weet...
gooi het er dan gerust uit, we horen het graag.
Ik heb geen idee. - Ik misschien wel.
Stel dat er een lek is voordat de spullen in de Inn zijn. Snap je?
Een verstrooide vent zou zogezegd enkele dingen kunnen zoekmaken...
op weg hierheen. Heb je daar weleens aan gedacht?
Hoe lang ben je al bij me, Harry? - Vijf jaar.
We zijn al twee jaar en zeven maanden gedoemde zielen samen.
Bijna tweeënhalf jaar, Mr Merlyn.
Eens even zien, ik rotzooide wat aan met een stuk in Penzance in die tijd.
Dit is ze, Annie. Dan is het dus vier jaar, Joss.
En jij?
Ik zal het wel zeggen.
Mr Trehearne is al ontzettend lang bij ons, namelijk twee maanden...
acht weken, zesenvijftig dagen.
Niet slecht gerekend, hë?
Wat hebt u daarop te zeggen, Mr Trehearne?
Scheer je weg.
Wat is er? - Mary heeft het net verteld.
De jonker heeft haar gebracht. Hij vroeg waarom ze hierheen wilde.
Aangezien hij rechter is, vroeg ik me af of hij iets ontdekt heeft.
Hoe heb je sir Humphrey ontmoet?
Ik vroeg hem om hulp omdat de koets de herberg al lang voorbij was.
Hij was erg aardig en behulpzaam. Hij weet hoe je met vrouwen omgaat.
Hij leende me zelfs een paard dat de steeplechase heeft gewonnen.
Het was geen beste buit. Door de zware storm brak het schip in tweeën.
Geef eens een schaar, Merlyn.
Er zit nog bloed op. Dit is geen abattoir. Knip het eraf.
Het was èèn grote slachtpartij.
Dat tuig had toch geen leven. Ze zijn uit hun lijden verlost.
Deze stof is de levens van 100 zeelui waard. Hij is perfect in z'n soort.
Het gaat om dingen die perfect zijn in hun soort.
Ik zou al het tuig in Bristol executeren...
om èèn mooie vrouw hoofdpijn te besparen.
Dat begrijp jij niet, want je bent geen filosoof of heer.
Waren er geen overlevenden? - Niet èèn.
Het spijt me van Mary. We wisten er niks van. Ik stuur haar morgen weg.
Maak de haard aan, het is koud. Geef me iets te drinken.
Ik had u niet zo snel verwacht. - Het is hondenweer.
Het is riskant met Patience en de jongens hier.
Alles is riskant. Die Mary heeft een eigen willetje.
Ik pak haar hetzelfde aan als Patience.
Wat denkt u? - Ik zie geen gelijkenis.
Toen we trouwden, was Patience mooi. Ik weet nog...
Dit is niet genoeg. - Het is niet waarop we hoopten.
Volgende keer beter, hoop ik, want de jongens worden ongeduldig.
Ik kan ze wel aan, maar ze willen meer geld.
Om zich kapot te zuipen aan je blauwe gif?
Luister, ik wil meer.
Ik weet wat ik met geld moet doen. Snap je dat? Ik moet het hebben.
Nog een keer deze week? - Morgen misschien.
Je moet je nicht niet wegsturen voor ze iets van de streek heeft gezien.
Van mij mag ze blijven, zolang ze erbuiten gehouden wordt.
Naar boven jullie.
Breng haar eten naar haar kamer.
Probeer wat te slapen, je zult wel moe zijn. Welterusten.
Je had gelijk, Joss. Zie je dat? Dit is bijna vijftien pond.
Ik zei het toch?
U hebt zich in de nesten gewerkt, Mr Trehearne. Wat hebt u te zeggen?
Geef me een drankje. Dit maakt je dorstig.
Thomas, jij wil de heer vast van dienst zijn.
Ik kan goed raden, zo te zien. Hoe komt u hieraan?
Ik heb het gespaard. - U hebt stiekem spullen verkocht.
Ik schaam me voor u, Mr Trehearne.
U stoot het brood uit de mond van uw maten. Nu weten we wie het lek is.
Niet waar. Hij houdt jullie allemaal voor de gek.
Waar denk je dat de spullen heen gaan? Doet Joss dat alleen, denk je?
Toe dan, vraag het hem dan.
Wat een knal. Die vuile dief is bewusteloos.
Hij heeft erom gevraagd. - Boontje komt om z'n loontje.
Waar wachten we nog op?
Zoek eens een stevige balk voor me, ongeveer 1,85 meter van de vloer.
Wacht even, ik kijk of de vrouwen weg zijn. Ik wil geen gekrijs.
Schiet op.
Trehearne had dit bij zich.
Wat weet je van hem? - Hij kwam kort geleden uit St. Ives.
Als je hem eruit zet... - Klikt hij. Ze willen hem ophangen.
Is dat niet wat formeel? Waarom niet met een pistool?
Nee, dat is te lawaaierig, dan verontrust je de nicht van je vrouw.
Ik zou niet weten wat ertegen is.
Zeg het maar tegen ze, ik moet je nog wat zeggen.
Harry, ga je gang, ik kom zo naar beneden.
Kom Salvation, pak hem op.
Achteruit, we willen geen pottenkijkers.
Dit is privè. Je krijgt binnenkort een publieke ophanging.
Dan kun je toekijken vanaf de beste plek, namelijk in de strop.
Je bent nog te jong.
En Joss? - Hij zei dat we het moesten doen.
Is het hier? - Ja, hier is genoeg ruimte.
Als je iets doet, moet je het goed doen.
Breng hem hier. - Vlug, voordat hij bijkomt.
Daar doe ik niet aan mee. - Dan merkt hij er niets van.
Het is heidens om iemand bewusteloos naar het hiernamaals te sturen.
