Tip:
Highlight text to annotate it
X
Weten jullie nog dat ik de vorige keer zei
dat de goede Heer de berg
opging en de mensen toesprak ?
Hij zei: "Zalig de reinen van hart,
want zij zullen God zien."
Hij zei dat koning Salomo
in al zijn heerlijkheid
niet bekleed was als de leliën des velds.
En: "Oordeelt niet,
opdat gij niet geoordeeld wordt",
heb ik jullie ook uitgelegd.
Daarna zei de lieve Heer:
"Wacht u voor de valse profeten
die in schapenvacht tot u komen
maar van binnen
zijn zij roofgierige wolven."
"Aan hun vruchten zult gij hen kennen."
5, 10, 15, 20, 25, 30, 35, 40,
45, 50, 55, 60, 65, 70,
75, 80, 85, 90, 95. 100 !
Ik kom, wie niet weg is, is gezien.
Wat is er ?
"Er is geen goede boom,
die slechte vrucht voortbrengt
noch ook een slechte boom,
die goede vrucht voortbrengt."
"Want elke boom
wordt aan zijn eigen vrucht herkent."
Wat zal het zijn, Heer ?
Nog een weduwe ?
Hoeveel zijn het er nou ? Zes ?
Twaalf ?
Ik weet het niet meer.
U zegt het maar, Heer. En ik ga al.
U stuurt me altijd geld om voort
te gaan en uw woord te prediken.
Een weduwe
met wat bankbiljetten in de suikerpot.
Heer, ik ben moe.
Soms vraag ik me af of u 't echt begrijpt.
Niet dat u iets tegen moorden hebt.
Dar staat uw boek vol van.
Maar er zijn dingen die U niet goed vindt.
Dingen die ruiken naar parfum.
Dingen van kant, met krullend haar.
HAAT
Daar zijn er te veel van.
Je kan niet 'n hele wereld ombrengen.
Heeft uw auto 'n open dak
en 'n nummerbord uit Moundsville ?
Harry Powell, voor de diefstal van die auto
krijgt u 30 dagen
in de gevangenis van Moundsville.
- Predikant Harry Powell.
- U bent een doodordinaire autodief.
Een dominee ? Harry Powell...
Hou Miss Jenny stil.
Zit stil, Miss Jenny.
Klaar. Wat was er nou zo moeilijk aan ?
Papa !
- Waar is mama ?
- Winkelen.
Je bloedt.
We moeten dit verbergen voor ze
me oppakken. Het is bijna 10.000 dollar.
Waar ? Onder een steen in het rookhok ?
Onder de stenen in de druivenkas ?
Nee, daar gaan ze vast graven.
Natuurlijk, daar moet 't.
- Daar.
- Hij heeft 't pistool vast nog.
Je moet het zweren.
Dat betekent dat je het belooft.
Zweer dat je Pearl
met je leven beschermt.
En dat je nooit zegt waar het geld ligt.
Niet eens tegen mama.
- Zelfs mama niet ?
- Jij bent verstandig, zij niet.
Als je groot bent , is 't geld voor jou.
Sta recht en til je rechterhand op.
- Zweer: ik bescherm Pearl met m'n leven.
- Ik bescherm Pearl met m'n leven.
- En ik zal nooit zeggen waar het geld ligt.
- En ik zal nooit zeggen waar het geld ligt.
Jij moet het ook zweren, Pearl.
Ben Harper.
Ik ga nu, kinderen. Vaarwel.
Laat vallen. Denk aan je kinderen.
Denk aan wat je gezworen hebt.
Niet doen.
Niet doen !
Papa.
Ben Harper, het hof heeft beslist
dat u voor de moord
op Ed Smiley en Corey South
aan uw nek wordt opgehangen
tot de dood erop volgt.
Moge God uw ziel genadig zijn.
Ik heb jullie allemaal te pakken.
Niemand krijgt wat uit me.
Waar, Ben ?
Waar ?
Een kleine jongen zal ze hoeden.
Vooruit, zeg het.
Ben ! Ik ben een dominee.
- U laat me praten in mijn slaap.
- Nee, Ben.
Wat heb ik gezegd ?
Je citeerde uit de Bijbel.
Je zei:
"En een kleine jongen zal ze hoeden."
Je hebt twee mannen vermoord.
Dat klopt. Ik heb de bank beroofd,
omdat ik de kinderen niet meer
zonder voedsel wilde zien rondlopen.
Kinderen die langs de wegen
zwerven in deze crisis.
Die in oude autowrakken
tussen het afval slapen.
Ik wilde mijn kinderen
niets laten ontbreken.
Met die 10.000 dollar bouw ik 'n bedehuis
waarbij 't bedehuis
van Wheeling Island 'n kippenren is.
En gratis snoep voor de kinderen ?
Denk na.
Met dat vervloekte bebloede goud.
Waarom hebt u
dat mes tussen uw dekens ?
"God verblindde m'n vijanden
toen ze me hier brachten."
Ik heb het recht onder hun neus
naar binnen gesmokkeld.
"Ik ben niet gekomen
om vrede te brengen, maar het zwaard."
U, predikant ?
Het zwaard heeft me
door menige moeilijke tijd heen geholpen.
Wat voor godsdienst hangt u aan ?
Dat hebben de Almachtige en ik
tussen ons twee uitgewerkt.
Dat zal wel.
Je wordt altijd pas op het laatst gered.
Ga door.
Als je dat geld aan de Heer geeft,
stem je Hem vast milder.
