Tip:
Highlight text to annotate it
X
Goedemorgen.
Je bent gewassen, je kleren zijn schoon
en ik heb je steek schoongemaakt.
Het is geen lelijke jurk. Dat zeg je elke keer.
Het is niet belachelijk.
En ik lieg ook niet.
Ik trap gewoon een beetje lol.
Ik laat 't nooit uit de hand lopen.
Niemand heeft er last van.
En ik al helemaal niet.
Ik ben terug voor de show begint.
Moeder, doe de deur open.
Waar heb je het over?
Het is prachtig weer.
Knappe kerel.
Ik hoef niet met hem te eten.
Daar staan bomen.
Waarom staan we daar niet?
Dan hadden we wat schaduw.
- Reptielen houden toch van zon?
Grappig, ***.
Je zou in de showbizz moeten zitten.
Weten jullie waar die weg heen gaat?
Naar Babylon.
In 1932 hebben ze in Babylon
drie circusknechten opgehangen...
alleen om ze te zien bengelen.
Onzin. Babylon bestaat niet eens.
Het is 'n mythe
die kermisartiesten elkaar vertellen.
Het waren er vier.
Geen circusknechten, maar griezels.
Drie malloten en een albino
die Freddie Neff heette.
Ik haat albino's.
Misschien kan Samson
de baas overhalen. Of Jonesy.
Die hurkt pas als Samson zegt
dat hij moet schijten.
Ik meen het serieus.
Klagende kermislui.
Dat klinkt serieus, zeg.
Ze vertellen me dingen
waar ze niet blij mee zijn.
Osgood, ga de sedan halen.
Ze klagen niet zomaar.
Sommigen willen weg.
Ze zijn nerveus
sinds we van het circuit zijn afgeweken.
En nu slaan we hier kamp op.
Het slaat nergens op.
Het is niet mijn beslissing.
- Praat dan met hem.
Je weet toch
dat dat helemaal niks uithaalt.
Misschien kan ik het wel proberen.
Misschien kan ik met hem praten.
- Dat gebeurt niet.
Ik verwacht dat alles klaar is
als ik terugkom.
Je hebt hem goed de waarheid gezegd, zeg.
- Hou je bek en werk door.
Dat geldt voor jullie allemaal.
Doorwerken.
Binnen.
Wat doe je?
Ik wikkel de flessen in
en stop ze in m'n lades.
Geef me de laatste eens aan.
Je wilde me spreken?
Ook goed.
Ik wil je iets laten zien.
Over Scudder.
Laat maar zien dan.
Ik heb het niet bij me.
Je moet me erheen brengen.
Waar is het?
Het is niet ver.
Ik hoop dat het geen geintje is.
Zullen we?
Prachtig.
Norman, wat doe jij hier?
Had 't even laten weten,
dan had Iris wat te eten kunnen maken.
Ik zal je de slaapzalen laten zien.
Ik kom hier niet voor de gezelligheid.
McNaughton heeft vandaag
deze brief ontvangen.
Eerste Methodistische Kerk
De bisschop?
Waarom heb je de kerkenraad niet verteld
wat je aan het doen was?
Ik had geen zin in hun bureaucratie.
Hoe vaak moet ik je nog zegen...
Ik heb geen cent van het geld
van de raad of van hun fondsen gebruikt.
Je werkt voor de kerk.
De kerk betaalt je voor je werktijd.
Die tijd moet je
aan hun besteden, niet hier.
Maar ik heb de parochie niet verwaarloosd.
De raad en 72 leden van je parochieraad
denken er anders over.
En als de bisschop nou 's kwam kijken
om te zien wat voor goed werk...
De beslissing is al genomen.
Draag deze kapel over aan iemand anders...
en hervat je plichten, anders
word je gedisciplineerd en overgeplaatst.
Ik kan toch niet zomaar ophouden.
Er komt een overgangsperiode.
Je begrijpt het niet.
God zei tegen me dat ik dit moest doen.
Hij heeft tot me gesproken.
Zoals hij tot ons allen spreekt.
Zoals hij tot Abraham,
Jesaja en Mozes sprak.
Bedankt dat je gekomen bent.
Is het zo lang geleden?
Is het echt zo lang geleden?
Wat een leuke verrassing.
Goedemorgen, Miss Jolene.
Dit vrolijkt je vast wel op.
Wat ben je toch een schat.
Dat vrolijkt me zeker op.
Oké, jongens. Rustig maar. Alsjeblieft.
Wel alles opeten deze keer.
Verder nog iets?
Niks meer.
Is alles in orde?
- Je liet me schrikken.
Sorry. Ik ben Harlan Staub.
Dat is mijn cafetaria.
Aangenaam. Ik heet Betty.
Betty Jones.
Volgens mij sta je hier al een hele tijd.
Denk je?
Ongeveer anderhalf uur.
- AI zo lang?
