Tip:
Highlight text to annotate it
X
Vertaald door: Axel Saffran Nagekeken door: Christel Foncke
Voor iemand die zijn carrière lang heeft getracht onzichtbaar te zijn,
is voor een publiek staan een kruising tussen
een uittredingservaring en een ree gevangen in de schijnwerpers.
Vergeef me daarom mijn overtreding van een van de TED-geboden
door woorden van papier te lezen.
Ik hoop dat ik niet getroffen word door bliksem voor ik klaar ben.
Ik wil beginnen met praten over enkele ideeën die me motiveerden
om documentairefotograaf te worden.
Ik was student in de jaren 60, een tijd van sociale onrust en bevraging,
en op persoonlijk niveau een ontwakend idealisme.
De oorlog in Vietnam woedde;
de Burgerrechtenbeweging kwam eraan;
en beelden hadden een krachtige invloed op me.
Onze politieke en militaire leiders vertelden ons één ding,
en fotografen vertelden ons iets anders.
Ik geloofde de fotografen, net als miljoenen andere Amerikanen.
Hun beelden voedden weerstand tegen de oorlog en racisme.
Ze legden niet alleen de geschiedenis vast; ze hielpen deze van koers veranderen.
Hun beelden werden deel van ons collectieve bewustzijn
en, terwijl bewustzijn evolueerde naar een gezamenlijk geweten,
werd verandering niet slechts mogelijk, maar onvermijdelijk.
Ik zag dat de vrije stroom van informatie via de journalistiek,
vooral visuele journalistiek, zicht kan bieden op
zowel de voordelen als de kosten van politiek beleid.
Het kan goede besluitvorming lauweren en succes bekrachtigen.
Geconfronteerd met slechte politieke keuzes of nalatigheid,
wordt het een soort interventie, die de schade opneemt
en ons vraagt ons gedrag te veranderen.
Het geeft een menselijk gezicht aan zaken
die van verre abstract kunnen lijken,
of ideologisch of monumentaal in hun mondiale invloed.
Wat er op grondniveau gebeurt, ver van de machtscentra,
gebeurt met gewone mensen, een voor een.
Ik begreep dat documentairefotografie het vermogen heeft
om gebeurtenissen te interpreteren vanuit hun blikveld.
Het geeft een stem aan degenen die anders geen stem zouden hebben.
Als reactie stimuleert het publieke opinie
en geeft het impulsen aan publiek debat,
waardoor het verhindert dat de betrokken partijen
volledig de agenda bepalen, hoezeer ze dat ook zouden willen.
Volwassen worden in die dagen, maakte werkelijkheid
van het concept, dat een vrije stroom van informatie
essentieel is voor het functioneren van een dynamische maatschappij.
De pers is zeker een bedrijf, en om te overleven
moet het een succesvol bedrijf zijn.
De juiste balans moet echter gevonden worden
tussen marketingoverwegingen en journalistieke verantwoordelijkheid.
Maatschappelijke problemen zijn pas oplosbaar als ze geïdentificeerd zijn.
Op een hoger plan is de pers een dienstverlener,
en de verleende dienst is bewustzijn.
Niet ieder verhaal hoeft iets te verkopen.
Er is ook een tijd om te geven.
Dat was een traditie die ik wilde volgen.
Nu ik zag hoe oorlog de belangen van alle betrokkenen op scherp zette
en dat visuele journalistiek een rol kon spelen in de oplossing van conflicten,
wilde ik fotograaf worden om oorlogsfotograaf te zijn.
Maar ik werd gedreven door een inherent besef
dat een foto die het ware gezicht van oorlog blootlegt,
bijna per definitie een anti-oorlogsfoto zou zijn.
Ik zou jullie willen meenemen op een visuele reis door gebeurtenissen
en thema's waarmee ik te maken had in de laatste 25 jaar.
In 1981 ging ik naar Noord-Ierland.
10 IRA-gevangenen waren in hongerstaking gegaan
om tegen de gevangenisomstandigheden te protesteren.
De reactie op de straten was gewelddadige confrontatie.