Ga door.
Denk je niet dat de Heer
van gedachten verandert als je...
LIEFDE
Heer, U wist heel goed wat U deed,
toen U me juist nu in deze cel stopte.
Een man die 10.000 dollar
verstopt heeft, en straks een weduwe.
Was 't moeilijk ?
Een harde, die Harper.
Hij kronkelde en trapte een beetje.
- Hij had 'n vrouw en twee kinderen.
- Dat wist ik niet.
Hij heeft niet gezegd waar 't geld is.
Wat denkt u dat hij ermee gedaan heeft ?
Hij heeft 't geheim met zich meegenomen
toen ik hem liet vallen.
Ben jij dat, Bart ? Het eten staat klaar.
Soms denk ik dat het beter is
dat ik dit werk niet meer doe.
Dat zeg je altijd als er iemand wordt
opgehangen. Je hoeft er niet bij te zijn.
Soms wou ik dat ik nog in de mijn werkte.
En 'n weduwe van me maken,
als er weer zo'n ontploffing komt ?
Daar komt niets van in.
Hing, heng, hang
De beul in het gevang
De beul in het gevang
Hang, heng, hing
De overvaller hing
Hing, heng, hang
Het eind van mijn gezang
Ga je het kopen, John ?
Dus je moeder houdt je nu van school af ?
Hoe gaat het met je arme moeder ?
Ze werkt in de ijssalon.
Weten ze wat je vader
met al dat gestolen geld heeft gedaan ?
Pearl en ik moeten er vandoor.
- Zing dat niet.
- Waarom niet ?
Omdat je te klein bent.
Mogen we wat snoep ?
Nee.
Willa, sommige dingen zijn net zo
eenvoudig als dat een plus een twee is.
Je kunt twee kinderen
niet in je eentje opvoeden.
- Daar wil de Heer twee mensen voor.
- Icey, ik wil gewoon geen man.
Daar gaat het niet om. Je bent niet jong.
Je hebt twee kleintjes.
Je hebt een man nodig thuis.
Vertel een verhaaltje.
Er was eens een rijke koning
die een zoon en een dochter had.
Ze woonden in een kasteel in Afrika.
Op een dag werd de koning
door slechte mannen meegenomen.
Hij zei dat zijn zoon iedereen moest
vermoorden die z'n goud wilde stelen.
Niet lang daarna
kwamen de slechte mannen terug...
Het is maar een man.
Welterusten.
Slaap lekker, droom maar zacht.
Welterusten, Miss Jenny.
Droom maar zacht.
Hij meert hier niet meer aan,
maar toetert nog wel als hij langskomt.
Kom een kopje koffie drinken.
Het bootje van papa is niet gestolen.
Dat gebeurt ook niet
zolang oom Birdie er is.
Als mijn gewrichten weer meewerken,
zal ik hem eens goed breeuwen.
- Ik heb je in geen eeuwen meer gezien.
- Ik heb op Pearl gepast.
Wat 'n vrouw al niet
op 'n man afschuift als hij even niet oplet.
Ik maak even mijn koffie wat zoeter.
Ze is al 25 jaar dood en
ze verliest me geen ogenblik uit het oog.
Een man van mijn leeftijd heeft 'n neut
nodig 's morgens om op gang te komen.
Ik ben iemand tegengekomen
die je vader kende.
- Waarvan ?
- Ik zal 't niet ontkennen.
Van de gevangenis.
- Ik moet er vandoor.
- Maar je bent er net.
Ik heb beloofd dat ik Pearl zou ophalen.
Gods wegen zijn ondoorgrondelijk.
Ik ben tot 't einde aan toe
bij broeder Harper geweest.
Nu ik niet meer bij de gevangenis werk,
kom ik graag
z'n nabestaanden wat steun bieden.
Alleen 'n heel nobele man
doet zo veel moeite
om 'n bedroefde weduwe
'n troostend woord toe te spreken.
- Dus u werkt er niet meer ?
- Nee, ik heb gisteren ontslag genomen.
De hartverscheurende aanblik van
die arme mannen was te veel voor me.
Je staart naar m'n vingers.
Zal ik het verhaal van de rechterhand
en de linkerhand vertellen ?
Van het goed en het kwaad ?
H-A-A-T.
Met deze linkerhand
sloeg Kaïn zijn broer dood.
L-l-E-F-D-E.
Deze vingers hebben aderen
die naar de ziel van de mens stromen.
De rechterhand. De hand van de liefde.
Kijk, ik laat u zien
hoe 't leven in elkaar zit.
Deze vingers vechten altijd met elkaar.
Kijk naar ze.
Oude broeder, de linkerhand.
De haat vecht.
En de liefde lijkt te verliezen.
Maar wacht 'S !
De liefde krijgt de overhand.
En jawel, de liefde heeft gewonnen.
En de linkerhand haat is verslagen.
Ik heb 't nog nooit zo mooi gehoord.
Ik wou dat iedereen hier dat kon horen.
U moet zondag op onze picknick komen.
Ik ga de rivier af
om 't werk van de Heer voort te zetten.
Als 't aan ons ligt, bent u niet zo snel weg.
John, gedraag je.
Kijk niet zo lelijk. Wees vriendelijk.
Hij wil niet brutaal lijken, hè ?
Nee, toch ?
Broeder Ben had het vaak over deze twee.
Wat dan ?
Dat jij en je zusje zo lief waren.
Is dat alles ?
