Tip:
Highlight text to annotate it
X
Deze video toont hoe uw printer te herstellen wanneer uw printer
geen papier meer aanvoert en de foutmelding "Papierstoring"wordt weergegeven
op het bedieningspaneel.
In deze stap
zullen we blokkeringen van papierlades oplossen.
Verwijder het vastgelopen papier nu nog niet.
Begin met het verwijderen van los papier in de in- en uitvoerlades.
Druk op de Power-knop en schakel de printer uit.
In sommige gevallen schakelt de printer niet uit.
Of de printer nu uitschakelt of niet, in de volgende stap
moeten we de printer loskoppelen.
Ga naar de achterzijde van de printer.
Verwijder de USB-kabel uit de printer.
Ontkoppel het netsnoer.
Verwijder de duplexeenheid. Om dit te kunnen doen,
drukt u de rechterzijde van de duplexeenheid naar links
en trekt u de duplexeenheid eruit.
Controleer de achterzijde van de printer op geblokkeerd papier.
Als u papier ziet, verwijder het dan door
er met beide handen tegelijk aan te trekken om te vermijden dat het scheurt.
Controleer de rollen en wieltjes op losgescheurde stukjes papier
die kunnen achterblijven in de printer.
Gebruik een zaklamp om de achterzijde van de printer grondig te onderzoeken
om alle kleine stukjes papier te vinden.
Als er gescheurd papier achterblijft in de printer,
zullen er waarschijnlijk nieuwe papierstoringen ontstaan.
Laten we nu in de duplexeenheid kijken om te controleren op blokkering.
Open de duplexeenheid door te drukken op de twee klepjes
aan elke zijde van de duplexeenheid.
Verwijder vastgelopen papier uit de binnenkant van de duplexeenheid.
Eens al het papier werd verwijderd,
sluit u de duplexeenheid tot de klepjes
aan beide zijdes van de duplexeenheid op hun plaats klikken.
Maak de duplexeenheid weer vast.
Plaats de twee pinnen van de linkerzijde van de duplexeenheid
in de rechterzijde van de printer en druk vervolgens
de duplexeenheid op zijn plaats.
Zorg ervoor dat de duplexeenheid stevig is vastgemaakt.
Als u het vastgelopen papier aan de achterzijde niet kunt verwijderen,
zullen we proberen het langs de voorzijde te verwijderen.
Ga naar de voorzijde van de printer.
Hef de papieruitvoerlade op.
Neem vastgelopen papier in de lade vast met beide handen,
trek het naar u toe om het te verwijderen.
Verwijder het papier zo voorzichtig mogelijk.
Als er stukken achterblijven, treden er waarschijnlijk nieuwe blokkades op.
Open de cartridgetoegangsklep.
Verwijder voorzichtig al het zichtbare papier.
Zorg ervoor dat u alle stukjes, die kunnen afscheuren, meehebt.
Controleer de rollers en wieltjes op gescheurde stukken papier.
U moet alle papierstukjes verwijderen om toekomstige blokkades te vermijden.
Kleine stukjes papier kunnen gemakkelijk blijven steken
op locaties die moeilijk te zien zijn.
Gebruik dus een zaklamp om grondig links en rechts
in de printer te kijken.
Het wagenpad met een zaklamp onderzoeken, is een belangrijke stap
om nieuwe papierstoringen te voorkomen.
Wanneer u al het papier hebt verwijderd, sluit dan de cartridgetoegangsklep.
Ga naar de achterzijde.
Sluit het netsnoer weer aan.
Ga terug naar de voorzijde.
Als de printer niet automatisch wordt ingeschakeld,
druk dan op de Aan/uit-knop om de printer in te schakelen.
Lijn het papier uit door het stapeltje op een vlak oppervlak te tikken.
Vervolgens
dan de papieruitvoerlade op en houd deze in de open positie.
Plaats het papier zo ver mogelijk in de invoerlade.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen
tot tegen de rand van het papier.
Duw de geleider niet zo ver in dat het papier begint te buigen.
Laat de uitvoerlade zakken.
Probeer een pagina rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel om te zien
of het probleem is opgelost.
Om een pagina vanaf het bedieningspaneel van de printer af te drukken,
druk op de knop Instellingen. Dit pictogram lijkt op een kleine moersleutel.
Druk op tools.