Met een borrel kan hij z'n leven overdenken.
Dan is het of we het in koelen bloede doen.
Kom, hij is zwaar. - Wat vind jij?
Jullie moeten je verachtelijke mond houden, vind ik.
Ben je weer aan het graaien, Dandy, zoals altijd?
We tossen om die gespen zodra ik het zeg.
Licht eens bij.
Allemaal tegelijk. Trekken.
Pak ze van hem af, Harry. - Zet hem op.
Stil, anders komt Joss naar beneden en is de lol voorbij.
Maak dat je wegkomt, ze komen zo terug.
Kom, doe je best, schiet op.
Blijf hier niet.
Ik kan m'n tante niet achterlaten. Kom, schiet op.
Snel, voordat Joss komt.
Daar ben je dan, liefje. Heb je Patience welterusten gewenst?
Ik heb eens nagedacht. Het is een lief meisje met karakter, dacht ik.
Het zou jammer zijn als ze vertrekt voor ze de streek heeft gezien.
Ze kan hier blijven wonen zolang ze maar wil, dacht ik.
Joss, kom naar beneden.
Hij is weggehaald. - Wat? Wie?
Trehearne is weggehaald door engelen. - Ja, dat weet ik.
Maar hij leeft nog.
Mary, dat heb jij gedaan, jij hebt die man bevrijd.
Je moet de Jamaica Inn onmiddellijk verlaten.
Kijk maar.
Ik vermoord die rotmeid.
Vertrek in godsnaam, voordat Joss naar boven komt.
Waar is dat meisje?
Waar is ze?
Je hebt haar laten ontsnappen.
Thomas, kijk in de stallen. Harry, wij gaan via de binnenplaats.
Als jullie niet opschieten, breek ik je nek.
Zo snel kunnen ze niet ontsnapt zijn.
We moeten weg, kom mee. - Waarheen?
Ik weet een plekje bij de haven waar we veilig zijn.
Zal ik op de hei zoeken, Joss?
Kijk op de binnenplaats.
We moeten ze vinden, al kost het de hele nacht.
Ik zie ze niet. - Ik ook niet.
En jij? Als we ze niet vinden, hangen we.
Harry, zoek de kust af.
Thomas, haal je broer en wie je maar kunt vinden en zoek de hei af.
Wat ga jij doen? - Ik neem de tolweg bij Bodmin.
Het is laat. - Dat meisje was charmant.
De slager was hier tijdens het diner. Hij wil dat u hem betaalt.
Wat een onaantrekkelijk beroep, het eeuwig ontleden van dode dieren.
Slagers moeten ook leven. - O ja?
U bent hem bijna 40 pond schuldig en de bakker 35. Ziet u? Slager, bakker.
Zit me niet te slageren en bakkeren, ouwe domkop.
Het spijt me, Chadwick. Jij doet ook maar je plicht.
Meer is het niet, jonker.
Die uitvallen zijn onaanvaardbaar. Ik snap niet wat me bezielt.
Tussen twee haakjes.
Wat is er gebeurd met m'n grootvader?
Die is krankzinnig geworden, hë?
Je hoeft niet meer op te blijven. Ga maar slapen.
Hoe durf je hier te komen? Ik zei toch...
Ja, maar Trehearne is bevrijd door dat meisje toen ik bij u was.
Wat heb je met haar gedaan? - Ze is ook weg.
Een algehele uittocht dus. Uw vrouw is nog wel thuis, hoop ik.
We proberen ze te vinden. - Kwam je daarvoor hier?
Trehearne weet te veel. Als hij gaat klikken over ons...
Je bent in de war. Dan komt hij naar mij, want ik ben de enige rechter.
Breng mij nou ook niet in de war, anders zie je nooit een wrak meer.
Zonder hersens sterft het lichaam, en je weet toch wel...
dat jullie alleen het karkas zijn en dat de hersens hier zijn?
Ik waarschuw alleen. - Dat doe ik wel.
Als je nog meer vette restjes wil hebben, volg m'n bevelen dan op.
Maak dat je wegkomt.
Kom terug, wat denk je...
Wat ben je van plan? Je kunt niet eens roeien.
Laat me met rust. - Je bent toch niet *** voor me?
Wel, dus. Vrouwen, eerst redden ze je leven, dan zijn ze doodsbang voor je.
Ik zie er niet uit, maar ik bijt niet, ***.
Ik weet heus wel waarom m'n tante doodsbang is en wat jullie zijn.
Dieven, smokkelaars, moordenaars. Ik blijf hier niet.
Kijk daar. - Harry, hierheen.
Een mooi stukje drijfhout. - Het kwam uit de grot.
Ga eens een eindje roeien met je broer. Snap je?
Zeker. - Mag ik mee? Ik zag het eerst.
Nee, zeg tegen Joss dat alles voor de bakker is. Kom.
Dandy, ga een stuk touw halen.
Kom mee.
Weet je wat je gedaan hebt? Voor het donker wordt het weer vloed.
We hebben die boot nodig. Zodra het eb is, zullen we moeten rennen.
Zit ik hier vast met een vrouw. Toch heb je m'n leven gered.
Doe er dit keer wat mee. - Dat valt niet mee. Ik ben wanhopig.
Zal wel. - Moordenaar, zei je.
Dat denk ik. - Is er nog hoop voor me?
Wat moet ik doen? - Wat je wil.
Ik kan weer naar zee gaan. - Interesseert me niet.
Je bent verantwoordelijk voor me. - Niet.
Zonder jou was ik dood geweest, dat is duidelijk.
Hierna leg ik m'n lot in jouw handen. - Hou je mond nou eens.
Kop op, we zullen snel...
Pak dat boekje eens, Mr Trehearne. Op pagina 13 staat een mooie hymne.