Ik zag dat de frontlinies van de hedendaagse oorlogen
niet op afgelegen slagvelden liggen, maar daar waar mensen wonen.
Gedurende de vroege jaren 80, was ik veel in Centraal Amerika,
dat overspoeld werd door burgeroorlogen
die de ideologische scheidslijn van de koude oorlog overspanden.
In Guatemala voerde de centrale regering --
gecontroleerd door een oligarchie van Europese origine --
een verschroeide aarde-campagne tegen een inheemse opstand.
Een beeld dat de geschiedenis van Latijns Amerika weerspiegelde:
verovering met de Bijbel en het zwaard.
Een anti-Sandinisten-guerrillastrijder geraakte dodelijk gewond
toen Commandant Zero een stad in Zuid-Nicaragua aanviel.
Een verwoestte tank van Somoza's nationale garde
werd achtergelaten in een park in Managua,
en werd getransformeerd door de energie en spirit van een kind.
Tegelijkertijd woedde er een burgeroorlog in El Salvador,
en weer was de burgerbevolking verwikkeld in het conflict.
Ik heb het Palestijns-Israëlische conflict verslagen sinds 1981.
Dit is een moment uit het begin van de tweede intifada, in 2000,
toen het nog stenen en Molotovs waren tegen een leger.
In 2001 escaleerde de opstand in een gewapend conflict,
en een van de belangrijkste incidenten was
de verwoesting van een Palestijns vluchtelingenkamp
in Jenin, op de Westelijke Jordaanoever.
Zonder de politieke wil tot toenadering,
creëert de voortdurende frictie van aanval en tegenaanval
enkel wantrouwen en haat en wraak,
en doet de geweldcyclus voortduren.
In de jaren 90, na de opdeling van de Sovjetunie,
brak Joegoslavië uiteen langs etnische breuklijnen, en burgeroorlog
brak uit tussen Bosnië, Kroatië, en Servië.
Dit is een scène van huis-aan-huis-gevechten in Mostar,
buurman tegen buurman.
Een slaapkamer, de plek waar mensen intiem zijn,
waar leven wordt verwekt... werd een slagveld.
Een moskee in noordelijk Bosnië werd verwoest door Servische artillerie
en gebruikt als provisorisch lijkenhuis.
Dode Servische soldaten werden verzameld na de strijd
en gebruikt als ruilmiddel voor de terugkeer van gevangen
of gesneuvelde Bosnische soldaten.
Dit was ooit een park.
De Bosnische soldaat die mijn gids was,
vertelde me dat al zijn vrienden hier nu waren.
Tegelijkertijd in Zuid-Afrika,
na de vrijlating van Nelson Mandela uit de gevangenis,
begon de zwarte bevolking aan de laatste fase
van bevrijding uit apartheid.
Een van de dingen die ik moest leren als journalist
was omgaan met mijn woede.
Ik moest haar gebruiken, haar energie omvormen in iets
dat mijn blik zou verhelderen, in plaats van vertroebelen.
In Transkei zag ik een ontgroeningsritueel van de Xhosa-stam.
Tienerjongens leefden geïsoleerd, hun lichamen met klei besmeurd.
Na enkele weken wasten ze het wit eraf
en namen de volle verantwoordelijkheden van mannen op zich.
Het was een heel oud ritueel dat symbolisch leek
voor de politieke worsteling die het gezicht van Zuid-Afrika veranderde.
Kinderen in Soweto, spelend op een trampoline.
Elders in Afrika heerste hongersnood.
In Somalië stortte de centrale regering ineen, en stammenoorlogen braken uit.
Boeren werden van hun land gedreven,
en gewassen en vee werden verwoest of gestolen.
Uithongering werd gebruikt als massavernietigingswapen --
primitief maar effectief.
Honderden duizenden mensen werden uitgeroeid,
langzaam en pijnlijk.
De internationale gemeenschap reageerde met omvangrijke humanitaire hulp,
en honderdduizenden levens werden gered.
Amerikaanse troepen werden gestuurd om de hulpzendingen
te beschermen, maar ze raakten in het conflict verwikkeld
en na de tragische strijd in Mogadishu werden ze teruggetrokken.