Druk vervolgens op het Statusrapport van de printer.
Als de pagina wordt afgedrukt, is het probleem opgelost.
U kunt de USB-kabel opnieuw aansluiten en verder gaan met afdrukken.
Ga naar de volgende stap als de pagina niet wordt afgedrukt.
Gebruik de volgende stappen om zeker te zijn dat het wagentje vrij kan bewegen.
De printer moet ingeschakeld zijn om deze stappen uit te voeren.
Klap de uitvoerlade omhoog en verwijder al het papier uit de invoerlade.
Sluit de uitvoerlade.
Open de cartridgetoegangsklep zodat u het wagentje kunt zien.
Het wagentje zal naar het midden van de printer komen.
Ga naar de achterzijde.
Koppel het netsnoer los van de printer,
terwijl de printer is ingeschakeld.
Haal daarna het andere eind van het netsnoer
uit het stopcontact.
Ga terug naar de voorzijde.
Kijk in de printer en controleer op papier of andere obstakels
rond het wagentje die voorkomen dat het kan bewegen.
Gebruik een zaklamp om voldoende te kunnen zien.
Verwijder papier dat u vindt.
Indien het papier scheurt terwijl u het van de rollen verwijdert,
controleert u de rollers en wieltjes op gescheurde stukken papier
dat kan achterblijven in de printer.
Als stukken papier achterblijven in de printer,
komen er waarschijnlijk nieuwe blokkades.
Steek uw hand in de printer via de cartridgetoegangsklep,
en beweeg het wagentje handmatig.
Verwijder alle obstakels die u vindt bij het bewegen van het wagentje.
Zorg ervoor dat de wagen vrij kan bewegen van
helemaal links naar helemaal rechts.
Eens alle obstakels eenmaal zijn verwijderd en het wagentje kan bewegen
over de volledige breedte van het wagenpad,
sluit u de cartridgetoegangsklep.
Ga naar de achterzijde.
Sluit het netsnoer weer aan op de stroombron.
Sluit vervolgens de andere zijde opnieuw aan op de printer.
Ga terug naar de voorzijde.
Als de printer niet automatisch inschakelt,
druk dan op de Power-knop om de printer in te schakelen.
Lijn het papier uit door het stapeltje op een vlak oppervlak te tikken.
Vervolgens
dan de papieruitvoerlade op en houd deze in de open positie.
Plaats het papier zo ver mogelijk in de invoerlade.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen
tot tegen de rand van het papier.
Duw de geleider niet zo ver in dat het papier begint te buigen.
Laat de uitvoerlade zakken.
Probeer een pagina rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel
om te controleren of het probleem is opgelost.
Om een pagina vanaf het bedieningspaneel van de printer af te drukken,
druk op de knop Instellingen. Dit pictogram lijkt op een kleine moersleutel.
Druk op tools.
Druk vervolgens op het Statusrapport van de printer.
Als de pagina wordt afgedrukt, is het probleem opgelost.
U kunt de USB-kabel opnieuw aansluiten en verder gaan met afdrukken.
Ga naar de volgende stap als de pagina niet wordt afgedrukt.
Printerrollen worden vuil door stof, papiervezels, en ander vuil.
In deze stap zullen we de rollen reinigen.
Zorg dat u het volgende bij de hand hebt voor u begint:
Zuivere, niet-pluizende doeken.
Zuiver water
Gebruik bij voorkeur gedistilleerd water of fleswater. Dit is niet vereist.
Gebruik geen alcohol of andere chemische reinigingsmiddelen.
Klap de uitvoerlade omhoog en verwijder al het papier uit de invoerlade.
Laat de uitvoerlade zakken.
Druk op de Aan/uit-knop om de printer uit te schakelen.
Draai naar de achterzijde
Ontkoppel het netsnoer.
Verwijder de duplexeenheid.
Om dit te doen drukt u de rechterzijde van de duplexeenheid
naar links en trekt u de duplexeenheid eruit.
Maak de zichtbare aanvoerrollen in de printer schoon met een zuivere,
niet-pluizende, licht bevochtigde doek.
De doek moet vochtig zijn, maar niet kletsnat.
Veeg over elke rol en begin aan de rechterkant van de rol
en veeg zo verder naar links.
Gebruik een vinger om de rollen om te draaien wanneer u klaar bent
met het reinigen van een deel van de rol.