O, nee.
Hij heeft nog veel meer dingen gezegd.
- Mooie dingen.
- Dank u wel.
Die chocola ruikt lekker.
Dat is voor de picknick.
En u krijgt er
helemaal niets van tenzij u ook komt.
Zingt hij niet prachtig gewoon ?
John ! Pearl ! Ga maar spelen.
- Waar ?
- Bij de rivier, natuurlijk.
Die man wil zich dolgraag ergens
vestigen en een gezin opbouwen.
Het is veel te kort na de dood van Ben.
Het is duidelijk een teken van boven.
- John mag hem niet zo.
- Pearl is weg van hem.
Ik maak me zorgen om John.
Het lijkt wel alsof hij nog steeds
iets met zijn vader heeft.
Hij moet wakker geschud worden.
En er is nog iets.
Het geld.
Dat geld wordt je dood nog eens.
Ik wil graag weten dat Harry Powell
niet denkt dat ik het ergens verstopt heb.
Vraag het die dominee recht
op de man af.
Was dat slijk van je ziel.
Kom wat chocola halen.
- Dat wil ik niet.
- Doe wat je gezegd wordt.
Ga bij de rivier zitten.
- Ik zie er niet uit.
- Schiet toch op.
Ze kan maar beter uitkijken
dat niemand hem van haar wegsteelt.
Er lopen wel meer meisjes rond.
Jullie blijven hier,
in plaats van rond te hangen.
Je weet pas wat je
aan een man hebt als je hem in huis hebt.
Heeft Ben Harper u gezegd
wat hij met het geld heeft gedaan ?
Mijn lieve kind, weet u dat niet ?
Ze dreint over Ben Harper.
Dat was geen liefde, maar geklets.
Hier heb je wat chocola, schatjes.
Als je 40 jaar getrouwd bent, weet je
dat het allemaal niet zo veel voorstelt.
Als het weer moest, dan dacht ik
altijd maar aan mijn weckpotten.
Een vrouw is gek als ze daarom trouwt.
Dat is iets voor 'n man.
De lieve Heer wil niet dat
'n fatsoenlijke vrouw daar echt van geniet.
Het is toch maar een ijdele droom.
John, Mr Powell wil je iets zeggen.
De nacht voor je vader stierf heeft hij
verteld wat hij met het geld heeft gedaan.
Het ligt op de bodem van de rivier,
gewikkeld om een kei van vijf kilo.
Dank je, Harry.
Nu voel ik me rein.
Mijn hele lichaam beeft er gewoon van.
Kom hier, je das zit scheef.
- Wanneer is de boot van papa klaar ?
- Ik *** je niet.
Wanneer is de boot klaar ?
Over een week, dan gaan we vissen.
- Hoe gaat het met je moeder ?
- O, wel goed.
- En je zusje Pearl ?
- Prima.
- Ga je ?
- Ik moet op Pearl passen.
Dag. Kom weer langs als je zin hebt.
Vergeet niet dat de boot van je vader
binnen een week vaarklaar is.
Is er iemand ?
Is er iemand ?
Is er iemand ?
Goedenavond, John.
Ik heb met je moeder gepraat vanavond.
Ze vond dat ik je het nieuws
maar het best kon vertellen.
Ze wil dat ik
de vader van jou en je zusje word.
We gaan trouwen.
Heb je dat gehoord ?
Trouwen.
Morgen gaan we naar Sisterville.
- Als we terugkomen...
- U bent m'n vader niet.
Dat zult u nooit zijn.
Als we terugkomen,
worden we allemaal vrienden
en delen we onze rijkdommen met elkaar.
Het zal u nooit lukken
om me het te laten vertellen.
Wat ?
Niets.
We hebben toch
geen geheimen voor elkaar ?
Nee.
Het maakt niet uit.
We zullen nog veel tijd
met elkaar doorbrengen.
Zwaai toch met je hand.
Wacht hier, ik haal je nachthemd.
Mag ik het nu zeggen ?
Als Mr Powell onze papa is,
mag ik het dan vertellen ?
- Je hebt 't gezworen.
- Niet doen.
Je hebt het papa beloofd.
Ik hou heel veel van Mr Powell.
Mannen !
Harry ?
Doe het rolgordijn dicht.
Ik was aan het bidden.
Het spijt me, dat wist ik niet.
Ik dacht dat...
Jij dacht dat zodra je de deur binnenliep
ik je op die walgelijke manier
zou gaan betasten
zoals mannen op hun huwelijksnacht
geacht worden te doen.
- Is dat niet zo ?
- Nee.
Ik wil het heel duidelijk stellen.
Voor mij betekent het huwelijk dat twee
geesten één worden voor 't oog van God.
Sta op, Willa.
- Harry, wat...
- Sta op.
Ga jezelf bekijken in die spiegel.
Doe wat ik zeg.
Kijk naar jezelf.
Wat zie je ?
Het lichaam van een vrouw.
De tempel van de schepping
en 't moederschap.
Het vlees van Eva
dat sinds Adam al ontheiligd wordt.
Dat lichaam moet kinderen baren.
Het is er niet voor 't genot van mannen.
Wil je nog kinderen, Willa ?
Ik...
Nee.
Dit huwelijk is bedoeld
om voor je twee kinderen te zorgen,
niet om er meer voort te brengen.
Ja.
Goed.
Kom maar in bed zodat je niet meer rilt.
Help me rein te worden,
zoals Harry wil dat ik ben.
