Tip:
Highlight text to annotate it
X
Dat is hem. De Spartacus
over wie iedereen het heeft.
Waar zijn we?
-De Gladiatorenschool.
Waar mannen goden worden.
-Gladiatoren.
Ooit in een ludus geweest?
-Het is net iets uit een delirium.
Ze zijn woest en wreed, niet?
-De Thraciër is onvoorspelbaar.
Een aanwinst als we hem
kunnen temmen.
Wat zou je doen
om je vrouw weer te omhelzen?
Ik zou ze allemaal doden.
-Vecht voor mij, en ik help je.
Welkom bij het broederschap.
Je valt aan zonder na te denken.
Dat kan je tegenstander
tegen je gebruiken.
Lastig, als het zijn rug is.
-En je spreekt zonder te denken.
Nog een zwakte.
Thraciërs. Altijd op de grond
met hun benen wijd.
Waar ze ook horen.
Vergeet alles wat je
buiten geleerd hebt.
Dat is de wereld van de mensen.
Wij zijn meer.
Wij zijn gladiatoren.
Leer, train, bloed...
en ooit zullen jullie legendes zijn.
Namen die met angst en ontzag
worden uitgesproken.
Zoals de stad spreekt
over Crixus, kampioen van Capua.
Maar zijn legende
begon niet in de arena.
Hij begon hier. In deze ludus.
Onder de klap van mijn zweep.
Aanvallen.
Luisteren.
De vulcanalia is aangekondigd.
Een festival om branden
af te wenden.
Meester Batiatus wil
20 man inzetten bij de vulcanalia.
Zijn geschenk
aan de mensen van Capua.
De laagsten vechten 's ochtends.
Daarna volgen acht paar...
waarna jullie meester
zijn primus zal aankondigen.
Twee van onze sterksten
die zullen strijden in de arena.
Crixus dus?
-Absoluut.
En zijn tegenstander?
-Tegen de kampioen van Capua?
Wat zou het uitmaken?
Twintig man heb ik ze beloofd.
Allemaal uit mijn eigen zak.
En hoe bedankt de magistraat me?
Hij kan wellicht niet komen
wegens omstandigheden.
Wat voor omstandigheden?
-Hij zou met Solonius gaan eten.
Maar Solonius biedt
geen enkele man aan.
En alsnog weet hij de kont
van de magistraat te kussen.
Is dat nieuw?
-Voor de receptie.
Het zijn de kosten
die me zorgen baren.
Het is een buitenkans.
Ik twijfel niet aan het belang,
maar aan de omvang.
We zitten zonder geld,
en zonder de magistraat...
Je moet geld uitgeven
om te kunnen verdienen.
Dat heb ik van mijn man.
Een wijs man.
-Hij heeft zo zijn momenten.
En dit zal er één van zijn.
Je zal indruk maken
en je positie vaststellen.
En misschien zul je ook
Glabers vrouw overhalen.
Ilithiya? Is ze niet in Rome
bij haar ondankbare man?
Ze komt zonder hem
naar de spelen.
Ze begint zich ervoor
te interesseren.
Iets waar ik op in zal spelen.
De nieuwe kleur staat je goed.
Zal ik de rest ook verven?
Ik zou die vogel
liever op mijn bord zien.
Dat zou je laatste maal zijn.
-Barca doet zich groot voor.
Hij is een legende.
Nadat Rome
Carthago had verslagen...
hebben ze honderden mannen
in de arena laten vechten.
Na een halve dag
waren er nog maar twee.
Barca...
en het hoofd van zijn volk...
de nobele Mago.
Vaardigheid en de jaren
waren zijn bondgenoten.
Kracht en jeugd die van Barca.
Mago viel op zijn knieën.
En Barca werd het beest
van Carthago.
Hij heeft een oude man gedood.
-Mago was een groot strijder.
Een koning op een troon van bloed.
Men zegt ook
dat hij Barcas vader was.
Is dat waar?
Bij gladiatoren creëren roem
en eer hun eigen waarheid.
Roem en eer...
ik wil geen van beide.
Geld dan, net als ik.
Open de poorten.
Laat de wacht klaarstaan.
Heeft u even, meester?
Snel dan.
Weet u al iets over mijn vrouw?
Ze is inderdaad
aan een Syriër verkocht.
Heeft u haar gevonden?
-Ze is waarschijnlijk op de Orontes.
Naar Damascus, of Antiochië?
-Zie ik eruit als een Arabier?