'Terwijl ik sta te beven op de drempel van de dood. '
Zeer troostrijk. - Dan is sterven prettig.
Het is een mooi paartje. Ik vind het vreselijk om ze te storen. Onderuit.
Stuur je haar eerst, of wil je zelf? - Dames gaan voor, zeg ik altijd.
Wat doen we? - Ze hebben de boot vast zien drijven.
Mocht u hulp nodig hebben, Mr Trehearne...
uw oude maatje Thomas komt naar beneden om z'n hulp aan te bieden.
Die is buiten westen.
Wie nu? We houden van gezelschap. - Dat krijg je ook.
Mooi zo. Wie wordt het, Harry?
Belcher, bind die vast aan een steen, snel.
*** je dat? Er zit niets anders op.
Kun je zwemmen? - Om uw eenzaamheid op te heffen...
komen we met z'n drieën.
Laat me. - Kun je zwemmen?
Alleen is het al lastig genoeg voor je. Joss zal me geen kwaad doen.
Kun je het? - Een beetje.
Doe je jurk en schoenen uit. - Nee.
Schiet op. - Nee.
Dan doe ik het. - Nee, ik doe het wel.
Ik wou dat het achter de rug was. We zijn al de hele nacht op.
Ja, ik zou wel naar bed willen. - Leveren we haar uit aan Joss, Harry?
Ze komen eraan. Kom mee.
Nu hebben we je, Trehearne. - Ze zijn weg.
Goed zo. Grappig, dit is de eerste keer dat ik een vrouw zie zwemmen.
Het is zout.
Ze komen deze kant op met een bootje.
Snel, naar die rotsen. Hou je vast aan m'n schouder. Gaat het nog?
Hou je vast. - Het gaat niet.
Daar zijn ze.
Hou vol, ze zijn zo weg. - Het lukt niet.
Hou je aan mij vast.
Ik heb je brandewijn dit jaar niet geproefd.
Ik kom drie pond te kort.
Ik zei toch... - Stil.
Ik heb geld nodig om jonker Pengallan te kunnen zijn. Hoe komt het?
M'n zoon heeft iets aan z'n been.
Laat dr Mackintosh ernaar kijken en betaal die 3 pond volgende keer maar.
Dank u. - Geef hem het bewijs.
Maar ik zei... - Doe het.
Zijn voorouders boerden hier al toen de jouwe nog blikslagers waren.
Waar gaan we heen? - De tolweg lijkt me het beste.
Wie z'n huis is dat? - Van de jonker.
Van sir Humphrey?
Ik was daar gisteravond. Hij zal ons wel helpen.
Dit is degene die ik bedoelde. Burdkin, een vuile radicaal.
Burdkin?
Wel Burdkin? -Ik kom klagen. Ik wil m'n rechten.
Daar luister ik niet naar. - Ik heb de wet aan m'n zijde.
Nee, ik ben de wet in Pengallan en ik sta niet aan je kant als je zo praat.
Stel je je gelijk aan mij? - Ik ben een man, net als u.
Zet dat uit je hoofd voor je in de nor belandt.
Je zult nooit zijn als ik, daar is de natuur vanaf het begin tegen geweest.
Ik ben een heer. - Vuile...
Zet hem eruit, Davis.
Geef hem minder dan 24 uur de tijd.
Mag ik even, jonker Pengallan? - Kijk eens aan, oma Tremarney.
Inderdaad. Het gaat om m'n dak. Ik heb erover geklaagd tegen Mr Davis...
maar hij doet er niets aan en het lekt constant.
Geef haar een nieuw dak.
Een nieuw dak, zei ik.
Ze is m'n oudste huurster. Ze mag niets te kort komen.
Ik ben de enige onder de rang van markies die gokt...
en uit de klauwen van de bank is gebleven.
Ik heb een dak, dus zij ook.
Wat is dat?
Liefje toch, wat is er gebeurd? Je bent drijfnat.
Haal Mrs Black.
Kom bij de haard.
Laat ze later terugkomen, Davis.
Je bent helemaal verkleumd.
Wat heb je gedaan? - Gezwommen.
Voor ons leven. - Wie is dit?
Jem Trehearne. We zijn ontsnapt uit de Jamaica Inn.
Het is gewoon een smokkelaarshol. Ze wilden hem gisteren vermoorden.
Ze heeft m'n leven gered. - Wat eigenaardig.
U moet ons helpen, m'n tante is daar nog.
Vertel me straks alles, maar trek eerst iets droogs aan.
Mrs Black, geef haar boven wat droge kleren.
Natuurlijk, komt u maar met mij mee.
Kan ik u even spreken? - Natuurlijk.
Echt waar?
We zullen zien wat we kunnen doen. - Dank u, dat is erg aardig van u.
Geen dank.
Neem me niet kwalijk. - Chadwick, geef hem brood en bier.
Ja, maar... - Ik spreek je later wel.
Ik gaf hem van katoen en de strijd begon.
ik sprak van rampzalige lotgevallen te land en ter zee
toen ik ternauwernood ontkwam
Blijft u eten? - Kon dat maar.
Waar moet u heen? - Terug naar m'n schip in Falmouth.
Als u aan de port zit, vaar ik langs uw huis.
Meent u dat?
Ik moet u spreken, sir Humphrey.
Zeg het maar. - Onder vier ogen.
Ik heb geen geheimen voor deze heren.
Een smokkelaar uit de Jamaica Inn. - O ja? Heb je nog goede cognac?
Ja, ik heb er zelfs een lijst van. - Denk er wel aan dat ik rechter ben.
Toch denk ik dat u geïnteresseerd zult zijn in deze cognac.
Gelieve gerechtsdienaar Trehearne te helpen z'n taak uit te voeren
gerechtsdienaar James Trehearne
Heren, ik kan dit inderdaad maar beter onder vier ogen bespreken.