In zuidelijk Soedan werd in een andere burgeroorlog uithongering gebruikt
als middel tot genocide.
Weer organiseerden ngo's, verenigd onder de VN,
een enorme hulpactie en duizenden levens werden gered.
Ik ben een getuige en ik wil dat mijn getuigenis eerlijk en ongecensureerd is.
Ik wil ook dat ze krachtig en welsprekend is,
en zoveel mogelijk recht doet aan
de ervaring van de mensen die ik fotografeer.
Deze man was in een ngo-voedselcentrum,
en werd geholpen voor zover dat kon.
Hij had letterlijk niets. Hij was bijna een skelet,
en toch kon hij de moed en de wil optrommelen om te bewegen.
Hij had niet opgegeven, en als hij niet opgaf,
hoe kon iemand in de buitenwereld dan ooit de hoop opgeven?
In 1994, na drie maanden van verslaggeving over de Zuid-Afrikaanse verkiezingen,
zag ik de beëdiging van Nelson Mandela.
Het was het meest verheffende wat ik ooit had gezien.
Het vertegenwoordigde het beste dat de mensheid te bieden heeft.
De volgende dag vertrok ik naar Rwanda,
en het was alsof ik de lift naar de hel nam.
Deze man was net bevrijd uit een Hutu-doodskamp.
Hij stond me toe hem lang te fotograferen,
en hij keerde zelfs zijn gezicht naar het licht,
alsof hij wilde dat ik hem beter zag.
Ik denk dat hij wist wat de littekens op zijn gezicht de wereld zouden vertellen.
Deze keer, misschien verward of ontmoedigd
door de militaire ramp in Somalië,
bleef de internationale gemeenschap stil,
en zo'n 800.000 mensen werden afgeslacht
door hun landgenoten -- soms hun eigen buren --
die landbouwgereedschap gebruikten als wapens.
Misschien was er een les geleerd
door de zwakke respons op de oorlog in Bosnië
en het falen in Rwanda,
want toen Servië Kosovo aanviel,
werd er veel doortastender internationale actie ondernomen.
NAVO-troepen werden gestuurd, en het Servische leger trok zich terug.
Etnische Albanezen waren vermoord,
hun boerderijen verwoest en een groot aantal mensen gedeporteerd.
Ze werden opgevangen in vluchtelingenkampen
van ngo's in Albanië en Macedonië.
De afdruk van een man die verbrand was in zijn eigen huis.
Het beeld herinnerde me aan grotschilderingen,
en echode hoe primitief we nog steeds in veel opzichten zijn.
Tussen 1995 en 1996 gaf ik verslag van de eerste twee oorlogen
in Tsjetsjenië vanuit Grozny.
Dit is een Tsjetsjeense rebel aan de frontlinie tegen het Russische leger.
De Russen bombardeerden Grozny onophoudelijk, twee weken lang,
en doodden voornamelijk de burgers die er vastzaten.
Ik vond een jongen uit het plaatselijke weeshuis
die aan de frontlinie rondzwierf.
Mijn werk is uitgegroeid van voornamelijk gericht op oorlog,
naar tevens gefocust op belangrijke sociale thema's.
Na de val van Ceausescu ging ik naar Roemenië
en ontdekte een soort goelag van kinderen,
met duizenden wezen in middeleeuwse condities.
Ceausescu had een quotum gesteld
voor het toegestane aantal kinderen in elk gezin.
Vrouwenlichamen werden zo een instrument van economisch staatsbeleid.
Kinderen, die door hun gezin niet konden verzorgd worden,
groeiden op in weeshuizen van de staat.
Kinderen met geboortebeperkingen heetten "ongeneeslijk",
en zaten levenslang opgesloten onder inhumane omstandigheden.
Na verslaggeving hiervan, kwam wederom internationale hulp op gang.
Dieper gravend in de nalatenschap van Oost-Europese regimes,
werkte ik maandenlang aan een verhaal over de effecten van industriële vervuiling
waar geen rekening was gehouden met het milieu
of de gezondheid van de arbeiders of de bevolking.