De gemeenste, lelijkste, laagste,
vis van de hele rivier. Een roofvis.
Hier zijn uw haken.
Geen enkele haak in dit land
is sterk genoeg voor deze roofvis.
Wat je nodig hebt,
is slimmigheid en een paardenhaar.
Jeetje ! Breekt ie niet ?
Een paardenhaar kan
'n verdomde walvis aan.
- Vind je 't erg als ik vloek ?
- Nee.
Ik vraag het
omdat je stiefvader predikant is.
Ik ben nooit zo dol
op predikanten geweest.
Ik weet niet wat er is bij jou thuis,
maar vergeet niet
dat als je ooit problemen hebt,
je maar een gil hoeft te geven.
Oom Birdie is je vriend.
Daar ! Vieze glibberige aasjatter !
Jullie hebben allemaal gezondigd.
Maar wie hier
kan zeggen wat ik kan zeggen ?
Een eerlijk man
heeft om mij iemand vermoord.
Omdat ik bleef doorvragen
om parfum en kleren en rouge.
En hij heeft twee mensen gedood.
Hij kwam en zei:
"Hier heb je het geld,
ga kleren en je rouge kopen."
Maar broeders...
Toen greep de Heer in.
Toen greep de Heer in.
De Heer sprak tot die man:
"Pak dat geld en gooi het in de rivier."
ln de rivier.
Jij bent John en jij bent Pearl.
Je wordt vast heel kwaad.
Ik heb gezondigd.
Ik heb het aan niemand verteld.
Het is allemaal hier.
- Wat ben je aan het doen ?
- Ik breng Pearl naar bed.
- Waarom doe je er zo lang over ?
- Nergens om.
Maar speel je mee ?
De spulletjes van Pearl. Mama
wordt kwaad als we 't niet opruimen.
Vooruit, kinderen.
Allebei naar bed.
Kom hier, John.
Je moeder zegt dat je me verklikt hebt.
Dat ik gevraagd heb
waar het geld verstopt was.
Dat was niet erg aardig.
Doe 's wat vriendelijker.
Het maakt niet uit.
Het is jouw woord tegen het mijne.
Je moeder gelooft toch mij.
Ben je weer brutaal
tegen Mr Powell geweest ?
Ik bedoelde het niet zo.
Waar ging het over ?
Hij vroeg weer waar het geld was.
Die leugen verzin je altijd.
Er is geen geld.
Waarom geloof je dat toch niet ?
Die jongen is zo koppig als een ezel.
Schande.
Goedenacht.
Goedenacht.
Blijf de volgende keer wat langer.
Je zit net en dan ga je alweer.
Ik moet de vrede tussen hen bewaren.
Dat is mijn last en daar ben ik trots op.
- Waar is het geld verstopt ?
- Dat weet ik niet.
Zij denkt dat het geld
op de bodem van de rivier ligt.
Maar jij en ik weten wel beter, hè ?
Ik weet van niets.
Het maakt niet uit.
De zomer is pas begonnen.
Pearl. Kom hier.
John houdt van geheimen.
Ik vertel er jou een.
Ik kende je vader.
Weet je wat hij tegen me gezegd heeft ?
"Zeg tegen mijn dochter dat er geen
geheimen tussen jullie twee mogen zijn."
Goed, nu jij.
Wat voor geheim zal ik vertellen ?
Hoe heet je ?
U maakt een grapje. Ik heet Pearl !
Dan moet ik 't
nog maar een keer proberen.
Waar is het geld ?
Je hebt gezworen
dat je het niet zou vertellen !
Je hebt "n borstel naar papa gegooid.
We kunnen maar beter
bij John uit de buurt blijven.
Wij twee gaan naar de zitkamer.
John is gewoon door en door slecht.
- John is slecht.
- Dat is hij zeker.
- Vertel nog een geheim over papa.
- Nee, het is jouw beurt.
Goed. Wat zal ik vertellen ?
- Waar is het geld ?
- John is slecht.
Waar is het geld ?
Vertel op, kreng. Of ik ruk je arm eraf.
- Icey, ik maak me zorgen om Willa.
- Wat bedoel je ?
Hoe moet ik 't zeggen
zonder dat je kwaad wordt ?
Wat, Walt Spoon ?
- Er klopt iets niet.
- Waarmee ?
Met Mr Powell. Er klopt iets helemaal niet.
- Ik mag erover denken hoe ik wil.
- Moge de Heer je genadig zijn.
Ik wilde alleen...
Ben je klaar met bidden ?
Ja.
Je luisterde naar ons door het raam.
- Het ligt niet in de rivier, hè ?
- Geef antwoord.
Ben heeft nooit gezegd
dat hij 't in de rivier heeft gegooid.
De kinderen weten waar het ligt.
John weet 't. Is dat 't ?
Dan is het nog steeds onder ons.
Het bedoezelt ons.
Je hebt het vast al die tijd geweten.
Maar daarom
ben je niet met me getrouwd.
Dat weet ik in ieder geval.
Want dat zou de Heer
gewoon niet toestaan.
Hij heeft jou met mij laten trouwen zodat
jij me de weg en het leven kon laten zien.
En de redding van mijn ziel.
Is dat niet zo ?
Je kunt zeggen
dat het geld ons samen heeft gebracht.
De rest maakt niet uit.
Walt. Kom snel.
- Wat is er ?
- Hij is daar.
- Wie ?
- Mr Powell. Willa is weggelopen.