Komt u maar mee.
Als u niets lekkers regelt voor me, rapporteer ik het.
Na u, ga uw gang.
Ik heb wat brood en bier neergezet voor deze persoon in de wapenkamer.
Heb je dat? Zet wat koude kip en wijn "voor deze persoon" in de studeerkamer.
Ga wat kleren zoeken voor Mr Trehearne.
Die van mij zal niet gaan. Die van Lord George zullen beter gaan.
- Voor deze meneer? - Ja. Vlug? Vlug!
- Meester Humphrey... - Ik moet me verontschuldigen.
Ik had er geen idee van, wie je was. Zo, nu eerst een glas brandy, voor het eten en je droge kleren.
Ik ben u heel veel dank verschuldigd..
Helemaal niet. Kom binnen.
Ik ben luitenant bij de koninklijke marine.
Ik was op uitzending gestuurd door het hoofd kantoor.
Ik heb heel wat moeite moeten doen om mijn identiteit te verbergen..
Ik heb nog steeds geen idee waar dit om gaat. Maar drink eerst wat voor je me het vertelt.
Ik heb altijd veel respect gehad voor de marine. Ik kende Collingwood goed.
Het is al goed mannen. Het is niet wat we verwachten misschien. Je kunt niet alles hebben.
He, wat is hier allemaal aan de hand?
Smokkelen?
Nee, nog erger, meneer. Wrakken.
Moedwillige, georganiseerde wrakken.
- Niet hier, toch? - Jawel, meneer. Langs deze kust.
We hebben hier altijd wrakken gehad. Een gevaarlijke kust.
Lloyds heeft ontdekt dat deze wrakken een ding met elkaar gemeen hebben.
Is dat waar? Drink dit op.
Ik denk dat ik met je mee doe met de brandy.
Het is een uh... nogal drukke ochtend geweest.
Wat hebben deze wrakken met elkaar gemeen?
Niemand heeft het ooit overleefd.
*** eens, Mr Trehearne,
Als het waar is wat je me vertelt,
is 't het meest vreselijke wat ik ooit gehoord heb.
- We horen wel vaker over wrakken hier... - Lloyds heeft overlegd met het hoofdkantoor.
Ze waren overtuigd dat deze schipbreukelingen betrouwbare informatie hadden
over de route en ladingen van schepen...
Kapitein Murray wil afscheid van u nemen meneer.
- Wilt u mij verontschuldigen? - Natuurlijk.
Ik ga nu maar. Ik heb me kostelijk geamuseerd. Je bent een perfecte gastheer.
- Tot ziens kapitein. Goede reis. - Ik kom nog eens terug.
Ik zal aan u denken, buiten in die storm als ik vanavond aan mijn glaasje port zit.
- Is dat goed? - Heel goed.
Wel, moet u eens horen, Mr Trehearne,
vertelt u maar verder.
Mijn onderzoek bracht me naar de Jamaica Inn. De waard is het kopstuk.
Dat wrak van afgelopen nacht, is leeg gehaald door zijn mannen.
- Was je echt daar? - Nee, gelukkig niet, ik was nog op proef.
Maar ik heb later wel de spullen mee naar boven gedragen.
En heb je eh...
Heb je dit gerapporteerd aan je meerdere?
Nee, nog niet.
Ik zit achter grotere kopstukken aan als Joss Merlyn.
Ik kan je niet volgen. Eh... Je hebt eh... gezegd dat hij de leider was.
In de Jamaica Inn wel, ja. Maar hij krijgt zijn orders van buitenaf.
Zijn informatie komt van buitenaf.
Ze plannen alles voor hem van buitenaf.
- Door wie? - Dat weet ik niet.
Merlyn's vrouw weet het zelfs niet. De bende ook niet. Maar we moeten hem vinden.
Ja, Joss heeft de mannen bij elkaar geroepen voor vannacht. Er zou weer een wrak komen.
Ze zullen niet weten waar, totdat de leider dit bekend maakt.
Maar om die informatie te kunnen geven, Zal hij vanavond naar de herberg gaan.
- We moeten zorgen dat we er eerder zijn. - We kunnen dat niet alleen doen.
Ik ga hulp halen bij de dichtstbijzijnde kazerne.
Dat zal te lang duren. We moeten zorgen dat hij ons niet ontsnapt.
We zullen samen gaan. Mijn bediende kan een bericht brengen naar de kazerne in Truro.
Neem hier wat van. Je zei dat het uitschot van Merlyn pas later komt?
Ik neem aan dat we het wel redden tot het leger komt.
Ik doe mee, als u het ook doet, sir. - Prima. Dit is heel opwindend.
Kom binnen.
- Chadwick, je geld of je leven? - Je kleding. Ik heb het Lord George verteld.
Wie is de commadant in Truro?
Eh...
Kapitein... Boyle, een ler, geloof ik. In principe een goede kerel.
Ik zal hem een brief schrijven.
Nee, laat mij dat doen. Anders loop je Lord George voor de voeten.
Aan, eh...
Kapitein... Boyle... hum...
Hoofd commandant...
...nationale garde,
Truro.
Wat zal ik... hem vertellen?
Jij bent bekend met dit soort dingen.
Uw hulp is dringend gevraagd.
Jouw... hulp?
Hulp, ja. Hulp.
Is... dringend... nodig.
...welke...
Welke...? Welke echt, eh...? welke, uh...
Uw onmiddellijke aandacht nodig heeft...
Ik ben samen met een agent, James Trehearne...
Agent, James Trehearne... wil een onderzoek instellen
aan de kust...
Heb je dat? Oke, Sir Humphrey? ja.
Hij zegt dat de wrakplunderaars, hun hoofdkantoor hebben in de Jamaica Inn, Pengallan.
en heeft genoeg bewijsmateriaal
om de waard en zijn makkers te laten hangen.
