Tip:
Highlight text to annotate it
X
Vertaald door: Jennifer Moesa Nagekeken door: Axel Saffran
Vanavond ga ik praten over uit de kast komen.
Niet alleen uit de kast komen als ***.
We hebben allemaal geheimen.
Jouw kast is misschien
haar vertellen dat je van haar houdt,
of iemand zeggen dat je zwanger bent,
of dat je kanker hebt,
of elk ander moeilijk gesprek
in ons leven.
Dat is uit de kast komen: een moeilijk gesprek.
Hoewel de onderwerpen verschillen,
is de ervaring van 'in de kast zijn'
en eruit komen universeel.
Het is eng en we haten het, maar het moet gedaan worden.
Jaren geleden werkte ik in een eetcafé
in de stad
en in die tijd ging ik door fases
van strijdbare lesbische intensiteit. (Gelach)
Mijn oksels niet scheren,
Ani DiFranco's liedteksten citeren.
Afhankelijk van hoe laag mijn kniebroek hing
en hoe recent ik mijn hoofd had geschoren
werd mij vaak gevraagd,
meestal door een klein kind:
"Ben jij een jongen of een meisje?"
Ongemakkelijke stilte aan tafel.
Ik klemde dan mijn tanden wat vaster op elkaar
en hield mijn koffiepot wat wraaklustiger vast.
Vader schudt ongemakkelijk met zijn krant
en moeder kijkt boos naar haar kind.
Maar ik zei nooit iets en kookte van binnen.
Na een tijdje stond ik, elke keer als ik een tafel naderde
met een kind tussen 3 en 10 jaar, paraat om te vechten. (Gelach)
Dat is een verschrikkelijk gevoel.
Ik beloofde mijzelf dat ik de volgende keer
dat moeilijk gesprek zou aangaan.
Binnen een paar weken, gebeurde het weer.
"Ben jij een jongen of een meisje?"
Bekende stilte, maar dit keer ben ik voorbereid.
Ik sta klaar om al mijn kennis over vrouwenstudies op tafel te gooien.
Ik heb Betty Friedan citaten,
Gloria Steinem citaten...
ik heb zelfs een stukje '*** monologen' paraat.
Ik haal diep adem en kijk naar beneden
en een 4-jarig meisje in een roze jurk kijkt me aan.
Geen uitdaging tot een feministisch duel.
Slechts een kind met een vraag.
"Ben jij een jongen of een meisje?"
Dus ik haal diep adem,
hurk naast haar en zeg:
"Ik begrijp dat het verwarrend is.
Ik heb een jongenskapsel
en draag jongenskleding maar ben een meisje.
Soms wil je een roze jurk dragen,
en soms je pyjama's, toch?
Nou, ik ben meer een pyjama-type."
Het meisje kijkt me recht in de ogen
en zegt onverstoorbaar:
"Mijn favoriete pyjama is paars met vissen,
mag ik een pannenkoek?"
(Gelach)
Dat was alles. "Ok, je bent een meisje,
waar is mijn pannenkoek?"
Het was het gemakkelijkste moeilijke gesprek
dat ik ooit heb gehad.
Waarom?
Omdat pannenkoekenmeisje en ik oprecht waren naar elkaar.
Net als velen van ons
heb ik in een aantal kasten gezeten
en vaak hadden de muren regenboogkleuren.
Maar binnen in het donker
kun je de kleuren niet zien.
Je weet alleen hoe het voelt om in die kast te leven.
Mijn kast is dus niet anders dan die van jou,
van jou, of van jou.
Ik kan honderden redenen bedenken
waarom mijn 'uit de kast komen' moeilijker was.
Maar moeilijk is niet relatief.
Het is gewoon moeilijk.
Hoezo is iemand vertellen dat je bankroet bent,
moeilijker dan vertellen dat je vreemd gaat?
Is het geheim van de een moeiljker
dan het geheim van een ander?
Er is geen moeilijker, alleen moeilijk.
We moeten ophouden met het classificeren van moeilijk,
zodat we ons beter of slechter voelen,
en begrijpen dat we het allemaal moeilijk hebben.
We zitten allemaal wel eens in de kast,
en dat lijkt veilig,
of veiliger dan wat achter die deur ligt.
Maar ik zeg je:
waar je muren ook van gemaakt zijn,
de kast is geen plek om in te leven.
Bedankt. (Applaus)
Stel jezelf twintig jaar geleden voor.
Ik had een paardenstaart, een jurk met blote schouders
en schoenen met hoge hakken.
Ik was niet de militante lesbienne
die de strijd aankon met een 4-jarig kind in een café.