Met mijn neus op je vrouw
haar dijen gericht?
Je gaat te ver.
We zoeken door.
Tot die tijd zul je winnen.
Haar vrijheid wordt betaald
van jouw succes.
Te gewoon.
Toon me iets interessants.
Ik weet het al.
Perfecte edelstenen...
tegen hoge prijs ingevoerd
uit de Scythische mijnen.
Hoeveel?
-Dertig denarie.
Is het iets
wat Ilithiya zou dragen?
Ik zou haar enkel dit laten zien.
Ze heeft een dure smaak.
25.
-29.
28, en dan gooi ik je
niet van het balkon.
28 dan.
Kom maar mee.
Vorm een. In positie.
Stop.
Spartacus. Wil je naar de mijnen?
Ik richt me op bloed
en de strijd, Doctore.
Je resultaten zijn er niet naar.
Ik ben een Thraciër.
Het zit me in mijn bloed.
Thracië?
Een pismoeras.
Knielen.
Jullie geboortelanden
doen er niet meer toe.
Het enige wat er toe doet
is mijn stem...
en het zand onder je voeten.
Jullie zullen het leren aanbidden.
Verder met de training.
Het zand ruikt naar Thracië.
Als ik er op zou schijten
was de geur compleet.
Jij daar. Je bent ontboden.
Deze droogte houdt nooit op.
Hoe gaat het met je?
-De meesteres zorgt voor me.
Gelukkig.
Hoe lang dien je haar al?
Mijn hele leven.
Ik ben hier geboren.
En je komt hogerop.
Ik zag het pas bij de spelen
drie maanden geleden.
Ik vocht tegen Arnoch
van Tarquinia.
Was je blij met mijn overwinning?
Ik was blij toen het voorbij was.
Het is niet makkelijk
om iemand te onthoofden.
Je moet de juiste hoek vinden.
Ik hou niet van de spelen.
Dat is een rare opvatting...
voor een slaaf
in een gladiatorenschool.
Een opvatting waar ik bij blijf.
Ik wilde je niet beledigen.
-Ze wacht op je.
Je loopt te langzaam
naar mijn vertrek.
Ik wil geen argwaan wekken
bij de rest.
Argwaan waarover,
kampioen van Capua?
Over wat meesteres
ook maar verlangt.
Ik heb deze ketting gekocht
voor de receptie.
Is het te opzichtig?
-Ik krijg het er warm van.
Maar om te zeggen
dat het door de ketting komt...
En wat doet je hart sneller kloppen?
De aanraking van uw lippen...
uw borsten...
en alle geneugten daaronder.
Ik wil je lul in me.
En wel nu.
Verlies nooit de aandacht.
Zelfs wanneer Jupiter
de hemel splijt...
en zijn lul naar beneden
laat hangen.
De eerste afleiding is ook de laatste.
Niet alle gevechten
eindigen in de dood.
Twee vingers.
Een teken van overgave...
en schande.
Ik heb de eed niet afgelegd
om te moeten smeken.
Hij vraagt naar de nuances van...
-Ik heb geen les in smeken nodig.
Wil je een andere les?
Misschien in gehoorzaamheid?
Naar het gat.
Allebei.
Misschien zat ik fout.
-Misschien?
Wat ik aanzag voor moed
blijkt dwaasheid te zijn.
Ik kan me niet overgeven
in de arena.
Ik moet winnen.
-En als dat niet lukt?
Zwijg dan maar.
Volgende keer dat je Doctore
uitdaagt doe ik dat ook.
Ik wilde je er niet bij betrekken.
-En toch sta ik hier met jou.
Mijn excuses.
-Is dat alles?
Geen uitleg over waarom je
deze onzin uithaalt?
Ik wil Batiatus tevreden stellen.
-Bij het gat van Pluto.
Dat strookt niet met je daden.
Hij heeft me een belofte gedaan.
-Wat heeft hij jou te bieden?
Mijn vrouw.
Ze werd me ontnomen
toen ik gevangen werd genomen.
Als ik win in de arena
zoekt hij haar.
Is ze het waard?
Ze is alles waard.
De mijne ook.
Als ik na twee jaar hier
mijn schuld heb afbetaald...
kan ik haar weer omhelzen.
Misschien is de stank
dan weggetrokken.
Hoe heet ze?
-Aurelia.
En de jouwe?
-Sura.
Tot aan je ballen in de stront.
Wil je haar zo terugkrijgen?
Verspil je je rantsoen
aan een stukje stof?
Het is belangrijk voor me.
