Tip:
Highlight text to annotate it
X
Laat ons zeggen dat we een eenvoudig land bestuderen dat enkel appels verkoopt en we meten het BNP in jaar één.
en het BNP voor dat jaar is 1000 dollar. En dat alles is dankzij de appels. En we weten ook dat de prijs van appels in jaar 1 50 cent was per pond.
Ik zal dat dus schrijven als 50 cent per pond en laat ons nu zeggen dat jaar 1 en nu ook jaar 2 voorbij zijn en we het BNP in jaar 2 kunnen meten.
Het BNP in jaar 2 is dus 1200 dollar en de prijs van appels in jaar tweeis , laat ons zeggen, 55 cent per pond. Mijn vraag aan jullie is
BNP; het punt van het meten van een BNP is het meten van de productiviteit van een land. We meten aan de hand van dollars, maar
we geven meer om het dollar bedrag en of dit land productiever was en als het
productiever was, hoeveel meer produtiever het dan was. En als we kijken naar deze BNP waardes hier, deze 1000 dollar tegenover deze 1200. Het geeft je het gevoel dat
tenminste als je enkel naar de waardes kijkt. 1200 is 20% meer dan 1000 dollar. Dus als je enkel kijkt naar de waardes, is het alsod het BNP met 20% gestegen is. Is dit nu een nauwkeurige representatie van de productiviteit van dit land?
Produceerde het echt 20 procent meer goederen, en het helpt om naar deze prijs te kijken, aangezien een deel van het BNP toegenomen kan zijn door de prijs.
Maar dat wil niet zeggen dat het land productiever is. De extra hoeveelheid dat het land produceert, is war echt wordt toegevoegd aan het BNP. Bekijk het op deze manier... ik teken een diagram...
Op deze as meten we de hoeveelheid, en op deze as de prijs. Als we het BNP in jaar 1 willen weten, gebruiken we de prijs van appels in dat jaar.
Dat is het enige goed of service maal het aantal appels in jaar 1 en dan dit hier. De oppervlakte van deze groene rechthoek is het BNP in jaar 1
Het BNP in jaar 2 is de prijs in jaar 2, en we gaan dus van 50 cent naar 55 cent, de prijs in jaar twee maal het aantal in jaar 2. We zullen aan nemen dat er zich een groei heeft voorgedaan.
Maal het aantal in jaar 2. Dus BNP in jaar 2 is de oppervlakte van deze rechthoek. Dus als we het verschil vinden tussen jaar 2 en jaar 1, zou het het verschil zijn in oppervlakte. Het zou dus zijn wat ik in het blauw arceer
En gebaseerd op de waardes die we hier gebruikten, de oppervlakte dat ik rechts arceer is blauw. Dus het verschil tussen BNP in jaar 2 en jaar 1 is dus deze 200 waardevermeerdering. Dus deze oppervlakte hier is die 200
Hier zie je dat een deel van deze 200 door een toegenomen aantal is maar een heel groot deel is door een prijsvermeerdering. Als we dus echt willen uitvissen hoe productiever het land
werd, en we willen nog altijd het BNP in dollars meten, kunnen we misschien dit BNP meten aan de hand van prijzen in jaar 1. Als we dus het aantal in jaar 2 vermenigvuldigen met prijzen in jaar 1, dan krijgen we deze rechthoek.
En dan zal het verschil tussen dat en jaar 1 het verhoogde BNP heven in jaar 1 prijzen, en dat is wat ons interesseert. We interesseren ons in totale productiviteit. We willen zeggen hoeveel productiever
het land geworden is. Laten we dat dus proberen met deze waardes. We kunnen dus het aantal in jaar twee berekenen door het BNP de delen door de prijs. Door de oppervlakte van de totale blauwe rechthoek te delen door de prijs, dat geeft ons het aantal. 1200 gedeeld door 55 cent,
ik neem mijn super-high-tech-rekenmachien. Dus: 1200 gedeeld door 55 cent, dat is mijn aantal appels in pond in jaar 2. 2182: dus 2182 pond in jaar 2. En dan vermenigvuldig ik dit met de prijs. Dit is het aantal en we vermenigvuldigen dit met de prijs in jaar 1. De prijs in jaar 1 is 50 cent per pond. Dat zal mij dus,
1091 geven. En dat is een interessant getal. Je kan dat dus doen als het BNP in jaar 2, of ik zal schijven, aangepast voor prijsvermeerdering, of je kan zeggen in jaar 1 prijzen. Het nuttige hieraan is dat het is alsof de prijzen dezelfde zijn gebleven.
Dit zou ons BNP geweest zijn als de prijzen niet zouden gestegen zijn: 1091. 1091 is de oppervlakte dat ik in het roze tekende hier. Als prijzen niet zouden stijgen, zou de toename in BNP 91 dollar en niet 200 dollar zijn.
Dus deze oppervlakte hier. De eigenlijke groei als prijzen constant gehouden werden, zou 91 dollar zijn. We zouden van 1000 in BNP naar 1091 dollar gegaan zijn. Dus deze oppervlakte hier is 91 dollar. Deze oppervlakte noemen we 'echte groei'.
Dit meet echt de productiviteit. Hieruit halen we enkele interessante bevindingen. Een manier om het te bekijken is door het BNP in de dollars van dat jaar. Dit was dus gemeten in jaar 2 dollars, jaar 2 prijzen. Dit noemen we de nominale BNP.
Nominale BNP. Nominale. In naam. Dus haar BNP in naam. In de prijzen van dat jaar. Maar deze prijs, waar we het BNP van jaar 2 maten in prijzen van een basis jaar. Dit laat ons toe echt te vergelijken hoeveel de productiviteit toeneemt.
Onze eigenlijke produvtiviteit nam toe met 9%, 9% meer appels. Dit noemen we echte BNP. Echte BNP, omdat het de echte productiviteit meet. Het neutraliseert prijsvermeerdering en we zullen in de toekomst zijn dat
het in praktijk nogal moeilijk is om te meten wat de absolute... Dit was een eenvoudige economie met maar 1 product maar als we heel erg veel (duust miljoen miljard) producten zouden hebben in de echte economie, passen prijzen zich aan
en de aantallen passen zich aan. Dan is het niet zomakkelijk om te weten hoe aan te passen voor een prijs. Maar de mannen die het nationale inkomen beheren, proberen dit te berekenen, dus ze krijgen een idee van hoeveel de echte groei van dat land is.