Een aluminiumfabriek in Tsjecho-Slowakije
was gevuld met kankerverwekkende rook en stof,
en vier van de vijf arbeiders kregen kanker.
Na de val van Soeharto in Indonesië
begon ik de omstandigheden van armoede te verkennen
in een land op weg naar modernisatie.
Ik bracht veel tijd door met een man
die met zijn familie op een spoorwegkade leefde
en die een arm en een been had verloren bij een treinongeval.
Toen het verhaal verscheen, stroomden ongevraagd donaties binnen.
Een beheerd fonds werd opgezet,
en de familie leeft nu in een huis op het platteland
en er wordt in al hun basisbehoeften voorzien.
Het was een verhaal dat niets trachtte te verkopen.
Journalistiek had een kanaal geboden
voor de natuurlijke vrijgevigheid van mensen, en de lezers reageerden.
Ik ontmoette een groep dakloze plattelandskinderen in Jakarta,
die nu in een treinstation leefden.
Op hun 12e of 14e, waren ze nu bedelaars en drugsverslaafd.
De landelijke armen waren nu de stedelijke armen,
en intussen waren ze onzichtbaar geworden.
Deze afkickende heroïneverslaafden in Pakistan
herinnerden me aan karakters in een stuk van Beckett:
geïsoleerd, wachtend in het donker, maar aangetrokken door het licht.
Agent Orange was een ontbladeringsmiddel, gebruikt in Vietnam
om de Vietcong en het Noord-Vietnamese leger dekking te ontnemen.
De actieve ingrediënt was dioxine, een extreem giftige stof
die in grote hoeveelheden werd gesproeid,
en waarvan de effecten door de genen werden doorgegeven.
In 2000 begon ik mondiale gezondheidsproblemen te documenteren,
eerst gericht op aids in Afrika.
Ik vertelde het verhaal door het werk van de verzorgers.
Ik vond het belangrijk om te benadrukken dat mensen werden geholpen,
zij het door internationale ngo's of door plaatselijke organisaties.
Zoveel kinderen zijn wees door de epidemie,
dat grootmoeders de plaats hebben ingenomen van ouders,
en een hoop kinderen werden geboren met ***.
Een hospitaal in Zambia.
Ik begon het nauwe verband tussen ***/aids
en tuberculose te documenteren.
Dit is een hospitaal van Artsen Zonder Grenzen in Cambodia.
Mijn foto's kunnen het werk van ngo's ondersteunen
door kritieke sociale problemen te belichten, waar ze mee kampen.
Ik ging naar Congo met Artsen Zonder Grenzen,
en droeg bij aan een boek en een expositie,
die de aandacht richtten op een vergeten oorlog
waarin miljoenen mensen zijn omgekomen,
en waar blootstelling aan ziekte zonder behandeling gebruikt wordt als wapen.
Een ondervoed kind wordt gewogen
als onderdeel van een voedingsprogramma.
In de herfst van 2004 ging ik naar Darfur.
Deze keer was ik op reportage voor een tijdschrift
maar werkte wederom nauw samen met Artsen Zonder Grenzen.
De internationale gemeenschap heeft nog steeds geen manier
gevonden om genoeg druk uit te oefenen om deze genocide te stoppen.
Een AZG-hospitaal in een kamp voor ontheemden.
Ik heb gewerkt aan een lang project over misdaad en straffen in Amerika.
Dit is een scène uit New Orleans.
Een gevangene in een 'chain gang' in Alabama
werd voor straf aan een rek gebonden in de middagzon.
Deze ervaring riep veel vragen op,
waaronder vragen over ras en gelijkheid,
en voor wie in ons land kansen en keuzes beschikbaar zijn.
Op de buitenplaats van een 'chain gang' in Alabama.
Ik zag geen van beide vliegtuigen crashen,
en toen ik uit mijn raam keek, zag ik de eerste toren branden,
en dacht dat het wellicht een ongeluk was.
Enkele minuten later toen ik weer keek
en de tweede toren zag branden, wist ik dat we in oorlog waren.
Midden tussen de puinhopen van Ground Zero, kreeg ik een inzicht.