Verzamelen.
Jullie meester is bezig geweest.
De opstelling voor de vulcanalia
is beslist.
Crixus, de ongeslagen kampioen
van Capua.
Jij zal Batiatus eren
door als primus te vechten.
Wie is mijn uitdager?
Een man met moed en toewijding.
Zijn werk en vaardigheid
zullen beloond worden.
Gnaeus.
Eindelijk staan we tegenover elkaar.
Sterf niet te snel.
-Ik?
Ik zal je lijk neuken.
Zonder lul?
Ashur vertelt de rest.
Moge de goden met jullie zijn.
Een voor een.
Deze lijst komt van Batiatus.
Geef hier, idioot.
Woestelingen.
Smeerlap.
Laat mij eens zien.
Ben je gekozen?
-Samen met jou.
We vechten tegen elkaar
tijdens de aanvang.
De eerste wedstrijd?
Waar de zwaksten strijden.
-We zullen het tegendeel bewijzen.
Waarvoor? We verdienen
hoogstens een halve munt.
Zo weinig?
-Bij lange na niet genoeg.
En voor de primus?
-Aanzienlijk meer.
Ik heb Crixus al verslagen
bij de test.
Moet ik me nu weer
omhoog gaan vechten?
Ben ik niet goed genoeg?
-Je snapt wat ik bedoel.
Als Batiatus me niet tegenhield
was hij nu dood geweest.
Ik ben geen vriend van Crixus...
maar hij is wel gevaarlijk.
Waar is zijn reputatie op gevestigd?
Vechtpartijen tegen Gnaeus
met zijn netje?
Zijn reputatie is gebouwd
op grotere tegenstanders.
Demonen uit de onderwereld.
De Gargan-tweeling.
Decimus en Tiberius.
Zonen van een *** en een jakhals.
Meer beesten dan mannen.
Ze terroriseerden de oostkust
tot hun gevangenname.
Ze zouden sterven in de arena,
maar ze gedijden op het bloed.
Ze lieten de lichamen
van sterke mannen in hun kielzog.
Niemand wilde tegen ze vechten.
Op één na.
Crixus, de kampioen van Capua.
Het bloed vloeide,
het publiek juichte...
en de demonen vielen
ten prooi aan zijn zwaard.
Zonen van een jakhals?
-Naar men zegt.
Het verhaal is belachelijk.
Net als Crixus zelf.
*** je hem?
Misschien bewijs jij jezelf ooit...
maar tot dan vecht je
tegen de andere onderkruipsels.
Ik kan me meten met Spartacus.
Ben ik nu wel waardig?
Ik versprak me.
-Wel vaker, of niet?
Je bent mijn gelijke.
Meer zul je moeten verdienen.
Het wordt een goed gevecht.
Mogen we het beide overleven.
Ik zou hier velen
dood willen zien.
Maar jou niet.
Misschien heb je geen keus.
Er is altijd een keus.
Die blik baart me zorgen.
Dat zei mijn vrouw ook vaak.
Je net treft vaak doel, Gnaeus.
Je bent een imposante verschijning...
wanneer je tegen
dat houten mannetje vecht.
Ik wil je in de arena zien,
tussen de mannen.
Daar sta je dan,
met je machtige net.
Als een ***, klein meisje.
Gore smeerlap.
Hij is gek door de hitte.
Hij stormde als een gek op me af.
Zijn ogen stonden wild van de dorst.
Barca, Kerze. Help Gnaeus.
Terug aan het werk.
Ashur.
Je moet me iets bezorgen.
Wat je ook nodig hebt,
ik kan het regelen.
Volg mij,
weg van nieuwsgierige oren.
Ik ga in het vervolg
niet meer naast je staan.
Gnaeus kon het gewoon niet aan.
Als je zijn plaats wil innemen
ben je een dwaas.
Hij heeft er vijf jaar
voor moeten werken.
Sura kan zich
geen jaren veroorloven.
Noch jouw dood,
die zeker volgt tegen Crixus.
Gladiatoren.
Jullie publiek is er.
Kleed je snel aan.
De receptie begint zo.
Laat Marcato je zwaard eens zien.
Hetzelfde zwaard dat Tiberius
en Decimus versloeg.
Als u spelen wil bieden,
wie is dan beter dan Crixus...
en een aantal
van mijn andere gladiatoren.
Ik wilde spelen houden
ter ere van mijn vriend...
De goede Marcato wil spelen zien.
Laten we hem die geven.