- Ben je klaar? - Ja.
Perfect. Nog beter dan Lord George.
Ik kan beter een hoed voor je pakken.
Chadwick!
- We moeten meteen weg, dat weet je. -Momentje.
Het meisje, Miss Yellan, ze mag hier niets van weten.
Oh, nee. Dat moet wachten. Arm ding. Zo overduidelijk toegewijd aan haar baas.
Ik had geen keus, Meneer Humphrey. Ik kon haar de waarheid niet vertellen.
Zeg Sam dat ik hem onmiddellijk nodig heb.
- In de keuken, meneer. - Sam!
Je kan beter een warme jas aan doen.
Geef Mr. Trehearne de blauwe cape, niet die met de Perzische kraag,
Geef hem een hoed en breng me mijn cape en hoed.
- Oh, Sam. - Rij Truro zo snel als je kan binnen.
Geef dat af aan Kapitein Boyle in het Militia Hoofdkwartier.
Gallopeer de hele weg. - Komt in orde, meneer.
Wil je zo vriendelijk zijn om Robbins te zeggen dat ik mijn rijtuig meteen wil. Kom mee.
Chadwick!
- Uw jas, meneer. - Oh, bedankt.
Wil je Mevr. Black vragen op de jongedame te letten
en of ze haar kan overreden wat te gaan slapen, dat is beter voor haar.
Wil je mij bij haar excuseren?
Vertel aan Lord George dat ik voor het eten terug ben.
- Ja, meneer. - Oh, hartelijk bedankt.
Robbins!
Waar is mijn rijtuig?
Is het nog niet klaar?
De jongedame kwam om de hoek en nam het mee, meneer.
Wat? - Ze zei dat u hem besteld had voor haar, meneer.
- Denk je dat...? - Paarden! En snel, graag!
Je moet met me mee nu het nog kan. -Wat is er gebeurd?
De man die ik neerstak is een wetsdienaar.
Hij is nu hierheen onderweg met Sir Humphrey. Ze zijn naar Truro gestuurd om te helpen.
Ik moet me omkleden. Pak je spullen voor ze komen.
Ik moet het Joss vertellen.
Geen tijd. - Ik ga niet weg zonder Joss.
Ze kennen de waarheid, tante Patience, ik ook.
Dit is je laatste kans om van hem af te komen.
Nee.
Hij is een sloper, een moordenaar.
Maar hij is mijn man. Mary, je snapt het niet. Je kent hem niet.
Ze is gekomen om ons te waarschuwen. We moeten weggaan.
Waar is die kerel? Waar is Trehearne?
Joss, ze komen voor jou. Trehearne is een wetsdienaar. We kunnen niet..
Zwijg.
Ik hoef je niet te zeggen waarom ik hier ben met deze gerechtsdienaar.
U raadt het al. Als rechter mag ik uw herberg doorzoeken.
Misschien kunt u ons rondleiden.
Hier is niets.
U bent er al, dat is snel. Politiebeambten verspillen geen tijd.
Ht spijt me. Kom eens hier, Mrs Merlyn. - Ze staat erbuiten.
Ik hoop het. - Waarom zei u niet wie u was?
Dan had u uw tante gewaarschuwd. - Ze is onschuldig.
Ik zei dat ze moest vluchten, maar ze wil bij Joss blijven.
Dan kan ze misschien iets verwarmends inschenken. Wat wilt u?
Voor mij een warme cognac, graag. - Naar boven, Joss, opschieten.
Het spijt me oprecht, maar maakt u zich geen zorgen, we doen ons best.
U wist het al lang van Joss. - Ik hou van hem.
Mensen zijn wie ze zijn, daar is niets aan te doen.
Je kunt hem verlaten, ook nu nog.
Zet de ketel op het vuur, ik pak de cognac.
Hij komt via deze stenen trap. Je verwacht iemand, hé Joss?
Hij komt naar een van deze kamers. Die deur is op slot.
Geef de sleutel, anders trap ik de deur in.
Wees verstandig, geef hem de sleutel.
Naar binnen.
Pas op uw hoofd, de deuren zijn laag.
Hier is het. - Een rommelhok.
Wat? - Wordt nooit gebruikt.
Waarom is de haard dan aan? - U hebt gelijk. Hij zal zo wel komen.
Erg attent van hem. Ik hou van een goed vuur.
Hier ligt iets.
Wat denkt u? - Het is bloed op zijde.
Op dat schip gisteren was zijde. Hij was hier dus.
Dom om dat over het hoofd te zien. - Slordig, zou ik zeggen.
Ziet u? Er hebben er meer gestaan. Erg vreemd, zo achter dat gordijn.
Een teken? - Precies.
Wilt u de deur open zetten? - Natuurlijk.
Wie komt er altijd? - Wilt u dat weten?
Dat zal ik zeggen. De kerstman, elke kerst.
Je kunt jezelf helpen. Jij hebt dit niet gepland. Wie wel?
Daar kom je wel achter, dienstklopper.
De muur zit onder de kalk. Ik heb de deur open gezet.
En het teken? Dat kunnen we beter aansteken. Laat maar.
Moet u de vrouwen niet halen? - Ja, dat zal ik doen.
Hou hem in de gaten. - Breng meteen m'n grogje mee.
Waait het nog?
Zoals altijd. - Doe het als volgt.
Gaan we het vanavond weer doen?
Kapitein Murray wilde vanavond bij me eten, hij haat het aan boord te eten.
Hij vond het erg om hier rond etenstijd langs te varen.
Dat betekent dat hij rond negen uur Barnard's Head passeert.
Wat vervoeren ze? - Onder andere goud.
Doe je werk goed, want ik heb het geld hard nodig.
Ik hoop dat de wind straks afneemt. Ik ben een matig zeeman.