- Krijg nou wat. Gewoon vertrokken ?
- Ze is er in de oude Ford vandoor.
- Is hij er erg aan toe ?
- Helemaal kapot.
Ik heb een beetje cognac hier.
- Voor 'n geestelijke ?
- Alleen een slokje.
Dat is voor als er iemand ziek is.
- Wat kunnen we doen ?
- Ga met hem praten, van man tot man.
Alsjeblieft, daar ben ik niet goed in.
De ontuchtige is een nauwe put.
Ze ligt op de loer als 'n rover, vermeerdert
de trouweloze onder de mensen.
Goede vrienden,
wat zou ik zonder jullie doen ?
Als we iets kunnen doen...
Het is mijn schaamte. Ik moet
m'n doornenkroon moedig dragen.
- Wat kan dat kind bezield hebben ?
- Satan.
Had u er geen idee van ?
Jawel. Vanaf de eerste nacht al.
- De eerste nacht ?
- De huwelijksnacht.
Waarom ?
Ze stuurde me het bed uit.
Wat bent u nu van plan ?
Hier te blijven
en voor de kinderen te zorgen.
Misschien was 't niet de bedoeling dat 'n
vrouw als Willa hen zo jong zou bederven.
Dat is heel dapper van u.
Ik vermoed dat het zo voorbestemd was.
Heeft ze geen briefje achtergelaten ?
Ze heeft iets op een vel
op het bureau gekrabbeld.
Ik heb het verbrand.
Verscheurd en verbrand.
Het stonk naar hellevuur.
De kruik is een keer
te veel te water gegaan.
Die komt nog wel terug.
Ik weet wel zeker dat
dat niet zal gebeuren.
Misschien is ze aan de boemel.
- Hopen schaadt niet.
- Maar het baat ook niet.
Het hing in de lucht
toen ze gisteren naar bed ging.
Hoezo ?
Ze bleef in de keuken
toen ik naar boven was gegaan.
Toen ik beneden ging kijken
wat er aan de hand was...
Ze had 'n fles
paardenbloemenwijn gevonden
die haar man, die Harper,
ergens in de kelder had verstopt.
Ze was aan het drinken.
Ik wilde haar redden.
Dat weet ik.
Ik weet hoe hard u het geprobeerd hebt.
Maar soms wint de duivel.
Niemand kan zeggen
dat ik niet mijn best heb gedaan.
Kinderen !
Voorzichtig.
Waarom moeten we ons verstoppen ?
Waar is mama ?
- Naar Moundsville.
- Naar papa ?
Vast daarom, ja.
Luister. We lopen vanavond weg.
Waarom ?
Als we blijven,
gebeurt er iets ergs met ons.
Zorgt papa Powell dan niet voor ons ?
Nee, dat is het hem nou juist.
- Waar gaan we heen ?
- Dat weet ik nog niet.
Ik heb honger.
- We stelen wat.
- Dan willen we straks geen avondeten.
Ik *** jullie fluisteren,
ik weet dat je er bent.
Ik word straks heel kwaad.
Ik heb geen geduld meer.
Ik kom jullie zoeken.
Waar zijn de kinderen ?
Ze zijn in de kelder aan het spelen.
Ze luisteren niet als ik ze roep.
Ik weet niet meer wat ik moet doen.
Opschieten.
Kijk 's aan. Wat is dat ?
Wat warm eten voor u en de kinderen.
Dat is wel 't minste wat we konden doen.
Maak die arme Mr Powell
niet meer bezorgd.
Kijk dan toch. Smerig van top tot teen.
Zal ik ze eens goed wassen ?
Nee, dank u. Ik zorg wel voor ze.
Dank u wel.
Wees niet te streng voor ze.
Die arme moederloze kinderen.
Belt u gerust als u ons nodig hebt.
Tot ziens.
Tot ziens. En nogmaals bedankt.
Waren jullie niet ***,
daar helemaal in het donker ?
Ze zullen denken dat ik 't gedaan heb.
Dat die oude oom Birdie het gedaan heeft.
Je had het moeten zien, Bess.
Beneden in het diepe.
Haar haar golfde zachtjes
heen en weer als gras onder hoogwater.
En haar keel doorgesneden,
alsof ze twee monden had.
Je bent de enige
met wie ik erover kan praten.
Als ik naar de politie ga, krijg ik de schuld.
Lieve God, red die arme oom Birdie !
- Ik heb honger.
- Zeker.
Er is gebraden kip, zoete aardappelen,
maïsbrood en appelgebak.
- Mag ik eten ?
- Natuurlijk.
- Mag ik er ook melk bij ?
- Ja, maar eerst gaan we even praten.
- Over onze geheimen.
- Nee.
- Waarom dan wel niet ?
- Dat mag niet van John.
Dat maakt niets uit.
John is een bemoeial.
Hou op met dat gesnotter.
Kijk 's. Weet je wat dat is ?
Wil je iets leuks zien ? Kom maar kijken.
Wat vind je daarvan ?
Dat gebruik ik met bemoeials.
John kan er wel 's een zijn.
Nee, kleintje. Niet aanraken.
Raak mijn mes niet aan.
Dan word ik heel kwaad.
Zeg het maar. Waar is het geld ?
Ik heb gezworen dat ik 't niet zou zeggen.
John is niet belangrijk.
Hoe moet ik je dat duidelijk maken,
arm, dom, walgelijk kreng ?
Ik heb mijn geduld door jou verloren.
Het spijt me. Het spijt me echt.