Het stof en de hitte
worden erger met het uur.
Zonder de spelen
zou ik in Rome blijven.
Beloof dat je me bezoekt.
Het is deprimerend in de villa.
Jammer dat je man er niet is.
Hoe is het met de legatus?
Hij is in een slechte bui.
Sinds zijn terugkeer is de senaat
zijn meesteres geworden.
Haar eisen zijn eindeloos.
-Mannen en hun ambitie.
Ze moeten de mooie dingen
leren waarderen.
Wat een prachtige ketting.
Het is niets.
Het doet me denken aan iets
dat ik van Ramel had.
Toen smaragd nog in de mode was.
Ik *** dat het weer
in de mode komt.
Misschien moet ik de mijne
dan weer gaan dragen.
Vrienden, oud en nieuw.
Mijn dank dat u vandaag
hier aanwezig bent.
Morgen belooft
veel glorie in de arena.
Maar vanavond breng ik u de beste
gladiatoren van de republiek.
Kijk en raak hen aan.
Voel de kwaliteit van het aanbod.
Bestel de man die u wil.
Schaam u niet, ze bijten niet.
Als ze dat wel doen
krijgt u tien procent korting.
De Thraciër is populair.
Nieuwsgierig door zijn overwinning
tegen de mannen van Solonius.
Beter nieuwsgierig dan onverschillig.
Misschien kunnen we er
iets aan verdienen.
Wat denk je van Spartacus
nu Gnaeus eruit ligt?
Met alle respect, maar het
publiek wil een eervol gevecht.
Spartacus is nog steeds een beest.
Ik zal nog eens nadenken.
Ooit zal hij een mooi gevecht geven.
Helemaal alleen. Uitzonderlijk
voor zo'n bekend figuur.
Ter zake. Een moeilijke opgave
met weinig tijd...
maar toch voltooid.
Smeerlap.
Je Galliër ziet er sterk uit.
De beste van de hele republiek.
Wat een man.
Ik sidder bij de gedachte
aan hem in de arena.
Wij allen.
De Thraciër leeft nog.
Voorlopig.
Is er verder
niets interessants meer?
Mijn man noemt zo de primus,
en er is genoeg wijn.
Ik word er nu al moe van.
Ik kan beter gaan.
Er is wel iets
wat je wellicht leuk vindt.
Iets van fysiekere aard.
Jij daar. Meekomen.
5 denarie dat hij het
geen 20 stoten meer volhoudt.
Dit heb ik nog nooit
een gladiator zien doen.
Kijk hoe hij haar ramt.
Als een woeste stier.
Een gladiator heeft ook waarde
buiten de arena.
Men zegt dat ze beesten zijn
in de liefde.
Je mag hem aanraken.
Vergeef me, Aurelia.
Ze bieden
onvoorstelbare geneugten.
Kan hij het nog eens doen?
Laat het hem nog eens doen.
Ga door.
We zijn het dus eens.
-Rebanus en Crixus. Hamicar valt in.
Ik hoorde Batiatus en Doctore
overleggen over de primus.
De Sardiniër vecht tegen Crixus.
Dat is geen goed nieuws.
Wat je ook denkt, doe het niet.
Waarde burgers.
Jullie hebben genoten
van mijn eten, mijn wijn...
de aanwezigheid van mijn vrouw.
Verbaas u nu
over de primus van morgen.
Crixus, de kampioen van Capua...
zal over het zand schrijden
en zich meten met...
Laat ze vechten.
Genoeg zo.
Ik ruk je hart eruit.
-Kom het maar halen, lafaard.
Zie hun ziedende haat.
Dit was maar een voorproefje.
Morgen...
zullen ze het uitvechten
in de arena.
Crixus, de ongeslagene...
Spartacus, de hond
die de dood tart.
Een legendarisch gevecht.
Glorie aan Capua.
Glorie aan Rome.
Hij verpest de receptie bijna,
en wat is zijn straf?
De primus.
-Ik heb er het beste van gemaakt.
Hij heeft nog
geen wedstrijd gehad.
Waarom hij boven de anderen?
-Voor wat hij heeft.
De interesse van het publiek.
-Ze halen een beest aan.
Ze willen hem zien.
Ik haal eruit wat ik kan.
Hij is onvoorspelbaar.
Hij geeft niks om regels of eer.
Als iets met Crixus gebeurt...
Hij is geen gevaar.
Hij is een eenmalige nieuwigheid.
Verdomme, is er geen wijn meer?
Wat sta je daar nou?