Ik ga op vakantie. Moet je ook doen.
Waarom, wat is er gebeurd? - Niets, nog niets.
De overheid heeft Mr Trehearne naar Cornwall gestuurd. Ze vermoeden iets.
Ik kom terug als dit voorbij is.
Dan is dit de laatste. - De laatste van deze reeks.
Ik neem vanavond de pakketboot naar St. Malo.
Ik kom hier terug, dus leg het goud en zo klaar.
Ze zijn erg dol op dat soort dingen in Frankrijk.
Wat doen we met Trehearne?
Wanneer komen de jongens?
Als ik dit geweten had toen ik u redde...
Denkt u dat ik dit leuk vind?
Scheelt er iets? - Nee, onze vriend maakte een grapje.
Hij mag komen, de deur is open, de kaars is aan.
Nu alleen die man nog.
Uw knecht is in 75 minuten in Truro en terug.
Kapitein Boyle is binnen 10 minuten hier.
*** je dat? Je kunt jezelf redden door te zeggen wie het is.
Dat is waar ook. Ik heb een aanhoudingsbevel meegebracht.
Z'n naam moet natuurlijk nog ingevuld worden.
Wil je die misschien invullen?
Waar wacht je op? Jij, Harry en Salvation hebben de risico's gelopen.
En jullie krijgen de restjes. - Heb je daaraan gedacht?
Je kunt je voorgoed van hem bevrijden. Waarom niet?
Hij zou niet twijfelen en eerst zichzelf redden.
Denkt u? - Hij zou iedereen opofferen.
U lijkt hem duidelijk voor u te zien. Wat voor kerel denkt u dat hij is?
Hij laat schepen op de rotsen lopen en de overlevenden afslachten.
Hij houdt zich afzijdig en laat uitschot het vuile werk opknappen.
Hij denkt dat er geen bloed aan z'n handen kleeft, maar dat is wel zo.
Die man heeft bloed op zijn ziel.
Het leger.
Ik laat ze zich verschuilen rond de herberg, anders loopt 't in de gaten.
Blijf staan.
Sir Humphrey, de bende is er. - Er is iemand bij hem.
Jullie tweeën, bewaak de achterdeur. -Sir Humphrey!
Net te laat, ze staan op wacht. - Het is de enige weg.
Ben je boven, Joss?
Het is rechter Pengallan.
Klopt, de edelachtbare, die hier is gebracht door Mr Trehearne...
die heeft verzwegen dat hij gerechtsdienaar is.
Ze kwamen ons arresteren voor dat scheepswrak.
Deze keer doen we het zorgvuldiger. Kom mee.
Wacht.
Pas op, als ze onze waarde rechter hier dood vinden, zijn we verdacht.
Ze vinden hem niet. - Misschien weten ze dat hij hier is.
We moeten het doen. - Ja, maar we moeten nadenken.
Daar is geen tijd voor. Het zit namelijk zo.
We pakken weer een schip.
Vanavond? - Om 9 uur. Daarna hangen we ze op.
Pak eens een paar touwen en stoelen.
Ik neem hem, met liefde en plezier.
Denken jullie dat ik voor jullie hier ben? Er is een ander en Joss weet 't.
Hij komt vanavond hier. - Hou je bek.
Je wil tijd winnen. Je wil dat we dat schip missen. Daar komt niets van in.
Joss, ben je klaar met de edelachtbare? - We maken het knus.
Ondertussen bedenken we een mooi ongelukje voor u.
Wat denkt u zelf, in een rijtuig van de klippen?
Of wilt u meegesleurd worden door 't water op 'n mooi stuk strand?
Ja, de dood zal hen niet scheiden. - Als ons wat overkomt, zul je boeten.
Jullie zullen aan een touw bungelen met een jas van pek tegen de kou.
We moeten gaan. - lemand moet bij hen blijven.
Salvation kan met Trehearne over de eeuwigheid praten.
Mooi niet. - We hebben iedereen nodig.
Patience let wel op ze. Haal de vrouwen. Ze zitten boven.
Jij hier, Willie Penhale?
Toen je als stroper voor me stond, waarschuwde ik je. Ik had gelijk.
Had maar naar me geluisterd.
Je wens wordt vervuld, je had me net zo goed kunnen laten hangen.
Wat doet zij hier? - Ons helpen.
Dat is mooi. Ze is de oorzaak van alles.
Laat maar aan mij over.
Ik heb iets voor je. Pak dit en bewaak die twee.
Dat kunnen vrouwen niet.
Ik heb iedereen nodig. Ze zitten goed vast en ze haalt de trekker zo over.
Dus zit stil, anders wordt uw pak nog verpest met een kogelgat.
Wees niet ***, dit is vast niet nodig.
Kom mee. - Dit kun je niet toestaan.
Hou je mond, je gaat met ons mee. - Je kunt haar niet meenemen.
Nee, ik laat haar hier, zodat ze u tweemaal in 24 uur kan bevrijden.
Kom mee.
Zorg dat haar niets overkomt. -Zeker, edelachtbare.
Waar is het leger? - Opgehouden.
Ze kunnen het schip redden. - Maar waar is dat?
Onze man moet hier voor ons zijn geweest. - Wat bedoelt u?
Anders kon Joss het niet weten van dat schip.
Als kapitein Boyle u zo ziet, bent u verloren.
Erg vervelend. Ik zou thuis zijn voor het eten.
Ik vraag me af of dat pistool geladen is.
U weet er vast weinig van. Zal ik kijken?
Dat lukt nooit. - Goed, kijkt u dan zelf even.
U weet niet hoe de zaak in elkaar zit. Ik ken uw man beter dan u.
Als hij dat pistool zou laden en me hulpeloos zou achterlaten...
..zou dat belachelijk zijn.