Ik had gefotografeerd in de Islamitische wereld sinds 1981 --
niet alleen in het Midden-Oosten, maar ook in Afrika, Azië en Europa.
Toen ik deze verschillende plaatsen fotografeerde
dacht ik dat het verschillende verhalen waren,
maar op 11 september kristalliseerde de geschiedenis,
en ik begreep dat ik 20 jaar lang één verhaal had gebracht.
De aanval op New York was de laatste manifestatie.
Het centrale commerciële district van Kabul, Afghanistan
aan het eind van de burgeroorlog,
kort voordat de Taliban de stad overnam.
Landmijnslachtoffers worden geholpen
bij het Rode Kruis-centrum, geleid door Alberto Cairo.
Een jongen die een been verloor aan een vergeten mijn.
Ik had immens lijden meegemaakt in de Islamitische wereld
door politieke verdrukking, burgeroorlog, buitenlandse invasie, armoede, honger.
Ik begreep dat in haar lijden,
de Islamitische wereld het uitgeschreeuwd had. Waarom luisterden we niet?
Een Taliban-vechter, gedood tijdens een gevecht
toen de Noordelijke Alliantie de stad Kunduz binnentrok.
Toen de oorlog met Irak naderde,
realiseerde ik me dat de Amerikaanse troepen veel media-aandacht kregen
dus besloot ik verslag te doen van de invasie vanuit Bagdad.
Een marktplaats werd geraakt door een mortiergranaat
die verscheidene leden van één familie doodde.
Een dag nadat Amerikaanse troepen Bagdad binnentrokken,
pakte een compagnie Mariniers bankrovers op
aangemoedigd door het publiek --
een hoopvol moment dat van korte duur was.
Voor het eerst in jaren
mochten Sjiieten de pelgrimage maken
naar Karbala voor de Ashura.
Ik stond versteld van de hoeveelheid mensen
en hoe gedreven ze hun geloof praktiseren.
Een groep mannen trekt door de straten terwijl ze zich snijden met messen.
Het was duidelijk dat de Sjiieten een formidabele kracht waren,
en dat we ze maar beter konden begrijpen en met ze leren om te gaan.
Vorig jaar heb ik verscheidene maanden onze gewonde manschappen gevolgd
van het slagveld in Irak helemaal naar huis.
Dit is een helikopterverpleegkundige die
een soldaat met hoofdwond reanimeert.
Militaire medische zorg is zo efficiënt geworden
dat het percentage soldaten dat overleeft na een verwonding
veel hoger is dan in iedere andere oorlog in onze geschiedenis.
Het standaard oorlogswapen is de bermbom,
en de standaard verwonding is ernstig beenletsel.
Na gruwelijke pijn en trauma, zien
de gewonden een slopende fysieke en psychologische
strijd in het revalidatiecentrum tegemoet.
Het enthousiasme dat ze tentoonspreidden was absoluut opmerkelijk.
Ik probeerde me voor te stellen dat ik in hun plaats was
en werd totaal deemoedig van hun moed en volharding
ten aanzien van zulk catastrofaal verlies.
Goede mensen waren in een zeer slechte situatie geplant, voor bedenkelijke resultaten.
Op een dag in het revalidatiecentrum begon iemand over surfen,
en al deze jongens die nog nooit gesurft hadden zeiden: "Kom, we gaan."
En ze gingen surfen.
Fotografen gaan naar de extreme uitersten van menselijke ervaring
om mensen te tonen wat er gebeurt.
Soms riskeren ze hun leven
omdat ze je mening en jouw invloed belangrijk vinden.
Ze richten hun foto's op je beste instincten:
vrijgevigheid, rechtvaardigheidsgevoel,
het vermogen en de bereidheid je met anderen te identificeren,
de weigering het onacceptabele te accepteren.
Mijn TED-wens:
Er is een cruciaal verhaal dat verteld moet worden,
en ik wens dat TED me helpt er toegang toe te krijgen
en me dan helpt innovatieve en spannende manieren te vinden
om nieuwsfotografie te gebruiken in het digitale tijdperk.
Mijn hartelijke dank.
(Applaus)