Ik wacht op m'n broer, Ben. Hij ging
'n telegram sturen en boodschappen doen.
Hij had al terug moeten zijn.
Kom binnen wachten.
Daar is het koeler.
Dat gaat niet.
Ik zit hier goed. Echt.
Rondje van de zaak.
- Dat hoeft toch niet.
Ik doe het graag, juffrouw.
Mevrouw.
Ik ben weduwe.
Ik heb m'n man
bijna anderhalf jaar geleden...
Jemig, het is al bijna twee jaar geleden.
Hoe ver nog?
- Geduld.
Vandaag krijg je een unieke kans.
Uniek? Wat wil dat nou weer zeggen?
Als ik je alles verklap,
is het geen avontuur meer.
Nou is het genoeg.
Vertel me alles, of ik draai me om.
Daar is het al veel te laat voor.
Verdomme.
Ik zou jou moeten betalen.
Daar heb je gelijk in.
Maar ik wil het niet anders.
Baas.
Jezus, Maria en Jozef.
Zeg tegen de anderen dat ze ophouden.
Beveilig alles.
- We moeten schuilen.
We wachten het hier af. Ga nou.
Breek hem af.
Hij heette Clayton Jones.
Hij was pitcher bij de Sox.
Hij kon hard gooien.
- Horsehide Houdini?
Ja, zo noemden ze hem.
Ik herinner me zoiets. Hij raakte gewond.
Aan z'n knie. Het was heel ernstig.
Hij was bijna kreupel.
Verdomme.
Toen was het afgelopen.
Hij veranderde.
Alles veranderde.
Hij was heel verdrietig...
en werd heel stil.
Op een dag...
kwam ik thuis...
en rook ik buskruit.
Ik heb hem boven gevonden.
Wat rot voor je.
Mama.
- Wacht, je kunt niet naar buiten.
Ik moet terug.
- Je kunt niet naar buiten.
We moeten wachten tot het voorbij is.
Na duisternis krijg je vaak het felste licht.
Dat is heel fijn.
Ik ga 'n dutje doen.
Sla het zand eruit.
Jij bent niet goed bij je hoofd.
Wat doe je in godsnaam?
- Welkom.
Ben jij getrouwd?
Ik ben de ware nog niet tegengekomen.
Wie is Sally dan?
Sally's Café.
Dat is m'n moeder.
Ze heeft me leren koken.
Dat was wel te verwachten.
Ik heb twee dollar.
Twee dollar?
Oké.
Waarom heb je me hier gebracht?
Voor niks. Ik ging daar buiten bijna dood.
Je verkeerde niet echt in gevaar.
Dat weten we allebei.
Ik was verdomme bijna dood.
- Wat melodramatisch.
Je bent geboren voor het theater.
Deze storm.
Dat noemen ze toch een zwarte sneeuwstorm?
Die naam hebben ze eraan gegeven.
De bovenste laag grond
van tienduizend boerderijen...
als die van jou.
De storm vernietigt dromen.
Geef me 's een hand.
Hij heeft je moeder vernietigd.
Wat gaat jou dat aan?
Ze is in het stof verdronken.
Hou je kop.
- Alleen.
Hou je kop, anders ram ik hem dicht.
Jij hebt het natuurlijk overleefd.
Hou ermee op.
Dat eindeloze gehuil.
Het hoge gegil van de wind.
Luister.
Het geluid van haar dood.
Laat het ophouden.
Hou op.
Doe de deur open.
Dat heb jij gedaan.
Dat heb jij ook gedaan.
Je bent gek.
- Dat klopt.
Maar jij hebt de storm laten ophouden.
- Dat had niks met mij te maken.
Dat had alles met jou te maken.
Alleen God kan het weer laten ophouden.
Denk je dat je kunt verbergen wat je bent?
Dat kun je niet. Zelfs niet voor jezelf.
Zelfs een blinde ziet het.
Doe niet zo dwaas.
Laat me helpen.
Ik wil je hulp niet, verdomme.
Jij vieze, afgeleefde oude junk.
Je hebt me verbrand.
Maar je bent niet verbrand.
Toch hangt de geur
van verbrand vlees nog in de lucht.
Wat is er?
We moeten met Norman gaan praten.
- Norman kwam het brengen.
Wat zei hij?
Dat ik de bisschop moet gehoorzamen.
Hij doet altijd wat het beste voor ons is.
Dat weet ik. Hij heeft ons gered.
- Meer dan eens.
Ik kan Gods wil niet negeren.
Misschien is dit ook
Gods manier van spreken.
De Methodistische Kerk is je houvast.
Wacht. Geduld.
Jouw tijd komt nog wel.
Weet je dat hier een jongen was...
die door z'n moeder
in de winkel op de wc is achtergelaten?
Of dat Pollyanns vader haar
voor één dollar heeft verkocht?
Natuurlijk niet.
Wie wil daar nou over nadenken?