Zoals ik al dacht.
Ik heb uw toewijding aan uw man altijd bewonderd.
De vrouw moet haar man bijstaan, zelfs als die man Joss is. Petje af.
Als deze beambte ontsnapt, kost het uw man z'n leven...
dus ik hoef u niet te zeggen hoe belangrijk uw taak is. Hier.
Hou hem goed in de gaten.
Bij de geringste kans op z'n ontsnapping moet u hem neerschieten.
Houdt uw vinger tegen de trekker aangedrukt en alles komt goed.
U vergeet m'n briefje aan kapitein Boyle. Het leger komt zo.
Kapitein Boyle bestaat niet, dus er komt ook geen leger.
U moet me laten gaan, snel. - Blijf alstublieft stilzitten.
Draai die kar om, draai hem om.
Jij gaat naar het lichtbaken. - Mag ik niet mee?
Als je groot bent. - Ik zie nooit wat.
Wegwezen.
Wilt u dat ik 'n mooie ring meebreng? Zonder de vinger, wel te verstaan.
Kom van die kar af.
Hou haar in de gaten, Catchpole.
Waar willen ze dat schip laten stranden?
Dat weet ik niet. - U moet me losmaken.
Anders zullen er onschuldige mensen sterven.
Ik weet dat u van uw man houdt en ik moet hem arresteren...
maar de mannen op dat schip hebben ook vrouwen. Stel dat Joss erop zat.
Het schip komt van Falmouth door de storm hierheen en er dooft een baken.
Ziet u het voor u? Het schip schudt, de mannen klimmen in de takelage.
Daarna komen de wolven. Daarom moet u zeggen waar het is.
Dat kan ik niet, want ik weet het niet.
Ik heb het nooit geweten.
Maak me los, dan zoek ik het schip. Snel, er is haast bij.
Nee. Wat gebeurt er dan met Joss? - U moet kiezen.
Het leven van zeelui nu en later of dat van Joss.
Joss is tenslotte maar één man. - Maar wel de mijne.
Mrs Merlyn, stel dat ik uw man toesta...
Waar is't fort? - Bodmin.
Ik wil uw koets. Geef me de teugels in de naam der wet. Hier is 't bevel.
Daar is ze, kijk.
Een licht. Dat is Barnard's Head. - Snel naar bakboord.
Laat haar maar aan ons over, Joss. Dat lukt ons wel.
Je zult begrijpen dat ik dit moet doen. Dit is 'n kolfje naar m'n hand.
Laat haar los. Snel, stap in die kar.
Af. - Geef haar aan ons.
Ze berooft ons van een prachtbuit. - Grijp haar.
Gelukkig beroof ik jullie van de kans om onbekende mensen te vermoorden.
Ik ben blij, wat er ook gebeurt. - Hou je mond.
Ik weet niet hoe lang ik wegblijf, misschien enkele weken. Dat is alles.
Wat is er, Sam? - Het leger zit al 3 weken in Bodmin.
Echt? - Boyle is onbekend.
Gek. - Zal ik naar Bodmin...
Nee, laat maar.
Dat is alles, Chadwick, ik kan je m'n adres in Frankrijk niet geven.
Meneer? -Wat? Chadwick?
Neem me niet kwalijk, maar u bent toch niet ziek?
Ziek, Chadwick?
Ziek? Ik heb me nog nooit zo goed gevoeld. Moet je horen.
Ik voel me zelfs steeds jonger worden. Moet je horen.
Zo jong dat ik een mooi jong meisje mee op reis neem.
Is er nog iets van uw dienst? - Ja, sta niet zo dom te kijken.
Zorg goed voor de merrie en de vos.
Moet je horen. Let goed op Chadwick, volgens mij wordt hij krankzinnig.
Rijden maar.
Chadwick... Hij is... - Dat heb ik al jaren zien aankomen.
Mary, Joss, wat is er gebeurd? Joss is gewond. Voorzichtig aan.
Mary, wat is er gebeurd?
Ik redde het schip, Joss bevrijdde me van de mannen en ze schoten op Joss.
Rustig maar, ik zorg wel voor je. - Je bent een brave meid.
Het spijt me.
Waar is Jem? Hij is toch niet... - Ik heb hem laten gaan.
Hij is het schip gaan zoeken.
Hij heeft beloofd Joss te laten gaan. Weet je wat dat betekent?
Joss en ik kunnen weggaan. Je moet me helpen, we moeten snel vertrekken.
Een nieuw begin, een onbezorgd leven tussen mensen die ons niet kennen.
Zoals de eerste jaren in Bodmin. Joss was toen anders.
Hij is sterk, hij zal spoedig genezen. Toch?
Natuurlijk.
Als hij opgeknapt is, vertrekken we. Joss moet weg zijn als hij terugkomt.
Wie? - Dat heb ik je nog niet verteld.
Vanavond zag ik wat ik al vermoedde, dat Joss niet z'n eigen baas is.
Er zit een ander achter, die Joss in z'n macht heeft.
Vanavond ontdekte ik wie het was. Het is...
Schiet eens op, Patience.
Geef me wat te drinken.
Ja Joss.
Dat was een goed gericht schot, hé?
Het spijt me voor dat arme schepsel, ze heeft veel geleden.
Ik moest wel, want ze ging over mij vertellen, en dat stond me niet aan.
Ik wilde het zelf vertellen.
U hebt het schip gered dat ik zo graag wilde.
U bent dapper, maar ik zit in een lastig parket.
Laat me gaan.
Schreeuw niet zo, dan moet ik die zakdoek in je mond stoppen.
Zeg het maar als het pijn doet.
Dat kan natuurlijk niet, dom van me.
Doe je handen naar beneden. Kom, anders moet ik die ook vastbinden.
Dit zorgt ervoor dat het touw niet in je polsen snijdt.