Zeg nou maar waar het geld is.
- Ik zeg het wel.
- Jij moest je mond houden.
Het is niet eerlijk om 't Pearl te laten
zeggen terwijl ze 't gezworen heeft.
Kijk eens aan.
Soms denk ik dat onze John
toch nog in de hemel komt.
- Goed, waar is het geld ?
- In de kelder, onder een steen in de vloer.
- Het loopt fout af als je liegt.
- Ik lieg niet. Ga zelf maar kijken.
Goed.
- Kom mee.
- Wat ?
Loop voor me uit, allebei.
De trap af.
Je dacht toch niet dat ik je boven liet ?
- Gelooft u me niet dan ?
- Maar natuurlijk wel.
Waar is het ? En geen geintjes.
Een leugenaar verdraag ik niet.
Daar.
Daar komt niets van in.
- Waar is het nou ?
- Onder die steen in de vloer.
Dat is beton.
John heeft gezondigd. Hij heeft gelogen.
De Heer praat nu tegen me.
Hij zegt: "Een leugenaar
is een gruwel voor mijn ogen."
Spreek jongen, waar ligt het ?
Spreek.
Spreek of ik snij je keel door
en laat je leegbloeden als een varken.
Pearl, hou je mond. Je hebt het gezworen.
Jij kunt hem redden.
Het zit in mijn pop !
De pop !
Natuurlijk !
Daar zou niemand opkomen.
Oom Birdie Steptoe.
Doe die deur open,
gebroed van de *** van de duivel.
Oom Birdie !
Verberg ons. Hij komt eraan met een mes.
Ik ben 't. John en Pearl.
U zei dat we moesten komen.
- Johnny ?
- Oom Birdie, alstublieft.
Word wakker !
Ik zweer op het Boek
dat ik het niet gedaan heb.
We hebben de rivier nog.
De boot ligt onder de wilg.
Kinderen !
"Beste Walt en Icey,
jullie zijn vast ongerust
over ons geweest."
"Ik heb de kinderen naar de boerderij
van mijn zus Elsie meegenomen."
"Ik dacht dat
'n andere omgeving ons goed zou doen
na zo veel problemen en verdriet."
"Dan krijgen de kinderen
tenminste veel gezond eten."
"Uw toegewijde Harry Powell."
Ben je nu niet gerust ?
Maar jij was ook ongerust.
Weggaan zonder iets te zeggen.
Ik dacht dat de zigeuners
ze alledrie vermoord hadden.
Jij en je zigeuners.
Die zijn al 'n week weg.
Maar niet voor eentje 'n boer had
neergestoken en z'n paard had gestolen.
De dief en 't paard zijn allebei verdwenen.
Wat een tijden,
dat de kleintjes langs de weg zwerven.
Ga weg, kinderen.
Jullie hebben zeker honger ?
Ik kan jullie maar allebei
één aardappel geven.
- Waar zijn jullie ouders ?
- Hebben we niet.
Ga weg.
PERZIKEN PLUKKEN.
WEKELIJKS WERK
Een ondankbaar kind
is een gruwel voor de ogen van God.
De wereld gaat ten onder
omdat ze de ouderen niet gehoorzamen.
Daar maken ze soep van,
maar ik weet niet hoe je hem open krijgt.
We brengen de nacht op het land door.
Gaan we nu naar huis ?
Slaapt hij dan nooit ?
Pearl, word wakker. Schiet op !
Jullie twee, kom onmiddellijk hier.
Kom mee naar huis.
En opgepast, ik pak een twijg.
- Doe haar geen pijn.
- Welnee ! Ik ga haar wassen.
- Ruby ! Clary ! Mary !
- Ja, Miss Cooper.
Ga je mand halen.
Goed geplukt, Clary.
Mary, leg de grootste bovenop.
Ruby, de meeste
kunnen niet naar de markt.
Zet je mand neer.
Ruby, ga de tobbe halen
en zet hem bij de pomp.
Clary... Mary, ga een stuk zeep halen.
En een schrobber !
Kom mee naar binnen, kinderen.
Lieve hemel, wat zien jullie eruit.
Waar komen jullie vandaan ?
Waar zijn jullie ouders ?
Vooruit, zeg het maar.
Lieve hemel, nu moet ik
nog twee monden voeden.
Hallo. Waar blijft m'n melk ?
Niet voor deze prijs.
Ik kan beter boter maken en dat verkopen.
En smeerkaas voor de kinderen.
De rest is voor de varkens.
- Ze praat tegen zichzelf.
- Altijd.
- Je moeder is raar.
- Dat is ze niet. We wonen alleen bij haar.
- Waar zijn je ouders ?
- Ergens.
Mijn vader is in Detroit.
Goedemorgen, Miss Cooper.
Ik ben aan 't sparen voor je armband.
Laat dat maar. Kom zondag langs
en kom met ons mee naar de kerk.
Tot zondag, lieverd.
Breng je mand naar binnen.
Vrouwen zijn dwaas.
Allemaal.
Kijk dan.
Een paar lieve woordjes en 'n volle maan,
en de gevolgen zijn voor mij.
Dit bent u me schuldig.
Een, twee, drie, vier, vijf...
Waar is de andere mand ? Waar is Ruby ?
Die is weg.
John, ga jij Ruby zoeken.
Ruby is zo'n zorg. Ze kan
geen eieren rapen zonder ze te breken.
Maar ze is een moeder voor
de kleintjes, dus wat doe je dan ?