Ik zat verstijfd van angst opgevouwen in een hoekje
van mijn pikdonkere kast,
en hield mijn roze granaat vast.
In beweging komen was het engste wat ik ooit deed.
Mijn familie, vrienden, vreemden.
Mijn hele leven had ik getracht
hen niet teleur te stellen
en nu zette ik de wereld op zijn kop.
Expres.
Ik verbrandde het script
dat we allen al zolang naleefden.
Maar als je die granaat niet gooit, dan doodt ze jou.
Een van mijn meest memorabele granaten
ging af op de bruiloft van mijn zus.
(Gelach)
Voor het eerst wisten veel aanwezigen dat ik lesbisch was.
Dus liep ik als bruidsmeisje
in mijn zwarte jurkje en hakken langs de tafels
en belandde aan tafel bij vrienden van mijn ouders.
Ze kenden mij al jaren.
Na wat koetjes en kalfjes riep een van de vrouwen:
"Ik hou van Nathan Lane!"
De strijd van lesbische herkenbaarheid was begonnen.
"Ash, ben je naar Castro geweest?"
"Ja we hebben vrienden in San Francisco."
"Ik hoorde dat het geweldig is."
"Ash, ken jij mijn kapper Antonio?"
Hij is echt goed en heeft geen vriendin.
"Ash, wat is je favoriete serie?"
Onze favoriet is Will & Grace.
Jack vinden we geweldig.
Jack is onze favoriet.
Eén vrouw wist niet wat ze moest doen,
maar wilde zo graag haar steun tonen.
Om mij te tonen dat ze aan mijn kant stond
zei ze uiteindelijk:
"Soms draagt mijn man een roze shirt."
(Gelach)
Ik had op dat moment een keuze,
zoals alle granatengooiers.
Ik kon teruggaan naar mijn vriendin aan onze homotafel
en hun antwoorden bespotten.
Hun bekrompenheid en onvermogen afstraffen
om te voldoen aan mijn politiek correcte lesbische maatstaven.
Of ik kon empathie tonen.
Misschien was dit het moeilijkste wat ze ooit hadden gedaan.
Om zo'n gesprek te voeren
was voor hen uit de kast komen.
Het was makkelijker geweest om hun tekortkomingen aan te wijzen.
Het is moeilijker om hen tegemoet te komen
en erkennen dat ze hun best deden.
Wat kan je nog meer van een ander vragen?
Als je wilt dat iemand oprecht is,
dien je dat zelf ook te zijn.
Moeilijke gesprekken zijn niet mijn sterkste kant.
Vraag maar aan mijn dates.
Maar het gaat beter en ik volg wat ik noem:
de drie 'pannenkoekenmeisje-regels'.
Aanschouw dit door een gay gekleurde bril
maar weet dat wat ervoor nodig is om uit de kast te komen
essentieel hetzelfde is.
Regel een: wees authentiek.
Breek de muur af. Wees jezelf.
Dat meisje had geen muur,
maar ik stond klaar voor de strijd.
Als je wilt dat iemand oprecht is,
moeten ze weten dat ook jij kwetsbaar bent.
Regel twee: wees direct. Zeg waar het op staat.
Als je weet dat je lesbisch bent, zeg het gewoon.
Zeggen dat je 'misschien' lesbisch bent,
geeft je ouders hoop dat dit verandert.
Geef hen geen valse hoop.
(Gelach)
En regel drie, het belangrijkst...
(Gelach)
Verontschuldig je niet.
Jij spreekt jouw waarheid.
Verontschuldig je daarvoor nooit.
Sommige mensen zijn misschien ooit gekwetst,
en je kunt je verontschuldigen voor wat je gedaan hebt,
maar verontschuldig je nooit voor wie je bent.
Sommigen zullen teleurgesteld zijn,
maar dat is hun probleem, niet dat van jou.
Dat zijn hun verwachtingen, niet die van jou.
Dat is hun verhaal, niet dat van jou.
Het enige verhaal dat ertoe doet
is het verhaal dat jij wilt schrijven.
Dus de volgende keer
dat jij met je granaat in een pikdonkere kast zit,
besef dan dat we het allemaal hebben meegemaakt.
Je voelt je misschien heel alleen, maar dat ben je niet.
We weten dat het moeilijk is maar we hebben je nodig.
Het maakt niet uit waar je muren van gemaakt zijn,
want ik garandeer je dat er anderen
naar jou kijken vanuit hun kast,
op zoek naar een held die deuren openbreekt
en de wereld toont
dat we méér zijn dan onze geheimen
en dat een kast een slechte plek is
om als mens écht te leven.
Dank je. Geniet van je avond. (Applaus)