Je bent nu helemaal alleen, je hebt niemand meer, behalve mij...
dus ik zal nu voor je zorgen.
Sterker nog, we gaan samen weg. We moeten gaan, Trehearne kan zo komen.
Trek dit aan, je moet jezelf warm aankleden als het zo hard waait.
Ik waarschuw mensen er altijd voor, maar ze denken het beter te weten.
En je zou vast niet willen dat de mensen je zo zouden zien, hé?
Zo.
Ik ben blij dat je nu stil bent.
Kom mee, m'n rijtuig staat hier vlak bij.
We moeten opschieten, kom mee.
We moeten ons haasten.
Sir Humphrey, met het meisje. - Waar is Joss?
Trehearne is ook weg. -Joss!
Harry, kom snel.
Ze zijn allebei dood.
Dat had je Joss niet mogen aandoen.
Volgens mij is het tijd om te verkassen.
Wat staan jullie daar nou? Wegwezen.
Zorg dat je je verspreidt.
Waar is dat meisje? - Dat is de vraag.
Zeg op. Waar is ze? - Rustig aan. Dit zal u teleurstellen.
Ze heeft een ander. Ik zag haar wegsluipen met de edelachtbare.
De jonker.
We gaan ze zoeken met zes extra man.
Sergeant, er gaan zes man mee met Mr Trehearne en mij.
Dit bevalt me niet, helemaal niet.
Het komt door die gebroken spiegel. Ik zei het nog: zeven jaar ongeluk.
Nee, niet meer dan zeven dagen, de eeuwigheid niet meegeteld.
Wat gaan ze doen met ons? - Bij de executie zullen vrouwen zijn.
Ik zal een mooie show weggeven. - Ik ben zover.
Dat werkt niet. - We binden z'n handen vast.
Wat doet u? Waarom krijg ik geen boeien? Ik wil ook geboeid worden.
Luister, ik heb toch hetzelfde gedaan als zij?
Ik wil samen met hen hangen.
Hang me niet op.
Ik wil niet hangen, ik wil nog niet sterven, ik ben nog maar 17.
Dat laat u niet gebeuren, hé? Ik volgde alleen de bevelen op.
Ik heb niemand gedood op welk wrak dan ook, dus u mag me niet ophangen.
Ik wil helemaal niet sterven, ik wil niet dood.
Dat is m'n huis daar, aan de overkant van de baai.
De Pengallans wonen er al eeuwen, maar misschien zie ik het nooit meer.
Misschien kunnen we nooit meer terugkeren.
Het wordt misschien een lange reis, naar de zon, Italië of Griekenland.
U denkt vast dat dat veel geld kost, maar dat heb ik genoeg.
Je moet genoeg geld hebben.
Ik heb altijd geweten dat als je ruim en verfijnd wil leven...
dan moet je geld hebben en een paar mooie bezittingen, zoals jou, duifje.
Waar is sir Humphrey? - Op zakenreis.
Waarheen? - Geef antwoord.
Hij neemt de postboot naar St. Malo. - Wat is dit? U bent het.
Lieve hemel, m'n pak. - De heren zoeken sir Humphrey.
Wat is er aan de hand? - Hij is de leider van een bende.
Ik heb uw bagage beneden gezet.
Sir Humphrey Pengallan. De luxe hut. - Een fles cognac.
Komt voor elkaar, komt u maar mee.
Wat een hol. Is dit de beste hut?
Ik ben een bereisd man. Ik zal het je naar je zin maken.
Die wrakken lieten me koud. Ik ga niet graag om met moordenaars.
Ik moest wel. M'n halve vriendenkring is arm, maar ik leef als een prins.
Ik heb honderden zeelui laten verdrinken...
maar als een prins.
En van jou zal ik een prinses maken.
Het spijt je dat je niet met een pummel trouwt...
die een stuk of tien mormels met een loopneus bij je zou verwekken.
Elke fijngevoelige man zou je liever dood zien dan dat toe te staan.
In Parijs krijg je een chaperonne, en ik zal je zelf nieuwe kleren geven.
Ik zal je kleden...
en we kopen zijde, zodat je die op je zachte huid kunt dragen.
Lichtgroene zijde lijkt me wel wat.
Hou toch op met huilen.
Hou op. Wees mooi. Je mag keihard zijn, maar je moet wel mooi zijn.
Je moet nu wel hard zijn. De riddertijd is voorbij...
de glorie van Europa is...
Meer het schip weer aan.
Soldaten. Ze komen vast voor jou, maar je mag niet mee.
Had dat nou niet gedaan. Het loopt vol tuig. Dat kan vervelend worden.
Kapitein Johnson, hier ben ik, sir Humphrey Pengallan.
Geef u over, sir Humphrey, en laat haar gaan.
Kom niet te dicht in de buurt. - Kijk uit. Probeer z'n arm te raken.
Pas op, ga zo ver mogelijk opzij.
Niet schieten, hij weet niet wat hij doet, hij is krankzinnig.
Hier is het veiliger. - Aangemeerd aan bakboord.
Dit is het moment.
Hou alsjeblieft je mond.
Jem, laat hem, hij kan er niets aan doen.
Wacht, mannen. - Doe niet zo gek, kom hier.
Kom naar beneden en geef uzelf over. Kom naar beneden.
Wat doet de jonker daarboven?
Kom naar beneden en geef u over. Ik beloof u dat u niks zal overkomen.
Ik zal eerder beneden zijn dan u boven.
Kunt u een beetje plaats maken?
Breng die man in het want naar beneden, Moffat.
Waar wacht u met z'n allen op, op een spektakel? Dat zult u krijgen.
Vertel tegen uw kinderen hoe de glorieuze tijd afliep.
Opzij voor Pengallan.
Chadwick... Chadwick...