Hoe zit het voor vanavond, Ruby ?
- Wat is er ?
- Die oude is in de buurt.
En donderdag ?
Die oude denkt dat ze
op donderdag op naailes komt.
Miss Cooper vraagt naar je.
Laat je me je pop zien, dametje ?
U hebt er twee kuikentjes bij.
- En koppiger dan de rest.
- Hoe gaat het met uw eigen zoon ?
Ik heb sinds Kerstmis niet meer van Ralph
gehoord. Maar ik heb nieuwe kroost.
Ik ben een sterke boom,
met takken voor veel vogels.
Ik ben ergens goed voor
in deze wereld, en dat weet ik ook.
BIJBEL
De oude farao was koning van Egypte,
en hij had een dochter.
En op een dag...
..liep ze langs de oever
en zag ze iets
op een zanddrempel onder de wilgen.
Weten jullie wat het was ?
Een bootje,
aangespoeld op de zanddrempel.
Wie zat erin, volgens jullie ?
Pearl en John.
Deze keer niet.
Er zat alleen maar een klein jongetje in.
Weten jullie wie dat was ?
Het was Mozes.
Een koning onder de mensen.
Mozes, kinderen.
En nu naar bed.
John, ga een appel voor me halen.
En haal er ook een voor jezelf.
John, waar zijn je ouders ?
Dood.
Waar kom je vandaan ?
Van het noorden van de rivier.
Ik dacht niet dat je met die boot helemaal
van Parkersburg was komen roeien.
Vertel dat verhaal nog een keer.
Welk verhaal ?
Over die koningen.
En de koningin die iets
op de zanddrempel vond, in die boot.
Koningen ? Er was er maar één.
Ik dacht dat u zei dat er twee waren.
Verdraaid, misschien was dat wel zo.
Ja inderdaad, nu ik erover nadenk.
Het is zeker donderdag. Daar komt Ruby.
Daar ga ik.
Jij bent Ruby, nietwaar ?
Mag ik dit hebben ?
Natuurlijk. Ik wil even met je praten.
- Koopt u 'n ijsje ?
- Zeker.
Pas op, dominee.
Hou je smerige mond.
Ben ik niet knap ?
Je bent het mooiste meisje
dat ik ooit gezien heb.
Heeft niemand je dat ooit gezegd ?
Nee, niemand.
Er zijn twee nieuwe kinderen
bij je thuis, hè ?
- Hoe heten ze ?
- Pearl en John.
- Hebben ze een pop ?
- Daar laten ze me nooit mee spelen.
Hebt u ooit van uw leven
zulke mooie ogen gezien ?
Laat hem niet ontsnappen.
Hij is niet zoals jullie. De volgende keer
hoeft hij niet eens 'n ijsje te kopen.
Ik heb 't zwaar te pakken.
- Daar had je geen geld voor.
- U gaat me slaan.
Heb ik dat ooit gedaan ?
- Die man bij de winkel heeft het gegev...
- De winkel ?
Ik ben geen een van die keren
naar de naailes gegaan.
Wat heb je dan gedaan ?
Ik ben met mannen uitgeweest.
Kindje.
Je was op zoek naar liefde.
Op de enige domme manier die je wist.
We hebben allemaal liefde nodig.
Ik heb de liefde van m'n zoon kwijt.
Die heb ik bij jullie teruggevonden.
Je wordt later
een sterke, prachtige vrouw.
- Daar zorg ik voor.
- Deze man was niet zoals de rest.
Hij kocht alleen 'n boek
en 'n ijsje voor me.
- Wie was dat ?
- Hij vroeg nergens om.
- Waar hadden jullie het over ?
- Pearl en John.
John en Pearl ? Is het hun vader ?
Dat weet ik niet.
Waarom is hij niet langsgekomen ?
- Wat ?
- Die man !
Goedemorgen, dames.
- Goedendag.
- U bent zeker Miss Cooper ?
Gaat het over John en Pearl ?
O, die arme zieltjes.
Ik had geen hoop meer
dat ik ze nog zou vinden.
Als u eens wist
wat een doornenkroon ik gedragen heb
op mijn zoektocht naar die zwervertjes.
Ruby, ga de kinderen halen.
O, u kijkt naar mijn handen.
Zal ik u over de linker- en rechterhand
vertellen, 't goed en 't kwaad ?
Met deze linkerhand
sloeg Kaïn zijn broer dood.
- Zijn die kinderen van u ?
- Mijn eigen vlees en bloed.
- Waar is uw vrouw ?
- Die is met 'n handelsreiziger vertrokken.
- Op 'n gebedsbijeenkomst.
- Waar is ze nu ?
De rivier af. Parkersburg of Cincinnati.
- Een van die goddeloze steden.
- Had ze de kinderen meegenomen ?
God alleen weet
wat voor onheilige dingen
de arme zieltjes in die ontuchtige plaatsen
door haar gehoord en gezien hebben.
Toch vreemd dat ze per boot
van de andere kant van de rivier kwamen.
- Gaat het goed met ze ?
- Een stuk beter dan eerst.
De hemel zij dank. U bent zo goed.
Hoe wilt u ze opvoeden zonder vrouw ?
Daar zorgt de Heer voor. Hij is genadig.
Wat een dag.
En daar is de kleine John.
- Wat is er, John ?
- Kom bij me, jongen.
- Wat is er, John ?
- Heb je me niet gehoord ?
Als je vader je roept,
moet je gehoorzamen.