Zorg ervoor dat je iedere opeenhoping of vuil verwijdert
van het volledige oppervlak van de rollen.
Laten we nu de rollen in de duplexeenheid reinigen.
U komt bij de papieraanvoerrollen door te drukken op de twee klepjes
aan beide zijden van de duplexeenheid.
Reinig de papieraanvoerrollen in de duplexeenheid met een zuivere,
niet-pluizende, licht bevochtigde doek,
op dezelfde manier als u de rollen in de printer hebt gereinigd.
Controleer de rollen om zeker te zijn dat ze schoon zijn,
geen vuil meer hebben en vrij kunnen draaien.
Sluit de duplexeenheid tot de klepjes
aan beide zijden van de duplexeenheid op hun plaats klikken.
Maak de duplexeenheid weer vast. Plaats de twee pinnen aan de linkerzijde
van de duplexeenheid in de linkerzijde van de printer
en duw de duplexeenheid vervolgens op zijn plaats.
Zorg ervoor dat de duplexeenheid stevig is vastgemaakt.
Sluit het netsnoer weer aan.
Ga terug naar de voorzijde.
Druk op de Aan/uit-knop om de printer in te schakelen.
Lijn het papier uit door het stapeltje op een vlak oppervlak te tikken.
Vervolgens
dan de papieruitvoerlade op en houd deze in de open positie.
Plaats het papier zo ver mogelijk in de invoerlade.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen
tot tegen de rand van het papier.
Duw de geleider niet zo ver dat het papier
begint te buigen.
Laat de uitvoerlade zakken.
Probeer een pagina rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel om te zien
of het probleem is opgelost.
Om een pagina vanaf het bedieningspaneel van de printer af te drukken,
druk op de knop Instellingen. Dit pictogram lijkt op een kleine moersleutel.
Druk op tools.
Druk vervolgens op het Statusrapport van de printer.
Als de pagina wordt afgedrukt, is het probleem opgelost.
U kunt de USB-kabel opnieuw aansluiten en verder gaan met afdrukken.
Als de pagina niet wordt afgedrukt,
ga dan verder naar de volgende stap.
Soms, na het reinigen van de rollen,
is het mogelijk nodig om een powerreset te doen.
De printer moet nog steeds ingeschakeld zijn voor deze stappen.
Klap de uitvoerlade omhoog en verwijder al het papier uit de invoerlade.
Laat de uitvoerlade zakken.
Ga naar de achterzijde.
Koppel het netsnoer los van de printer,
terwijl de printer is ingeschakeld.
Haal daarna het andere eind van het netsnoer
uit het stopcontact.
Wacht 15 seconden.
Het is belangrijk de volledige 15 seconden te wachten
zodat het afdrukmechanisme kan resetten.
Sluit het netsnoer weer aan op de stroombron.
Vervolgens
sluit u de andere zijde opnieuw aan op de printer.
Ga terug naar de voorzijde.
Als de printer niet automatisch inschakelt,
druk dan op de Power-knop om de printer in te schakelen.
Lijn het papier uit door het stapeltje op een vlak oppervlak te tikken.
Vervolgens
tilt u de papieruitvoerlade op en houd deze in de open positie.
Plaats het papier zo ver mogelijk in de invoerlade.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen
tot tegen de rand van het papier.
Duw de geleider niet zo ver dat het
papier begint te buigen.
Laat de uitvoerlade zakken.
Probeer een pagina rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel
om te controleren of het probleem is opgelost.
Om een pagina vanaf het bedieningspaneel van de printer af te drukken,
druk op de knop Instellingen.
Dit pictogram lijkt op een kleine moersleutel.
Druk op tools.
Druk vervolgens op het Statusrapport van de printer.
Als de pagina wordt afgedrukt, is het probleem opgelost.
U kunt de USB-kabel opnieuw aansluiten en verder gaan met afdrukken.
Ga naar de volgende stap als de pagina niet wordt afgedrukt.
Als u alles wat in dit filmpje wordt getoond, hebt geprobeerd
en het probleem nog steeds niet is opgelost,
moet uw printer waarschijnlijk worden hersteld.
Neem contact op met HP om te weten welke ondersteuningsmogelijkheden er zijn.
De ondersteuningsmogelijkheden zijn afhankelijk van
hoe oud uw printer is en in welk land u woont.