Haal wijn.
Mijn verontschuldigingen.
Ik wilde je niet laten schrikken.
Bij ons laatste gesprek
wilde ik je niet beledigen.
Ik ben vaardig met het zwaard,
niet met woorden.
Als ze merkt dat de laatste
kruik kapot is...
Geef me de stukken.
Ik gooi ze van de berg.
Wacht.
Misschien verklaart dit geschenk...
wat woorden niet kunnen.
Alsjeblieft.
Ik ben me aan het bedenken.
-Waarover?
Of ik je moet feliciteren
of condoleren.
Je hebt Crixus één keer verslagen
door dat stukje stof...
maar in de arena vechten...
-Ik betwijfel zijn reputatie.
Morgen zal ik het bewijzen.
Straks zegt hij nog
dat hij Theokoles kan verslaan.
Misschien. Als ik hem kende.
Theokoles. De schaduw van de dood.
Hij spreekt schaamteloos
over de arena...
terwijl hij er niets van weet.
Theokoles is geen man, Thraciër.
Hij is iets anders.
Ze zeggen dat hij drie meter lang is.
De grond schudt onder zijn voeten.
Zijn schaduw verduistert de zon.
De meesten overleven zijn aanblik niet.
Zij zijn de gelukkigen.
Mijn vader zei dat hij ooit
tegen honderd man vocht.
Niemand overleefde het.
Een verhaal...
om kinderen mee *** te maken.
Theokoles is geen mythe.
Toen hij stopte was er maar
één man die nog leefde.
En hij is degene
die ons de zweep oplegt.
Dit is niet het moment voor geklets.
Morgen staan jullie in de arena.
Voor velen de eerste keer.
Voor sommigen de laatste keer.
Ze roepen om bloed.
-Dat zullen ze krijgen.
Moge de goden
je net zoveel zegenen als ik.
Sura geloofde in de goden.
Toen de Romeinen haar meenamen...
heeft geen enkele god geholpen.
Die fout zal ik rechtzetten.
Dat geloof ik ook.
Het publiek is blij met je aanbod.
-Een mooi spektakel.
Je doet onze stad eer aan.
-De eer is aan mij, magistraat.
Ik was *** dat er weinig
bijzonders zou zijn dit jaar.
Het is moeilijk goede mannen
te vinden voor kleine spelen.
Solonius had al betere afspraken.
Misschien is hij
volgend jaar wel beschikbaar.
We kunnen alleen maar hopen.
Misschien had ik niet
moeten komen met deze droogte.
Wat water? Of wat wijn?
Ik moet er niet aan denken.
Je gezelschap gisteren
speelt me nog parten.
Teveel?
-Wijn? Absoluut.
Daarentegen...
was het volgens mij
pas het topje van de ijsberg.
Wat water dan,
voor de dorst nu.
Hier gaan we dan.
Waarde inwoners van Capua...
aan mij de eer u voor te stellen...
aan de primus
van Quintus Lentulus Batiatus.
Treed binnen, thraex.
Zie, Spartacus.
Befaamd om zijn
glorieuze overwinning...
bij de spelen van senator Albinius...
waar hij alleen vier
van Solonius' mannen versloeg.
Treed binnen, murmillo.
Het wonder voor u
behoeft geen introductie.
Men kent zijn zwaard,
zijn schild, zijn faam.
Crixus, de kampioen van Capua.
Eindelijk, Crixus.
Kijk zijn silhouet in de zon.
Capua.
Ter ere van de naam Batiatus...
en van de heilige Vulcanalia...
Je rede is nog niet voorbij
of de Thraciër valt al aan.
Mocht dat niet gebeuren?
-Nee, dat mocht niet.
Wat spannend.
Is dat alles wat hij kan?
Ik had meer verwacht
na de mannen van Solonius.
Zal ik beginnen?
Nu sterf je, Thraciër.
Dood.
Spartacus heeft goed gestreden.
Laat hem leven
opdat hij nog kan vechten.
Een onplezierige nasmaak
na de maaltijd.
Mijn excuses.
Spartacus heeft me veel gekost.
De steun van het publiek
is al weg.
Hij leeft nog.
Hoe teleurstellend.
Zijn reputatie is verdiend.
Mijn zwaard vond geen zwakke punten.
En toch waren die er.
Er waren zeker tien momenten...
waarop jij
de overhand kon krijgen.
Je had meer training nodig.
Dan zal ik harder trainen.
Daar is het te laat voor.
Vertaling door Ult Subs