Het is mijn vader niet.
Nee, en het is ook geen predikant.
Loop direct naar je paard.
Lopen, ik maak geen grapje.
Goed.
Maar u bent nog niet van Harry Powell af.
De Heer God Jehova
zal mij geleiden in mijn wraak.
Duivels.
Hoeren van Babylon !
Ik kom terug. Als het donker is.
Schaam je, dat je het huis
rondloopt voor die krankzinnige man.
Lieve hemel.
Haal de kinderen naar beneden.
Vrouwen zijn zo dwaas.
De wereld is hard voor kleine schepsels.
Er was een gemene,
lage, lelijke koning Herodes.
Toen hij van de kleine Jezus hoorde,
dacht hij: "Eén van ons twee moet weg."
"Dat smoor ik in de kiem."
Maar hij wist niet wie van de baby's
de kleine koning Jezus was.
Daarom dacht die wrede koning Herodes
dat als hij alle jongetjes in 't land
doodde, hij ook Jezus zou krijgen.
Toen de ouders van Jezus dat hoorden,
wat denk je dat ze deden ?
- Ze scholen in 'n kast.
- Onder de veranda.
Nee, ze vluchtten.
John, je hebt gelijk.
Dat is precies wat ze deden.
De ouders van Jezus zadelden 'n ezel op
en ze gingen helemaal naar Egypte.
Ja, en daar vond
de koningin ze in de biezen.
Dat is 'n ander verhaal.
Dat was kleine koning Mozes.
Maar het was wel
een zware tijd voor de kleintjes.
Die oude dagen. Die harde tijden.
U dacht zeker dat ik weg was, hè ?
Verstop je onder de trap. Snel !
Ruby, schiet op !
- Wat wil je ?
- De kinderen.
Waarom ?
- Dat gaat u niets aan.
- Ik tel tot drie.
Dan loop ik door de keuken
en schiet ik je dood.
Miss Booth ? Met Rachel Cooper.
Stuur de politie naar me toe.
Er zit iets in mijn schuur.
- Ik ga bij Pearl kijken.
- Ik ga koffie zetten.
Het gaat wel met haar.
Als je klein bent, heb je meer
weerstand dan God je ooit nog zal geven.
Kinderen zijn het sterkst.
Ze verdragen het.
- Waarom hebt u niet eerder gebeld ?
- Om mijn vloer schoon te houden.
Is dat hem ?
Ja. Pas op waar je schiet.
Er zijn kinderen bij.
Harry Powell, u bent gearresteerd
wegens de moord op Willa Harper.
Laat dat mes vallen.
Niet doen.
Neem het terug, papa. Neem terug.
Ik wil het niet, het is te veel.
Lynch hem !
Blauwbaard !
- 25 vrouwen !
- Hij heeft ze allemaal vermoord.
- De mensen van Marshall County...
- Blauwbaard !
Kun je zeggen wie de gevangene is ?
Vooruit vent,
kijk eens daarheen en zeg of dat
de man is die je moeder heeft vermoord.
Goed Mrs Cooper,
brengt u de jongen maar weg.
Vrolijk kerstfeest, Mrs Cooper.
Wat komt de kerstman jou brengen, vent ?
- Dat is Pearl !
- Jassen aan.
Dat zijn haar wezen.
- Waar is Ruby ?
- Die is weg.
Die arme zieltjes.
Tegen hen heeft hij gezondigd.
Naar de achterdeur.
Gaan we niet naar het busstation ?
Hij haalt de naam van de Heer
door 't kwade slijk van z'n ziel.
- Maak die blauwbaard vast aan 'n paal.
- Het is Satan met een kruis.
Ik hou van hem.
U denkt dat hij zoals de rest is.
U was zo kwaad dat u hem neerschoot.
Hé, Bart.
- Deze bewaren we voor jou.
- Dit keer zal het een eer zijn.
Ze hebben niets gestuurd.
Ik wil 't toch niet.
Ze zijn duidelijk flink omhoog
geklommen in de wereld.
Mogen we nu uw cadeautjes geven ?
Je wilt toch niet zeggen
dat je iets voor me hebt ?
Een pannenlapje.
En het is veel mooier dan vorig jaar.
Nog een pannenlapje ! Wat slim.
Ik brand mijn handen de hele tijd.
Dat ziet er niet slordig uit.
Mooi gedaan, ***.
De rand is met 'n kettingsteek afgemaakt.
Dat is prachtig.
Nog een pannenlapje ?
Hebben jullie dat samen gemaakt ?
U hebt ons een beetje geholpen.
Dat is 't mooiste cadeau
dat iemand kan krijgen.
Jullie cadeautjes
liggen onder de porseleinkast.
Dit is voor jou.
Heer, red de kleine kinderen.
De wereld zou zich moeten schamen
om Kerstmis naar een kind te vernoemen
zonder ooit van gedrag te veranderen.
Ik voel me nederig als ik zie
hoe de kleintjes hun lot aanvaarden.
Heer, red de kleine kinderen.
De wind waait en de regen is koud.
Maar zij verdragen het.
Dat horloge tikt goed luid.
Fijn om iemand in huis te hebben
die me kan zeggen hoe laat het is.
Dit is 't mooiste horloge
dat ik ooit gehad heb.
Je kunt toch niet met een
oud versleten horloge rondlopen ?
Ze verdragen en weerstaan.
Nederlandse ondertiteling bezorgt door : Havanu
en bewerkt door: VeHash