We houden nooit rekening
met kinderen.
We trekken gewoon onze kleren aan.
Wie ziet de kinderen die de eeuwige,
gulzige honger van de textielfabriek stillen?
Mechanische monden
die niet kieskeurig zijn.
Zijden draad.
Een haarlok. Een stukje hoofdhuid.
Opengereten vingertjes.
We wakkeren het alleen maar aan.
Waarom zouden we aan de jongens denken,
die gehurkt in de mijn zitten?
Ze zitten er uren
de kolen van de afval te scheiden...
met gebogen rug.
Met negen jaar zijn ze al oud.
Met twaalf hebben ze stoflongen.
Kolen zijn zwaar en hard.
Handen zijn zacht en breekbaar...
verbrijzeld.
Hun voeten...
en hun schedels verbrijzeld.
Ga maar wandelen. Dan zie je ze.
Kinderen die zichzelf
aan volwassenen verkopen.
Voor een stuiver
koop je een maagd.
Soms worden ze in kooien gestopt.
Mannen die baby's kopen
om ze groot te brengen als vee.
Dieren die ze kunnen misbruiken.
Zacht vlees om te onteren,
te scheuren en te bijten.
Als iemand ook maar een van de kleintjes
die in me geloven, laat zondigen...
kan hij maar beter
met een molensteen om z'n nek...
in de dieptes van de zee geworpen worden.
Ze moeten hun ogen opendoen.
Ze moeten hun mond opendoen en verdrinken.
Hebben jullie Sofie gezien?
Wanneer gaan we
naar een beschutte plek?
Als de baas het zegt, zoals altijd.
Wat is er gebeurd?
De wind.
Hoeveel klanten heb je per dag?
Zo noemen we het op de kermis.
Hoeveel?
Waarom wil je dat weten?
Ik ben gewoon nieuwsgierig.
Als zakenlieden onder elkaar.
Vijf.
Misschien drie.
Hoe lang ben je met elke klant bezig?
Als je alleen maar neukt?
Een half uurtje of minder.
Het was ruim drie kwartier.
Heb jij de tijd in de gaten gehouden?
Ik hoorde het bed maar 12 minuten kraken.
Je zou er veel meer kunnen afhandelen.
Dan verlies ik m'n vaste klanten.
Ach, welnee.
Dat maakt een man niks uit,
zolang ie maar klaarkomt.
Je zou meer verdienen.
Misschien wel het dubbele
als het je in minder dan zes minuten lukt.
Met de fluisterwoordjes erbij
kun je het in 20 minuten.
Weet je wat?
Laat eens zien
hoe snel je Osgood afhandelt.
Voor 10 dollar wel.
Ik ben er nog niet klaar voor.
- Je bent klaar als ik dat zeg.
Ik zei nee.
Tien.
Waarom doe je dit?
Ik denk niet...
- Vooruit.
Doe jezelf niet tekort.
Hou je geld maar.
Ik mag deze jongen wel.
Ik wil het niet.
Je hebt geen keuze.
Ik hoef het niet te gebruiken.
Doe niet zo raar. Het is een gave.
Ik heb m'n ogen gegeven
voor een fractie van wat jij bezit.
Laat mij je helpen.
We komen zo in Babylon aan.
Het kan me niks schelen.
Het land waar de stad op is gebouwd,
is vergiftigd.
Het slokt mensen op.
Het zal jou ook opslokken
als je niet voorbereid bent.
Ik kan je onderwijzen.
Geef antwoord.
Ik waag het er wel op.
De storm trekt over.
Sigaret?
- Graag.
Het is niet erg.
Het kwam door de storm.
Voor je standbeeld.
Komen jullie weer hier in de buurt?
Ik denk het wel. Ooit.
Kom dan niet meer naar mij toe.
Ze redt het wel.
Ze heeft geluk gehad. Wij allemaal.
Hoe erg het ook is...
het had erger gekund.
Ik kon er niks aan doen.
Ik geef jou er de schuld niet van.
Het was de baas. Samson is de enige
die met hem kan praten.
Dat weet iedereen.
Die meid is lekker wild.
Hou je kop.
Is alles in orde?
Gaat het wel goed daarbinnen?
Samson is er niet.
Ik kom kijken hoe het gaat.
Ik ben het, Jonesy.
Clayton Jones.
Ben je wakker?
Verdomme.
Wil je niks leren?
Heb je gekregen wat je wilde?
Meer.
- Ik wist wel dat je ervan kon leren.
Er moet nog veel gebeuren.
Het spijt me.
Ja, ik heb 't gedaan.
We praten er straks wel over, goed?
Ik wist niet dat hij getrouwd was.
Dat is een vuile leugen.
Hoe is het?
Dat was nogal een storm, hè?
Is alles in orde?
Prima. Beter kan het niet.
Er is brand geweest in de kerk.
Waar zijn de kinderen?
Dutch